Blad gemeenschappelijke regeling van Veiligheidsregio Kennemerland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Veiligheidsregio Kennemerland | Blad gemeenschappelijke regeling 2018, 1015 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Veiligheidsregio Kennemerland | Blad gemeenschappelijke regeling 2018, 1015 | Verordeningen |
Individueel Keuze Budget (IKB)
Regeling lokale bestedingsdoelen Individueel Keuze Budget (IKB)
Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
Artikel 2 Uitgesloten van deelname
Stagiaires, buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand, politieke ambtsdragers en personeel vallende onder de cao Ambulancezorg of vrijwillige brandweer kunnen aan deze regeling niet deelnemen.
Artikel 3 Lokale bronnen van het IKB
VRK voegt geen lokale bronnen toe aan de bronnen voor het IKB zoals die zijn vastgelegd in artikel 3:28 lid 6 van de CAR/UWO.
De medewerker kan niet meer besteden dan aan saldo in het IKB is opgebouwd.
Naast de in artikel 3:29 van de CAR-UWO vermelde landelijke doelen (kopen van vakantie-uren, extra inkomen door uitbetaling en financieren van een opleiding, indien en voor zover deze niet door de werkgever wordt vergoed en met inachtneming van de geldende fiscale regelgeving) gelden de volgende lokale doelen:
Doel van deze regeling is de medewerker in staat te stellen tot het kopen van een fietspakket teneinde het woon-werkverkeer op de fiets te bevorderen.
Deze regeling biedt de mogelijkheid om afspraken te maken over een fiscaal aantrekkelijke vergoeding voor de aanschafkosten van een fietspakket. De regeling valt onder het regime van de Werkkostenregeling en het IKB.
Onder fietspakket wordt verstaan: het geheel van fiets, bijbehorende fietsaccessoires, onderhoud en verzekering.
Een fietsaccessoire is een accessoire die is gekoppeld aan de fiets of wordt gebruikt tijdens het fietsen naar het werk. Denk aan een extra slot, helm, tassenhouder, ander zadel of een regenpak. Niet limitatieve voorbeelden die hier niet voor in aanmerking komen zijn een bidon (houder), kinderzitje of fietscomputer.
Om de drie jaren (36 maanden) mag de medewerker een fietspakket aanschaffen ter grootte van maximaal €1.000,- en declareren bij de werkgever. De werkgever vergoedt dit fietspakket, mits de forfaitaire ruimte van de werkkostenregeling dit toelaat en medewerker voldoet aan de (fiscale) voorwaarden van deze regeling.
Medewerker kan kiezen voor meerdere declaratiemomenten in deze periode. De declaratiedatum van de fiets is als ingangsdatum bepalend voor het berekenen van de periode.
Overgangsbepaling: Indien de medewerker al eerder heeft deelgenomen aan een fietsregeling van de VRK, dan blijven die regeling van krachten tot einde looptijd van die regeling.
Door deze keuze te maken, verklaart de medewerker de fiets voor meer dan de helft van het voor hem of haar van toepassing zijnde aantal werkdagen voor het woon-werkverkeer gebruikt.
De werkgever is niet aansprakelijk voor schade die ontstaat door verlies, diefstal of beschadiging van de fiets, voor enige schade die het gevolg is van het gebruik van de fiets of voor eventuele andere gevolgen die deelname aan deze regeling voor de medewerker met zich meebrengt.
Indien de medewerker lid is van een vakbond die de belangen van medewerkers bij de VRK behartigt, kan hij of zij één keer per jaar het IKB aanwenden voor het doel vakbondscontributie.
De medewerker dient bij de keuze de jaaropgave van de vakbond te overleggen. Dit dient de medewerker te doen via het personeelsinformatiesysteem Workforce.
Artikel 7 Fiscale uitruil woon-werkverkeer
De medewerker kan - indien hier fiscale ruimte toe is - maandelijks het IKB aanwenden voor de fiscale uitruil woon-werkverkeer.
Hiertoe wordt fiscale ruimte bepaald die maandelijks belastingvrij kan worden uitgeruild. De fiscale ruimte ontstaat als werkgever minder onbelaste kilometervergoeding vergoedt dan fiscaal toegestaan. De vergoeding per kilometer die VRK vergoedt is gelijk aan de maximaal onbelaste kilometervergoeding van € 0,19, vastgesteld door de belastingdienst. Echter de vergoeding van de afstand bij VRK is gemaximeerd tot 30 kilometer enkele reis. Dat betekent dat indien de medewerker meer reist dan die 30 kilometer reist, over het meerdere er wél uitruilmogelijkheid ontstaat;
Voor medewerkers die met het openbaar vervoer reizen is er geen uitruilmogelijkheid omdat VRK zowel voor- hoofd- en natraject volledig vergoedt.
De medewerker kan via de IKB-module in Workforce aangeven gebruik te willen van de fiscale uitruil woon-werkverkeer. Indien de medewerker de maandelijkse uitruil wil stoppen dan dient de medewerker dit ook in deze IKB-module aan te geven. Het initiatief hiertoe rust uitdrukkelijk bij medewerker.
De medewerker is verantwoordelijk voor de keuzes die hij of zij maakt.
Het gebruik van het IKB kan gevolgen hebben voor loonheffingen, pensioen en sociale verzekeringen. De medewerker wordt geacht deze gevolgen te kennen voordat hij zijn keuze maakt.
Als blijkt dat een bedrag uit het IKB ten onrechte belastingvrij is uitgekeerd doordat de medewerker onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt, kan werkgever de verschuldigde loonheffing of eventuele boetes op de ambtenaar verhalen.
Als een netto voordeel voor de medewerker vervalt door wijzigingen van wet- en regelgeving dan wordt dat niet gecompenseerd door werkgever.
Alle transacties in het IKB moeten in overeenstemming zijn met geldende wet- en regelgeving.
Artikel 9 Onvoorziene gevallen
In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere voorziening treffen.
Artikel 10 Citeertitel en looptijd
Deze regeling kan worden aangehaald als de “Regeling lokale bestedingsdoelen IKB VRK” en treedt in werking met ingang van 1 januari 2017.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2018-1015.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.