nr. 274
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is ter vervanging
van de Effectenvernieuwingswet een regeling op te nemen in het Burgerlijk
Wetboek voor de vervanging van verloren gegane aandeelbewijzen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Na artikel 86c van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt een nieuw artikel
86d ingevoegd, luidende:
Artikel 86d
1. De houder van een bewijs van aandeel aan toonder kan de vennootschap
verzoeken hem een duplicaat te verstrekken van het verloren gegane aandeelbewijs.
2. De houder dient aannemelijk te maken dat het aandeelbewijs is verloren
gegaan, onder vermelding van de identiteit van het betrokken aandeelbewijs.
3. De vennootschap publiceert de aanvraag om een duplicaat in de prijscourant
van een beurs als bedoeld in artikel 86c lid 1 of, indien de aandelen daarin
niet zijn opgenomen, in een landelijk verspreid dagblad.
4. Iedere belanghebbende kan binnen zes weken vanaf de dag na de publicatie
van de aanvraag door een verzoekschrift aan de rechtbank in verzet komen tegen
de verstrekking van het duplicaat.
5. Indien niet tijdig verzet is ingesteld of indien een verzet bij onherroepelijk
geworden uitspraak ongegrond is verklaard, wordt het duplicaat tegen vergoeding
van de kosten verstrekt. Het duplicaat treedt in de plaats van het verloren
gegane aandeelbewijs. Na het verstrekken van een duplicaat kunnen
aan het vervangen bewijs van aandeel geen rechten worden ontleend.
6. Dit artikel is niet van toepassing voorzover de statuten van de vennootschap
voorzien in een regeling ter vervanging van verloren gegane aandeelbewijzen.
ARTIKEL II
1. De Effectenvernieuwingswet wordt ingetrokken.
2. Een aanvraag tot vervanging die is ingediend onder de werking van de
Effectenvernieuwingswet wordt beheerst door de bepalingen van die wet.
ARTIKEL III
Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag van de tweede
kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt
geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie,
De Minister van Financiën,