Mandaat en volmacht regeling BWB 2020

Het Dagelijks Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking West-Brabant;

gelezen:

het voorstel met boven aangehaald onderwerp;

gezien:

de beraadslagingen op voornoemde datum;

overwegende dat :

één van de uitgangspunten van de organisatie is het zo laag mogelijk in de organisatie neerleggen van bevoegdheden en verantwoordelijkheden;

voor de realisering van bovengenoemd uitgangspunt een mandaat- en volmachtregeling noodzakelijk is;

gelet op:

de Algemene wet bestuursrecht;

de Wet op de Ondernemingsraden;

de Wet gemeenschappelijke regeling (Wgr) en;

de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking West-Brabant;

de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren;

besluit:

de “Mandaat en volmacht regeling BWB 2020” als volgt vast te stellen:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    mandaat: de bevoegdheid om in naam van het bestuursorgaan besluiten te nemen, waaronder tevens de voorbereiding en de uitvoering ervan wordt verstaan;

  • b.

    mandaatgever: het bestuursorgaan dat de betreffende bevoegdheid verleent;

  • c.

    gemandateerde: degene die de bevoegdheid namens het bestuursorgaan uitoefent;

  • d.

    ondermandaat : de gemandateerde verleent mandaat aan een ander;

  • e.

    volmacht: de bevoegdheid om in naam van het bestuursorgaan privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

  • f.

    ondervolmacht : de gevolmachtigde verleent volmacht aan een ander;

  • g.

    directeur: de benoemde functionaris die is belast met de leiding van de organisatie;

  • h.

    manager bedrijfsvoering : functionaris die is belast met de bedrijfsvoering van de organisatie;

  • i.

    medewerker: ambtenaar in de zin van artikel 1, lid 1 van de Ambtenarenwet 2017.

 

Artikel 2 Verlening mandaat en volmacht

  • 1.

    Het dagelijks bestuur verleent mandaat of volmacht aan de directeur om de bevoegdheden zoals opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlagen A en B uit te oefenen onder de daar genoemde voorwaarden.

  • 2.

    De in deze regeling opgenomen bepalingen omtrent mandaat zijn van overeenkomstige toepassing op het uitoefenen van volmacht.

  • 3.

    De mandaat en volmachtgever kan te allen tijde ter zake van de uitoefening van de bevoegdheid bijzondere aanwijzingen geven.

  • 4.

    Het nemen van beslissingen op bezwaarschriften betreffende gemandateerde bevoegdheden is uitdrukkelijk voorbehouden aan het desbetreffende bestuursorgaan.

  • 5.

    Onverminderd het bepaalde in het eerste lid, wordt bij de uitoefening van bedoelde bevoegdheden het daaromtrent gestelde bij of krachtens wetten, besluiten, verordeningen e.d. van diverse wetgevers of bestuursorganen in acht genomen.

Artikel 3 Relatie regeling budgethouderschap

Indien de uitoefening van het mandaat of de volmacht financiële consequenties heeft, is de Regeling Budgethouderschap en Financieel Mandaat BWB 2012 mede van toepassing.

 

Artikel 4 Plaatsvervanging

Bij afwezigheid van de gemandateerde of de gevolmachtigde worden deze bevoegdheden uitgeoefend door de manager bedrijfsvoering.

 

Artikel 5 Beperkende voorwaarden

  • 1.

    De gemandateerde of gevolmachtigde maakt geen gebruik van het mandaat of de volmacht indien:

    a. niet wordt voldaan aan bij mandaat of volmacht verlening gestelde voorwaarden;

    b. overschrijding dreigt van kredieten of de begroting.

  • 2.

    In de gevallen als bedoeld in het eerste lid, bij twijfel of een aangelegenheid onder het mandaat of de volmacht valt, is vooroverleg en terugkoppeling met de mandaat of volmachtgever verplicht.

 

Artikel 6 Registratie en verantwoording

  • 1.

    Al de krachtens mandaat en volmacht genomen besluiten worden schriftelijk vastgelegd en naar behoren gearchiveerd.

  • 2.

    Het bestuursorgaan wordt in kennis gesteld van die besluiten, waarvan gemandateerde of de gevolmachtigde redelijkerwijs moet aannemen dat deze voor het bestuursorgaan van belang zijn om voldoende geïnformeerd te zijn.

 

Artikel 7 Ondermandaat en ondervolmacht

  • 1.

    De functionaris, zoals opgenomen in de bij deze verordening behorende bijlagen, kan ondermandaat en ondervolmacht verlenen, onder de aan het mandaat en volmacht gestelde voorwaarden.

  • 2.

    De mandaat en volmachtgever kan ter zake van de uitoefening van deze bevoegdheid bijzondere aanwijzingen geven.

  • 3.

    Een besluit tot het verlenen van ondermandaat en ondervolmacht wordt schriftelijk vastgelegd.

 

Artikel 8 wijze van ondertekening

Bij de uitoefening van een mandaat en volmacht worden de uitgaande stukken als volgt ondertekend:

 

Het Dagelijks Bestuur van de Belastingsamenwerking West-Brabant,

Namens deze,

Gevolgd door de functieaanduiding, handtekening en naam van de gemandateerde of gevolmachtigde

 

Artikel 9 Overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Mandaatregeling BWB” vastgesteld op 2 december 2016 wordt met ingang van de in het tweede lid genoemde datum ingetrokken, met dien verstande dat deze intrekking geen gevolgen heeft voor de geldigheid van op basis van die mandaatregeling genomen besluiten;

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2020;

  • 3.

    Deze regeling kan worden aangehaald als “Mandaat en volmacht regeling BWB 2020”.

Aldus vastgesteld op 6 december 2019,

Het Dagelijks Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling

Belastingsamenwerking West-Brabant;

de secretaris, de voorzitter,

s. P.C.A.M. Stoffelen drs. Th.J.J.M. Schots

Naar boven