Blad gemeenschappelijke regeling van Waddenfonds
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waddenfonds | Blad gemeenschappelijke regeling 2020, 1180 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waddenfonds | Blad gemeenschappelijke regeling 2020, 1180 | Beleidsregels |
Rectificatie: Beleidsregel van het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Waddenfonds houdende regels omtrent het monitoren en evalueren van door het openbaar lichaam Waddenfonds te subsidiëren en gesubsidieerde projecten (Beleidsregel monitoring & evaluatie Waddenfonds)
[Deze publicatie betreft een rectificatie omdat een deel van tabel 2 per abuis niet bekendgemaakt is. De oorspronkelijke publicatie is op 10 juli 2020 bekendgemaakt, beschikbaar via Blad gemeenschappelijke regeling 2020, 715.]
Het dagelijks bestuur van het Waddenfonds;
besluit de Beleidsregel monitoring & evaluatie Waddenfonds als volgt vast te stellen:
In deze beleidsregel wordt verstaan onder:
Leeuwarden, 3 juli 2020
Namens het dagelijks bestuur van het Waddenfonds,
H. Staghouwer,
voorzitter,
G. W. Huisman,
secretaris
1.1. Achtergrond monitoring en evaluatie
In artikel 4:24 van de Algemene wet bestuursrecht staat dat tenminste éénmaal per vijf jaar een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in de praktijk wordt gepubliceerd. In artikel 1.9 van de ASV is een kortere termijn gesteld en is bepaald dat het dagelijks bestuur éénmaal in de vier jaar aan het algemeen bestuur verslag doet van de effecten van de subsidie. Een regelmatige evaluatie van beleid en regelgeving kan bijdragen aan de beheersing van overheidsuitgaven. Als uit de evaluatie blijkt dat subsidiëring onvoldoende doeltreffend is, kan het subsidiebeleid worden aangepast. Het monitoren van de effecten en doeltreffendheid van gesubsidieerde activiteiten door het Waddenfonds vindt plaats op twee niveaus:
De langs deze twee niveaus verkregen gegevens vormen de basis voor de (periodieke) evaluatie van het beleid.
Bij gesubsidieerde activiteiten ligt de focus veelal op de output: wat is het concrete resultaat van de gesubsidieerde activiteit, bijvoorbeeld een zonnepark, de aanleg van een zoet-zout overgang of een bezoekerscentrum.
Bij de outcome wordt voorbij de grenzen van het concrete (project)resultaat gekeken. Wat zijn de beoogde ecologische, economische of maatschappelijke effecten, zowel positief als negatief.
Ten behoeve van de monitoring wordt gebruikt gemaakt van hoofddoelen, gespecificeerde doelen, indicatoren en streefwaarden voor die indicatoren en van expert-judgement. In schema:
1.3. Hoofddoelen en gespecificeerde doelen
Het Waddenfonds heeft vier hoofddoelen:
Ten behoeve van de monitoring zijn deze hoofddoelen in het Uitvoeringskader Waddenfonds gespecificeerd. De hoofddoelen en de gespecificeerde doelen zijn opgenomen in tabel 1.
1.4. Indicatoren en streefwaarden
Voor het kunnen bepalen van de bijdrage van gesubsidieerde activiteiten aan de doelen van het Waddenfonds wordt gebruik gemaakt van een selectieve set van outcome-indicatoren. Deze indicatoren kunnen op basis van ervaringen en het beschikbaar komen van nieuwe inzichten worden aangepast. In dat geval zal ook deze beleidsregel worden gewijzigd.
Aan een indicator kan een streefwaarde worden gekoppeld. Streefwaarden zijn richtinggevende waarden en geen normerende waarden. Daarmee kan worden gemeten of projecten hebben bijgedragen aan ontwikkelingen in de gewenste richting. Ook streefwaarden kunnen op basis van de opgedane ervaringen worden aangepast. Deze beleidsregel wordt dan gewijzigd.
De indicatoren en streefwaarden zijn opgenomen in tabel 2.
Tabel 2 Indicatoren en Streefwaarden
Het Waddenfonds sluit voor het uitvoeren van evaluaties zoveel mogelijk aan bij bestaande meetnetten. Die worden ontsloten en toegankelijk gemaakt via de Basismonitoring Wadden of via de beheerders van de betreffende meetnetten voor zover die geen onderdeel uit maken van de Basismonitoring Wadden.
In de ASV is bepaald dat het dagelijks bestuur formulieren en modellen kan vaststellen, waarvan het gebruik verplicht is voorgeschreven. Dit draagt bij aan een efficiënt subsidieproces. Daarom moet bij een aanvraag gebruik worden gemaakt van door het dagelijks bestuur vastgestelde formats. Het verstrekken van gegevens ten behoeve van een te subsidiëren activiteit is een verantwoordelijkheid van de subsidieaanvrager. Het format voor een projectplan voorziet daarom in een monitorings-paragraaf, waarin output en outcome moeten worden beschreven. Langs deze weg worden van de subsidieaanvrager de volgende gegevens verkregen:
2.1.1 Ten behoeve van de output:
Als de te subsidiëren activiteit mede of uitsluitend betrekking heeft op het verwerven van kennis wordt (tevens) omschreven:
2.1.2 Ten behoeve van de outcome:
met welke van de in tabel 2 genoemde indicator(en) het beoogde effect van de gesubsidieerde activiteit kan worden gemeten en met welk meetnet. Als het beoogde effect niet kan worden gemeten met één of meer van de indicatoren uit tabel 2 dient omschreven te worden met welke indicator en met welk meetnet dat effect wel gemeten kan worden.
