Blad gemeenschappelijke regeling van Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland | Blad gemeenschappelijke regeling 2025, 222 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland | Blad gemeenschappelijke regeling 2025, 222 | beleidsregel |
Nota reserves en voorzieningen 2024 Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland
Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is bepalend bij het vaststellen van beleid ten aanzien van de reserves en voorzieningen. Gemeenschappelijke regelingen vallen ook onder het BBV. In het BBV zijn de regels opgenomen op basis waarvan gemeenten hun begroting en jaarrekening moeten opstellen. Dit betreft ook regels op het terrein van reserves en voorzieningen. Zo dient in de begroting en jaarrekening een beeld te worden geschetst van de ontwikkeling van de reserves en voorzieningen in het komende respectievelijk afgelopen jaar.
Het beperken van de reserves en voorzieningen bevordert de inzichtelijkheid in de financiële positie van de organisatie. Als het gaat om het realiseren van een bepaald beleidsdoel, loopt dit zoveel mogelijk via de exploitatie. Daar vindt ook de integrale afweging plaats. Er wordt daarom een "nee, tenzij" beleid aangehouden ten aanzien van instellen van nieuwe reserves en voorzieningen. Dat betekent dat nieuwe reserves en voorzieningen niet ingesteld worden tenzij er een substantieel financieel belang bestaat. Dit belang dient bij voorstellen tot nieuwe reserves en voorzieningen onderbouwd te worden onderbouwd, rekening houdend met het in deze nota beschreven beleid en voorwaarden.
Reserves vormen het eigen vermogen van de VrAA. In de balans wordt het onderscheid gemaakt tussen:
De algemene reserve is een reserve zonder een specifiek benoemd bestedingsdoel. De algemene reserve vormt de weerstandscapaciteit van de VrAA om algemene risico's op te vangen. Dit is verder toegelicht in de nota Weerstandsvermogen & Risicomanagement.
Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan het AB een bepaalde bestemming heeft gegeven. Een bestemmingsreserve heeft een tijdelijk karakter.
3. Criteria voor het instellen van reserves en voorzieningen
Om te voorkomen dat onnodig middelen worden vastgelegd waarvoor een andere bestemming mogelijk is, moeten goede gronden aanwezig zijn om een reserve of voorziening in te stellen of in stand te houden. Aan de andere kant moet er ook voor worden gewaakt dat de begrotingspositie van de organisatie, door financiële risico's waarvoor geen buffer is gevormd, wordt aangetast. De omvang van de reserves en voorzieningen moet daarom worden afgestemd op het doel en het plan dat er mee gediend moet worden c.q. op de omvang van de risico's dan wel de verplichtingen en/of verliezen die er door moeten worden afgedekt.
Om het budgetrecht van het algemeen bestuur op het terrein van de reserves en voorzieningen tot zijn recht te laten komen zal het instellen van reserves en voorzieningen bij afzonderlijk besluit van het algemeen bestuur (apart beslispunt) plaatsvinden.
Het instellen van een (bestemmings)reserve vindt plaats bij besluit door het algemeen bestuur. In het besluit wordt het volgende aangegeven:
Het instellen van voorzieningen vindt plaats op grond van criteria genoemd in het BBV. Dit betekent dat noodzakelijk te vormen voorzieningen ook daadwerkelijk gevormd moeten worden.
Voorzieningen ter egalisatie van lasten van groot onderhoud worden uitsluitend bij besluit algemeen bestuur ingesteld, omdat aan dergelijke voorzieningen beleidskeuzes ten grondslag liggen (bijvoorbeeld ten aanzien van het onderhouds- en kwaliteitsniveau). Per voorziening kunnen de beleidskeuzes verschillen. Het algemeen bestuur stelt jaarlijks budget beschikbaar om de betreffende kwaliteitsniveaus te kunnen handhaven. De door het algemeen bestuur genomen beleidskeuzes komen tot uitdrukking in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen.
