Besluit plaatsing ondergrondse containers Ochten

Het dagelijks bestuur van Avri

 

Overwegende dat

 

  • het algemeen bestuur van Avri bij gelegenheid van de vaststelling op 16 november 2017 van het Regionaal Beleidsplan van Afval naar Grondstof en het Projectplan Invoering nieuw afvalbeleid akkoord is gegaan met:

    • de inzameling van restafval in verzamelcontainers met toegangscontrole op afstand (richtlijn maximaal 250 meter) van de woning. Van dit besluit worden percelen in het buitengebied uitgezonderd;

    • de ambitie van de gemeenten uit de regio Rivierenland om de hoeveelheid restafval te verminderen;

    • de ambitie om te komen tot meer en betere afvalscheiding;

    • de ambitie om te komen tot een betere kwaliteit van de grondstoffen;

    • het leveren van maatwerk voor huishoudens die vanwege persoonlijke omstandigheden niet in staat zijn om deel te nemen aan de ondergrondse inzameling van restafval;

    • het leveren van maatwerk aan mensen die buiten hun eigen invloedssfeer om veel restafval produceren;

    • met een uitbreiding van de capaciteit voor handhaving om ontwijkgedrag (o.a. bijplaatsingen, dumpingen en vervuiling van herbruikbare stromen) te voorkomen en te bestrijden.

  • het dagelijks bestuur van Avri op grond van artikel 7 van de Afvalstoffenverordening Avri 2022 de bevoegdheid heeft om regels te stellen over de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk door de dienst worden ingezameld, over de frequentie van de inzameling van elk van deze bestanddelen en over de locaties van deze inzameling bij of nabij elk perceel;

  • het dagelijks bestuur van Avri op grond van artikel 7A van de Afvalstoffenverordening Avri 2022 de bevoegdheid heeft het aangewezen inzamelmiddel en inzamelvoorziening inclusief de inzamellocaties vast te stellen waar(in) huishoudelijke afvalstoffen mogen worden aangeboden. Dit gaat in nauwe samenwerking met de gemeente;

  • het dagelijks bestuur van Avri op grond van artikel 10 van de Afvalstoffenverordening Avri 2022 de bevoegdheid heeft om regels op te stellen omtrent het gebruik van inzamelmiddelen en -voorzieningen;

  • het algemeen bestuur van Avri op 19 april 2018 (geactualiseerd bij besluit van 7 juli 2021) heeft besloten de volgende richtlijnen voor het plaatsen van inzamelvoorzieningen vast te stellen voor:

  • de (verkeers)veiligheid, de bereikbaarheid, de fysieke geschiktheid van de locatie en de omgeving, de aanwezigheid van kabels en (riool)leidingen in de bodem, het beperken van overlast en het voorkomen van (milieu)schade, bestaande groen- en parkeervoorzieningen, historische kernen, een doelmatige afvalinzameling en een doelmatige bedrijfsvoering;

  • dit aanwijzingsbesluit alleen betrekking heeft op de inzamellocatie(s) zoals aangeduid op de overzichtskaart/plaatsingsplan in de bijlage behorende bij dit besluit;

  • het algemeen bestuur in zijn vergadering van 7 juli 2021 heeft besloten dat de aanwijzing van de inzamellocaties worden voorbereid conform de uniforme openbare voorbereidingsprocedure op grond van de afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • belanghebbenden de gelegenheid hebben om tegen de plaatsbepaling van de inzamellocaties, ingevolge afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, gedurende 6 weken zienswijzen in te dienen.

  • het conceptbesluit van 31 oktober tot en met 12 december 2023 ter inzage heeft gelegen;

  • ten aanzien van onderstaande locatie geen zienswijzen zijn ontvangen;

besluit:

 

  • 1.

    de locatie zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende overzichtskaart aan te wijzen als inzamellocatie voor glas, papier en textiel:

     

    • Dr. M. van Drielplein te Ochten

bepaalt:

 

  • -

    dat het bovenstaande besluit wordt bekend gemaakt.

namens het dagelijks bestuur van Avri

de voorzitter

J.P. Neven

19 december 2023, Geldermalsen.

Belanghebbenden die het niet eens zijn met dit besluit, kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit beroep instellen bij de Raad van State, Afdeling bestuursrechtspraak, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag. Voor het instellen van beroep is griffierecht verschuldigd.

MEMO CONTAINERLOCATIES AVRI

Memonummer

NB-M. van Drielplein-02

Datum

12-9-2023

Van

MH

Antea Group

Project

Avri locatieonderzoeken containers

Projectnummer

484009.100

Betreft

Plaatsing van drie ondergrondse containers voor de fracties glas, papier en textiel aan de Dr. M. van Drielplein , te Ochten.

 

Opdracht: Avri en gemeente Neder-Betuwe zijn overeengekomen om drie ondergrondse containers te plaatsen voor de fracties glas, papier en textiel aan de Dr. M. van Drielplein, te Ochten. Deze memo gaat in op de locatietoets van de containerlocaties aan de hand van de 19 richtlijnen van Avri (zie bijlage 1).

 

1. Indruk voorgenomen locatie

Figuur 1 (kaartbeeld containerlocatie) geeft de ligging van de containerlocatie weer op kaart met behulp van de drie rode stippen. Figuur 2 (omgeving containerlocatie) geeft een sfeerimpressie van de directe omgeving en de precieze locatie (aangegeven met rode stippen).

Figuur 1: Kaartbeeld containerlocatie

 

Figuur 2: Omgeving containerlocatie

 

*Bovenstaande figuren betreft kaartmateriaal en een foto van de containerlocatie van voor het uitvoeren van de herinrichting van de Dr. M. van Drielplein. De figuren tonen een globale locatie van de drie ondergrondse containers.

 

2. Verantwoording locatiekeuze

Locatieomschrijving

Avri en gemeente Neder-Betuwe zijn overeengekomen om drie ondergrondse containers te plaatsen voor de fracties glas, papier en textiel aan de Dr. M. van Drielplein, te Ochten. Voorheen hebben hier containers gestaan die in 2019 zijn verplaatst naar een tijdelijke locatie aan de Molendam in verband met de herinrichting van de Dr. M. van Drielplein. In de nieuwe situatie van de Dr. M. van Drielplein zijn de drie ondergrondse containers meegenomen in het ontwerp.

 

Geschiktheid containerlocatie i.r.t. bereikbaarheid inzamelvoertuig

De containerlocaties zijn goed te bereiken door het inzamelvoertuig. Het voertuig kan een ronde maken over de Dr. M. van Drielplein waardoor het niet benodigd is om te keren. Het voertuig kan zich gunstig opstellen nabij de ondergrondse containers. Het inzamelvoertuig is ca. 2,5 meter breed en ca. 10 meter lang. De breedte van de straat ter hoogte van de ondergrondse containers bedraagt ca. 6 meter. Met deze afmetingen is het mogelijk voor verkeer, zoals personenauto’s, om het inzamelvoertuig met gepaste snelheid veilig te passeren.

 

Er zijn bovengronds geen obstakels die het inzamelvoertuig belemmeren tijdens ledigingsacties. De aanwezige brievenbus zal enkele meters verplaatst worden. De ondergrondse containers kunnen probleemloos omhoog getakeld en geledigd worden.

 

Geschiktheid containerlocatie i.r.t. verkeersveiligheid

De containerlocatie bevindt zich nabij een supermarkt met veel parkeergelegenheden. De maximum snelheid op de Dr. M. van Drielplein bedraagt 30km/u. SWOV (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid) constateert dat 30km/u een veilige snelheid is voor wegen met mogelijke conflicten tussen gemotoriseerd verkeer en onbeschermde verkeersdeelnemers. De plaats waar de containers komen, zal in de praktijk een verblijfsfunctie hebben en het zo snel mogelijk afwikkelen van verkeer is hierbij niet het hoofddoel. De snelheid van gemotoriseerde voertuigen zal in de orde van maximaal 30 km/u liggen. Wanneer het inzamelvoertuig enkele minuten op de weg stilstaat om de container te ledigen, zal dit geen probleem vormen. Ook wanneer enkele wijkbewoners het afval met de auto wegbrengen, leidt dit niet tot problemen. Het inzamelvoertuig kan gemakkelijk gepasseerd worden door overig verkeer zoals personenauto’s.

 

Geschiktheid containerlocatie i.r.t. bereikbaarheid gebruikers en parkeerdruk

De ondergrondse containers dienen goed bereikbaar te zijn voor alle gebruikers. De ondergrondse glascontainer beschikt over twee inwerpopeningen, waarbij geldt dat de container via beide kanten goed bereikbaar dient te zijn. Avri ziet erop toe dat de locatie goed bereikbaar is voor alle gebruikers, waaronder rolstoel- en rollatorgebruikers. Benodigdheden zoals een oprit voor rolstoelen en voldoende ruimte om tussen de containers te komen, worden met herinrichting van het gebied / met de plaatsing van de ondergrondse containers gerealiseerd. Ten behoeve van de benodigde ruimte voor de ondergrondse containers, wordt de aanwezige brievenbus enkele meters verplaatst (zie figuur 2). Dit is niet als problematisch naar voren gekomen tijdens de locatiebepaling.

 

De locaties zijn goed bereikbaar voor bewoners die het afval per auto aanbieden. Er is voldoende mogelijkheid om de auto eventueel kort stil te zetten of te parkeren in de nabij gelegen parkeervakken om het afval in de container te deponeren. De ondergrondse containers worden geplaatst op een trottoir, er gaat hierbij geen parkeerruimte verloren.

 

Geschiktheid containerlocatie i.r.t. ondergrondse kabels en leidingen

Figuur 1 toont dat er een datakabel (groene lijn) in de buurt van de containerlocaties ligt. Avri heeft onderzocht of deze een obstakel vormt door proefsleuven te graven. De conclusie is dat de datakabel geen obstakel vormt en de ondergrondse containers probleemloos geplaatst kunnen worden.

 

Geschiktheid containerlocatie i.r.t. omliggende woningen

In de richtlijnen wordt uitgegaan van een afstand van minimaal 3 meter van de gevel en minimaal 2 meter van de erfgrens. In geval van een blinde muur kan hiervan worden afgeweken. Daarnaast betreft het naastgelegen gebouw geen woonhuis maar een supermarkt. Met het toetsen van deze richtlijn is gemeten vanaf de containerlocatie naar het dichtstbijzijnde woonhuis. De afstand van de containers naar de dichtstbijzijnde erfgrens bedraagt circa 20 meter. De afstand van de containers tot de dichtstbijzijnde gevel van een woning bedraagt circa 31 meter. De locaties voldoen hiermee aan de richtlijnen.

 

Conclusie: de locaties aan de Dr. M. van Drielplein, te Ochten voldoen aan de richtlijnen en zijn geschikt bevonden voor de plaatsing en het gebruik van een drietal ondergrondse containers voor de fracties glas, papier en textiel.

Bijlage 1: 19 Richtlijnen van de Avri

Vastgesteld door het algemeen bestuur op 19 april 2018 (en gewijzigd vastgesteld op 7 juli 2021)

 

Richtlijnen voor het plaatsen van inzamelvoorzieningen

 

  • 1.

    De aan te wijzen inzamellocaties dienen zoveel mogelijk overlast te voorkomen voor aangrenzende percelen. Het risico op schade tijdens het laden en lossen aan overige eigendommen (zoals openbare verlichting, dakgevels e.d.) moet zoveel mogelijk beperkt worden. De inzamellocatie dient voor de gebruikers veilig bereikbaar te zijn.

  • 2.

    De afstand van de inzamellocatie tot de gevel van de woning bedraagt minimaal 3 meter. Bij een blinde muur kan hiervan worden afgeweken, in dit geval is de afstand bij voorkeur 2 meter . De afstand tot de erfgrens bedraagt minimaal 2 meter.

  • 3.

    De inzamellocatie bevindt zich bij voorkeur niet voor een deur en ook niet onder een raam of balkon van een woonhuis Bij voorkeur niet te situeren aan de zuid-westzijde van tuinen i.v.m. overheersende windrichting.

  • 4.

    De horizontale afstand van de ondergrondse container tot een balkon of galerij bedraagt bij voorkeur 3 meter.

  • 5.

    De inzamellocaties moeten vanuit de aangewezen woningen goed bereikbaar zijn. Dat betekent dat er op de toeleidende paden geen obstakels mogen staan die de veiligheid in gevaar brengen De inzamellocatie (bruto oppervlak) zelf mag een looppad niet smaller maken dan 1,20 meter. Er dient voor de bereikbaarheid rekening te worden gehouden met rolstoel- en rollatorgebruikers. Bij het aanbrengen van een oprit bij het trottoir dient de minimale breedte 1,5 meter te bedragen.(Bron: BAT Bouw Advies Toegankelijkheid)

  • 6.

    Indien noodzakelijk, zullen bij locaties voorzieningen worden aangebracht, in de vorm van paaltjes, kattenruggen of andere voorzieningen, ter voorkoming van oneigenlijk gebruik (bijv. parkeren) op of direct nabij de inzamellocatie.

  • 7.

    De inzamellocatie dient bij voorkeur op gemeentegrond te worden geplaatst. De opstelplaats voor het inzamelvoertuig, met een maximaal gewicht van 36 ton, dient veilig- en verkeerstechnisch verantwoord te zijn.

  • 8.

    Om de inzamelvoorziening leeg te kunnen maken mag de afstand vanaf de zijkant van het inzamelvoertuig tot het hart van de container niet meer dan 5 meter bedragen.

  • 9.

    Er mag zich tussen de inzamellocatie en het inzamelvoertuig geen rijwielpad bevinden.

  • 10.

    De inzamellocaties bevinden zich bij voorkeur niet in beeldbepalend openbaar groen (waaronder begrepen bomen).Bij het bepalen van de inzamellocaties bij bomen wordt rekening gehouden met de uiteindelijke grootte van de bomen en de te verwachten kroonprojectie. Als leidraad wordt o.a. Norminstituut Bomen gebruikt.

  • 11.

    De inzamellocaties moeten bij voorkeur aan een openbare weg grenzen omdat de locatie bij voorkeur vanaf de openbare weg wordt opgepakt en geleegd.

  • 12.

    Achteruit rijden door het inzamelvoertuig moet zoveel mogelijk worden vermeden. Dit in het kader van de bereikbaarheid en veiligheid voor het voertuig en de omgeving.

  • 13.

    In verband met het leegmaken van de container(s) mag ter plaatse niet worden geparkeerd. Dat betekent dat op locatie waar dat noodzakelijk is een verkeersbesluit wordt genomen / parkeerverbod wordt ingesteld. Het inzamelvoertuig is ca. 10 meter lang en 2,5 meter breed.

  • 14.

    Er wordt voor te plaatsen verzamelcontainers voor restafval gestreefd naar een maximale loopafstand van 250 meter, gemeten vanaf de erfgrens. In bijzondere gevallen kan hier van worden afgeweken. In ieder geval kan dit gebeuren vanwege:

    • a.

      Techniek (kabels en leidingen in de grond);

    • b.

      Bereikbaarheid en veiligheid van de locatie voor inzamelvoertuigen, medewerkers en inwoners;

    • c.

      Route-efficiency en doelmatigheid: het is kostbaar om voor een beperkt aantal percelen een extra inzamelvoorziening te plaatsen of een aparte inzamelroute voor minicontainers in stand te houden;

    • d.

      Op collectief verzoek van bewoners.

  • 15.

    De inzamellocaties moet kabel- , leiding- en rioleringvrij zijn en vrij zijn van overige objecten. Het verleggen van kabels en leidingen dient zoveel mogelijk te worden voorkomen. Indien er geen alternatieve locatie voorhanden is dan wordt overgaan tot aanpassen van de ondergrondse infra.

  • 16.

    De locatie moet zodanig zijn gesitueerd dat het inzamelvoertuig de afvalcontainer niet over geparkeerde auto’s takelt.

  • 17.

    Het straatwerk rondom de inzamellocatie dient egaal en afwaterend te zijn zodat er geen plassen blijven staan. In sommige gevallen kan het noodzakelijk zijn om wat meer straatwerk op te halen/ herstraten om dit te realiseren.

  • 18.

    Rondom de tranenplaat moet minimaal een hele stoeptegel geplaatst kunnen worden. Er dient zoveel mogelijk voorkomen te worden dat inwateren van de container plaatsvindt. De container moet minimaal 3 cm boven het maaiveld uitsteken om inwateren te voorkomen.

  • 19.

    In historische kernen wordt rekening gehouden met gezichtsbepalende objecten (monumenten, beschermde dorpsgezicht, archeologische objecten, gebouwen).

Naar boven