Blad gemeenschappelijke regeling van Metropoolregio Eindhoven
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Metropoolregio Eindhoven | Blad gemeenschappelijke regeling 2020, 1241 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Metropoolregio Eindhoven | Blad gemeenschappelijke regeling 2020, 1241 | Beleidsregels |
In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a. Onderneming: een natuurlijke of privaatrechtelijke persoon die een onderneming in stand houdt in de zin van de Handelsregisterwet 1984. Ook juridische ondernemingsvormen die niet volgens deze wet ingeschreven dienen te staan (bv. Maatschap) maar die wel een onderneming in stand houden in de geest van de Handelsregisterwet 1984 komen in aanmerking.
d. Extern adviseur: een onafhankelijk natuurlijk persoon of een niet-publiekrechtelijke rechtspersoon, wiens hoofdberoep of hoofdbedrijf is het geven van adviezen aan en/of het begeleiden van het bedrijfsleven op urendeclaratiebasis en die gedurende tenminste 1 jaar als zodanig werkzaam is en tenminste 3 jaar ervaring heeft in het vakgebied, alsmede universiteits- en HBO-instellingen en andere wetenschappelijke instellingen zoals TNO.
Natuurlijke personen die namens universiteits-, HBO- en andere wetenschappelijke instellingen als eindverantwoordelijk extern adviseur optreden, moeten reeds als zodanig tenminste 1 jaar bij deze instellingen in vaste dienst zijn en tenminste 50% van hun werkzame tijd als adviseur optreden. De kosten van de inzet van studenten onder verantwoordelijkheid van een extern adviseur zoals hierboven gedefinieerd zijn eveneens subsidiabel.
Artikel 2. Doel en status van de regeling
Een te verstrekken subsidie dient een aantoonbare bijdrage te leveren aan de doelstellingen van het in lid 1 genoemde programma doordat zij gericht zijn op het stimuleren van innovatieve ontwikkelingen. De aantoonbare meerwaarde voor de regio ontstaat indien er sprake is van (in willekeurige volgorde):
Artikel 3. Reikwijdte van de regeling
1. Subsidie op grond van de SAR kan op aanvraag worden verstrekt aan de onderneming die gevestigd is in de regio Eindhoven en die gebruik maakt van een extern adviseur. De vestigingsplaats van deze adviseur is niet relevant. De onderneming dient ingeschreven te zijn in de registers van de Kamer van Koophandel. Indien een inschrijving niet verplicht is (bv. Maatschap) dient het formeel bestaan van de onderneming aangetoond te worden. Holdings zonder concrete bedrijfsmatige activiteiten zijn van de regeling uitgesloten.
Subsidie op grond van de SAR wordt verleend tot maximaal de totale omvang van het in het desbetreffende jaar door het Dagelijks Bestuur beschikbaar gestelde bedrag voor het subsidiëren van externe adviezen.
1. Aan een onderneming kan op een overeenkomstig artikel 6 ingediende aanvraag en met inachtneming van de volgende bepalingen subsidie worden verleend ter tegemoetkoming in de kosten (artikel 5, lid 2) die een extern adviseur hem in rekening brengt voor het ten behoeve van zijn onderneming uitbrengen van schriftelijk advies betreffende het zoeken naar c.q. het realiseren van innovaties.
4. De aanvraag dient vergezeld te gaan van een op de advisering gerichte offerte die aan de onderneming is uitgebracht door de externe adviseur aan wie de onderneming voornemens is de opdracht overeenkomstig de offerte te verstrekken. Deze offerte dient gespecificeerd te zijn naar de benodigde tijd (ingedeeld in urenblokken van maximaal 40 uur) en onderwerp. De offerte dient voorts te voldoen aan de daaraan door Metropoolregio Eindhoven te stellen eisen, zoals geformuleerd in de bijlage bij het aanvraagformulier.
