I.Met inachtneming van de in de considerans vermelde mandaatbesluiten als toezichthoudende ambtenaren belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens voormeld BRZO/RIE 4 aan te wijzen:
De medewerkers die als ambtenaar zijn aangesteld om bij de Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing werkzaam te zijn in de functie van
De medewerkers die als ambtenaar zijn aangesteld om bij de Regionale Uitvoeringsdienst Drenthe werkzaam te zijn in de functie
II Tevens worden aangewezen toezichthouders van buiten de onder I genoemde omgevingsdiensten die werkzaam zijn op basis van inhuur, of op een andere basis, en die belast zijn met de toezichthoudende taken behorende bij de functies zoals weergegeven onder I.
III De onder II genoemde functionarissen worden gedurende de inhuur aangesteld als tijdelijk onbezoldigd ambtenaar, dit uitsluitend ten behoeve van het uitoefenen van de functie.
IV De aanwijzing tot toezichthouder vervalt voor de medewerkers onder I bij uitdiensttreding bij de Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing of de Regionale Uitvoeringsdienst Drenthe. De aanwijzing voor medewerkers onder II vervalt bij beëindiging van hun werkzaamheden voor deze omgevingsdiensten .
V Bekendmaking
1.Aan de onder I en II genoemde medewerkers wordt, ten behoeve van de toezichtuitoefening op de naleving van het bepaalde bij of krachtens voormelde wetten en verordeningen, een
legitimatiebewijs verstrekt als bedoeld in artikel 5:12 Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de daarop gebaseerde “Regeling model legitimatiebewijs toezichthouders Awb”;
- 2.
Dit besluit wordt conform artikel 3:42 van de Awb bekend gemaakt door plaatsing van dit besluit in het Blad Gemeenschappelijke Regeling en treedt in werking met ingang van de dag nadat het daarin bekend is gemaakt.
- 3.
Dit besluit wordt aangehaald als: “Besluit aanwijzing toezichthouders BRZO Omgevingsdienst Groningen 2017".
Veendam 6 februari 2017
Namens het college van gedeputeerde staten van Groningen,
De directeur van de Omgevingsdienst Groningen a.i,
S.M.M. Borgers