Vragen van het lid Kooiman (SP) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over medicijngebruik
bij de politie (ingezonden 22 november 2013).
Antwoord van Minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 18 december 2013)
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 782
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat veel politiemensen sufmakers slikken gedurende
werktijd?1
Antwoord 1
In het bericht wordt gerefereerd aan het onderzoek «PTSS bij de politie – een beter
beeld. 16 jaar politiepoli, 1.000 gebruikers.» Tijdens het Algemeen Overleg op 26 juni
jongstleden heb ik een aantal bevindingen van het onderzoek met uw Kamer gedeeld.
Het betreft een dossieronderzoek naar 967 dossiers van politiemedewerkers die zich
in de periode van 1995 tot en met 2012 bij de politiepoli van het Academisch Medisch
Centrum in Amsterdam hebben gemeld met verschijnselen van PTSS. Uit het dossieronderzoek
blijkt dat bij 566 politiemedewerkers de diagnose PTSS is vastgesteld. Van deze groep
is na behandeling in 96 procent van de gevallen niet meer de diagnose PTSS vastgesteld.
Wel had een gedeelte van deze groep last van restklachten als concentratieproblemen.
Uit het onderzoek blijkt verder dat ongeveer een derde van de onderzochte medewerkers
medicijnen gebruikte. Dit varieert van ontstekingsremmende pijnstillers,medicatie
tegen suikerziekte tot antidepressiva.
Op basis van de gegevens uit het onderzoek concludeer ik dat het bericht de conclusies
van het onderzoek onjuist weergeeft.
Vraag 2, 3 en 4
In hoeverre heeft u goed zicht op medicijngebruik bij de politie? Klopt het dat zo’n
4.000 agenten kampen met symptomen van een posttraumatische stress stoornis (PTSS)
en dat 1.000 agenten van die groep anti-depressivapillen en slaapmiddelen slikken?
Is bij de leiding op de werkvloer bekend welke agenten medicijnen slikken die van
invloed kunnen zijn op de werkzaamheden? Zo ja, hoe wordt dit bijgehouden? Zo nee,
waarom niet en hoe gaat u ervoor zorgen dat hier beter zicht op komt?
Worden agenten die medicijnen slikken ingezet voor werkzaamheden waar dit een gevaar
voor henzelf of omstanders kan opleveren, bijvoorbeeld in de nooddienst? Zo ja, waarom,
welke risico’s brengt dit met zich mee en acht u dit acceptabel? Zo nee, waar worden
deze agenten binnen de politie dan aan het werk gezet?
Antwoord 2, 3 en 4
Er zijn mij geen onderzoeken bekend waaruit blijkt dat 4.000 politiemedewerkers kampen
met symptomen van PTSS en dat 1.000 daarvan anti-depressivapillen en slaapmiddelen
slikken.
In reactie op de suggestie om meer (algemeen) zicht te bewerkstelligen en houden op
medicijngebruik onder agenten is van belang te beseffen dat het medicijngebruik van
iedere individuele Nederlander valt onder het medisch beroepsgeheim. Dat geldt ook
voor politiemedewerkers. Het beroepsgeheim kan enkel in zeer uitzonderlijke gevallen,
zoals een vermoeden van kindermishandeling of ter voorkoming van een zeer ernstig
strafbaar feit, opzij worden gezet.
Zoals aangegeven in de beantwoording van vraag 1, gebruiken politiemedewerkers medicijnen
voor een veelheid aan aandoeningen. Slechts een klein aantal van die medicijnen heeft
dusdanige gevolgen, dat hierdoor de uitvoering van werkzaamheden negatief zou kunnen
worden beïnvloed.
Wanneer er sprake is van medicijngebruik wat de uitvoering van de werkzaamheden negatief
kan beïnvloeden, is het de verantwoordelijkheid van de agent in kwestie en zijn/haar
leidinggevende om met betrokkenheid van de bedrijfsarts te besluiten tot aangepaste
werkzaamheden of, in het uiterste geval, tot ziekteverlof.
Vraag 5
Deelt u de mening dat agenten met verschijnselen van PTSS snel geholpen moeten worden?
Zo ja, hoe gaat u uw aanpak van PTSS versterken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Met u ben ik van mening dat politiemedewerkers met verschijnselen van PTSS snel geholpen
moeten worden. Gelet op de aard van de werkzaamheden is er dan ook bijzondere aandacht
voor de psychosociale gesteldheid van de politiemedewerkers. Hiervoor zijn in alle
eenheden bedrijfsartsen en andere hulpverleners beschikbaar. Wanneer de bedrijfsarts
bij een medewerker een PTSS vermoedt, wordt de medewerker doorverwezen naar gespecialiseerde
behandelaars.
Daarnaast worden op dit moment maatregelen genomen in het kader van de versterking
van de weerbaarheid en de Circulaire PTSS Politie.
Vraag 6
Kunt u aangeven hoe het meldpunt PTSS momenteel functioneert? Hoeveel zaken heeft
het nu in behandeling en hoeveel zaken wachten nog op behandeling?
Antwoord 6
Inmiddels zijn 40 zaken afgehandeld en worden 295 andere zaken voorgelegd aan de adviescommissie
PTSS Politie. De commissie is in de afgelopen maanden bezig geweest met het maken
van een protocol met daarin een beoordelingskader. Dit protocol is eind november jongstleden
door het CGOP vastgesteld.
X Noot
1Metro, 21 november 2013