Wijzigingen CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s

Aan het Dagelijks Bestuur wordt gevraagd:

• 1) De LOAV-circulaires 23/03 (Lbr. 23-07) per 1 januari 2024 en 23/04 (Lbr. 23-10) met terugwerkende kracht per 1 oktober 2023 vast te stellen of op de in het artikel aangegeven datum.

• 2) Het Algemeen Bestuur hierover te informeren

Bijlage 1 bij LOAV-circulaire 23/03, CAR-tekst per 1 januari 2024

Bijlage 1 CAR-tekst per 1 januari 2024

A. Opgenomen wordt een nieuw artikel 2:9 luidende als volgt:

Artikel 2:9 Tijdelijke Regeling voor Vervroegd Uittreden (RVU)

• 1. De ambtenaar die deel wil nemen aan de RVU wordt op zijn verzoek ontslag verleend mits hij

  • a. voor 1 januari 2029 de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt,

  • b. op het moment van deelname minimaal 40 dienstjaren heeft als bedoeld in artikel 3:19, waarvan minimaal 10 jaar bij de veiligheidsregio of diens rechtsvoorganger en

  • c. geen ambtenaar is als bedoeld in hoofdstuk 9b of 9f.

• 2. Het bestuur legt de afspraak over deelname aan de RVU uiterlijk op 31 december 2025 vast in een besluit aangevuld met een vaststellingsovereenkomst waarin de ambtenaar verklaart geen WW- of WIA-uitkering aan te vragen.

• 3. Deelname aan de RVU kan voor maximaal 24 maanden en gaat in direct voorafgaand aan het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.

• 4. De RVU-uitkering stopt op de datum dat de ambtenaar de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt.

• 5. Tijdens deelname aan de RVU bestaat aanspraak op een maandelijkse uitkering ter hoogte de fiscale drempelvrijstelling voor de RVU. Bij een deeltijd dienstverband wordt de maandelijkse uitkering naar rato vastgesteld.

• 6. Indien de ambtenaar overlijdt tijdens deelname aan de RVU stopt de uitkering en wordt aan de nabestaanden een uitkering verstrekt ter hoogte van driemaal de uitkering als genoemd onder lid 5.

B. Opgenomen wordt een nieuwe paragraaf 5 in hoofdstuk 4:

5 Regeling ontheffing nachtdiensten

Artikel 4:10 Werkingssfeer

Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar die minimaal 10 jaar heeft gewerkt in een rooster met nachtdiensten binnen het meldkamerdomein van de Veiligheidsregio’s, Ambulance of Politie of in 24-uursdiensten bij een Veiligheidsregio of diens rechtsvoorganger.

Artikel 4:11 Begripsbepaling

Deze paragraaf verstaat onder nachtdienst een dienst die uren bevat gelegen tussen 00.00 uur en 06.00 uur

Artikel 4:12 Ontheffing

• 1. Ontheffing van het werken in nachtdiensten op verzoek van de ambtenaar gaat niet eerder in dan met ingang van de eerste dag van de maand volgend op de dag van het bereiken van de leeftijd als hieronder aangegeven:

  • a. in 2024 vanaf de leeftijd van 60 jaar;

  • b. in 2025 vanaf de leeftijd van 59 jaar;

  • c. in 2026 vanaf de leeftijd van 58 jaar en

  • d. in 2027 vanaf de leeftijd van 57 jaar.

• 2. De ambtenaar dient zijn verzoek tot gehele of gedeeltelijke ontheffing van nachtdiensten in uiterlijk 6 maanden voorafgaand aan de gewenste ingangsdatum.

02-06-2023 Aanpassingen CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s

Brief aan de de veiligheidsregio's t.a.v. het bestuur van 2 juni 2023, Lbr . 23/04, LOAV 23/02

Met deze brief informeren wij u over een aantal (technische) aanpassingen in de CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s. De aanpassingen zijn respectievelijk het gevolg van het wegval-len van de werkingskracht en het corrigeren van een tweetal omissies.

