Beleidsregels Participatie- en Vrijwilligersbonus Drechtsteden

Het Dagelijks Bestuur,

 

overwegende dat

  • -

    het gewenst is om beleidsregels vast te stellen omtrent de participatie- en vrijwilligersbonus, omdat hiermee inwoners ondersteund en gestimuleerd kunnen worden bij hun participatie en re-integratie.

 

omdat hiermee duidelijkheid gegeven kan worden voor de uitvoering en voor de inwoner over het gebruik van de bevoegdheden en de hierin te nemen belangenafwegingen;

 

gelet op

  • -

    artikel 4:81 lid 1, 4:83 en artikel 1:3 lid 4 Algemene wet bestuursrecht (Awb);

  • -

    artikel 10a, zesde lid Participatiewet;

  • -

    artikel 2.5 van de verordening Werk en Inkomen van de deelnemende gemeenten;

  • -

    de afstemming met de Regionale cliëntenraad, waaraan de beleidsregels zijn gezonden met verzoek om advies;

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen, de navolgende Beleidsregels Participatie- en Vrijwilligersbonus Drechtsteden.

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      Ioaw: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

    • b.

      Ioaz: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

    • c.

      SDD: Sociale Dienst Drechtsteden.

  • 2.

    De begripsbepalingen van de Participatiewet alsmede van de verordening zijn op deze beleidsregels van toepassing, tenzij daarvan in de begripsbepalingen uitdrukkelijk wordt afgeweken.

 

Hoofdstuk 1. Participatiebonus

Artikel 2. Doelgroep

  • 1.

    In aanmerking voor de Participatiebonus komt de belanghebbende die voldoet aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      de belanghebbende is woonachtig binnen de Drechtsteden; en

    • b.

      de belanghebbende ontvangt geen vrijwilligersbonus van de SDD; en

    • c.

      de belanghebbende behoort tot de doelgroep participatie van de SDD; en

    • d.

      de belanghebbende verricht onbetaalde activiteiten in het kader van participatie middels:

      • i.

        de Drechtstedelijke participatieplekken zoals deze worden uitgevoerd door de SDD; of

      • ii.

        vrijwilligerswerk in het kader van participatie met behoud van uitkering krachtens de Participatiewet; en

    • e.

      de onbetaalde activiteiten (vanuit vrijwilligerswerk of participatieplek) zijn gemiddeld minimaal 4 uur per week verricht gedurende minimaal 6 maanden.

    • f.

      de belanghebbende behoort tot de doelgroep van de Participatiewet; en

    • g.

      de belanghebbende ontvangt een (aanvullende) uitkering krachtens de Participatiewet, Ioaw of Ioaz; en

    • h.

      tussen de organisatie en de vrijwilliger is een overeenkomst opgemaakt, waarin de taken en de omvang van de activiteiten zijn vastgelegd; en

    • i.

      het vrijwilligerswerk wordt verricht in enig georganiseerd verband. Er is sprake van 'enig georganiseerd verband' indien er een getekende overeenkomst is tussen de belanghebbende en de organisatie zoals vermeld in lid 3c van dit artikel.

  • 2.

    Ten aanzien van de belanghebbenden die een participatieplek vervullen in het kader van participatie geldt de volgende aanvullende voorwaarde:

    • a.

      Het participatieproject c.q. leerwerkbedrijf verklaart bij een aanvraag participatiebonus dat de participant gemiddeld minimaal 4 uur per week gedurende minimaal 6 maanden activiteiten in het kader van een participatieplek verricht.

  • 3.

    Ten aanzien van de belanghebbenden die vrijwilligerswerk in het kader van participatie verrichten gelden de volgende aanvullende voorwaarden:

    • a.

      De bonus is níet bedoeld voor activiteiten die voortvloeien uit een overeengekomen traject naar werk (zoals bijv. werken met behoud van uitkering, vrijwilligerswerk in het kader van re-integratie of proefplaatsing).

Artikel 3. Hoogte en verstrekking

  • 1.

    De hoogte van de bonus bedraagt € 250 per persoon per 12 maanden.

  • 2.

    De bonus wordt eenmaal per 12 maanden verstrekt aan de belanghebbende.

  • 3.

    De bonus staat los van, en wordt niet in mindering gebracht op eventuele andere tegemoetkomingen zoals een onkostenvergoeding, andere bonussen en een PMB, die de belanghebbende ontvangt.

  • 4.

