Verordening van het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Openbare Gezondheidszorg Hollands Midden houdende regels omtrent Verordening begrotingswijzigingen RDOG Hollands Midden 2018

Het Algemeen Bestuur van de RDOG Hollands Midden,

gelet op artikel 26, lid 7 van de Gemeenschappelijke regeling RDOG Hollands Midden

en gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur RDOG Hollands Midden,

besluit vast te stellen de:

 

Verordening begrotingswijzigingen RDOG Hollands Midden 2018

 

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze verordening wordt onder begrotingswijziging verstaan: Een wijziging van de oorspronkelijke begroting als gevolg van wijzigingen van baten en/of lasten in de loop van het begrotingsjaar.

Artikel 2 Afhandeling begrotingswijzigingen

  • a.

    Een begrotingswijziging wordt afgehandeld volgens artikel 26, lid1 tot en met 6 van de Gemeenschappelijke regeling RDOG Hollands Midden.

  • b.

    Als er geen sprake is van een wijziging van de BPI/BPK behoeft geen begrotingswijziging te worden ingediend, tenzij lid e. van dit artikel van toepassing is.

  • c.

    Als er sprake is van een noodzakelijk mutatie in de reserves anders dan een resultaatprognose, dan wordt dit aan het Algemeen Bestuur gemeld. Bij instemming met de mutatie wordt de mutatie verwerkt bij de laatste bestuursrapportage in het boekjaar, conform lid e.

  • d.

    In iedere bestuursrapportage wordt inzicht gegeven in de verwachte baten en lasten van het betreffende jaar.

  • e.

    Bij de laatste bestuursrapportage in ieder boekjaar wordt een administratieve begrotingswijziging ingediend.

  • f.

    Over een administratieve begrotingswijziging hoeft geen zienswijze te worden gevraagd

Artikel 3 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2018.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het Algemeen Bestuur, gehouden op woensdag 28 maart 2018.

J.A. de Jager

Voorzitter

J.M.M. de Gouw

Secretaris

Naar boven