Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Baanbrekers

 

Het Algemeen bestuur van Baanbrekers;

  • gelet op artikel 47 van de Participatiewet;

  • gelet op artikel 2 lid 3 van de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw);

  • gelet op de artikelen 42 van de Inkomensvoorzieningen oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

  • gelet op artikel 25a van de 14de gewijzigde gemeenschappelijke regeling uitvoeringsorganisatie Baanbrekers.

 

OVERWEGENDE DAT :

de gemeenten Heusden, Loon op Zand en Waalwijk veel waarde hechten aan een goede constructieve vorm van cliëntenparticipatie om daarmee de belanghebbenden in het kader van de hiervoor genoemde wetten te verzekeren van betrokkenheid en inspraak in de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van het beleid van Baanbrekers;

 

BESLUIT :

de Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Baanbrekers vast te stellen.

 

 

Artikel 1. Begripsomschrijving

De Participatiewet:

In deze verordening wordt onder de Participatiewet tevens verstaan de Wet sociale werkvoorziening, de IOAW en de IOAZ.

Baanbrekers:

Uitvoeringsorganisatie Baanbrekers, belast met het uitvoeren van de Participatiewet en de Wet sociale werkvoorziening.

DB:

Dagelijks bestuur van Baanbrekers.

AB:

Algemeen bestuur van Baanbrekers.

Wsw:

Wet sociale werkvoorziening.

IOAW:

Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers.

IOAZ:

Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.

Directeur:

Directeur van Baanbrekers.

Belanghebbenden:

Personen die vallen onder de werkingssfeer van de Participatiewet.

Participatieraad:

Raad waarmee invulling wordt gegeven aan de

cliëntenparticipatie van de doelgroep van de Participatiewet.

 

Artikel 2. Participatieraad

  • 1.

    De belanghebbenden worden bij de uitvoering van de Participatiewet betrokken door middel van een participatieraad. Ook personen met een Wsw-indicatie worden tot de belanghebbenden gerekend.

  • 2.

    De participatieraad bestaat uit een onafhankelijk voorzitter en ten minste vijf en ten hoogste zeven personen, waarvan maximaal twee personen namens belangenorganisaties, zoals de vakbond.

  • 3.

    De participatieraad kan kandidaat leden voordragen. De leden van de participatieraad worden benoemd door het DB. Ook heeft het DB de mogelijkheid een lid te ontslaan.

  • 4.

    Het DB bevordert dat de belanghebbenden evenwichtig vertegenwoordigd zijn in de participatieraad. Hierbij is ook oog voor een evenwichtige vertegenwoordiging vanuit de gemeenten Heusden, Loon op Zand en Waalwijk.

  • 5.

    Een lid van de participatieraad mag geen lid zijn van een ander platform van overleg (denk aan een gemeenteraad of ondernemingsraad), waardoor de schijn van belangenverstrengeling kan worden gewekt.

  • 6.

    Het DB draagt een onafhankelijke voorzitter voor en benoemt deze. Ook heeft zij de mogelijkheid de voorzitter te ontslaan.

  • 7.

    De participatieraad komt ten minste zes maal per kalenderjaar in vergadering bij elkaar.

Artikel 3. Secretaris

  • 1.

    Baanbrekers stelt een secretaris aan ter ondersteuning van de participatieraad.

  • 2.

    De secretaris heeft de volgende taken:

    • a.

      draagt in overleg met de participatieraad zorg voor een vergaderreglement en ziet toe op de naleving ervan;

    • b.

      stelt voor aanvang van het kalenderjaar in overleg met de voorzitter van de participatieraad een vergaderkalender samen;

    • c.

      stelt in overleg met de voorzitter voorafgaand aan iedere vergadering de agenda op;

    • d.

      nodigt de leden uit en verstuurt, indien van toepassing, voorafgaand de relevante documenten ter behandeling in de vergadering aan de leden;

    • e.

      stelt in overleg met de voorzitter, indien van toepassing, op basis van de input van de leden een advies op en stuurt deze tijdig aan het DB, zodat dit advies bij de beleidsontwikkeling kan worden meegenomen;

    • f.

      draagt zorg voor een verslag van de vergadering dat ter informatie wordt toegestuurd aan het DB en AB.

Artikel 4. Taken van het DB

Het DB vraagt over relevante beleidsvoornemens van het bestuur via de secretaris advies aan de participatieraad. Dit doet zij op een dusdanig tijdstip zodat dit advies bij de beleidsontwikkeling van Baanbrekers kan worden meegenomen.

 

Artikel 5. Taken en bevoegdheden van de participatieraad

  • 1.

