Blad gemeenschappelijke regeling van Omgevingsdienst IJsselland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Omgevingsdienst IJsselland | Blad gemeenschappelijke regeling 2019, 931 | Overige overheidsinformatie |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Omgevingsdienst IJsselland | Blad gemeenschappelijke regeling 2019, 931 | Overige overheidsinformatie |
Regeling gebruik dienstauto’s en elektronische rittenregistratie Omgevingsdienst IJsselland
Besluit van dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst IJsselland over het gebruik van dienstauto’s en de toepassing van de daarin geïnstalleerde elektronische rittenregistratie Omgevingsdienst IJsselland;
Het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst IJsselland,
gelezen het voorstel van de directeur van de Omgevingsdienst IJsselland van 4 april 2019;
artikel 21, sub c, van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst IJsselland;
de Algemene verordening gegevensbescherming
artikel 27, eerste lid onder k van de Wet op de Ondernemingsraden en het instemmende besluit van de Ondernemingsraad van 21 maart 2019
De regeling gebruik dienstauto’s en elektronische rittenregistratie Omgevingsdienst IJsselland als volgt vast te stellen:
De verwerking van persoonsgegevens inzake het gebruik van de dienstauto’s heeft de volgende doeleinden:
De directeur is verantwoordelijk voor de uitvoering van deze regeling en kan daartoe maatregelen treffen. Deze maatregelen mogen niet in strijd zijn met deze regeling.
De beheerders zijn op grond van artikel 9 Ambtenarenwet, verplicht tot geheimhouding van persoonsgegevens en al het hetgeen hen in verband met hun functie ter kennis is gekomen, voor zover die verplichting uit de aard van de zaak volgt en behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hen tot mededeling verplicht of uit hun taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit.
De beheerders treffen alle noodzakelijke maatregelen om een ongestoorde en betrouwbare black box gegevensregistratie te beveiligen, zoals in artikel 3 wordt omschreven. De onderstaande gegevens worden per voertuig geregistreerd:
Artikel 9 Verplichtingen van de gebruiker
De geregistreerde gebruiker is verantwoordelijk voor het gebruik van het voertuig gedurende de hele periode van registratie. Het behoort tot zijn of haar verantwoordelijkheid bij het in gebruik nemen van het voertuig en het stallen van het voertuig de daarvoor afgesproken aan- en afmeldingsprocedure te volgen.
Het is niet toegestaan de black box op een andere dan de voorgeschreven wijze te gebruiken, te manipuleren of de werking daarvan zodanig te beïnvloeden dat daardoor geen correctie ritregistratie kan plaatsvinden.
Artikel 14 Bevoegdheden bij vermoeden van handelen in strijd met artikel 10
De directeur kan bij het onderzoek de betreffende gegevens van de black box registratie opvragen, dan wel op afstand de toepasselijke computerbestanden benaderen. Na afloop van het onderzoek worden de verstrekte gegevens vernietigd. Dit is niet het geval als deze gegevens naar het oordeel van de directeur die het verzoek deed, nodig zijn in verband met (een) privaatrechtelijke maatregel en/of strafrechtelijke procedure(s).
Artikel 15 Rechten van de gebruiker
Als een overtreding als bedoeld in artikel 10 geconstateerd is, stelt de directeur of de teammanager de betreffende gebruiker hiervan onmiddellijk in kennis. Op verzoek van de gebruiker kan deze inzagekrijgen in het gedeelte van de black box gegevens dat op hem betrekking heeft. Desgewenst wordt aan hem een kopie van deze gegevens verstrekt. Voor het overige beschikt de gebruiker over alle rechten op bezwaar en beroep die hem krachtens zijn rechtspositie toekomen.
De gebruiker kan de beheerder verzoeken zijn persoonsgegevens te verwijderen, te verbeteren, aan te vullen of af te schermen als deze feitelijk onjuist zijn, voor het doel of de doeleinden(zie artikel 3) van de verwerking onvolledig of niet ter zake dienend zijn dan wel anderszins in strijd met een wettelijk voorschrift worden verwerkt. Het verzoek bevat de aan te brengen wijzigingen.
Schade die ontstaan is doordat een gebruiker in strijd met deze regeling heeft gehandeld en/of te wijten is aan roekeloos handelen van de gebruiker, wordt op de gebruiker verhaald.
Als het verbod op privégebruik als bedoeld in artikel 10 wordt overtreden, volgt een passende maatregel.
Bij strafbare feiten wordt aangifte gedaan.
Als de gebruiker misbruik maakt van het gebruik van de dienstauto, kan dat arbeidsrechtelijke consequenties hebben. Bij ernstig misbruik kan dit leiden tot ontslag.
Indien door de werkgever wordt geconstateerd dat het verbod op privégebruik door de gebruiker (zoals bedoeld in artikel 10 Regeling gebruik dienstauto’s en elektronische rittenregistratie) wordt overtreden, dan kunnen op grond van artikel 7:660 BW, artikel 7:661 BW, artikel 7:677 BW en de cao Samenwerkende Gemeentelijke Organisaties de volgende sancties worden opgelegd:
Ingaande de datum van de geconstateerde overtreding, de waarde van het privégebruik (fiscale bijtelling privégebruik) van de dienstauto tijdsevenredig tot het loon van de werknemer verrekenen. Voor de tijdvakken van het kalenderjaar waarvoor de aangiftetermijn is verstreken dienen correctieberichten op de loonaangifte te worden opgemaakt.
