24 041
Goedkeuring van de op 26 april 1994 te Charleville-Mézières tot stand gekomen Verdragen inzake de bescherming van de Maas respectievelijk de Schelde (Trb. 1994, 149 en 150)

nr. 33a
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 11 december 1995

De regering heeft met belangstelling kennis genomen van de vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD.

Genoemde leden vroegen of de regering met hen van mening is dat de uitvoering van de verklaring van Arles inzake de overstromingsproblematiek het beste ter hand genomen kon worden door de Internationale Commissie voor de bescherming van de Maas, waarbij deze Commissie zowel de kwaliteits- als de kwantiteitsaspecten van het vraagstuk zou moeten onderzoeken, zulks naar analogie van de Internationale Rijncommissie. De regering onderschrijft de voorkeur van de leden van de fractie van de VVD. Ook al is de hoogwaterproblematiek niet met zoveel woorden in het Maasverdrag geregeld, toch hebben de vertegenwoordigers van Nederland, Frankrijk en Vlaanderen in de Internationale Maascommissie bij voortduring aandacht gevraagd voor dit onderwerp.

Een complicerende factor hierbij is dat de bevoegdheid inzake waterkwaliteit- en kwantiteit in Wallonië bij verschillende bewindslieden berust. Inmiddels is op 29 november 1995 in de Internationale Commissie voor de bescherming van de Maas afgesproken, dat, met het oog op de versterking van de internationale samenwerking inzake de hoogwaterproblematiek van de Maas, een technische werkgroep «Hoogwater» zal worden ingesteld die ondersteuning zal ontvangen vanuit het secretariaat van deze commissie. Om formele redenen, verband houdend met het mandaat van de commissie, zal deze werkgroep, op verzoek van de Waalse delegatie, buiten het kader van de commissie blijven.

Overigens wordt er in het ruimtelijke ordeningscircuit al overlegd over de hoogwaterproblematiek. Ook zijn er op initiatief van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen wetenschappelijke initiatieven ontplooid.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

H. A. F. M. O. van Mierlo

Naar boven