    De belanghebbende is zelf verantwoordelijk – voor zover hij/zij een uitkering anders dan vanuit de Participatiewet, Ioaw of Ioaz ontvangt – om de bonus door te geven aan de uitkeringsinstantie in verband met eventuele verrekening.

Hoofdstuk 2. Vrijwilligersbonus

Artikel 4. Doelgroep

  • 1.

    Het Dagelijks Bestuur verleent een stimuleringspremie aan de belanghebbende indien aan de volgende criteria is voldaan:

    • a.

      de belanghebbende is ouder dan 27 jaar, maar heeft de AOW-leeftijd nog niet bereikt,

    • b.

      de belanghebbende heeft een inkomen dat lager is dan 110% van het wettelijk sociaal minimum,

    • c.

      de onbetaalde activiteiten zijn gedurende ten minste 6 maanden verricht;

    • d.

      de activiteiten beslaan wekelijks gemiddeld ten minste 6 uur;

    • e.

      tussen de organisatie en de belanghebbende is een overeenkomst opgemaakt, waarin de taken en de omvang van de activiteiten zijn vastgelegd;

    • f.

      de belanghebbende is woonachtig in een gemeente die deel uitmaakt van de gemeenschappelijke regeling Sociaal.

  • 2.

    Voor klanten gelden aanvullend op het genoemde in het eerste lid, de volgende criteria om voor de stimuleringspremie in aanmerking te komen:

    • a.

      de onbetaalde activiteiten vormen geen belemmering voor werkaanvaarding, en/of het volgen van een re-integratietraject, maar dragen hieraan bij;

    • b.

      voor de onbetaalde activiteiten is toestemming van de Sociale Dienst Drechtsteden verkregen;

    • c.

      Belanghebbende heeft zicht op inkomensverbetering.

  • 3.

    Voor Ioaw-klanten, Ioaz-klanten en niet-klanten gelden aanvullend op het genoemde in het eerste lid, de volgende criteria om voor de stimuleringspremie in aanmerking te komen:

    • a.

      het vermogen bedraagt niet meer dan de grenzen genoemd in artikel 34 van de Participatiewet;

    • b.

      het inkomen is gedurende minimaal 3 maanden niet hoger dan 110% van het toepassing zijnde wettelijk sociaal minimum.

Artikel 5. Hoogte en verstrekking

  • 1.

    De vergoeding wordt op aanvraag eenmaal per 12 maanden verstrekt en bedraagt € 250 per persoon.

  • 2.

    De vergoeding wordt per persoon maximaal eenmaal per 12 maanden toegekend.

  • 3.

    Onbetaalde activiteiten in het kader van dit artikel is het geheel van activiteiten uitgevoerd door een belanghebbende zonder betaling of salaris met een maatschappelijk doel en voor anderen, hetzij individuen, groepen of de samenleving in haar geheel (maar zonder familieband) binnen een organisatie met een maatschappelijk doel.

  • 4.

    De vergoeding staat los van, en wordt niet in mindering gebracht op eventuele andere tegemoetkomingen zoals voor gemaakte onkosten, die de belanghebbende ontvangt.

  • 5.

    De Ioaw-klant, de Ioaz-klant en de niet-klant zijn zelf verantwoordelijk voor het afstemmen van het verrichten van vrijwilligerswerk met de uitkeringsinstantie in verband met mogelijke consequenties voor het recht op uitkering.

Artikel 6. Hardheidsclausule en onvoorziene omstandigheden

  • 1.

    Het Dagelijks Bestuur kan, indien de toepassing van bepalingen in deze beleidsregels in de individuele situatie tot onbillijkheden van overwegende aard leidt voor zover het de bevoegdheid betreft die voortvloeit uit deze beleidsregels, afwijken van deze beleidsregels.

  • 2.

    In gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien, beslist het Dagelijks Bestuur.

Artikel 7. inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking op de dag na de bekendmaking en werken terug tot en met 1 januari 2022, onder intrekking van de Beleidsregels Participatie- en Vrijwilligersbonus Drechtsteden (vastgesteld op 13 december 2017).

  • 2.

    Deze beleidsregels worden aangehaald als Beleidsregels Participatie- en Vrijwilligersbonus Drechtsteden.

Aldus besloten in de vergadering van het Dagelijks Bestuur van 14 februari 2022.

drs. D.J. van Maanen, drs. P.J. Heijkoop

secretaris, voorzitter

Naar boven