Artikel A
Artikel 1 wijzigt met ingang van 1 januari 2024 in:
Artikel 1 Betaald ouderschapsverlof
- 1.
De ambtenaar met ouderschapsverlof heeft voor maximaal 13 keer de formele arbeidsduur per week aanspraak op doorbetaling van een percentage van zijn salaris en salaristoelage(n). Bij een voltijddienstverband is dit 468 uur. Het percentage is:
Salaris
|
Percentage doorbetaling salaris en salaristoelage(n)
|
≤ het maximum salarisschaal 2
|
80%
|
˃ het maximum van salarisschaal 2 en ≤ het maximum van salarisschaal 4
|
70%
|
˃ het maximum van salarisschaal 4
|
50%
|
2. In afwijking van het eerste lid, kan de ambtenaar per kind kiezen voor:
a. een hoger percentage doorbetaling van salaris en salaristoelage(n) met als gevolg dat het aantal uren betaald ouderschapsverlof minder wordt dan 468 uur, of
b. een lager percentage doorbetaling van salaris en salaristoelage(n) met als gevolg dat het aantal uren betaald ouderschapsverlof meer wordt dan 468 uur.
Salaris
Uren betaald ouderschaps-
verlof voor 13 weken
|
Keuze percentage van de ambtenaar: 50%
|
Keuze percentage van de ambtenaar:
70%
|
Keuze percentage van de ambtenaar: 80%
|
Keuze percentage van de ambtenaar:
100%
|
≤ het max. schaal 2
|
748,8 uur
|
534,9 uur
|
468 uur
|
374,4 uur
|
˃ het max. van schaal 2 en ≤ het max. van schaal 4
|
655,2 uur
|
468 uur
|
409,5 uur
|
327,6 uur
|
˃ het maximum van salarisschaal 4
|
468 uur
|
334,3 uur
|
292,5 uur
|
234 uur
|
3. Vervallen per 1 januari 2024.
4. De ambtenaar mag tijdens het betaald ouderschapsverlof geen betaald werk verrichten. Het bestuur kan hierover aanvullende regels stellen.
5. Vervallen per 1 januari 2024.
6. Als uitgangspunt bij het bepalen van het percentage in het tweede lid geldt het salaris van een voltijddienstverband bij aanvang van de opname van het betaald ouderschapsverlof.
7. Het recht op betaald ouderschapsverlof is korter dan 13 weken als het betaalde ouderschapsverlof in lid 2 wordt gecombineerd met de Wazo-uitkering geregeld in artikel 6:5b. Dan geldt de volgende rekenformule:
(x weken recht gedeeld door 13 weken) vermenigvuldigd met het aantal uren als aangegeven in het tweede lid.
Artikel E
Vanaf 1 januari 2024 wordt een nieuw artikel 8a opgenomen dat als volgt luidt:
Artikel 8a Betaald ouderschapsverlof gecombineerd met Wazo-uitkering [vanaf 1 januari 2024]
1. De ambtenaar die tijdens het eerste levensjaar van het kind het betaald ouderschapsverlof in artikel 1 combineert met het wettelijk betaald ouderschapsverlof heeft aanspraak op maximaal 9 weken van doorbetaling van zijn salaris en salaristoelage(n) voor 100%. Voor de resterende periode betaald ouderschapsverlof geldt het bepaalde in artikel 1.
2. De lengte van de resterende periode betaald ouderschapsverlof, als in het eerste lid bedoeld, hangt af van het aantal opgenomen weken 100% betaald ouderschapsverlof dat de ambtenaar heeft opgenomen in het eerste levensjaar van het kind. De volgende combinaties zijn mogelijk:
Ouderschapsverlof 100% betaald (CAR en Wazo samen)
|
Betaald ouderschapsverlof artikel 1
|
Totaal
|
In het eerste levensjaar kind
|
Vóór het achtste levensjaar kind
|
|
9 weken = 324 uur
|
4 weken = 144 uur
|
13 weken = 468 uur
|
8 weken = 288 uur
|
5 weken = 180 uur
|
13 weken = 468 uur
|
7 weken = 252 uur
|
6 weken = 216 uur
|
13 weken = 468 uur
|
6 weken = 216 uur
|
7 weken = 252 uur
|
13 weken = 468 uur
|
5 weken = 180 uur
|
8 weken = 288 uur
|
13 weken = 468 uur
|
4 weken = 144 uur
|
9 weken = 324 uur
|
13 weken = 468 uur
|
3 weken = 108 uur
|
10 weken = 360 uur
|
13 weken = 468 uur
|
2 weken = 72 uur
|
11 weken = 396 uur
|
13 weken = 468 uur
|
1 week = 36 uur
|
12 weken = 432 uur
|
13 weken = 468 uur
|
3. De ambtenaar kan in afwijking van het eerste en tweede lid kiezen om in het eerste levensjaar van het kind alleen gebruik te maken van het wettelijk betaald ouderschapsverlof zonder de doorbetaling van 100% van zijn salaris en salaristoelage(n). De ambtenaar heeft dan aanspraak op de wettelijke uitkering voor maximaal 9 weken en behoudt aanspraak op betaald ouderschapsverlof voor maximaal 13 weken als bedoeld in artikel 1.
4. Bij twee- of meerlingen bestaat voor één kind aanspraak op 100% betaald ouderschapsverlof als bedoeld in het eerste lid.