Besluit van de heffingsambtenaar van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking gemeenten en Waterschappen houdende regels omtrent mandaat heffingsambtenaar Mandaatbesluit heffingsambtenaar BsGW 2019 Beekdaelen

De heffingsambtenaar van de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking gemeenten en Waterschappen (BsGW);

 

Overwegende:

 

dat het dagelijks bestuur van de BsGW op grond van de gemeenschappelijke regeling Belasting-samenwerking gemeenten en waterschappen bevoegd is de ambtenaar als bedoeld in artikel 231, tweede lid onder b van de Gemeentewet (heffingsambtenaar) aan te wijzen;

 

dat het wenselijk is om de bevoegdheden, zoals hieronder aangegeven te mandateren;

 

gelet op het bepaalde in afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht;

 

BESLUIT

Artikel 1 Mandaat

De heffingsambtenaar mandateert aan de heer R.J.L. van Dinteren, manager Bedrijfsvoering, van de gemeente Beekdaelen, de heffingsbevoegdheid en – zover van toepassing – de bevoegdheid tot toezending of uitreiking van kennisgevingen, nota’s of andere schrifturen dan wel aanslagbiljet-ten ter zake de volgende heffingen op grond van een door het bevoegde bestuursorgaan van de gemeente Beekdaelen vastgestelde regeling:

  • a.

    leges;

  • b.

    marktgelden;

  • c.

    lijkbezorgingsrechten.

Artikel 2 Kaderstelling

  • 1.

    De uitoefening van de bevoegdheden geschiedt met inachtneming van de kaders en specifieke voorwaarden, zoals aangegeven in dit besluit.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in het eerste lid geschiedt de uitoefening van de bevoegdheden binnen de grenzen van het recht, waarop deze bevoegdheden steunen en de ter zake geldende uitvoeringsregels.

  • 3.

    Voor zover de uitoefening van de bevoegdheden financiële consequenties voor de gemeente met zich brengt, geschiedt zulks met inachtneming van de ter zake gestelde budgettaire kaders.

  • 4.

    Afhandeling van bezwaar- en beroepschriften is uitgesloten van dit mandaat.

Artikel 3 Terugkoppeling

  • 1.

    Indien in enig geval wordt getwijfeld of de voorgenomen uitoefening van de bevoegdheid in overeenstemming is met het bepaald in artikel 2 oefent de gemandateerde zijn bevoegdheid niet uit dan nadat hij daarover overleg heeft gepleegd met de heffingsambtenaar.

  • 2.

    Het bepaalde in het eerste lid vindt in ieder geval plaats indien:

    • a.

      de heffingsambtenaar daarom heeft verzocht;

    • b.

      de uitoefening van de bevoegdheid (vermoedelijk) bestuurlijke / politieke consequenties zal hebben:

    • c.

      het voornemen bestaat tot aanvulling / afwijking van het tot dan gevoerde beleid;

    • d.

      er persoonlijke betrokkenheid van de gemandateerde dan wel van diens plaatsvervanger bij het te nemen besluit bestaat;

    • e.

      precedentwerking is te verwachten.

  • 3.

    De heffingsambtenaar kan nadere voorwaarden stellen waaronder slechts van deze bevoegdheid gebruik mag worden gemaakt in specifieke gevallen of soorten van gevallen.

Artikel 4 Ondertekening

De ondertekening van uitgaande stukken, waarop de besluitbevoegdheid betrekking heeft, geschiedt als volgt:

“De heffingsambtenaar van de BsGW,

namens deze “,

gevolgd door de functieaanduiding van de gemandateerde, diens handtekening en naam.

Het gebruik van voorbedrukte formulieren is toegestaan.

Artikel 5 Ondermandaat

Ondermandaat van de in dit besluit toegekende bevoegdheden is toegestaan aan functionarissen in dienst van de gemeente Beekdaelen.

Artikel 6 Toezicht en rapportage

  • 1.

    De mandaatgever draagt zorg voor het toezicht op de rechtmatige uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden.

  • 2.

    De gemandateerde draagt desgevraagd zorg voor periodieke rapportages aan de mandaatgever over de uitoefening van zijn gemandateerde bevoegdheden.

Artikel 7 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit besluit treedt direct na bekendmaking in werking en heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2019.

  • 2.

    Dit besluit kan worden aangehaald als “Mandaatbesluit heffingsambtenaar BsGW 2019 Beekdaelen”

Roermond, 3 januari 2019

De ambtenaar als bedoeld in artikel 231 tweede lid onder b van de Gemeentewet

(heffingsambtenaar),

De directeur,

drs. J.G.A.W. Willemsen.

Ondergetekende,

verklaart zich akkoord met de voorgestelde mandatering (als bedoeld in artikel 10:4 van de Awb),

…………………………………………………………………..plaats / datum

……………………………………………………………………naam

……………………………………………………………….. handtekening / functie

Naar boven