9. Per mensdag van 8 uur worden geen hogere kosten als bedoeld in het eerste lid, dan € 1.000,00 in aanmerking genomen als subsidiabele kosten. In geval van inzet van studenten worden per mensdag van 8 uur geen hogere kosten als bedoeld in het eerste lid, dan € 200,00 in aanmerking genomen als subsidiabele kosten. Het meerdere moet derhalve steeds door de aanvrager zelf voldaan worden.
6. De aanvraag dient voorts vergezeld te gaan van een op de advisering of onderdeel daarvan – voor welke kosten subsidie wordt aangevraagd – gerichte offerte, welke is gespecificeerd naar benodigde tijd en onderwerp (zie ook artikel 3 lid 4) en die aan de onderneming is gedaan door de externe adviseur aan wie de onderneming voornemens is de opdracht overeenkomstig deze offerte te verstrekken.
Artikel 7. Beslissingstermijnen
1. De Uitvoerende Instantie geeft op de aanvraag een beschikking af binnen twaalf weken na de dag van ontvangst van de aanvraag. Indien de beschikking niet binnen twaalf weken kan worden gegeven, stelt de Uitvoerende Instantie de aanvrager hiervan in kennis en noemt zij daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking wel tegemoet kan worden gezien.
2. Op aanvragen zal zoveel mogelijk worden beslist in volgorde van binnenkomt. Aanvragen die niet voldoen aan het gestelde in het voorgaande artikel worden niet in behandeling genomen. De aanvrager wordt hiervan in kennis gesteld en deze krijgt daarbij eenmalig de gelegenheid binnen 4 weken alsnog te voldoen aan de formele eisen. Indien ook dan nog niet wordt voldaan aan de gestelde eisen, dan wordt de aanvrager onder opgaaf van redenen binnen zes weken schriftelijk op de hoogte gesteld van de beslissing om de aanvraag niet in behandeling te nemen.
i. De onderneming naar de mening van de Uitvoerende Instantie onvoldoende aannemelijk kan maken dat zij na uitvoering van het onderhavige adviestraject over een redelijk tot goed continuïteitsperspectief kan beschikken. Hiervan is in ieder geval sprake wanneer de onderneming naar mening van de Uitvoerende Instantie niet of nauwelijks beschikt over een positieve recente historie op het gebied van omzetten en winstgevendheid of wanneer zij beschikt over een onvoldoende vermogenspositie om de bedrijfscontinuïteit te waarborgen.
j. Niet wordt voldaan aan een verzoek van de Uitvoerende Instantie om door haar aangewezen personen toegang te verlenen tot door de aanvrager gebruikte plaatsen. Een dergelijk verzoek zal door de Uitvoerende Instantie uitsluitend worden gedaan voor zover dat naar de mening van de Uitvoerende Instantie noodzakelijk is voor een goede uitvoering van deze regeling.
Artikel 10. Aanvullende voorwaarden
Een subsidie kan verleend worden onder (aanvullende) voorwaarden; bij het niet vervuld worden van deze voorwaarden kan de subsidieverlening geheel of gedeeltelijk vervallen worden verklaard.
Artikel 11. Uitvoering adviestraject
1. De aanvrager dient het adviestraject overeenkomstig het plan waarop de beschikking betrekking heeft en binnen twaalf maanden na de beschikkingsdatum uit te voeren. Dit wil zeggen dat het schriftelijk advies binnen deze periode moet zijn uitgebracht, behoudens voorafgaande schriftelijke toestemming van de Uitvoerende Instantie voor het essentieel wijzigen, vertragen of stopzetten van het adviestraject.
2. De Uitvoerende Instantie geeft op een aanvraag om een toestemming als bedoeld in lid 1 een beschikking binnen vier weken na ontvangst van het verzoek. Indien de aanvullende beschikking op het verzoek als bedoeld in lid 1 niet binnen vier weken kan worden gegeven stelt de Uitvoerende Instantie de aanvrager daarvan in kennis en noemt zij daarbij een redelijke termijn waarop de aanvullende beschikking wel tegemoet kan worden gezien.
