Besluit van het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Regio Rivierenland houdende regels omtrent generatiepact Regeling Generatiepact Regio Rivierenland 2019-2021

Algemeen

In de CAO Gemeenten 2013-2015 zijn er afspraken gemaakt over o.a. de werkgelegenheid en werkervaring. Bevordering van mobiliteit, duurzame inzetbaarheid, het mogelijk maken om langer door te werken en de instroom van jongeren zijn wezenlijke onderwerpen binnen deze afspraken. De maatregel generatiepact is één van de instrumenten die hieraan een bijdrage kan leveren. Regio Rivierenland heeft op 14 december 2016 de Regeling Generatiepact vastgesteld voor de duur van één jaar met een looptijd van 1 januari 2017 tot 1 januari 2018.

In het principeakkoord van de nieuwe CAR-UWO 2017-2019 is opnieuw het Generatiepact aangegeven als één van de instrumenten om duurzame inzetbaarheid te stimuleren, borging van de huidige kennis en vernieuwing van de organisatie door aanstellen van jongeren, te realiseren. In lijn met het principeakkoord heeft Regio Rivierenland besloten om de regeling te verlengen, onderdelen uit het beleid op te nemen in de regeling en hierop, op basis van een evaluatie, diverse aanvullingen te doen.

 

 

Doelstelling

De primaire doelstelling van het generatiepact binnen onze organisatie is het bevorderen van duurzame inzetbaarheid. Doordat oudere medewerkers minder gaan werken ontstaat ruimte in formatie dan wel de personeelsbegroting. Deze ruimte kan gebruikt worden om jongere medewerkers aan te trekken. Voor oudere medewerkers is het een manier om meer energie over te houden en langer fit te blijven. Door afbouw in uren van oudere, ervaren medewerkers gelijk te laten lopen met instroom van jongere, minder ervaren medewerkers, kan er optimaal gebruik gemaakt worden van de mogelijkheid om in te zetten op kennisoverdracht, coaching en begeleiding van jongeren. Daarmee wordt verlies van kennis voorkomen. Andersom kunnen de jongere medewerkers hun vernieuwde inzichten en frisse ideeën inbrengen.

Binnen Regio Rivierenland wordt het belangrijkste argument gevonden in de duurzame inzetbaarheid en vitaliteit binnen onze organisatie. Medewerkers die gebruik maken van het generatiepact creëren ruimte tussen de 0,2 fte en 0,5 fte per persoon. Deze ruimte kan doorgaans niet één op één worden vervangen. Per deelname wordt bekeken of er werkzaamheden moeten worden belegd bij anderen, of dat de ruimte elders in de organisatie benut wordt. Dit kan betekenen dat functiegrenzen enjof teamgrenzen worden doorbroken en op creatieve en effectieve wijze de formatieruimte of het vrijgekomen budget wordt herverdeeld.

Wie kan er meedoen aan het Generatiepact?

Medewerkers van 60 jaar en ouder kunnen vrijwillig gebruik maken van het generatiepact. De organisatie compenseert een deel van het inkomensverlies. Medewerkers kunnen deelnemen aan het generatiepact als zij:

  • 60 jaar of ouder zijn -of worden-tussen 1 januari 2017 en 1 januari 2022;

  • Minimaal 1 jaar een vaste aanstelling hebben bij Regio Rivierenland;

  • Minimaal 0,44 fte (16 uur) blijven werken.

 

 

Het Dagelijks Bestuur van Regio Rivierenland,

 

gelet op de bereikte overeenstemming op 19 november 2018 met de Commissie voor Georganiseerd Overleg;

gelet op artikel 33b van de Wet gemeenschappelijke regelingen en artikel 125 van de Ambtenarenwet;

 

besluit

Vast te stellen de navolgende Regeling Generatiepact Regio Rivierenland 2019 -2021

Artikel 1 Begripsbepalingen

AOW

Algemene Ouderdomswet;

CAR-VWO

Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitvoeringsovereenkomst voor de sector gemeenten;

Medewerker

De ambtenaar in de zin van artikel 1: 1 lid 1 sub a van de CAR-UWO;

Formele arbeidsduur

de arbeidsduur van de medewerker per week volgens de aanstelling;

Feitelijke arbeidsduur

de arbeidsduur van de medewerker vanaf het moment dat hij/zij deelneemt aan deze regeling;

Oorspronkelijk pensioen­opbouw

de pensioenopbouw van de medewerker direct voorafgaand aan het moment dat hij/Zij aan deze regeling deelneemt.

Oorspronkelijk salaris

het maandbedrag dat binnen de salarisschaal aan de medewerker is toegekend, naar evenredigheid van diens formele arbeidsduur;

Feitelijke salaris Regeling

het maandbedrag dat binnen de salarisschaal aan de medewerker is toegekend, na toepassing van deze regeling; de Regeling Generatiepact Regio Rivierenland 2019-2021;

Salaristoelagen

alle salaris toelagen conform hoofdstuk 3 van de CAR UWO zoals: de arbeidsmarkttoelage, garantietoelage, onregelmatigheidstoelage, waarnemingstoelage e.d. die aan de medewerker zijn toegekend.

Artikel 2 Uitgangspunten

  • 1.

    De looptijd gedurende welke de medewerker deel kan nemen aan deze Regeling, is van 1 januari 2019 tot 1 januari 2022.

  • 2.

    Samen met de ondernemingsraad wordt deze Regeling en de besteding van het vrijgekomen budget begin 2021 geëvalueerd.

