nr. 70
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat De Nederlandsche Bank N.V.
vanaf het tijdstip waarop Nederland de gemeenschappelijke munt zal aannemen
de Amsterdam Interbank Offered Rate en de vaste voorschotrente niet langer
zal vaststellen, en dat het met het oog op de rechtszekerheid en de continuïteit
van overeenkomsten daarom wenselijk is een voorziening te treffen waardoor
verwijzingen naar de Amsterdam Interbank Offered Rate, of een andere daarmee
vergelijkbare referentierente (die niet langer wordt berekend en gepubliceerd)
uit een staat die lid is van de Europese Unie en die deelneemt aan de derde
fase van de Economische en Monetaire Unie, dan wel de vaste voorschotrente
of het promessedisconto, in bestaande overeenkomsten, statuten en testamenten
van rechtswege kunnen worden vervangen door verwijzingen naar een andere referentierente,
alsmede dat het wenselijk is om de Wet toezicht effectenverkeer 1995 te wijzigen
teneinde de bestaande onzekerheid omtrent de juridische status van bepaalde
vormen van transacties in effecten weg te nemen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
Artikel 1
Onze Minister van Financiën wijst referentierentes aan die in overeenkomsten,
statuten en testamenten waarop het Nederlands recht van toepassing is en waarin
de Amsterdam Interbank Offered Rate of een andere daarmee vergelijkbare referentierente
uit een staat die lid is van de Europese Unie en die deelneemt aan de derde
fase van de Economische en Monetaire Unie als referentierente is opgenomen,
laatstgenoemde referentierentes van rechtswege vervangen vanaf het tijdstip
waarop deze niet meer worden berekend en gepubliceerd, voor zover
de desbetreffende overeenkomsten, statuten en testamenten hierin niet voorzien.
Artikel 2
1. Onze Minister van Financiën wijst referentierentes aan die in
overeenkomsten, statuten en testamenten waarop het Nederlands recht van toepassing
is en waarin de vaste voorschotrente of het hierop gebaseerde promessedisconto
als referentierente is opgenomen, laatstgenoemde referentierentes van rechtswege
vervangen vanaf het tijdstip waarop de vaste voorschotrente niet meer wordt
vastgesteld en gepubliceerd, voor zover de desbetreffende overeenkomsten,
statuten en testamenten hierin niet voorzien.
2. Een aanwijzing als bedoeld in het eerste lid heeft een beperkte werkingsduur
welke in elk geval niet op een later tijdstip eindigt dan op 31 december 2001.
Artikel 3
Vervanging van rechtswege van een overeengekomen referentierente als bedoeld
in de artikelen 1 en 2 vormt geen grond voor gehele of gedeeltelijke ontbinding
van de overeenkomst of wijziging van de gevolgen van de overeenkomst wegens
onvoorziene omstandigheden als bedoeld in artikel 258 van Boek 6 van het Burgerlijk
Wetboek.
Artikel 4
De aanwijzingen van Onze Minister van Financiën, bedoeld in de artikelen
1 en 2, worden bekend gemaakt in de Staatscourant en in een landelijk verspreid
dagblad.
Artikel 5
In de Wet toezicht effectenverkeer 1995 wordt na artikel 2 een nieuw artikel
ingevoegd, luidende:
Artikel 2a
De omstandigheid dat de koper van effecten zich bij de koop heeft verbonden
tot een latere overdracht van een gelijke hoeveelheid effecten van dezelfde
soort aan de verkoper, brengt niet met zich dat die koop, in strijd met artikel
84, derde lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, ten doel heeft de effecten
over te dragen tot zekerheid of de strekking mist de effecten na de overdracht
in het vermogen van de koper te doen vallen, tenzij de effecten na de levering
in handen van de verkoper blijven.
Artikel 6
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1999. Indien het Staatsblad
waarin deze wet wordt geplaatst wordt uitgegeven na 31 december 1998, treedt
zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad
waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij, wat de artikelen 1 tot en met 3
betreft, terug tot en met 1 januari 1999. Artikel 2 vervalt met ingang van
1 januari 2002.
Artikel 7
Deze wet wordt aangehaald als: Wet vervanging referentierentes.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Financiën,