Blad gemeenschappelijke regeling van Waddenfonds
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waddenfonds | Blad gemeenschappelijke regeling 2017, 581 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waddenfonds | Blad gemeenschappelijke regeling 2017, 581 | Overige besluiten van algemene strekking |
Subsidieregeling van het dagelijks bestuur van het Waddenfonds van 29 september 2017, kenmerk 2017 / nr. 02, houdende nadere regels met betrekking tot de openstelling van een aanvraagperiode en de vaststelling van een subsidieplafond (Subsidieregeling Waddenfonds 2017-02)
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze Subsidieregeling wordt verstaan onder:
Subsidieverordening: De Algemene Subsidieverordening Waddenfonds 2017;
VWEU: Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;
Uitvoeringsprogramma: Uitvoeringsprogramma Waddenfonds 2017, dat als bijlage bij deze subsidieregeling is gevoegd
Kernkwaliteiten: De kernkwaliteiten van het Waddengebied zijn cultuurhistorisch en landschappelijk waardevolle elementen, natuurlijke dynamiek, rust, ruimte, duisternis, landschap en vergezichten.
TRL-model: Technology Readiness Level-model van NASA, waarin het ontwikkelingsproces van technologische innovaties is verdeeld in negen fases.
Artikel 1.3 Verdeelsystematiek en subsidieplafond
Subsidie wordt verdeeld op basis van rangschikking, aan de hand van de toetsingscriteria in artikel 1.12. Aanvragen met minder dan 70 punten komen niet voor subsidie in aanmerking.
Artikel 1.8 Niet-subsidiabele kosten
Onverminderd artikel 1.7 van de Subsidieverordening komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:
Onverminderd het bepaalde in artikel 2.6 van de Subsidieverordening, wordt om voor subsidie in aanmerking te komen voldaan aan de volgende vereisten:
ingeval de aanvraag een of meer onderstaande elementen bevat, zal ook aan betreffende vereiste(n) moeten worden voldaan:
Als aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen en het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen bepaald door het puntenaantal van het criterium voor ‘Bijdrage aan de doelen Waddenfonds’. Indien dit puntenaantal ook gelijk is, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door loting.
Toelichting bij het Subsidieregeling Waddenfonds 2017-02 1
In het Uitvoeringsprogramma Waddenfonds 2017 heeft het algemeen bestuur aangegeven welke thema’s, projecten, maatregelen en activiteiten het Waddenfonds wil stimuleren door middel van het beschikbaar stellen van subsidies. Dit betreft de thema’s (1) Natuur, (2) Werelderfgoed, cultuurhistorie en landschapsontwikkeling, (3) Bodem, water licht en geluid, (4) Duurzame recreatie en duurzaam toerisme, (5) Verduurzaming energiehuishouding, (6) Duurzame waddenhavens, (7) Duurzame visserij en (8) Duurzame agrarische sector en de daaronder vallende themalijnen.
Met deze subsidieregeling stelt het Waddenfonds zich open voor aanvragen die betrekking hebben op bovengenoemde thema’s.
Het Waddenfonds wil projecten stimuleren die de kwaliteit van het waddengebied verbeteren. Deze regeling biedt de gelegenheid om aanvragen voor elk van de thema’s en bij voorkeur met aanvragen voor meerdere thema’s / doelen in te dienen (‘koppelkansen’). Het betreft een brede openstelling (acht thema’s) voor de periode 18 december 2017 tot 25 januari 2018 12:00 uur in de vorm van een tender. Dit betekent dat alle complete aanvragen die voor de sluitingsdatum/tijd zijn ingediend worden beoordeeld, waarbij de aanvragen die voldoen aan de gestelde vereisten worden gerangschikt naar de mate waarin deze voldoen aan de gestelde criteria. Projecten dienen in ieder geval minimaal 70 van de mogelijke 100 punten te krijgen in de beoordeling om voor subsidie in aanmerking te komen.
Voor elk project is maximaal € 500.000,- te verstrekken en voor het geheel van de te verlenen subsidies is maximaal € 9.458.000,- beschikbaar.