De aanpassingen komen voort uit overleg met de vertegenwoordigers van het Landelijk Overleg Arbeidsvoorwaarden Veiligheidsregio’s (LOAV). De wijzigingen gelden niet voor het personeel in dienst van de veiligheidsregio’s die onder de werkingssfeer van een cao vallen, bijvoorbeeld ambulancepersoneel.

Geachte leden,

Met deze brief informeren wij u over een aantal (technische) aanpassingen in de CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s. De aanpassingen zijn respectievelijk het gevolg van het wegvallen van de werkingskracht en het corrigeren van een tweetal omissies.

De aanpassingen komen voort uit overleg met de vertegenwoordigers van het Landelijk Overleg Arbeidsvoorwaarden Veiligheidsregio’s (LOAV). De wijzigingen gelden niet voor het personeel in dienst van de veiligheidsregio’s die onder de werkingssfeer van een cao vallen, bijvoorbeeld ambulancepersoneel.

In deze brief volgt een nadere toelichting over:

• 1. Aanpassing artikel 3:28.

• 2. Aanpassing artikel 6:13.

• 3. Herinvoering hoofdstuk 10c.

1. Aanpassing van artikel 3:28

Overeengekomen is de minimumbedragen betreffende het Individueel Keuzebudget (IKB) zoals genoemd in artikel 3:28 tweede lid te laten vervallen.

Toelichting

Sinds 2022 kent de CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s een minimumsalaris van € 14,- per uur, dat is € 2.184,- per maand. Vanwege dit minimumsalaris is de werkingskracht van de opgenomen minimumbedragen wegvallen en derhalve een ‘dode letter’.

2. Aanpassing van artikel 6:13

In het nieuwe artikel 6:13 lid 4 van de CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s, geldend vanaf 1 juni 2023, staat dat artikel 6.9 in zijn geheel niet geldt voor onbetaald Wazo-verlof. Echter lid 14 van artikel 6.9 lid 14 geldt wel voor onbetaald Wazo-verlof. Overeengekomen is deze omissie te herstellen.

Toelichting

Bij onbetaald verlof vermindert de duur van de vakantie naar omvang van het onbetaald verlof. Dit geldt ook voor onbetaald Wazo-verlof. In het arbeidsvoorwaardenakkoord 2023 e.v. zijn expliciet afspraken gemaakt over verlofopbouw tijdens betaald ouderschapsverlof, dan blijft de verlofopbouw ongewijzigd. Deze afspraak is niet gemaakt over onbetaald Wazo-verlof, derhalve vindt geen verlofopbouw plaats over onbetaald Wazo-verlof. Het nieuwe artikel 6:13 dat geldt vanaf 1 juni 2023 is de technische uitwerking van het arbeidsvoorwaardenakkoord 2023 e.v..

3. Herinvoering hoofdstuk 10c

Tijdens het schonen van de CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s in december 2022 (operatie stofkam) is per abuis hoofdstuk 10c verwijderd. Overeengekomen is de omissie te herstellen en hoofdstuk 10c met terugwerkende kracht op te nemen in de CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s en conform de LOAV-circulaire van d.d. 15 december 2022 met het kenmerk LOAV 22/10 Lbr. 22/17 aan te passen aan de structuur en terminologie van de veiligheidsregio’s.

Toelichting

Op 1 juli 2015 is de Wet werk en zekerheid in werking getreden. Deze wet heeft met ingang van 1 januari 2016 een aantal versoberingen in de Werkloosheidswet (WW) aangebracht, namelijk een vertraagde WW-opbouw en een verkorting van de maximale duur van de WW-uitkering.

De vertraagde WW-opbouw houdt in dat medewerkers over de eerste 10 jaar van hun loopbaan per gewerkt kalenderjaar 1 maand WW opbouwen, en daarna per gewerkt kalenderjaar een halve maand WW opbouwen. Voorheen werd over alle gewerkte kalenderjaren 1 maand WW opgebouwd. Alle kalenderjaren vóór 1 januari 2016 blijven voor 1 maand meetellen, ook na meer dan 10 jaar arbeidsverleden.

