26 235
Wijziging van enige bepalingen van de Waterschapswet

nr. 224a
VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VERKEER EN WATERSTAAT1

Vastgesteld 27 april 1999

Na de uitvoerige behandeling van dit wetsvoorstel in de Tweede Kamer hadden de leden van de commissie nog de volgende vragen.

1. Stedelijk waterbeheer

Er vindt – mede uit oogpunt van integraal waterbeheer – landelijk overdracht plaats van stedelijk water naar de waterschappen. Blijkens informatie verloopt dit proces niet overal zonder problemen.

Zo kiezen sommige gemeenten ten aanzien van deze overdrachten voor de uitgangspunten van de «Commissie-Brokx nat». Andere hanteren willekeurige uitgangspunten. Het is een kostbare operatie die in grote delen van het land nog moet plaatsvinden. Te denken valt hierbij aan de kosten voor het saneren van verontreinigde waterbodems, de reductie van het aantal overstorten en de kosten voor de sanering van riolen.

Verdient het geen aanbeveling om voor deze overdrachten, teneinde rechtsongelijkheid te voorkomen, uniforme richtlijnen vast te stellen en deze in de wet of op andere wijze (bijv. via AmvB) te verankeren, nu ook de staatssecretaris erkent dat in het geval van vier waterschappen (Betuwe) discussie over deze problematiek bestaat?

2. Verdere aanpassing van de Waterschapswet

Om tot een goed gefundeerde aanpassing van de Waterschapswet te komen is o.a. de Commissie-«Togtema» ingesteld. In de praktijk blijkt immers dat de wet op een aantal punten niet voldoet. (Ook het I.P.O. stelt een eigen onderzoek voor.) Zo is op het punt van de financiering van de waterschappen, de kostentoedeling aan de diverse belangen (categorieën) mede met het oog op de trits Belang – Betaling – Zeggenschap, aanpassing van de wet dringend gewenst. Uiteraard dient vervolgens de bestuurssamenstelling ook te worden afgestemd. Ook de verkiezing van de leden van de waterschapsbesturen via personeelslijsten is in de praktijk onbevredigend.

Kan de staatssecretaris al meedelen wanneer de aanpassing van de wet – mede gebaseerd op de aanbevelingen uit lopend onderzoek een feit kan zijn?

Onlangs is voor de verkiezing van de waterschapsbesturen in een groot deel van het Westen van Nederland aan de ingelanden de mogelijkheid geboden hun stem telefonisch uit te brengen. Ook de staatssecretaris heeft van deze mogelijkheid gebruik gemaakt. Kan al iets meer worden meegedeeld over de resultaten van de deelname aan de verkiezingen?

3. Riolering in het landelijk gebied

De aansluiting van solitaire bebouwing op de riolering op de traditionele wijze is een zeer kostbare zaak. Derhalve wordt de mogelijkheid geboden om alternatieve oplossingen in de praktijk te brengen, een en ander naar genoegen en onder voorwaarden van de provincies, die hiertoe ontheffingen kunnen verlenen.

Blijkens persberichten is er verschil van mening ontstaan over de bevoegdheid tot het verlenen van die ontheffingen tussen het I.P.O. en de VNG. De VNG zou deze bevoegdheid aan de gemeenten willen zien overgedragen. Zijn deze berichten juist en zo ja, wat is het standpunt van de staatssecretaris terzake?

Vertrouwende, dat deze vragen tijdig zullen worden beantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over het onderhavige wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie,

Baarda

De griffier van de commissie,

Nieuwenhuizen


XNoot
1

Samenstelling: Talsma (VVD), Baarda (CDA), (voorzitter), Zijlstra (PvdA), Eversdijk (CDA), Hilarides (VVD), Vrisekoop (D66), (plv. voorzitter), Rongen (CDA), Pitstra (GL), Batenburg (AOV), Lodewijks (VVD), van den Berg (SGP), Bierman, Linthorst (PvdA) en Ruers (SP).

Naar boven