10e Wijziging Besluit bezwarende functie VRR

 

Het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond,

 

Constaterende dat het Besluit bezwarende functie VRR ten gevolge van een aantal wijzigingen behoeft te worden aangepast;

 

gelet op:

- artikel 125 Ambtenarenwet;

- artikel 33b, eerste lid, onder c van de Wet gemeenschappelijke regelingen;

- LOGA brief TAZ/U201900807/

 

besluit vast te stellen:

 

10e Wijziging Verordening besluit bezwarende functie VRR

 

Artikel A  

Artikel 9e:2 lid 2 wordt gewijzigd en komt als volgt te luiden:

2. Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden houdt het LOGA-pad in dat

de ambtenaar:

a. moet deelnemen aan Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance en,

b. de volledige levensloopbijdrage beschikbaar moet stellen om in te leggen in Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance op het moment dat de werkgever deze levensloopbijdrage verstrekt en,

c. niet tussentijds (vóór het bereiken van de 59- of 60-jarige leeftijd) tegoed opneemt uit Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance tenzij,

I. het tegoed wordt opgenomen voor de periode als bedoeld in artikel 9b:11 eerste lid onder b respectievelijk 9b:35 eerste lid onder b, of

II. het tegoed wordt opgenomen voor de periode als bedoeld in artikel 9f:3a,

d. uiterlijk voor 1 januari 2022 zijn netto spaarverzekeringstegoed overbrengt naar de netto spaarrekening, en

e. de werkgever een afschrift van zijn polisblad van zijn netto spaarverzekering doet toekomen waaruit het saldo van zijn tegoed op 1 januari 2020 blijkt.

 

Artikel B Inwerkingtreding

1. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking en werkt terug tot 1 augustus 2019.

2. Dit besluit kan worden aangehaald als 10e Wijziging Verordening besluit bezwarende functie VRR

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van 1 juli 2020,

 

De secretaris,

mr. drs. A. Littooij

 

De voorzitter,

ing. A. Aboutaleb

Toelichting Wijziging 10 FLO-overgangsrecht: versneld sparen

 

Wijziging 10 FLO-overgangsrecht: versneld sparen naar 225% van het netto inkomen (Hoofdstuk 9e Besluit bezwarende functie VRR)

 

De 10e wijziging van het Besluit bezwarende functie betreft de vertaling van de afspraken met betrekking tot de opbouw van een netto-spaartegoed tot 225% van het netto-inkomen op de leeftijd van 55 jaar. De leeftijd van 55 jaar is ingegeven door eisen van de fiscus: netto sparen boven de leeftijd van 55 jaar maakt dat het gehele spaartegoed wordt aangemerkt als RVU-plichtig.

 

225% netto

De levensloopregeling vervalt ingaande 1 januari 2022. Partijen hebben afgesproken tot deze datum maximaal van deze regeling gebruik te maken. Tevens is afgesproken het individueel sparen van tegoeden voort te zetten en wel tot 225% van het netto inkomen op de leeftijd van 55 jaar. Doordat het te sparen bedrag hoger is (225% netto in plaats van 210% bruto) en het moment waarop het spaarbedrag bereikt moet zijn eerder is (55 jaar in plaats van 59 jaar), moet voor een grote groep medewerkers versneld gespaard worden.

 

Uit onderzoek blijkt dat het mogelijk is door in de kalenderjaren 2020 en 2021 maximaal te storten onder de levensloopregeling om:

a) voor iedereen op 55 jarige leeftijd te beschikken over 225% netto FLO-spaartegoed ingaande 1 januari 2022,

en

b) voor een ieder jonger dan 55 jaar op 1 januari 2022 met een maximale werkgeversbijdrage netto-spaar van 20% een netto-saldo van 225% op de leeftijd van 55 jaar te bereiken.

 

Dit betekent voor de werkgever (aanzienlijk) hogere werkgeversbijdragen aan levensloop in de kalenderjaren 2020 en 2021 dan geprognosticeerd was. Dit leidt echter niet tot meerkosten, de kosten worden naar voren in de tijd gehaald. Het sparen tot 225% netto spaartegoed leidt op termijn, als de medewerker gebruik gaat maken van het FLO-overgangsrecht, tot een lagere bruto FLO-uitkering en daardoor minder te betalen RVU-boete. De medewerker krijgt te maken met een hogere levensloopbijdrage welke in 2020 en 2021 via Loyalis overgemaakt wordt naar de bruto (max 12%) en netto levenslooppolis van de medewerker (namelijk dat deel dat boven de 12% van het totaalsalaris uitkomt). Deze hogere bijdragen komen via het reeds afgesproken transitieproces uiteindelijk op de netto spaarrekening van de medewerker en dienen als startsaldo voor de te berekenen spaar werkgeversbijdrage FLO-overgangsrecht ingaande 1 januari 2022.

 

Het extra levensloop sparen kan betekenen dat de medewerker geconfronteerd wordt met een hoger fiscaal inkomen en mogelijk verlaging/beëindiging van door de overheid toegekende toeslagen. Om naheffing te voorkomen wordt het LOBA-Deloitte rekenmodel toegepast. Voor de mogelijke verlaging / beëindiging van de door de overheid toegekende toeslagen kan de medewerker een beroep doen op de “Compensatieregeling Transitie levensloop – netto spaartegoed”. Deze regeling wordt in 2020 nader uitgewerkt.

 

Kopie polisblad netto-aanvullingsplan

Teneinde voor een ieder de juiste werkgeversbijdragen levensloop in de kalenderjaren 2020 en 2021 te bepalen is inzicht in het spaarbedrag op het polisblad netto-aanvullingsplan Loyalis per 1 januari 2020 noodzakelijk. Deze noodzakelijke voorwaarde is als LOGA-pad vereiste aan het desbetreffende CAR artikel toegevoegd.

 

De artikelen treden met terugwerkende kracht tot 1 augustus 2019 in werking.

 

Naar boven