Het Waddenfonds is voornemens In de loop van 2018 (na bekendmaking van de verleningen of afwijzingen) een soortgelijke regeling open te stellen. Dat biedt enerzijds de kans om meer tijd te nemen om uw projectvoorstel uit te werken en dan in te dienen of – ingeval van afwijzing bij deelname aan voorliggende regeling – uw aanvraag aan te passen en opnieuw in te dienen.
Een subsidieaanvraag wordt getoetst aan de bepalingen, eisen en criteria die in deze regeling staan vermeld. De vereisten en criteria in deze regeling zijn leidend. Daarnaast wordt een aanvraag getoetst aan de Algemene Subsidieverordening Waddenfonds 2017 en aan de beleidsregel ‘nadere bepalingen subsidiabele kosten Waddenfonds 2017’.
Uitgangspunten en achtergronden zijn nader uiteengezet in het Uitvoeringsprogramma Waddenfonds. De documenten zijn te vinden op de website van het Waddenfonds (www.waddenfonds.nl) onder het kopje documenten.
In deze toelichting worden de vereisten uit de hierboven genoemde documenten nader toegelicht.
Subsidieaanvragen worden getoetst aan de bepalingen in de Algemene Subsidieverordening Waddenfonds 2017 en daarbij worden de nadere bepalingen van de beleidsregel ‘nadere bepalingen subsidiabele kosten Waddenfonds 2017’ gehanteerd.
In bijlage 1 van de Algemene Subsidieverordening worden de subsidiabele activiteiten omschreven afgeleid van de Europese staatssteunkaders.
In artikel 2.6 van de Algemene Subsidieverordening is bepaald dat geen subsidie wordt verstrekt als:
Beleidsregel ‘nadere bepalingen subsidiabele kosten Waddenfonds 2017’
In de beleidsregel heeft het dagelijks bestuur nadere bepalingen vastgelegd t.a.v. de hoogte van subsidies voor een aantal specifieke voorzieningen en voor subsidiabele kosten.
Uitvoeringsprogramma Waddenfonds
Het Uitvoeringsprogramma beschrijft de doelen en subsidiabele activiteiten per thema. Het Uitvoeringsprogramma Waddenfonds is als bijlage bij deze regeling gevoegd en is tevens te vinden op www.waddenfonds.nl.
Onderstaand wordt bij artikelen (van het openstellingsbesluit) nadere uitleg gegeven over de gedachte achter het artikel.
Artikel 1.3 Verdeelsystematiek en subsidieplafond
Subsidieaanvragen worden conform de tendersystematiek behandeld. Dit betekent dat aanvragen die op tijd zijn ontvangen, na de sluitingsdatum:
Als een subsidieaanvraag volledig en ontvankelijk is, dan wordt de aanvraag doorgeleid naar de adviescommissie van externe deskundigen. Dit is een onafhankelijke commissie die de subsidieaanvragen op basis van de toetsingscriteria van deze regeling (artikel 1.12) gaat rangschikken. Dit geschiedt aan de hand van een puntentoekenning per criterium en motivering. Van de in totaal 100 toe te kennen punten moet een project minimaal 70 punten behalen om voor subsidie in aanmerking te komen.
Alle projecten waar de commissie meer dan 70 punten aan toekent worden door de commissie aan het dagelijks bestuur voorgelegd met een positief advies. Het is vervolgens aan het dagelijks bestuur te bezien of de positief beoordeelde subsidieaanvragen voor subsidieverlening in aanmerking komen. Daarbij is bepalend of het gestelde subsidieplafond toereikend is. Zo niet, dan ontvangen de hoogst gerangschikte projecten die nog passen onder het plafond een verleningsbeschikking en worden de overige aanvragen afgewezen vanwege het bereiken van het subsidieplafond.
De aanvraag moet volledig zijn en omvat – naast het aanvraagformulier – tenminste het projectplan, de begroting en financieringsplan en het exploitatieplan en/of de businesscase. Voor deze documenten gelden vormvereisten die als bijlagen bij deze regeling zijn gevoegd.