In het besluit wordt het volgende aangegeven:
4. Criteria voor het muteren van reserves en voorzieningen
De besluitvorming over mutaties op reserves is anders dan de besluitvorming over mutaties op
voorzieningen. Voor de reserves ligt het mandaat altijd bij het algemeen bestuur. Voor de voorzieningen is de mutatie afhankelijk van het doel waarvoor de voorziening is gevormd.
Alle stortingen in en onttrekkingen aan reserves vereisen goedkeuring van het algemeen bestuur. Het rechtstreeks verantwoorden van uitgaven op reserves is niet toegestaan. Deze uitgaven behoren als last op het betreffende programma(deel) te worden verantwoord. Hiertegenover staat dan een onttrekking aan de reserve. Uitzondering hierop betreft de resultaatbestemming uit het vorige boekjaar. Deze mutaties worden wel rechtstreeks op de betreffende reserves verantwoord.
Het goedkeuren van mutaties op reserves door het algemeen bestuur gebeurt op de volgende wijze:
In specifieke gevallen kan het algemeen bestuur aan het dagelijks bestuur de bevoegdheid delegeren om de hoogte van bepaalde bestemmingsreserves per balansdatum in overeenstemming te brengen met de onderliggende verplichtingen.
Het muteren van de reserves vindt op de volgende wijze plaats:
Voor toevoegingen aan en onttrekkingen uit voorzieningen gelden de volgende spelregels:
Indien een voorziening, die gevormd is ter gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren (bijv. een voorziening voor groot onderhoud) hoger of lager is dan benodigd voor de achterliggende verplichtingen dan dient een vrijval of een storting in de voorziening plaats te vinden. Hiervoor is geen besluit algemeen bestuur nodig.
4.3 Wijzigen doel of bestemming reserves en voorzieningen
Het algemeen bestuur is te allen tijde bevoegd het doel of de bestemming van een (bestemmings-) reserves te wijzigen. Voor een dergelijke wijziging is een apart besluit nodig. Het doel van een voorziening kan niet wijzigen, gegeven het verplichtende karakter hiervan.
Bijlage 1 Onderscheid reserves en voorzieningen
De wettelijke bepalingen over reserves en voorzieningen zijn vastgelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV), artikelen 41 tot en met 45. Het kenmerkende onderscheid tussen reserves en voorzieningen is als volgt:
In deze begrippenlijst wordt aangesloten bij definities en begripsomschrijvingen in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV).
Reserves zijn bestanddelen van het eigen vermogen die in beginsel worden gevormd uit het resultaat van de exploitatie, het saldo van de baten en lasten. Reserves worden onderscheiden naar de algemene reserve en de bestemmingsreserves en kunnen worden ingezet voor verschillende functies: dekking, financiering, buffer en egalisatie. Het algemeen bestuur is bevoegd om reserves in te stellen, om de bestemming van reserves te wijzigen dan wel reserves op te heffen. Reserves kunnen volgens een vaste periodiciteit worden gevoed of worden ingezet. Bij de begroting en meerjarenraming worden dan planmatig middelen aan een reserve toegevoegd of uit een reserve onttrokken.
De algemene reserve is bedoeld als een buffer voor het opvangen van exploitatietekorten en onvoorziene incidentele risico's (alle risico's waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie). De algemene reserve heeft een permanent karakter, de omvang hangt mede af van het benodigde weerstandsvermogen
Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan het Algemeen Bestuur een bepaalde bestemming heeft gegeven.
Het eigen vermogen bestaat uit de reserves en het gerealiseerde resultaat volgend uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening. Het gerealiseerde resultaat wordt afzonderlijk opgenomen als onderdeel van het eigen vermogen.
Effect van onzekerheid op (het behalen van) doelstellingen.
Risicobeheersing (risicomanagement)
De gecoördineerde activiteiten om een organisatie te sturen en te beheersen met betrekking tot risico's.
Zijnde de middelen en mogelijkheden waarover de VrAA beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken.
Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en alle risico's waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie.
Voorzieningen worden gevormd wegens:
Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen verkregen vanuit de EU en overheid. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2025-222.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.