Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | 871 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | 871 |
Bent u bekend met het bericht «750 vluchtelingen brengen nacht door in Ter Apel, terwijl plek was voor 275»?1
Wat heeft u sinds de brief die u op 25 augustus 2021 verstuurde, waarin u aangaf het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) te hebben gevraagd in overleg met gemeenten noodopvang in te richten, ondernomen om de druk in Ter Apel te verlichten en te zorgen dat asielzoekers ten allen tijde fatsoenlijk worden opgevangen? Kunt u dit in een korte tijdlijn omschrijven?2
Na het versturen van de brief op 25 augustus jl. hebben de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en ondergetekende op 30 augustus 2021 overleg gehad met de commissarissen van de Koning in hun rol als Rijksheer over de opvangproblematiek bij het COA en de achterstanden bij het uitplaatsen van vergunninghouders. Dit overleg vindt sindsdien ongeveer elke drie weken plaats om de stand van zaken, voorgang en de acties te bespreken ten aanzien van de opgaven rondom het creëren van extra opvangplekken en het versnellen van huisvesting van vergunninghouders in gemeenten.
Op 18 oktober jl. is de acute opvangproblematiek ook besproken in het Veiligheidsberaad. In het antwoord op vraag 3 wordt nader ingegaan op hetgeen tijdens dit beraad is besproken.
Op 20 oktober jl. heeft de voorzitter van de veiligheidsregio Groningen een bijstandsverzoek gedaan op grond van artikel 51 Wet veiligheidsregio’s. In reactie hierop heeft het kabinet de commissarissen van de Koning op 22 oktober jl. verzocht om op korte termijn per provincie 100 extra opvangplekken te realiseren en exploiteren om Ter Apel te ontlasten. In het antwoord op vraag 4 wordt nader ingegaan op de acties die naar aanleiding van dit bijstandsverzoek zijn ingezet.
Daarnaast hebben leden van het Kabinet, het COA, medewerkers vanuit de Ministeries van Justitie en Veiligheid en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) en ikzelf in de afgelopen periode veel bilaterale contacten gehad met provincies, gemeenten en andere betrokken partijen, zoals Defensie en woningcorporaties, om extra opvangplekken te realiseren en de huisvesting van vergunninghouders naar gemeenten te versnellen. Dit heeft tot nu toe geleid tot de realisatie van 6.500 extra, veelal tijdelijke, opvangplekken en worden er verschillende defensielocaties ingezet voor de opvang van (Afghaanse) asielzoekers. Daarnaast zijn er tussen 1 juli en 1 november van dit jaar ruim 7.500 vergunninghouders gehuisvest in gemeenten. Ook ondersteunen het Ministerie van BZK en het RVB gemeenten bij het beschikbaar maken van grond of woningen voor bewoning van vergunninghouders. Echter, heeft dit wat langer de tijd nodig om te renderen. Tot slot, wordt ingezet op het tijdelijk bieden van onderdak aan vergunninghouders via de hotel- en accommodatieregeling. Deze regeling, die per 5 november jl. operationeel is, geeft gemeenten de mogelijkheid de aan hen gekoppelde vergunninghouders tijdelijk onderdak aan te bieden in hotels en andersoortige accommodaties binnen de gemeentegrenzen, terwijl zij verder werken aan het vinden van (definitieve of tijdelijke) huisvesting.
Klopt het, dat in het Veiligheidsberaad van maandag 18 oktober 2021 is besloten, dat op korte termijn tussen de 800 en 1.500 slaapplekken bij moesten komen? Zo ja, welke acties zijn na afloop van dat beraad in gang gezet om die doelstelling te realiseren, en waarom heeft dit niet kunnen voorkomen dat in Ter Apel honderden mensen boven de maximale capaciteit verblijven?
Tijdens het Veiligheidsberaad op 18 oktober jl. is de veiligheidsregio’s verzocht om opties aan te leveren om op korte termijn 1.500 extra opvangplekken te kunnen realiseren. In het Veiligheidsberaad is hierop door een aantal regio’s de bereidheid uitgesproken hiermee aan de slag te gaan. Dit heeft tot een aantal nieuwe mogelijke opties geleid om opvanglocaties te realiseren die door het COA zijn onderzocht. De door de veiligheidsregio’s aangedragen opties zijn echter niet van dien aard dat hier op korte termijn extra opvangplekken gerealiseerd kunnen worden.
Heeft u overwogen een crisismaatregel te treffen voor het inrichten van extra slaapplekken om de overbezetting in Ter Apel direct te verhelpen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom heeft dit niet tot resultaat geleid?
Op 20 oktober jl. heeft de voorzitter van de veiligheidsregio Groningen een bijstandsverzoek gedaan op grond van artikel 51 Wet veiligheidsregio’s. In reactie hierop heeft het kabinet de commissarissen van de Koning op 22 oktober jl. verzocht om op korte termijn per provincie 100 extra opvangplekken te realiseren en exploiteren om Ter Apel te ontlasten. Dit verzoek heeft geresulteerd in bijna 700 extra opvangplekken. Vanuit het kabinet is veel waardering voor de provincies die aan deze oproep gehoor hebben gegeven.
