23 638
Wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 (levering van bouwkavels)

24 703
Wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 (levering van bouwkavels en van gebouwen)

nr. 212e
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 juni 1997

Bijgaand zend ik u een afschrift van een brief die ik heden aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Financiën uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal zond. Onderwerp van de brief is het tijdstip van inwerkingtreding van het wetsvoorstel en de novelle inzake de bouwkavels (Kamerstuknummers 23 638 en 24 703).

Naar ik hoop heb ik u hiermee voldoende ingelicht.

De Staatssecretaris van Financiën,

W. A. F. G. Vermeend

Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Financiën uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 juni 1997

Op 17 juni 1997 zijn door de Eerste Kamer der Staten-Generaal aanvaard de voorstellen van wet tot wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 met Kamerstuknummer 23 638 (levering van bouwkavels) en 24 703 (de novelle inzake de levering van bouwkavels en van gebouwen). Dit betekent dat met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin beide wetten worden geplaatst, de BTW-behandeling van met name onbebouwde maar voor bebouwing bestemde grond (bouwterreinen) wijziging ondergaat. Met ingang van die dag is de levering van onbebouwde grond alleen met BTW belast indien sprak is van de levering van een bouwterrein. Als bouwterrein wordt beschouwd onbebouwde grond:

1. waaraan bewerkingen plaatsvinden of hebben plaatsgevonden;

2. ten aanzien waarvan voorzieningen worden of zijn getroffen die uitsluitend dienstbaar zijn aan de grond;

3. in de omgeving waarvan voorzieningen worden of zijn getroffen; of

4. ter zake waarvan een bouwvergunning is verleend;

met het oog op de bebouwing van de grond.

Ten vervolge op mijn brief aan u van 26 maart 1997 inzake de invoeringstermijn, en ten vervolge ook op hetgeen ik terzake heb toegezegd aan het slot van de memorie van antwoord aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal (Kamerstukken I 1996/97, 24 703, nr. 212c), bericht ik u hierbij dat beide wetten zullen worden gepubliceerd in het Staatsblad van 10 juli 1997. Dit betekent dat zij in werking treden met ingang van 11 juli 1997.

Net als dit het geval was met betrekking tot genoemde brief van 26 maart, stuur ik een afschrift van deze brief aan een aantal belanghebbende organisaties, zodat zij rekening kunnen houden met het tijdstip van inwerkingtreding. Ook de pers zal weer op de gebruikelijke wijze worden ingelicht over deze brief, die daarnaast via internet kan worden ingezien.

Naar ik hoop heb ik u hiermee voldoende ingelicht.

De Staatssecretaris van Financiën,

W. A. F. G. Vermeend

Naar boven