Als de te subsidiëren activiteit mede of uitsluitend betrekking heeft op het verwerven van kennis wordt (tevens) omschreven:
Het verzamelen, verwerken en rapporteren van gegevens ten behoeve van een gesubsidieerde activiteit is een verantwoordelijkheid van de subsidieontvanger. Dit vindt, voor zover van toepassing, plaats via drie sporen, voortgangsrapportage, meldingen en aanvragen tot wijziging van de subsidieverlening en het verzoek tot subsidievaststelling.
Op grond van de ASV kan het dagelijks bestuur aan het verstrekken van een subsidie vanaf € 25.000, als de periode van uitvoering van de activiteiten meer dan 12 aaneengesloten maanden bedraagt, de verplichting opleggen dat één keer per periode van 12 maanden een tussentijds voortgangsverslag wordt overgelegd. In het kader van een doeltreffende subsidieverstrekking kan het dagelijks bestuur hiervan afwijken.
In de ‘Beleidsregel voorbereiding, toezicht en handhaving subsidieverstrekking Waddenfonds’ is hierover bepaald dat aan een subsidieontvanger, bij het verlenen van een subsidie vanaf € 125.000 en waarbij de periode van uitvoering van de activiteiten meer dan 12 aaneengesloten maanden bedraagt, steeds de verplichting wordt opgelegd om tenminste één keer per periode van 12 maanden een schriftelijke voortgangsrapportage aan het dagelijks bestuur te overleggen of een voortgangsgesprek te houden met de toezichthouder.
Meldingen en aanvragen tot wijziging van de subsidieverlening.
Op grond van de ASV is de subsidieontvanger verplicht wijzigingen in de omstandigheden, de begroting en de projectresultaten aan het Waddenfonds te melden. In voorkomende gevallen kan dit leiden tot wijziging of zelfs intrekking van het besluit tot subsidieverlening.
Op een aanvraag tot wijziging van een besluit tot subsidieverlening is het bepaalde in paragraaf 2.1 van overeenkomstige toepassing. Dit betekent dat de subsidieontvanger bij die aanvraag inzichtelijk maakt welke consequenties de wijziging heeft voor de output en de outcome.
De aanvraag tot subsidievaststelling
Op grond van de ASV wordt bij een subsidie van € 125.000 of meer bij de aanvraag tot vaststelling onder meer een activiteitenverslag overgelegd, waaruit genoegzaam blijkt dat de activiteit waarvoor subsidie is verleend overeenkomstig het besluit tot subsidieverlening is verricht en aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.
De monitoring van de outcome van de gesubsidieerde activiteiten een verantwoordelijkheid van het Waddenfonds. Dit laat onverlet dat van de subsidieontvanger kan worden gevraagd om gegevens te leveren ten behoeve van op te stellen evaluatierapportages met betrekking tot de outcome van gesubsidieerde projecten. Op grond van de ASV rust op de subsidieontvanger de verplichting om op verzoek van het dagelijks bestuur mee te werken aan een door of vanwege het dagelijks bestuur ingesteld evaluatieonderzoek naar de toepassing van ASV. Bij het besluit tot subsidieverlening kan deze verplichting worden geconcretiseerd.
Het Waddenfonds sluit voor de monitoring van de outcome zoveel als mogelijk aan bij de Basismonitoring Wadden en andere bestaande meetnetten.
In aanvulling op de vastgelegde verplichtingen in de ASV en de beleidsregel toezicht en handhaving worden ten behoeve van een (kwalitatieve) monitoring van de effecten en de doeltreffendheid van de door het Waddenfonds gesubsidieerde activiteiten de volgende geconcretiseerde verplichtingen opgelegd aan de subsidieontvangers- en aanvragers van een subsidie:
Het dagelijks bestuur van het Waddenfonds voert, ter voldoening aan het bepaalde in artikel 1.9 van de ASV periodiek een evaluatie uit. Evaluatie van Waddenfondsprojecten vindt plaats op basis van de door het dagelijks bestuur vastgestelde evaluatiemethodiek.
Toepassing van deze methodiek maakt het mogelijk om op basis van kwantitatieve en kwalitatieve gegevens te komen tot een beeld en waardering van de bijdrage van de gesubsidieerde projecten aan de Waddenfondsdoelen. Naast de beschikbare kwantitatieve en kwalitatieve informatie (‘meten en berekenen’), is een interpretatie (‘causaliteit’, ‘beredeneren’) nodig op basis van expert-judgement. Daarbij gaat het om leggen van de mogelijke relatie tussen projecteffecten en de ‘staat van het wad’ / autonome trends en ontwikkelingen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2020-1180.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.