Op 26 oktober jl. is met de commissarissen van de Koning in hun rol als Rijksheer geconcludeerd dat, ondanks dat de problematiek niet volledig is opgelost, de reguliere governance van Landelijke en Provinciale Regietafels weer aan zet is om deze opgave aan te pakken. Dit is tijdens de Landelijke Regietafel van 3 november jl. bevestigd. Daarmee is in gezamenlijkheid besloten dat het bijstandsverzoek van 20 oktober jl. afgehandeld. Wel blijft de situatie ten aanzien van de asielopvang in het algemeen, en Ter Apel in het bijzonder, grote aandacht van het kabinet behouden. Door veel partijen wordt hard gewerkt om de opvangproblematiek het hoofd te bieden en de situatie ten aanzien van aanmeldcentrum Ter Apel structureel te verbeteren.
Ontkent u dat door te strakke budgettering en het daarmee gepaard gaande snelle afschalen van de asielopvang na 2016 een wezenlijke factor zijn in de noodsituatie die nu is ontstaan? Zo ja, waarom? Zo nee, bent u bereid te kijken naar de optie in de toekomst een grotere buffercapaciteit aan opvangcapaciteit aan te houden?
De huidige opvangproblematiek heeft andere oorzaken dan die in 2015/2016. In 2015/2016 werd de problematiek veroorzaakt door een hoge asielinstroom. Op dit moment speelt naast een hogere asielinstroom dan verwacht ook een achterstand in het uitplaatsen van vergunninghouders naar gemeenten mee en zijn er, als gevolg van het opheffen van COVID-beperkende maatregelen, in korte tijd veel nareizigers in het kader van gezinshereniging Nederland binnengekomen. Het oplossen van deze problematiek ligt daarmee niet enkel in het vergroten van de opvangcapaciteit, maar ook in het versnellen van het huisvesten van vergunninghouders in gemeenten.
Daarnaast heeft het COA de afgelopen jaren doorlopend geprobeerd om het aantal beschikbare opvangplekken aan te laten sluiten bij de capaciteitsprognose. Met dat doel zijn de leden van de Landelijke Regietafel Migratie en Integratie (LRT) in november 2019 al gevraagd om extra opvanglocaties en het verlengen van aflopende locaties. Dit laatste is goed gelukt, het eerste niet.
Sinds dit jaar zijn er middelen beschikbaar om reservecapaciteit aan te houden. Op de langere termijn gaat het om ongeveer 2.000 opvangplekken. Voor een geleidelijke toename van het aantal asielzoekers in de opvang kan reservecapaciteit helpen om de groei op te vangen. Ook bij een afname van het aantal asielzoekers kunnen middelen ten behoeve van reservecapaciteit helpen om locaties niet meteen af te stoten, maar aan te houden als reservecapaciteit.
Vanaf wanneer was u bekend en duidelijk dat het stokken van de doorstroom van statushouders naar huisvesting in gemeenten dit najaar een aanzienlijke extra druk op de opvangcapaciteit zou leggen?
Vanaf wanneer was u bekend en duidelijk dat de crisis in Afghanistan en de nareis aan de hand van de door de IND-taskforce afgehandelde vertraagde zaken dit najaar een aanzienlijke extra druk op de opvangcapaciteit zou leggen?
Gemeenten hebben al langer moeite met het volledig realiseren van de taakstelling vergunninghouders. Bij gemeenten en provincies vraag ik dan al langere tijd aandacht voor dit onderwerp, omdat het langer dan de overeengekomen veertien weken verblijven in de asielopvang van vergunninghouders capaciteitsdruk oplevert bij het COA.
Met het toenemen van de asielinstroom en het grotere aantal nereizigers dat naar Nederland kwam en het achterblijven van de uitstroom van vergunninghouders naar gemeenten, nam de bezetting in de COA-opvang vanaf mei 2021 geleidelijk toe. In de zomer werd duidelijk dat op korte termijn extra inzet nodig was. Zeker in combinatie met de komst van de Afghaanse evacués. Hierop heb ik, samen met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, op 24 augustus jl. een brief gestuurd aan de commissarissen van de Koning, gedeputeerden, burgemeesters en wethouders om aandacht te vragen voor de nijpende situatie bij het COA en op te roepen om extra opvangplekken te realiseren of om huisvesting van vergunninghouders in gemeenten te versnellen.
Kunt u de beslisnotities en/of andere achterliggende stukken die zijn gebruikt voor het opstellen van de Meerjarige Productie Prognose (MPP) en het daaraan gekoppelde capaciteitsbesluit van voorjaar 2021 aan de Kamer zenden? Zo nee, waarom niet?
