nr. 232
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het op 11 januari 1995 te Middelburg
tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk
België en het Vlaams Gewest tot herziening van het Reglement ter uitvoering
van artikel IX van het Tractaat van 19 april 1839 en van hoofdstuk II, afdelingen
1 en 2, van het Tractaat van 5 november 1842, zoals gewijzigd, voor wat betreft
het loodswezen en het gemeenschappelijk toezicht daarop (Scheldereglement),
ingevolge artikel 91, eerste lid, van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal
behoeft, alvorens het Koninkrijk daaraan kan worden gebonden;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
Artikel 1
Het op 11 januari 1995 te Middelburg tot stand gekomen Verdrag tussen
het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk België en het Vlaams Gewest
tot herziening van het Reglement ter uitvoering van artikel IX van het Tractaat
van 19 april 1839 en van hoofdstuk II, afdelingen 1 en 2, van het Tractaat
van 5 november 1842, zoals gewijzigd, voor wat betreft het loodswezen en het
gemeenschappelijk toezicht daarop (Scheldereglement), waarvan de tekst is
geplaatst in Tractatenblad 1995, 48, wordt goedgekeurd voor Nederland.
Artikel 2
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
De Minister van Buitenlandse Zaken,