3. De Uitvoerende Instantie stelt op het verzoek tot vaststelling van het definitieve subsidiebedrag binnen 1 maand na de dag van ontvangst van het verzoek, het definitieve subsidiebedrag vast. Indien de vaststelling niet binnen 1 maand kan worden gegeven stelt de Uitvoerende Instantie de aanvrager daarvan in kennis en noemt zij daarbij een redelijke termijn waarbinnen de vaststelling tegemoet kan worden gezien.
Artikel 18 Intrekkingsbepaling
Alle aanvragen die zijn ingediend in het kader van de PAR-regeling en die nog niet in behandeling zijn genomen of waarop nog geen beslissing tot vaststelling is genomen op het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling , worden afgedaan met inachtneming van de bepalingen van deze regeling.
De doelgroep zal, indien er voldoende innovatieve elementen zijn aangetoond, in de gelegenheid worden gesteld om subsidie te verkrijgen voor het aantrekken van externe kennis en expertise om een aanzet te geven tot voornoemde innovatietrajecten. Het oogmerk hierbij is om de drempel tot dergelijke trajecten te verlagen en de slagingskansen te verhogen.
De subsidiabele adviesonderwerpen bij innovatieve trajecten zijn:
De subsidiabele onderwerpen dienen altijd een relatie te hebben met een innovatietraject en zijn extern gericht. Uitdrukkelijk wordt hierbij aangegeven dat intern gerichte processen als kwaliteitssystemen en het stroomlijnen van de organisatie (dus ook invullen van capaciteit)daar nooit toe kunnen behoren.
Gedurende de looptijd van de regeling kan per onderneming in een aaneensluitende periode van 4 jaar maximaal € 50.000,00 aan subsidie (SAR) en financiering (SIR) worden toegekend. Bij de toetsing van dit bedrag worden subsidies uit hoofde van de SAR opgeteld bij de lening uit hoofde van de SIR. Dit kan overigens geschieden op grond van meer dan één aanvraag, zij het dat een aanvraag wordt afgewezen indien de subsidie per aanvraag minder dan € 2.000,00 wordt geraamd.
In principe zijn enkel adviesuren subsidiabel en wel tot een maximum van € 1.000,00 per mensdag van 8 uur en maximaal € 200,00 ingeval van studenteninzet. Materiaalkosten, montage-uren, instructieuren, reiskosten en out-of-pocketkosten zijn niet subsidiabel tenzij uit de offerte helder blijkt dat deze kosten nodig zijn ten behoeve van het adviestraject. Een en ander ter uitsluitende beoordeling van de Uitvoerende Instantie.
Uit het hier gestelde blijkt dat de aanvrager voor eigen risico en rekening verplichtingen kan aangaan ná de datum der dagtekening van de bevestiging van ontvangst van de aanvraag. Advieskosten waarvoor eerder financiële verplichtingen zijn aangegaan zijn in geen geval subsidiabel. Ter verduidelijking hiervan wordt erop gewezen dat het verstrekken van een opdracht reeds een financiële verplichting in zich bergt.
Indien een aanvraag wordt afgewezen om welke reden dan ook kan de aanvrager een nieuwe aanvraag indienen, waarvoor dan het direct hierboven staande wederom van toepassing is.
Indien het door de Uitvoerende Instantie geraamde subsidiebedrag , zijnde 50% van de subsidiabele kosten op minder dan € 2.000,00 per aanvraag wordt geraamd wordt de aanvraag om die reden afgewezen.
Een goedgekeurd adviesproject moet binnen twaalf maanden na goedkeuring zijn gerealiseerd(d.w.z. uitgevoerd, schriftelijk vastgelegd en betaald). Kosten die na deze termijn worden gemaakt zullen voorshands niet voor subsidie in aanmerking komen, tenzij voorafgaande schriftelijke toestemming is gegeven om van deze termijn af te wijken.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2020-1241.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.