Zoals ik ook in de beleidsreactie op de WODC-rapportage «Governance Meerjaren Productie Prognose» van 12 juli jl. heb aangegeven vergroot het openbaar stellen van de MPP niet alleen de onderlinge kennisuitwisseling van de betrokken partners van de migratieketen, maar maakt het de MPP ook toegankelijker voor externe partijen. In het jaar 2022 worden de mogelijkheden voor openbaarstelling in kaart gebracht en een besluit gemaakt.
Het capaciteitsbesluit van het COA wordt reeds gepubliceerd op de website van het COA.
Welke maatregelen neemt u op korte termijn om te kunnen garanderen dat in de u resterende ambtstermijn geen asielzoeker meer op een stoel of een stuk karton hoeft te slapen?
Zoals in het antwoord op vraag 2 ook al aangegeven zijn het COA, het Ministerie BZK, het RVB en ikzelf doorlopend in gesprek met provincies, gemeenten en andere betrokken partijen over het realiseren van extra opvangplekken en het versnellen van het huisvesten van vergunninghouders in gemeenten. Daarnaast worden verschillende defensielocaties ingezet om (Afghaanse) asielzoekers op te vangen. Dit om te borgen dat asielzoekers die naar Nederland komen op een adequate manier kunnen worden opgevangen.
Hoeveel alleenstaande kinderen verblijven momenteel in de noodopvang of de crisisnoodopvang?
In principe verblijven er geen alleenstaande kinderen in noodopvanglocaties tussen volwassenen. Er is nu geen sprake van crisisnoodopvang.
Hoeveel alleenstaande kinderen hebben momenteel geen voogd toegewezen gekregen, geen toegang tot onderwijs en/of geen toegang tot adequate zorg?
Alle amv’s krijgen een voogd toegewezen. Binnen drie maanden na aankomst in Nederland hebben kinderen recht op onderwijs. Dit recht is ook voor amv’s geborgd. Daarnaast hebben alle amv’s toegang tot de adequate zorg.
Zorg is voor Nidos wel de begeleide amv’s (Bama’s). Deze jongeren komen met volwassen familieleden of bekenden Nederland binnen en worden met deze volwassenen doorgeplaatst naar noodopvangvoorzieningen. Zij zijn via Ter Apel niet direct in beeld bij Nidos. Ook voor hen moet er in de voogdij worden voorzien aangezien zij zonder ouders Nederland zijn binnengekomen.
Welke maatregelen neemt u om te garanderen dat de capaciteit voor opvang van alleenstaande kinderen op zeer korte termijn dusdanig wordt vergroot, dat geen alleenstaande kinderen meer in (crisis)noodopvang hoeven te worden geplaatst?
Sinds eind augustus zoeken zowel Nidos als COA via alle beschikbare kanalen naar uitbreiding van opvangplekken voor amv’s. Er zijn oproepen gedaan aan gemeenten, provincies en woningbouwcorporaties. Daarnaast hebben COA en Nidos (jeugd)zorginstellingen benaderd middels een schriftelijke oproep via Jeugdzorg Nederland en andere brancheorganisaties. Deze acties hebben vooralsnog helaas tot onvoldoende nieuwe opvangplekken geleid, zowel voor het COA als Nidos.
Het COA heeft momenteel onvoldoende plekken binnen de specifieke amv-opvang. Via een aantal maatregelen is er binnen de reguliere opvang toch aparte tijdelijke opvang voor amv’s gecreëerd. Daarnaast is aan gemeenten en provincies dringend hulp gevraagd bij het realiseren van extra opvangplekken. Die gevraagde opvangplekken zijn er op dit moment echter nog niet en dit leidt tot een acuut tekort, dat in het bijzonder drukt op de Centrale opvanglocatie voor amv’s in Ter Apel. Omdat deze druk raakt aan de veiligheid en leefbaarheid op deze locatie, heb ik in overleg met COA en Nidos besloten eenmalig alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) die de leeftijd van 17,5 jaar hebben bereikt en op peildatum 1 november door het COA worden opgevangen versneld door te laten stromen naar reguliere opvanglocaties voor meerderjarigen. Ik heb begrip voor de zorg die Nidos nadrukkelijk heeft uitgesproken vanuit haar taak als wettelijk vertegenwoordiger over de gevolgen die deze stap heeft voor de betreffende groep amv’s. Echter ook voor Nidos is het duidelijk dat er op dit moment geen andere optie voorhanden is. Voor de komende periode zal gefaseerd gekeken worden of de noodzaak tot uitvoering van dit besluit er voor de gehele groep nog steeds is. Dit is uiteraard afhankelijk van de beschikbare opvang.
Kunt u aangeven op welke wijze u de mogelijke inrichting van opvang voor Alleenstaande Minderjarige Vreemdelingen (AMV) in een voormalige gevangenis in Zoetermeer kindvriendelijk denkt te kunnen realiseren?
Het is op dit moment is de inzet van de voormalige gevangenis in Zoetermeer niet concreet uitgewerkt.
Kunt u deze vragen, gelet op de noodsituatie in de opvang momenteel, uiterlijk vrijdag 29 oktober beantwoorden?
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20212022-871.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.