nr. 240a
VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VOLKSHUISVESTING1
Het voorbereidend onderzoek gaf de commissie aanleiding tot het formuleren
van de volgende opmerkingen en vragen.
De leden van de fractie van GroenLinks hadden met weinig enthousiasme
(maar wel met instemming) kennis genomen van de beperkte verbeteringen in
het stelsel van IHS die met dit wetsvoorstel worden beoogd.
Zij vroegen zich af waarom nu juist deze voorstellen in een wettelijke
regeling per 1 juli 1996 worden neergelegd, terwijl er een brede evaluatie
van de totale IHS en een breed debat in de Tweede Kamer daarover heeft plaatsgevonden,
waarbij uit de stemming over de vele moties bleek, dat vele voorstellen tot
verbetering op een politieke meerderheid kunnen rekenen.
Hoe is de prioriteitsstelling geweest ten opzichte van de andere wensen
die in de Tweede Kamer leven?
Spelen budgettaire overwegingen voor het kabinet een rol bij deze prioriteitsstelling?
Kan de regering inzicht geven in de bedragen, die zij wenst uit te trekken
voor verbetering van de IHS? Wil zij daarbij een overzicht van de bedragen
per maatregel verstrekken?
Indien er sprake zou zijn van onvoldoende dekking voor de voorstellen
wordt het dan geen tijd de beperking van de fiscale aftrekbaarheid van de
hypotheekrente in beschouwing te nemen?
Kan aangegeven worden wat de volgende maatregelen zouden opleveren (de
zgn. heffingskorting):
* afschaffing van aftrek over het 60% tarief
* afschaffing van aftrek over het 50% tarief (per maatregel en gesommeerd)?
De voorzitter van de commissie,
Hessing
De griffier van de commissie,
Nieuwenhuizen
XNoot
1Samenstelling: Baarda (CDA), Pit (PvdA), Veling (GPV), Pitstra
(GroenLinks), Luimstra-Albeda (CDA), Werner (CDA), De Beer (VVD), Batenburg
(AOV), Hendriks, Bierman, Wiegel (VVD), Van Heukelum (VVD), Ter Veld (PvdA),
De Wit (SP) en Hessing (D66) (voorzitter).