nr. 300
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de bepalingen
omtrent de indexering van de in de Wet op de rechtsbijstand neergelegde inkomensgrenzen
te wijzigen en verder enige andere wijzigingen aan te brengen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet op de rechtsbijstand wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt door een
puntkomma na onderdeel j een nieuw onderdeel k ingevoegd dat luidt als volgt:
k. bijstandsnorm: de bijstandsnorm voor gehuwden, genoemd in artikel 30,
onder c, van de Algemene bijstandswet, verminderd met het overeenkomstig artikel
26, derde lid, van die wet vastgestelde bedrag van de vakantietoeslag.
B
Artikel 19, eerste lid, onder b, komt als volgt te luiden:
b. het verzorgen van verdergaande rechtsbijstand ten vervolge op een spreekuur
overeenkomstig bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen grenzen
of voorwaarden;
C
In artikel 24, tweede lid, vervalt de zinsnede «mede door de verzoeker
ondertekend».
D
In artikel 28 vervalt het derde lid.
E
Artikel 34, eerste lid, wordt vervangen door:
1. Rechtsbijstand overeenkomstig de bepalingen van deze wet wordt verleend
aan hen wier inkomen per maand f 2470 of minder bedraagt, indien zij
alleenstaand zijn, dan wel, indien zij met een of meer anderen een gemeenschappelijke
huishouding voeren, ten hoogste f 3530.
F
Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid, onder a, wordt de zinsnede «voor hen wier inkomen
per maand f 1885 of minder bedraagt» vervangen door: voor hen wier
inkomen per maand niet hoger is dan de bijstandsnorm.
2. In het derde lid, onder b, wordt de zinsnede «voor hen wier inkomen
per maand meer dan f 1885 en ten hoogste f 2080 bedraagt»
vervangen door: voor hen wier inkomen per maand hoger is dan de bijstandsnorm
en ten hoogste f 2080 bedraagt.
3. In het derde lid, onder l, wordt de zinsnede «voor hen wier inkomen
per maand meer dan f 3070 en ten hoogste f 3185 bedraagt»
vervangen door: voor hen wier inkomen per maand meer dan f 3070 en ten
hoogste f 3530 bedraagt.
4. Het vijfde lid komt als volgt te luiden:
5. De in artikel 34 en de in het derde lid van dit artikel genoemde inkomensgrenzen,
met uitzondering van de bijstandsnorm, genoemd onder a en b, alsmede de in
het derde lid van dit artikel genoemde eigen bijdragen worden als volgt aangepast:
a. de inkomensgrenzen worden jaarlijks per 1 januari aangepast met het
percentage waarmee het indexcijfer van de lonen op 31 oktober van het voorgaande
jaar afwijkt van het overeenkomstige indexcijfer op 31 oktober in het daaraan
voorafgaande jaar, met dien verstande dat de te wijzigen bedragen worden afgerond
op het naastliggende veelvoud van f 5;
b. de in het derde lid van dit artikel onder a genoemde eigen bijdrage
wordt jaarlijks per 1 januari aangepast met het percentage waarmee de bijstandsnorm
per 31 oktober daaraan voorafgaand afwijkt van de bijstandsnorm per 31 oktober
van het voorgaande jaar, met dien verstande dat de te wijzigen bedragen worden
afgerond op het naastliggende veelvoud van f 5;
c. de overige in het derde lid van dit artikel genoemde eigen bijdragen
worden jaarlijks per 1 januari aangepast met het percentage waarmee het indexcijfer
van de lonen op 31 oktober van het voorgaande jaar afwijkt van het overeenkomstige
indexcijfer op 31 oktober in het daaraan voorafgaande jaar, met dien verstande
dat de te wijzigen bedragen worden afgerond op het naastliggende veelvoud
van f 5.
5. Onder vernummering van het zesde lid tot achtste lid worden een nieuw
zesde lid en een nieuw zevende lid ingevoegd die luiden als volgt:
6. De in het eerste en derde lid genoemde eigen bijdragen kunnen voorts
bij algemene maatregel van bestuur worden gewijzigd.
7. Bij algemene maatregel van bestuur wordt bepaald wat onder het indexcijfer
van de lonen als bedoeld in het vijfde lid wordt verstaan.
G
In artikel 49 wordt na «artikel 12, derde lid,» ingevoegd:
artikel 19, eerste lid, onder b,
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Justitie,