Het is van groot belang dat de subsidieaanvraag volledig is (inclusief een rechtmatige handtekening). Naast het aanvraagformulier worden enkele andere documenten vereist. Lees hiervoor ook het aanvraagformulier zeer zorgvuldig! In ieder geval moeten worden aangeleverd een:
Uit de geleverde informatie moet in ieder geval blijken:
Het projectplan besteedt in ieder geval aandacht aan de volgende zaken:
De bijdrage aan de doelen en thema’s Waddenfonds. Geef duidelijk aan wat het hoofddoel is van het project, waarom het wordt uitgevoerd en welke veranderingen en effecten met het project worden bereikt. Leg daarbij de relatie tussen doelen (thema’s), activiteiten, geraamde kosten en output. Geef aan wat de planning is van de activiteiten.
Uitgewerkte begroting en het financierings-/dekkingsplan
In de begroting werkt u per activiteit uit welk type kosten en de hoogte van de kosten worden geraamd. Daarbij moet het financierings-/dekkingsplan zo veel mogelijk onderbouwd zijn met schriftelijke toezeggingen van cofinanciering. Duidelijk moet worden hoe het gehele overige bedrag (buiten de Waddenfondssubsidie) wordt gedekt. Het Waddenfonds beoordeelt de hardheid van de dekking van de (co)financiering. Bewijzen van beschikbaarheid (cofinancieringsbewijzen) of aanvragen tot cofinanciering (overige subsidieaanvragen) moeten bij de aanvraag worden gevoegd.
In het geval van aanvragen tot cofinanciering bij een waddenprovincie dient minimaal een kopie van de aanvraag van de provinciale cofinanciering te worden bijgevoegd.
Het exploitatieplan en/of de businesscase geeft een doorkijk naar de toekomst, de periode na afloop van de realisatie van het project. Het gaat dan om een kwantitatieve en kwalitatieve onderbouwing van de exploitatie: o.a. bezoekersaantallen, maar ook een onderbouwing van de relevante markt en doelgroep, de concurrentiepositie, de marketingstrategie, analyse risico’s, etc.
Een SWOT-analyse (analyse van sterke en zwakke punten, kansen en bedreigingen), gevoegd bij de businesscase wordt sterk aangeraden.
Artikel 1.7 Hoogte van de subsidie
Een aanvrager moet motiveren of er sprake is van staatssteun en, indien dit het geval is, onder welk staatssteunkader steun geoorloofd is. In deze openstelling wordt alleen steun verstrekt waarbij geen sprake is van staatssteun én geoorloofde staatssteun onder de de-minimis regelgeving of onder bijlage 1 van de Subsidieverordening.
De subsidie bedraagt maximaal 90% van de subsidiabele kosten, indien geen sprake is van staatssteun. Als wel sprake is van staatssteun, dan zijn de specifieke Europese staatssteunkaders bepalend voor de vraag hoe hoog het maximale subsidiepercentage mag zijn, maar nooit meer dan 90%. Overigens gaat het bij staatssteun altijd om totale overheidssteun aan een project, dus ook bijvoorbeeld cofinanciering van andere overheden (zoals het Rijk, gemeenten en provincies). Het stapelen van deze subsidies is mogelijk tot het genoemde maximum in het desbetreffende staatssteunkader.
Voor activiteiten gericht op infrastructurele voorzieningen en voor activiteiten gericht op instandhouding of versterking van landschappelijke en cultuurhistorische elementen en structuren (cultureel erfgoed, zowel bouwwerken en landschapselementen) bedraagt de subsidie maximaal 40% van de subsidiabele kosten. Voor landschapselementen die louter natuurgericht zijn (ecologisch hoofddoel) kan max. 90% WF-subsidie worden verstrekt. Een en ander is bepaald in de beleidsregel ‘nadere bepalingen subsidiabele kosten Waddenfonds 2017’
Wetenschappelijk onderzoek is alleen subsidiabel als het noodzakelijk en ondersteunend is aan de (overige) projectactiviteiten en -doelstellingen. De onderzoekskosten zijn ondergeschikt aan de kosten om het project te realiseren. In het projectplan zal een duidelijke koppeling tussen het onderzoek en de projectactiviteiten gelegd moeten worden. Het moet evident zijn dat de activiteit op een bepaalde wijze moet uitgevoerd worden of pas uitgevoerd worden nadat wetenschappelijk onderzoek dit heeft uitgewezen. De onderzoeksresultaten moeten openbaar toegankelijk zijn en maken onderdeel uit van de voortgangs- en eindrapportage van het project.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2017-581.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.