Blad gemeenschappelijke regeling van Regionaal Archief Zuid-Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Regionaal Archief Zuid-Utrecht | Blad gemeenschappelijke regeling 2022, 497 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Regionaal Archief Zuid-Utrecht | Blad gemeenschappelijke regeling 2022, 497 | beleidsregel |
Treasurystatuut Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht 2012
Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht,
Overwegende dat het noodzakelijk is aanvullende beleidsregels vast te stellen op het gebied van treasury (financierings-en beleggingsactiviteiten) zoals voorzien in artikel 22 van de gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht,
Besluit vast te stellen de volgende beleidsregels ‘Treasurystatuut Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht 2012’.
Het Treasurystatuut (hierna: Statuut) van het Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht (hierna: RHC) heeft tot doel een formeel kader te scheppen waar binnen de financierings- en beleggingsactiviteiten van de organisatie dienen plaats te vinden. In het Statuut zorgen de vier elementen sturen, beheersen, verantwoorden en toezicht houden in hun samenhang voor duidelijkheid en transparantie in het financieringsproces.
In dit treasurystatuut wordt de “beleidsmatige infrastructuur” van de treasuryfunctie vastgelegd in de vorm van uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten. Het Statuut maakt een objectieve en transparante verantwoording vooraf en achteraf mogelijk.
De algemene missie van het RHC is het in het samenwerkingsgebied vervullen van de functie van regionaal kennis- en informatiecentrum op het gebied van de lokale en regionale geschiedenis door het opbouwen en beheren van een zo gevarieerd mogelijke collectie (regionaal) historische bronnen en deze op een zo actief mogelijke wijze dienstbaar maken voor een breed publiek.
Ter verwezenlijking van deze missie verricht het RHC in elk geval de volgende taken:
In algemene zin zal het financieel beleid dienen bij te dragen aan en ondersteuning te bieden voor het uitvoeren van deze taken. Meer specifiek zal de financiële continuïteit van het RHC op korte en lange termijn dienen te worden gewaarborgd.
Het treasurybeleid is erop gericht binnen de financiële mogelijkheden van het RHC een zo hoog mogelijk rendement te verkrijgen op overtollige middelen en de lasten zo veel mogelijk te reduceren op aan te trekken middelen, waarbij de risico’s zo goed mogelijk beheerst worden en in ieder geval beperkt blijven binnen de door het algemeen bestuur vastgestelde kaders.
De houding van het RHC ten aanzien van financieel risico is defensief en risicomijdend. De financieringsfunctie van het RHC is naar haar aard ondergeschikt aan de uitvoering van de publieke taak. Het risico beleid zal erop gericht zijn toekomstige risico’s inzichtelijk te maken, te beheersen, te verminderen of te verschuiven. De uitvoering van de financieringstaak mag in ieder geval niet leiden tot een vergroting van de risico’s voor de organisatie.
Gezien de beperkte omvang van de organisatie zal er af en toe een uitzondering moeten worden gemaakt met betrekking tot de functiescheiding. De juiste uitvoering en administratie van de transacties wordt in die gevallen gewaarborgd door een goed functionerende Administratieve Organisatie (AO) en Interne Controle (IC) waarbij binnen twee weken achteraf alsnog een toetsing plaatsvindt in de functiescheiding.
De financieringsfunctie is in bijlage II van dit Statuut op het gebied van administratieve organisatie en interne controle uitgewerkt. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van financieringsactiviteiten zijn op eenduidige wijze schriftelijk vastgelegd. Bevoegdheden zijn via delegatie en mandaat nader schriftelijk vastgelegd.
Met betrekking tot risicobeheer gelden de navolgende algemene uitgangspunten:
De organisatie kan middelen uitzetten op grond van de financieringsfunctie indien deze uitzettingen een prudent (= geschiedend met of getuigend van beleid) karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd door middel van de richtlijnen en limieten van dit financieringsstatuut;
Met betrekking tot kredietrisicobeheer gelden de volgende uitgangspunten:
Kredietrisico’s worden beperkt door uitsluitend uit te zetten bij financiële instellingen die officieel onder EER-toezicht van een Centrale Bank staan en waarbij de financiële instellingen alsook het land waarin de instelling is gevestigd voldoen aan de kredietwaardigheids rating AA of hoger, afgegeven door minimaal twee gerenommeerde ratingbureaus;
Met betrekking tot intern liquiditeitsrisicobeheer gelden de volgende uitgangspunten:
Voor korte financiering geldt dat binnen de grenzen van het jaarlijks vastgestelde (of eventueel bijgestelde) mandaat de financieringsorganisatie het aantrekken van middelen kan voorbereiden en uitvoeren. Hiervoor geldt de procedure als bedoeld in Artikel 5 en hetgeen hieronder wordt vastgesteld inzake richtlijnen en limieten voor financieringen in het algemeen.
Voor korte beleggingen geldt dat binnen de grenzen van het jaarlijks vastgestelde (of eventueel bijgestelde) mandaat de financieringsorganisatie het uitzetten van middelen kan voorbereiden en uitvoeren. Hiervoor geldt de procedure als bedoeld in Artikel 5 en hetgeen hieronder wordt vastgesteld inzake de richtlijnen en limieten voor beleggingen in het algemeen.
Bijlage II bevoegdheden en verantwoordelijkheden
* De door een daartoe bevoegd persoon of lichaam verleende bevoegdheid om het RHC te vertegenwoordigen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2022-497.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.