    De participatieraad brengt gevraagd en ongevraagd advies uit aan het DB over:

    • a.

      informatie over nieuwe regelingen dan wel voornemens daartoe ingevolge de Participatiewet of op het terrein van de sociale zekerheid;

    • b.

      relevant beleid zoals vastgelegd in verordeningen en beleidsregels en

    • c.

      de kaderbrief van Baanbrekers.

  • 2.

    De participatieraad heeft geen bevoegdheden in zaken betreffende persoonlijke, individuele belangenbehartiging, klachten en bezwaarschriften en met betrekking tot het uitvoeren van wettelijke voorschriften waarvan niet mag worden afgeweken.

  • 3.

    Tot de taken van de participatieraad behoren niet de aangelegenheden die op grond van de Wet op de ondernemingsraden zijn voorbehouden aan de ondernemingsraad.

  • 4.

    De participatieraad zorgt voor de verbinding met de relevante lokale adviesraden in de Langstraat en bevordert daarmee de afstemming van de cliëntenparticipatie in het sociale domein en de cliëntenparticipatie Baanbrekers.

  • 5.

    De participatieraad zorgt voor de verbinding met de cliëntenparticipatie

  • 6.

    Participatiewet in de arbeidsmarktregio Midden-Brabant voor zover ontwikkelingen in deze arbeidsmarktregio daartoe aanleiding geven.

Artikel 6. Faciliteiten

  • 1.

    Het DB zorgt voor adequate ondersteuning van de participatieraad en stelt de hiervoor benodigde faciliteiten beschikbaar.

  • 2.

    Ten behoeve van de participatieraad wordt jaarlijks een budget beschikbaar gesteld.

  • 3.

    Ten laste hiervan kunnen, in overleg met Baanbrekers, onder meer kosten worden gebracht die verband houden met deskundigheidsbevordering, het inwinnen van advies, achterbanraadpleging en organisatiekosten.

  • 4.

    De participatieraad maakt jaarlijks voor het DB een overzicht van de gemaakte kosten.

  • 5.

    De leden en voorzitter van de participatieraad ontvangen presentiegeld voor het bijwonen van de vergadering.

Artikel 7. Evaluatie

  • Jaarlijks wordt tussen de participatieraad en de directeur geëvalueerd of de gekozen opzet van de participatieraad voldoet. De participatieraad brengt verslag uit van deze evaluatie aan het DB en AB.

  •  

Artikel 8. Intrekken oude verordening

De Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Baanbrekers 2016 wordt met het van kracht worden van deze verordening (na publicatie) gelijktijdig ingetrokken.

 

Artikel 9. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking na publicatie.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Baanbrekers.

 

Aldus in de vergadering van het algemeen bestuur van 11 november 2024.

de secretaris

Ad van Oudheusden

de voorzitter,

Thom Blankers

Toelichting

Algemeen

Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan artikel 47 van de Participatiewet en vergelijkbare artikelen uit de overige wetten waarvoor Baanbrekers uitvoeringsverantwoordelijke is. Op basis van dit artikel dienen bij verordening regels te worden vastgesteld over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het beleid van Baanbrekers. Personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet zijn personen:

die algemene bijstand ontvangen;

als bedoeld in artikel 34a, vijfde lid onderdelen b en c, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (hierna: WIA), artikel 35, vierde lid, onderdelen b en c, van de WIA en artikel 36, derde lid, onderdelen b en c, van de WIA tot het moment dat het inkomen uit arbeid in dienstbetrekking gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d van de Participatiewet is verleend;

personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de Participatiewet;

personen met een nabestaanden- of wezenuitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet;

personen met een uitkering ingevolge de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

personen met een uitkering ingevolge de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

personen zonder uitkering;

en, die voor de arbeidsinschakeling zijn aangewezen op een door Baanbrekers aangeboden voorziening.

 

Met deze verordening wordt ook uitvoering gegeven aan artikel 2 lid 3 van de Wet sociale werkvoorziening. Op basis van dit artikel dienen bij verordening regels te worden vastgesteld over de wijze waarop de ingezetenen die geïndiceerd zijn, of hun vertegenwoordigers, worden betrokken bij de uitvoering van deze wet. De Wsw-geïndiceerden worden betrokken bij Wsw-aangelegenheden als ook bij de uitvoering van de Participatiewet.

 

De verordeningsbevoegdheid voor de cliëntenparticipatie is door de gemeenteraden van Heusden, Loon op Zand en Heusden gedelegeerd aan Baanbrekers door middel van de Gemeenschappelijke Regeling Uitvoeringsorganisatie Baanbrekers.

 

Om een goede werking van de participatieraad te waarborgen worden de leden van de participatieraad ondersteund en gefaciliteerd door Baanbrekers. De overheid hecht sterk aan actieve betrokkenheid van burgers die met de Participatiewet te maken hebben.

Artikelsgewijze toelichting

Enkel die bepalingen die nadere toelichting behoeven worden hier behandeld.