  • 3.

    De gevolgen van deelname aan deze Regeling voor de medewerker gelden tot aan het moment waarop de AOW gerechtigde leeftijd conform artikel 7a van de AOW wordt bereikt of, indien eerder, bij het besluit op zijn ontslagaanvraag dan wel langdurige ziekte als bedoeld in artikel 7.

Artikel 3 Deelname

  • 1.

    Deelname kan worden aangevraagd via het aanvraagformulier. De medewerker overlegt hierover vooraf met zijn of haar leidinggevende. In dit overleg worden de gevolgen van deelname voor het takenpakket van de medewerker betrokken en worden daarover nadere afspraken gemaakt.

  • 2.

    De aanvraag moet tenminste twee maanden voor de gewenste ingangsdatum ingediend worden.

  • 3.

    De feitelijke werktijd moet tenminste nog 16 uur per week bedragen.

  • 4.

    Een verzoek als bedoeld in het eerste lid wordt toegewezen, tenzij zwaarwegende dienstbelangen zich daartegen verzetten.

  • 5.

    De eerst mogelijke ingangsdatum is de eerste dag van de kalendermaand, na het bereiken van de leeftijd van 60 jaar.

Artikel 4 Weigeringgronden

Het verzoek om deel te nemen aan het Generatiepact wordt geweigerd indien:

  • De feitelijke werktijd na deelname per week minder dan 16 uur bedraagt.

  • Indien zwaarwegende dienstbelangen zich tegen het honoreren verzetten.

Artikel 5 Variant 80-90-100

  • 1.

    De medewerker verzoekt om 80% van zijn/haar formele arbeidsduur te werken tegen 90% van het salaris en de salaristoelage(n) met 100% pensioenopbouw. De 20% minder werken wordt toegekend in de vorm van bijzonder verlof.

  • 2.

    De medewerker die gebruik maakt van de regeling kan geen aanspraak meer maken op een urenvermeerdering in welke vorm dan ook.

  • 3.

    Het is mogelijk om het inkomensverlies op te vangen door gedeeltelijk met ABP keuzepensioen te gaan. De pensioenopname moet minimaal 10% zijn.

Artikel 6 Verdeling

  • 1.

    De pensioenpremies worden zowel door werkgever als door werknemer betaald in de normale verhouding zoals die door het ABP wordt vastgesteld.

  • 2.

    Het recht op vakantieverlof en leeftijdsverlof wordt naar rato van de resterende feitelijke werktijd toegekend.

  • 3.

    Een ambtsjubileumgratificatie wordt berekend over het maandsalaris dat hoort bij het nieuwe salaris zoals bedoeld in artikel 5 (90%).

Artikel 7 Ziekte en arbeidsongeschiktheid

  • 1.

    Wanneer een medewerker die gebruik maakt van de regeling Generatiepact langdurig zjek is, wordt het salaris na 6 maanden verminderd op grond van ziekte (art. 7:3 CAR-UWO). Dit betekent dat de generatiepact afspraken na 6 maanden ziekte worden stopgezet.

  • 2.

    Het oorspronkelijke salaris gaat weer gelden en op dit salaris wordt korting wegens ziekte toegepast.

  • 3.

    De medewerker bouwt vanaf de zevende maand van ziekte weer verlof op in overeenstemming met het oorspronkelijk aan hem/haar toegekende verlof.

  • 4.

    Met de beëindiging van deelname aan de Regeling als gevolg van langdurige ziekte, herleeft de formele arbeidsduur van de aanstelling.

  • 5.

    Indien de medewerker volledig is hersteld (100% arbeidsgeschikt) dan kan de deelname aan de eerder overeengekomen Regeling op verzoek worden hervat.

  • 6.

    Indien de ziekte van de medewerker uiteindelijk leidt tot een arbeidsongeschiktheid¬uitkering en een herplaatsing, dan kan op basis van de formeel nieuw vastgestelde aanstellingsomvang naar rato gebruik worden gemaakt van de Regeling, mits de feitelijke werktijd na deelname per week niet minder dan 16 uur bedraagt.

Artikel 8 Beëindiging

Tussentijdse beëindiging van deelname op verzoek van de medewerker, anders dan bij langdurige ziekte, is niet mogelijk.

Artikel 9 Nevenwerkzaamheden

  • 1.

    Deelnemende medewerkers mogen onbezoldigde nevenwerkzaamheden en vrijwilligerswerk verrichten mits en voor zover wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 15: 1e CAR-UWO.

  • 2.

    Voor het buitengewoon verlof geldt dat er geen sprake mag zijn van een cumulatie van pensioenopbouw elders. Wanneer de werknemer deels elders gaat werken, kan dit gevolgen hebben voor de pensioenopbouw bij ABP.

  • 3.

    Het is de medewerker daarmee niet toegestaan om de vrijgekomen arbeidstijd te gebruiken voor het verrichten van betaalde arbeid (elders).

Artikel 10 Hogere wet- en regelgeving

Wijzigingen in de wet- en regelgeving kunnen gevolgen hebben voor het salaris, het pensioen en de AOW. De Regio is hieraan gebonden.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze regeling wordt aangehaald als 'Regeling generatiepact Regio Rivierenland 2019 2021'.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2019 voor de duur van 3 jaar en vervalt op 1 januari 2022.

  • 3.

    De regeling 'Regeling generatiepact Regio Rivierenland' in te trekken.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 5 december 2018

Het Dagelijks Bestuur,

de secretaris

Naar boven