nr. 358
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is enkele aanvullende
regelingen te geven tot wijziging van een aantal wetten met het oog op de
wijziging van de Faillissementswet in verband met de sanering van schulden
van natuurlijke personen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Algemene wet erkenning EG-hoger-onderwijsdiploma's wordt als volgt
gewijzigd:
A. In artikel 7, eerste lid, onderdeel b, wordt «niet in staat van
faillissement heeft verkeerd,» vervangen door: niet in staat van faillissement
heeft verkeerd, noch ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke
personen van toepassing is geweest,.
B. In artikel 7, tweede lid, onderdeel c, wordt «niet in staat van
faillissement heeft verkeerd,» vervangen door: niet in staat van faillissement
heeft verkeerd, noch ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke
personen van toepassing is geweest,.
ARTIKEL II
In artikel 2, tweede lid, van de Advocatenwet wordt na «in staat
van faillissement heeft verkeerd» toegevoegd: , noch ten aanzien van
hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is geweest.
ARTIKEL III
In artikel 6, eerste lid, onderdeel c, van de Wet inzake de wisselkantoren
wordt na «in staat van faillissement is verklaard» toegevoegd:
of ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van
toepassing is verklaard.
ARTIKEL IV
De Wet assurantiebemiddelingsbedrijf wordt als volgt gewijzigd:
A. In artikel 21, tweede lid, onderdeel b, wordt «niet in staat
van faillissement verkeert» vervangen door: niet in staat van faillissement
verkeert en dat ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling niet van toepassing
is.
B. Aan artikel 23, eerste lid, onderdeel d wordt toegevoegd: of ten aanzien
van wie de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is
verklaard.
ARTIKEL V
In artikel 76, eerste lid, van de Wet tegemoetkoming studiekosten wordt
«faillissementsbeslag» vervangen door: beslag ingevolge faillissement
of toepassing van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen.
ARTIKEL VI
De Algemene wet bestuursrecht wordt als volgt gewijzigd:
A. In artikel 4:35, tweede lid, onderdeel b, worden de woorden «surséance
van betaling is verleend» vervangen door: surséance van betaling
is verleend of ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke
personen van toepassing is verklaard.
B. In artikel 8:22, eerste lid, worden de woorden «surséance
van betaling» vervangen door: surséance van betaling of toepassing
van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen.
ARTIKEL VII
Artikel 642r van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering wordt als
volgt gewijzigd:
A. In het vierde lid wordt na «de curator in dat faillissement»
toegevoegd: of, ingeval van toepassing van de schuldsaneringsregeling natuurlijke
personen, door de bewindvoerder.
B. In het vijfde lid wordt na «faillissement» ingevoegd: of
toepassing ten aanzien van hem van de schuldsaneringsregeling natuurlijke
personen.
ARTIKEL VIII
De Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt als volgt gewijzigd:
A. In artikel 75, zevende lid, onderdeel a, wordt «in staat van
faillissement is verklaard of ophoudt werkgever te zijn;» vervangen
door: in staat van faillissement is verklaard of ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling
natuurlijke personen van toepassing is verklaard dan wel de dag waarop hij
ophoudt werkgever te zijn;.
B. In artikel 75b, vijfde lid, wordt «Indien de werkgever in staat
van faillissement is verklaard of ophoudt werkgever te zijn,» vervangen
door: Indien de werkgever in staat van faillissement is verklaard, of indien
ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing
is verklaard, dan wel indien hij ophoudt werkgever te zijn,.
ARTIKEL IX
Het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:
A. In artikel 435, vijfde lid, van Boek 1 wordt «zijn gesteld en
zij die in staat van faillissement verkeren, kunnen niet» vervangen
door: zijn gesteld, zij die in staat van faillissement verkeren en zij ten
aanzien van wie de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing
is, kunnen niet.
B. In artikel 1316 van Boek 8 wordt «artikel 60, tweede lid, eerste
zin, derde lid en vierde lid, van de Faillissementswet» vervangen door:
de artikelen 60, tweede lid, eerste zin, derde lid en vierde lid, en 299b,
derde tot en met vijfde lid, van de Faillissementswet.
ARTIKEL X
Indien het bij koninklijke boodschap van 1 oktober 1993 ingediende voorstel
van wet, houdende inwerkingtreding van en aanpassing van wetgeving aan de
wijziging van de Faillissementswet in verband met de sanering van schulden
van natuurlijke personen (kamerstukken II 1993/94, 23 429), tot wet wordt
verheven, vervallen met ingang van het tijdstip waarop die wet in werking
treedt, van die wet de artikelen I onderdeel B, II onderdeel C, X, XVIII,
XXVII, XXXIII, XLII, LIII en LIV.
ARTIKEL XI
Indien het bij koninklijke boodschap van 28 december 1992 ingediende voorstel
van wet tot wijziging van de Faillissementswet in verband met de sanering
van schulden van natuurlijke personen (kamerstukken II 1992/93, 22 969)
tot wet wordt verheven, wordt met ingang van het tijdstip waarop die wet in
werking treedt, die wet gewijzigd als volgt:
In artikel 292, achtste lid, vervallen de derde en de vierde zin.
ARTIKEL XII
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
ARTIKEL XIII
Deze wet wordt aangehaald als: Tweede invoeringswet schuldsaneringsregeling
natuurlijke personen.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie,