Blad gemeenschappelijke regeling van GR Nieuw Reijerwaard
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
GR Nieuw Reijerwaard | Blad gemeenschappelijke regeling 2024, 1135 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
GR Nieuw Reijerwaard | Blad gemeenschappelijke regeling 2024, 1135 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de GR Nieuw Reijerwaard
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
In deze verordening wordt verstaan onder::
Het begrotingscriterium is een criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op de grenzen van de baten en lasten in de door het Algemeen Bestuur geautoriseerde begroting van exploitatie en investeringskredieten en de hiermee samenhangende programma’s, waarbinnen de financiële beheershandelingen tot stand moeten zijn gekomen.
Misbruik en oneigenlijk gebruik-criterium:
Het criterium van financiële rechtmatigheid, dat betrekking heeft op het voorkomen, detecteren en corrigeren van misbruik en oneigenlijk gebruik van overheidsgelden en eigendommen van GR Nieuw Reijerwaard bij financiële beheershandelingen gericht op de aspecten recht, hoogte en duur.
Rechtmatigheidsverantwoording:
De rapportage van het Dagelijks Bestuur waarbij aangegeven wordt in welke mate de totstandkoming van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan overeenstemmen met de relevante wet- en regelgeving. In dit onderdeel in de jaarrekening legt het Dagelijks Bestuur verantwoording af over de rechtmatigheid van de baten en lasten op een drietal criteria: begrotingscriterium, voorwaardencriterium en misbruik en oneigenlijk gebruik criterium.
HOOFDSTUK 2 BEGROTING EN VERANTWOORDING
De raden van de deelnemers kunnen binnen twaalf weken na toezending van de ontwerpbegroting het Dagelijks Bestuur van hun zienswijzen doen blijken. Het Dagelijks Bestuur voegt de commentaren waarin deze reactie is vervat binnen twee weken bij de ontwerpbegroting zoals deze aan het Algemeen Bestuur wordt aangeboden.
Het Algemeen Bestuur stelt de begroting vast vóór 15 september van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting moet dienen. Na vaststelling wordt de begroting toegezonden aan de raden van de deelnemers. De vastgestelde begroting wordt binnen veertien dagen na vaststelling doch uiterlijk vóór 15 september van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, gezonden aan Gedeputeerde Staten.
Artikel 3 Inrichting begroting en jaarstukken
Bij het opstellen van de begroting en jaarstukken worden de bepalingen gevolgd van het BBV, waaronder:
Het Dagelijks Bestuur legt jaarlijks aan het Algemeen Bestuur verantwoording af over de uitvoering van de programma’s en de begroting door middel van de jaarstukken. De jaarstukken omvatten een jaarverslag en een jaarrekening. Tot het jaarverslag behoort de programmaverantwoording, waarin wordt aangegeven:
Artikel 4 Tussentijdse rapportage, begrotingswijzigingen en informatie
De raden van de deelnemende gemeenten kunnen, tenzij er sprake is van een begrotingswijziging zoals bedoeld in artikel 31, negende lid van de GR Nieuw Reijerwaard, binnen twaalf weken na toezending van het voorstel tot wijziging van de begroting het Dagelijks Bestuur van hun reacties doen blijken. Het Dagelijks Bestuur voegt de commentaren waarin deze reactie is vervat, samen en biedt deze aan het Algemeen Bestuur aan.
HOOFDSTUK 3 RECHTMATIGHEIDSVERANTWOORDING
Het begrotingscriterium is een criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op de grenzen van de baten en lasten in de door het Algemeen Bestuur geautoriseerde begroting van exploitatie en investeringskredieten en de hiermee samenhangende programma’s, waarbinnen de financiële beheershandelingen tot stand moeten zijn gekomen.
Begrotingsonrechtmatigheden die passen binnen het bestaande beleid van het Algemeen Bestuur worden opgenomen in de rechtmatigheidsverantwoording (voor zover de verantwoordingsgrens voor afzonderlijke fouten of onduidelijkheden is overschreden), maar worden niet nader toegelicht in de paragraaf bedrijfsvoering.
Artikel 8 Voorwaardencriterium
Het voorwaardencriterium is het criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op de eisen die worden gesteld bij de uitvoering van de financiele beheershandelingen. In het normenkader rechtmatigheid zijn diverse wet- en regelgeving opgenomen en bevat de eisen/voorwaarden met betrekking tot de aspecten recht, hoogte en duur. Andere aspecten worden niet meegenomen bij de toetsing van financiele beheershandelingen.
Artikel 10 Waardering & afschrijving vaste activa
De materiële vaste activa, zoals bedoeld in artikel 35 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, worden afgeschreven in een termijn zoals is opgenomen in de begroting die is vastgesteld door het Algemeen Bestuur.
Artikel 11 Voorziening voor oninbare vorderingen
Voor de vorderingen op verbonden partijen en derden wordt een voorziening wegens oninbaarheidgevormd op basis van een individuele beoordeling op inbaarheid van de openstaande vorderingen.
Artikel 12 Reserves en voorzieningen
Het Dagelijks Bestuur geeft jaarlijks bij de begroting een overzicht van de reserves en voorzieningen. De bijbehorende bestedingsplannen worden opgenomen in de begroting voor zover dit relevant is in het kader van de keuzemogelijkheden door het Algemeen Bestuur. Een reserve en/of voorziening wordt ingesteld of opgeheven door een besluit van het Algemeen Bestuur. In de begroting en de jaarrekening wordt een overzicht opgenomen van het weerstandsvermogen in relatie tot de risico's.
Artikel 13 Weerstandsvermogen & Risicobeheersing
De GR Nieuw Reijerwaard heeft geen streven tot het vormen van een weerstandsvermogen op de balans. Risico’s bestaan in een grondexploitatie en worden opgevangen binnen de grondexploitatie op de gebruikelijke wijze. Het bewaken van de kaderstelling grondexploitatie bij elke af te sluiten grondovereenkomst en jaarlijks actualiseren van de grondexploitatie zijn de belangrijkste beheermaatregelen voor de risico’s in de grondexploitatie.
Het Dagelijks Bestuur geeft aan in de risicoparagraaf weerstandsvermogen van de begroting en van de jaarstukken de risico’s van materieel belang en een inschatting van de kans dat deze risico’s zich voordoen. Het Dagelijks Bestuur brengt hierbij in elk geval de risico’s in beeld en actualiseert de risico’s. Hierbij wordt speciale aandacht gegeven aan:
GR Nieuw Reijerwaard voert werkzaamheden uit om binnen diens werkgebied de gewenste ontwikkeling van het bedrijventerrein te realiseren. Deze baten en lasten zijn opgenomen in de grondexploitatie. Baten en lasten buiten de grondexploitatie om worden als (resultaatbepaling) opgenomen in de jaarrekening.
In de paragraaf grondbeleid bij de begroting en de jaarstukken neemt het Dagelijks Bestuur naast de verplichte onderdelen op grond van artikel van 16 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in ieder geval op:
Artikel 15 Financieringsfunctie
In het door het Algemeen Bestuur vastgestelde Treasurystatuut zijn regels en richtlijnen opgenomen met betrekking tot de financieringsfunctie.
Artikel 16 Registratie bezittingen, activa en vermogen
Het Dagelijks Bestuur draagt zorg voor een actuele en volledige registratie van bezittingen.
Artikel 17 (Tussentijdse) verlies- en winstverwachtingen
Tussentijdse resultaten worden bepaald op basis van de voortgang van de grondexploitatie. De voortgang van de grondexploitatie wordt uitgedrukt als de fractie van de gerealiseerde lasten en baten, ten opzichte van het totale plan van lasten en baten (conform notitie grondexploitatie van commissie BBV).
HOOFDSTUK 4 FINANCIËLE ORGANISATIE EN ADMINISTRATIE
Het Dagelijks Bestuur draagt ten behoeve van het getrouwe beeld en de rechtmatigheid van de jaarrekening zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking, en de rechtmatigheid van de beheerhandelingen. Bij afwijkingen neemt het dagelijks bestuur maatregelen tot herstel en rapporteert hierover in de rechtmatigheidsverantwoording zoals beschreven in artikel 6 lid 2.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur op 15 april 2024,
De secretaris,
Mw. I. Dogru MSc.
De voorzitter,
Dhr. L.P. van der Linden MSc.
Toelichting Financiële verordening Nieuw Reijerwaard
Ingevolge artikel 29 lid 1 van de Regeling Nieuw Reijerwaard stelt het Algemeen Bestuur een verordening vast voor de organisatie van de financiële administratie en het inrichting van de financiële organisatie. De wettelijke basis daartoe ligt in artikel 212 van de Gemeentewet.
In de voorliggende financiële verordening wordt de verdeling van taken en bevoegdheden tussen
het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur uitgewerkt. Gekozen is voor de volgende opbouw:
Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen
Hoofdstuk 2: Begroting en verantwoording
Hierin zijn de regels uitgewerkt voor de opstelling van de begroting, de uitvoering daarvan, , de tussentijdse rapportages, begrotingswijzigingen, informatieverstrekking, tussentijdse rapportages en het opmaken van de begroting en jaarstukken.
Hierin zijn de regels uitgewerkt voor de vastlegging van de financiële positie, daartoe begrepen de financiering van taken (het treasurystatuut), de waardering van activa en (tussentijdse) verlies- en winstverwachtingen en het weerstandsvermogen.
Hoofdstuk 4 Financiële Organisatie en administratie
In deze titel zijn de functionele eisen voor de inrichting, opbouw van de (financiële) administratie en interne controle opgenomen.
Opgenomen is de datum van inwerkingtreding evenals de citeertitel.
Bij het opstellen van de Financiële verordening Regeling Nieuw Reijerwaard is uitgegaan van de door de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten voor gemeenten opgenomen modelverordening. Gezien echter de in verhouding tot gemeenten voor de Regeling Nieuw Reijerwaard zeer beperkte taakstelling is op diverse onderdelen van de modelverordening afgeweken. Dit maakt ook dat de omvang van de voor de Regeling Nieuw Reijerwaard geldende voorschriften beperkter kan zijn dan voor gemeenten.
Ingevolge artikel 31 van de GR Nieuw Reijerwaard dient de begroting jaarlijks uiterlijk 15 september voorafgaande aan het begrotingsjaar te worden vastgesteld. Hiermee wordt bereikt dat de financiële gevolgen van de vaststelling van deze begroting nog tijdig kunnen worden verwerkt in de begrotingen van de deelnemende gemeenten. Op de inhoud van de begroting is het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten van toepassing. Ook zijn in artikel 3 de eisen naar de inrichting van de begroting en jaarstukken beschreven.
Ingevolge de GR Nieuw Reijerwaard wordt de begroting niet vastgesteld dan nadat het ontwerp van de begroting gedurende een periode van acht weken is voorgelegd aan de raden van de deelnemende gemeenten.
Voorzien is in (ten minste) twee tussentijdse rapportages aan het Dagelijks en vervolgens Algemeen Bestuur over de uitvoering van de begroting. Deze rapportages worden opgesteld bij de actualisatie van de grondexploitatie. Afhankelijk van de uitkomst van die rapportage omvat deze tevens een voorstel tot wijziging van de begroting. Indien er sprake is van een tussentijdse begrotingswijziging, geschiedt de toezending eveneens aan de raden van de deelnemende gemeenten.
Ingevolge artikel 32 van de Regeling Nieuw Reijerwaard dienen de jaarstukken jaarlijks uiterlijk 15 juli van het jaar volgend op het begrotingsjaar te worden vastgesteld door het Algemeen Bestuur.
Ingevolge artikel 32 van de GR Nieuw Reijerwaard dient de ontwerp-jaarrekening uiterlijk 30 april door het Dagelijks Bestuur aangeboden te worden aan de gemeenteraden van de deelnemende raden. Het Algemeen Bestuur onderzoekt de rekening zonder uitstel en stelt haar vast vóór 15 juli van het jaar volgend op het jaar waarop de rekening betrekking heeft. Van de vaststelling doet het Dagelijks Bestuur mededeling aan de raden van de deelnemers. De rekening wordt terstond doch in ieder geval vóór 15 juli met alle bijbehorende stukken ter kennisneming toegezonden aan Gedeputeerde Staten.
Artikel 6 Verantwoordings- en rapportagegrens rechtmatigheidsverantwoording
Ingevolge Artikel 6 Uitgangspunten rechtmatigheidsverantwoording wordt gekeken naar negen criteria. Het Dagelijks Bestuur legt verantwoording af over alle negen criteria in de jaarrekening. Zie Kadernota rechtmatigheid 2023, augustus 2021, blz. 9 e.v. voor de criteria en bijbehorende toelichting. De eerste zes criteria zijn niet opgenomen in de rechtmatigheidsverantwoording. Deze betreffen verantwoording met betrekking tot getrouwheid en rechtmatigheid. Ze komen tot uitdrukking in de balans en het overzicht van baten en lasten. Dit zijn het calculatiecriterium, valuteringcriterium, adresseringscriterium, volledigheidscriterium, aanvaardbaarheidscriterium en leveringscriterium. Daarnaast is er een aantal criteria waarbij de verantwoording specifiek gaat over rechtmatigheid. Deze komen wel tot uitdrukking in de rechtmatigheidsverantwoording: - begrotingscriterium: de financiële handelingen passen binnen het kader van de geautoriseerde begroting; - voorwaardencriterium: voorwaarden in wet- en regelgeving worden nageleefd, zoals subsidievoorwaarden; - misbruik en oneigenlijk gebruik criterium: er vindt een toetsing op juistheid en volledigheid van gegevens die door derden zijn verstrekt plaats, met het oog op het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik.
In het eerste lid stelt het Algemeen Bestuur de verantwoordingsgrens vast, waarboven het Dagelijks Bestuur moet rapporteren aan de raad (Kadernota rechtmatigheid 2023, augustus 2021). Deze grens moet tussen 0 en 3% liggen van de totale lasten van de GR Nieuw Reijerwaard, inclusief de dotaties aan de reserves.
In het tweede lid geeft het Algemeen Bestuur geeft aan boven welk bedrag afzonderlijke afwijkingen nader moeten worden toegelicht (rapportagegrens) door het Dagelijks Bestuur.
In verband met de invoering van de rechtmatigheidsverantwoording heeft de paragraaf bedrijfsvoering van de begroting en jaarstukken ook een grotere rol gekregen. De commissie BBV doet hierover een aantal stellige uitspraken:
Indien de normen uit de gids proportionaliteit veelvuldig niet nageleefd worden of slecht gedocumenteerd en/of gemotiveerd zijn, dan moet het Dagelijks Bestuur hierover rapporteren via de paragraaf bedrijfsvoering. - - Niet-financiële onrechtmatigheden in verband met het niet naleven van bepalingen in de Wet fido en de bijbehorende ministeriële regelingen moeten worden opgenomen en toegelicht in de paragraaf bedrijfsvoering. Overigens adviseert de commissie BBV ook om afspraken te maken tussen Algemeen Bestuur en het Dagelijks Bestuur over de wijze waarop met niet financiële onrechtmatigheden wordt omgegaan. Daarnaast adviseert de commissie BBV om geconstateerde fraude door eigen medewerkers toe te lichten in de paragraaf bedrijfsvoering.
Artikel 7 gaat expliciet in op de begrotingsrechtmatigheid. In het eerste lid wordt het begrip begrotingsrechtmatigheid gedefinieerd.
De baten en lasten moeten zich bewegen binnen de door het Algemeen Bestuur goedgekeurde en vastgestelde budgetplafonds. Indien er een overschrijding plaatsvindt is er in principe sprake van een begrotingsonrechtmatigheid. Dat is geregeld in het tweede lid.
In dit artikel bepaalt het Algemeen Bestuur welke afwijkingen van de begroting, ondanks dat ze onrechtmatig zijn, als acceptabel worden beschouwd. Hiermee wordt voorkomen dat in de verantwoording toelichting gegeven moet worden op afwijkingen die door het Dagelijks Bestuur niet direct te beïnvloeden zijn. Hierin is opgenomen dat een wijziging in de fasering binnen de grondexploitatie dus niet als begrotingsonrechtmatigheid aangezien mag worden.
Artikel 8 Voorwaardencriterium
In het eerste lid wordt de definitie weergegeven van het voorwaardencriterium, het zogenaamde “normenkader”.
Artikel 8 geeft aan dat jaarlijks het normenkader ten aanzien van de rechtmatigheidsverantwoording door het Algemeen Bestuur moet worden vastgesteld en voor een bepaalde datum aan het Algemeen Bestuur moet worden aangeboden.
Artikel 9 Misbruik en oneigenlijk gebruik-criterium
Dit artikel voorziet in het zogenaamde “misbruik en oneigenlijk gebruik criterium”. In het eerste lid wordt het criterium gedefinieerd. Van misbruik is sprake bij het opzettelijk niet, niet tijdig, onjuist of onvolledig verstrekken van gegevens met als doel ten onrechte overheidssubsidies of - uitkeringen te verkrijgen of niet dan wel een te laag bedrag aan heffingen aan de overheid te betalen. Van oneigenlijk gebruik is sprake indien bij het aangaan van rechtshandelingen, al dan niet gecombineerd met feitelijke handelingen, het verkrijgen van overheidsbijdragen of het niet dan wel tot een te laag bedrag betalen van heffingen aan de overheid, in overeenstemming met de bewoordingen van de regelgeving is maar in strijd met het doel en de strekking daarvan is.
Aan het Dagelijks Bestuur wordt opgedragen om regels op stellen voor het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van regelingen van de GR Nieuw Reijerwaard en eigendommen.
Ingevolg artikel 12 geeft het Dagelijks Bestuur bij de begroting jaarlijks een overzicht van de reserves en voorzieningen weer. De bijbehorende bestedingsplannen worden opgenomen in de begroting voor zover dit relevant is in het kader van de keuzemogelijkheden door het Algemeen Bestuur. Ook heeft de GR Nieuw Reijerwaard het streven om geen weerstandsvermogen op de balans te vormen. Risico’s bestaan in een grondexploitatie en worden opgevangen binnen de grondexploitatie op de gebruikelijke wijze. Daarnaast geeft het Dagelijks Bestuur in de risicoparagraaf weerstandsvermogen van de begroting en van de jaarstukken de risico’s van materieel belang en een inschatting van de kans dat deze risico’s zich voordoen. Het Dagelijks Bestuur brengt hierbij in elk geval de risico’s in beeld en actualiseert de risico’s
De activiteiten van de GR Nieuw Reijerwaard betreffen werkzaamheden met betrekking tot de verwerving, het bouw- en woonrijp maken en de uitgifte van voor bebouwing geschikt gemaakte gronden. In artikel 17 is vastgelegd dat zodra een onafwendbaar verlies in de grondexploitatie optreedt, er een voorziening dient te worden getroffen op basis van de nominale waarde van dat verlies. Tussentijdse winstneming is mogelijk maar uitbetaling van de batige saldi vindt pas plaats aan het einde van de looptijd van de grondexploitatie. Tegelijkertijd worden bij tussentijdse winstneming , project specifieke risico's hierop in mindering gebracht. Hierbij geldt dat de geraamde opbrengst van de nog niet verkochte kavels als volledig risico (100%) wordt meegenomen.
De financieringsfunctie (treasury) is een belangrijk onderdeel van het middelenbeheer. Gezien de operationele kwetsbaarheid van deze functie bevat artikel 212 Gemeentewet, derde lid, onder b, het expliciete voorschrift dat de verordening een onderdeel over de financieringsfunctie heeft. In het treasurystatuut zijn taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden op het terrein van de financieringsfunctie vastgelegd, alsmede de kaders voor het uitvoeren van de financieringsfunctie (doelstellingen, richtlijnen en limieten).
Financiéle organisatie en administratie
Administraties zijn niet in zichzelf gekeerde systemen maar moeten dienstbaar zijn aan het bestuur en het beheer van de organisatie. De functionele eisen voor de administratie en de daarvan afgeleide financiële administratie zijn vastgelegd in de artikelen 19. Ingevolge artikel 20 heeft het Dagelijks Bestuur de opdracht een ambtelijke organisatie in te richten die bijdraagt aan een doelmatig en rechtmatig begrotingsbeheer. En dat het Dagelijks Bestuur de uitvoeringsregels voor de inkoop en aanbesteding van werken, leveringen en diensten vastlegt.
Ingevolge artikel 24 van de GR Nieuw Reijerwaard is de directeur onder toezicht van het Dagelijks Bestuur verantwoordelijk voor het voeren van de administratie, het beheer van vermogenswaarden en het jaarlijks opmaken van de jaarstukken. Voorts is, mede ter uitvoering van het bepaalde in artikel 24, door het Dagelijks Bestuur een administrateur benoemd.
Ingevolge artikel 4 van de Financiële verordening stelt het Algemeen Bestuur regels vast die waarborgen dat de uitvoering van de begroting rechtmatig, doeltreffend en doelmatig verloopt. De bestuurlijke verantwoordelijkheid voor de te voeren interne controle ligt, ingevolge artikel 21, bij het Dagelijks Bestuur.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2024-1135.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.