 

Artikel 2. Participatieraad

Dit artikel bepaalt hoe de cliëntenparticipatie concreet wordt vorm gegeven.

 

Tweede lid

De leden zijn bij voorkeur belanghebbenden in de zin van de Participatieraad. Het streven is dat twee leden vertegenwoordiger uit een belangenorganisatie zijn.

 

Derde lid

Omdat het niet mogelijk is om alle personen persoonlijk te betrekken bij het beleid ligt het voor de hand een participatieraad samen te stellen die bestaat uit vertegenwoordigers van de doelgroepen zelf of vertegenwoordigers uit belangenorganisaties. De participatieraad kan kandidaat leden voor de participatieraad voordragen. De leden worden benoemd door het DB. Het DB zal een afgewezen voordracht moeten motiveren. De leden kunnen ook ontslagen worden door het DB bijvoorbeeld als gevolg van belangenverstrengeling of gebleken ongeschiktheid.

 

Vierde lid

Om de actieve betrokkenheid van alle personen goed tot zijn recht te kunnen laten komen, is het van belang dat de participatieraad een afspiegeling is van alle in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet genoemde doelgroepen en de doelgroep Wsw. Een evenredige vertegenwoordiging van bovengenoemde groepen in de participatieraad is daarom het uitgangspunt van deze verordening. Dit voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is. Ook is aandacht voor een evenredige vertegenwoordiging uit de drie Langstraatgemeenten.

 

Vijfde lid

Bij een lid van de participatieraad mag geen sprake zijn van onverenigbaarheid in functies. Zo hebben bijvoorbeeld raadsleden van de deelnemende gemeenten en OR-leden van Baanbrekers geen zitting in de participatieraad.

 

Zesde lid

Het DB draagt een onafhankelijk voorzitter voor en benoemt deze.

Redenen voor ontslag van de voorzitter door het DB kunnen zijn:

gebleken ongeschiktheid;

geen draagvlak bij een meerderheid van de participatieraad.

 

De zittingsduur van de leden komt ten einde als de persoon geen belanghebbende meer is. Een lid blijft belanghebbende tot het moment dat in zijn opvolging is voorzien. De zittingsduur van de voorzitter is vier jaar met de mogelijkheid tot verlenging met dezelfde periode.

 

Artikel 3. Secretaris

Op grond van artikel 47, onderdeel b, van de Participatiewet moet worden voorzien in ondersteuning om de cliëntenraad zijn rol effectief te kunnen laten vervullen. Om hierin te kunnen voorzien wordt door Baanbrekers een secretaris aan de cliëntenraad toegevoegd. De secretaris vormt de schakel tussen het DB van Baanbrekers en de participatieraad. De secretaris verstrekt tijdig de relevante documenten en informatie, zodat alle partijen hun taak effectief kunnen vervullen. De secretaris is (mede) belast met de agendering en verslaglegging van de vergaderingen.

 

Artikel 4. Taken van het DB

Het DB zal over de relevante beleidsvoornemens via de secretaris advies vragen aan de participatieraad op een dusdanig tijdstip dat dit advies van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit door het bestuur. Te denken valt hierbij aan de beleidsregels Participatiewet, IOAW, IOAZ en Bbz, de kaderbrief, de verordening cliëntenpartipatie Participatiewet, de Verzamelverordening Participatiewet.

 

Artikel 5. Taken en bevoegdheden van de participatieraad

Eerste en tweede lid

De participatieraad is bevoegd gevraagd en ongevraagd advies te geven over het relevante te ontwikkelen beleid. Dit artikel regelt tevens uitdrukkelijk dat de participatieraad geen bevoegdheid heeft in persoonlijke, individuele en wettelijke uitvoeringsvraagstukken, waar niet van mag worden afgeweken.

Ieder lid van de participatieraad is bevoegd agendapunten aan te dragen.

 

Vierde lid

De gemeenten Heusden, Loon op Zand en Waalwijk zorgen zelf voor de invulling van de advisering over strategisch beleid op het vlak van de Participatiewet en het brede sociale domein. De werkwijze kan per gemeente verschillen.

 

Artikel 6. Faciliteiten

De participatieraad heeft de benodigde faciliteiten zoals vergaderruimte en kantoorbenodigdheden ter beschikking. Daarnaast heeft de participatieraad een budget. Het budget is ter vrije besteding van de participatieraad. Ten laste hiervan kunnen onder meer kosten worden gebracht die verband houden met deskundigheidsbevordering, het inwinnen van advies, achterbanraadpleging en organisatiekosten (tweede lid). Hierover vindt vooraf overleg plaats met Baanbrekers.

De participatieraad geeft jaarlijks een overzicht van de besteding van de middelen, zoals vastgelegd in het vierde lid.

 

 

 

 

Naar boven