De maximale duur van de WW-uitkering is geleidelijk teruggebracht van 38 naar 24 maanden. Dit gebeurt met 1 maand per verstreken kalenderkwartaal. Vanaf 1 januari 2016 was de maximale duur nog 37 maanden, per 1 april 2016 nog 36 maanden en zo verder. Sinds 1 april 2019 is de WW-duur daardoor nog maximaal 24 maanden.

In de Cao Gemeenten 2016 –2017 is afgesproken om de WW-versoberingen in opbouw en duur te repareren. De reparatie-uitkering is een aanvulling op de WW-uitkering zodat de ‘nieuwe’ werkloosheidsuitkering dezelfde omvang heeft in opbouw en duur zoals die zou zijn geweest op grond van de WW zoals die gold vóór 1 januari 2016.

Hoofdstuk 10c

De reparatie heeft plaats gevonden door invoering van een zogenaamde reparatie-uitkering in hoofdstuk 10c, een nieuw hoofdstuk in de (destijds) CAR-UWO. Medewerkers betalen voor deze reparatie-uitkering vanaf 1 januari 2018 een kostendekkende werknemerspremie.

Het nieuwe hoofdstuk 10c CAR-UWO geldt voor alle medewerkers die werkloos zijn in de zin van de WW, ongeacht of hun aanstelling van rechtswege eindigt of door ontslag is beëindigd (met uitzondering van strafontslag). Om deze reden is de reparatie-uitkering destijds in een nieuw hoofdstuk 10c ondergebracht en niet in hoofdstuk 10d CAR-UWO. De bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen uit hoofdstuk 10d CAR-UWO zijn namelijk gebonden aan de ontslaggronden geregeld in de artikelen 8:3, 8:6 en 8:8 CAR-UWO.

‘Operatie Stofkam’

In het kader van ‘operatie Stofkam’ is in 2022 besloten om onder meer hoofdstuk 10c van de CAR vervallen te verklaren. Dit in de veronderstelling dat het hier, net als de hoofdstukken 10, 10a, 11 en 11a, een hoofdstuk betrof dat uitsluitend nog hoefde te worden geraadpleegd om oude uitkeringsrechten vast te stellen waar geen nieuwe aanspraken uit voortvloeide.

Inmiddels is echter gebleken dat aan hoofdstuk 10c nog wel aanspraken kunnen worden ontleend en dit hoofdstuk ten onrechte is geschrapt.

Per 1 januari 2022 is op de veiligheidsregio’s de CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s van toepassing. In dat kader is de CAR-UWO (gemeenten) herzien. De wijzigingen uit operatie stofkam beperken zich tot hetgeen opgenomen is in LOAV-circulaire van d.d.15 december 2022 met het kenmerk LOAV 22/10 Lbr. 22/17.

Invloed van salarismaatregelen

Gelijk hoofdstuk 7 en 10d CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s geldt ook voor hoofdstuk 10c de passage over doorwerking van de salarismaatregelen per 2 januari 2023 zoals opgenomen in de LOAV-circulaire van d.d. 18 april 2023 met het kenmerk LOAV 23/03 Lbr. 23/01.

Rechtskrachtbepaling

Veiligheidsregio’s zijn gehouden om uitvoering te geven aan de in het LOAV overeengekomen afspraken en aanpassingen van de CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s. De CAR(-UWO) Veiligheidsregio’s is geen cao in de zin van de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst, waardoor overeengekomen wijzigingen niet rechtstreeks doorwerken in de aanstelling van individuele ambtenaren.

Op grond van artikel 11.2 Aanpassingswet Wnra is de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) niet op het personeel van veiligheidsregio’s van toepassing, maar uitgesteld tot een nader bij koninklijk besluit te noemen tijdstip. Het bestuur van een veiligheidsregio is op grond van de Ambtenarenwet verplicht voor haar ambtenaren een lokale arbeidsvoorwaarden- en rechtspositieregeling vast te stellen in de vorm van een algemeen verbindend voorschrift.

De lokale arbeidsvoorwaarden- en rechtspositieregeling is een algemeen verbindend voorschrift. Artikel 6 van de Bekendmakingswet bepaalt dat besluiten, die algemeen verbindende voorschriften inhouden, pas verbinden wanneer zij op de juiste manier zijn bekendgemaakt.