Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 juni 2011
De Vaste Commissie voor Infrastructuur en Milieu heeft gevraagd om nadere informatie over de gang van zaken met betrekking
tot de Maasbeveiliging, in bijzonder bij de Zandmaas en de Grensmaas. De brief is aanvullend op de recent aan uw Kamer aangeboden
19e voortgangsrapportage Zandmaas en Grensmaas.
Met de uitvoering van het project Zandmaas en Grensmaas zou oorspronkelijk een hoogwaterbeschermingsniveau van een waterstand
met een overschrijdingskans van 1/250ste per jaargerealiseerd moeten worden. Het is al eerder duidelijk geworden dat, om dit te bereiken, na realisatie van de Maaswerken
nog aanvullende werkzaamheden nodig zijn. Uit eerdere inventarisaties van een aanvullend maatregelenpakket, is er steeds van
uitgegaan dat de Maaswerken conform de huidige scope en planning zou worden uitgevoerd. Bij de uitvoering van de Grensmaas
zijn de afgelopen tijd problemen ontstaan. Door de economische crisis is de vraag naar grind sterk afgenomen. Via de voortgangsrapportage
is dit ook al eerder gemeld.
Vorig jaar heeft dit er toe geleid dat het Consortium Grensmaas heeft besloten de locatie Bosscherveld en Meers te temporiseren.
De Convenantpartners hebben daarmee ingestemd met als uitgangspunt dat de doelstellingen van het project niet in gevaar mogen
komen. Niet lang daarna heeft het Consortium Grensmaas verzocht om overleg met de Convenantpartners over de gevolgen van de
economische crisis en de daaruit voortvloeiende vooruitzichten. In gezamenlijkheid is besloten een extern bureau onderzoek
te laten uitvoeren naar de aard en de omvang van de door het Consortium gemelde problematiek van de verslechterde markt voor
zand en grind en de gevolgen daarvan voor het Grensmaasproject. De conceptrapportage van het onderzoek bevestigt in hoofdlijnen
het door het Consortium geschetste beeld dat zonder maatregelen de uitvoering van het project Grensmaas in gevaar komt.
Al geruime tijd is er intensief overleg tussen de Convenantpartners en het Consortium Grensmaas. Als eerste is het belangrijk
om een gedeeld beeld te krijgen van de omvang van het financiële probleem. Afhankelijk van toekomstige ontwikkelingen ten
aanzien van de grindprijs, de afzetvolumes en de kostenontwikkeling, kan dit beeld sterk uiteenlopen.
De bandbreedte van de problematiek zal mede bepalend zijn voor de aard en de omvang van het oplossingenpakket. Vervolgens
moeten de oplossingen op hun haalbaarheid worden getoetst. De juridische mogelijkheden worden al nu in kaart gebracht. De oplossingen moeten
passen binnen de Europese regels inzake staatssteun en voldoen aan de Europese aanbestedingsregels. De maatregelen moeten
technisch uitvoerbaar zijn, financieel worden doorgerekend en worden bezien op mogelijke effecten op de hoogwaterdoelstelling.
Ook moet het oplossingenpakket voldoende robuust zijn voor de resterende uitvoeringsduur van het project. Ten slotte spelen
omgevingsaspecten een belangrijke rol. Ik kan in deze brief niet ingaan op de verschillende onderdelen van het oplossingenpakket.
Wel heb ik in antwoord op mondelinge vragen van de heer Koopmans de Kamer laten weten dat de winning van extra grind een belangrijke
factor is bij het vinden van een oplossing.
Al deze aspecten maken onverkort doorvoeren van het Grensmaasproject een uiterst complexe opgave waarbij de Convenantpartners
tot zorgvuldige en spoedige besluitvorming moeten komen. Als er onverhoopt geen oplossing voor het Grensmaasdossier zou worden bereikt,
heeft dat grote consequenties. Zowel financieel als voor wat betreft de realisatie van de hoogwaterdoelstelling. Er zal een
aanzienlijke vertraging optreden in de afronding van de Maaswerken.
In het bestuurlijk overleg MIRT op 31 mei jl. heb ik met de provincie Limburg een afspraak gemaakt over de aanpak van de hoogwaterbescherming
in het Maasdal.
Wij willen gezamenlijk als Rijk en regio het waterveiligheidsvraagstuk in de Maasvallei integraal benaderen. Dat geldt voor
de aanpak van het grensmaasdossier, de aanvullende werkzaamheden om een wettelijk beschermingsniveau (bij een waterstand met
een overschrijdingskans van 1/250 per jaar) te bereiken en het gebiedsplan Ooijen-Wanssum. De oplossing van de Grensmaasproblematiek
voor het Rijk heeft de hoogste prioriteit.
Als vervolg op het bestuurlijk overleg MIRT vindt er verder overleg plaats tussen Rijk en regio. Het vinden van een gezamenlijk
gedragen oplossing voor de problematiek zal, zeker gezien de veiligheidsopgave en de financiële situatie, tijd en zorgvuldigheid
vereisen.
De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
J. J. Atsma