Alle verschuldigde loonbelasting/premie volksverzekeringen, de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet alsmede de boete en de heffingsrente die voortvloeien uit de overtreding van het verbod op privégebruik op de gebruiker te verhalen. De werkgever kan ervoor kiezen om (geheel of gedeeltelijk) van verhaal af te zien voor zover hij niet heeft voldaan aan de in artikel 3 neergelegde verplichting tot het houden van voldoende toezicht.
Artikel 18 Bijzondere gevallen
De directeur kan voor zover nodig in afwijking van de bij of krachtens dit besluit gestelde regels beslissen in individuele gevallen waarin deze regels naar hun oordeel niet of niet naar redelijkheid voorzien. Dit voor zover toepassing gelet op het belang van de Omgevingsdienst IJsselland of de werknemer onredelijk is. Hierover vindt afstemming plaats met de Ondernemingsraad.
De regeling kan worden aangehaald als het “Regeling gebruik dienstauto's en elektronische rittenregistratie Omgevingsdienst IJsselland”. Deze regeling wordt bekendgemaakt in het publicatieblad van de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst IJsselland en treedt in werking met ingang na de dag van bekendmaking.
Bijlage I Werkinstructie monitoring
Met interne controle wordt gedoeld op de controle-activiteiten die in de administratieve organisatie(AO) zijn ingebouwd als waarborg voor het noodzakelijk gewenste verloop van die AO.
Uitvoeren jaarlijkse verbijzonderde controle
Bij verbijzonderde interne controle (vic) heeft iemand van buiten het betreffende werkproces zichtbaar, dat wil zeggen waarneembaar door derden, een controle uitgevoerd op de naleving van de AO. De controles kunnen uitgevoerd worden in opdracht van de belastingdienst of de accountants.
Jaarlijks wordt onderzoek verricht naar de opzet, werking en uitkomsten van de rittenregistratie. De vic-functionaris rapporteert zijn bevindingen aan degene die verantwoordelijk is voor de gecontroleerde cijfers of het gecontroleerde proces.
De bevindingen uit het rapport worden besproken met de verantwoordelijken om op basis daarvan actie te kunnen ondernemen.
Bij de OD zijn de dienstauto's voorzien van een elektronische rittenregistratieapparatuur, de zogenaamde black box. Dit om te komen tot een fiscaal sluitende rittenadministratie. Hieraan gekoppeld moet zijn een uniforme regeling voor de wijze waarop met persoonsgegevens afkomstig uit de elektronische rittenregistratie wordt omgegaan. In de regeling moet worden vastgelegd of en onder welke omstandigheden het gebruik van dienstauto’s is toegestaan en op welke wijze dit gecontroleerd en beoordeeld wordt. Een dergelijke regeling was nog niet beschikbaar. Om die reden heeft het dagelijks bestuur van de OD deze regeling met inachtneming van artikel 21, van de gemeenschappelijke regeling op 25 november 2018 vastgesteld, met terugwerking naar 26 juli 2018 omdat vanaf dat moment dienstauto’s met black boxen in gebruik zijn genomen. Qua systematiek sluit deze regeling onder andere aan bij de bestaande regeling voor het gebruik van ICT en mobiele communicatiemiddelen.
Bij het gebruik van de dienstauto’s moeten gebruikers de nodige zorgvuldigheid betrachten en de integriteit en goede naam van de OD waarborgen. De dienstauto’s mogen alleen zakelijk worden gebruikt. Privégebruik is nadrukkelijk niet toegestaan. Hiermee wordt voorkomen dat de OD en / of de werknemers worden geconfronteerd met een naheffing van de Belastingdienst. De Belastingdienst eist bovendien ook dat wordt gecontroleerd op het verbod op privégebruik en dat een maatregel wordt opgelegd bij overtreding van het verbod. Onder ‘privédoeleinden’ verstaat de Belastingdienst 'alle verreden kilometers die niet als zakelijk zijn aan te merken’.
In dit verband worden de voor het woon-werkverkeer verreden kilometers volgens de meest gebruikelijke weg als zakelijk beschouwd. Volgens de jurisprudentie is als de meest gebruikelijke weg aan te merken: ‘de weg die door het merendeel van de autobestuurders zou worden gevolgd.'
Het is niet de bedoeling om de gegevens te gebruiken om het individueel functioneren van werknemers te beoordelen. Dit is niet het geval als sprake is van een vermoeden van onrechtmatig gebruik of misbruik van de dienstauto. Onrechtmatig gebruik en misbruik komen samen in het begrip integriteit. In de meeste gevallen zal 'misbruik' neerkomen op onrechtmatig (privé-) gebruik. Hierbij kan - niet limitatief - worden gedacht aan situaties als het zonder toestemming gebruiken van de dienstauto voor woon-werkverkeer, het rijden met de dienstauto onder invloed van alcohol, het ongeoorloofd verhuren van de dienstauto aan een derde of het ongeoorloofd meenemen van derden.
De druppel/toegangspas waarmee je je aanmeld op de black box wordt verwerkt in de registratie. De druppel/toegangspas is verwerkt op naam. Als er vragen komen naar aanleiding van bijvoorbeeld een route, over de afstand van de route die gereden is, wordt de betreffende werknemer benaderd.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2019-931.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.