Blad gemeenschappelijke regeling van Avres
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Avres | Blad gemeenschappelijke regeling 2017, 525 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Avres | Blad gemeenschappelijke regeling 2017, 525 | Beleidsregels |
BELEIDSREGELS BESTUURLIJKE BOETE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ Avres 2017
3.Boetebesluit Sociale Zekerheidswetten:
In verband met de toepassing van de bestuurlijke boete in de sociale zekerheid heeft de Centrale Raad van Beroep enkele kenmerkende uitspraken gedaan. Deels zijn de conclusies van de Centrale Raad van Beroep inmiddels opgenomen in eerdergenoemde wetsbepalingen. Het Dagelijks Bestuur betrekt deze uitspraken bij het opleggen van een bestuurlijke boete.
Deze beleidsregel bevat bepalingen met betrekking tot de bestuurlijke boete bij schending van de inlichtingenplicht, voor zover de wettelijke bepalingen en relevante jurisprudentie aan het Dagelijks Bestuur ruimte bieden tot het maken van eigen keuzen in de uitvoering.
In dit besluit wordt verstaan onder:
a. Dagelijks Bestuur: het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Avres
b. IOAW: de Wet inkomensvoorzieningen oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
c. IOAZ: de Wet inkomensvoorzieningen oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
d. Wet SUWI: de Wet Structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen
e. Boete: bestuurlijke boete bedoeld in artikel 18a Participatiewet, artikel 20a eerste lid van de IOAW/IOAZ
f. Inlichtingenplicht: de verplichting genoemd in artikel 17, eerste lid van de Participatiewet, artikel 13, eerste lid van de IOAW, artikel, eerste lid van de IOAZ en artikel 30c, tweede en derde lid van de Wet Structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen
BOETE BIJ SCHENDING INLICHTINGENPLICHT
1. Artikel 30c, derde lid Wet Suwi, artikel 17, eerste lid Participatiewet, artikel 13 IOAW en artikel 13 IOAZ bevatten de bepaling dat informatie ’onverwijld uit eigen beweging’ moet worden verstrekt.
2. Bij gebleken schending van de inlichtingenplicht onderzoekt het Dagelijks Bestuur of hiervoor een bestuurlijke boete of waarschuwing wordt opgelegd.
1. De boete bedraagt maximaal het benadelingsbedrag als gevolg van de schending inlichtingenplicht.
2. Het Dagelijks Bestuur bepaalt de boete naar evenredigheid van de omstandigheden van belanghebbende met toepassing van de bepalingen in het Boetebesluit Socialezekerheidswetten.
Artikel 6 Boete bij herhaling schending inlichtingenplicht
De boete bij herhaling van de schending inlichtingenplicht binnen 5 jaar nadat een eerdere boete is opgelegd, wordt vastgesteld op 150% van het boetebedrag zoals dat zou worden vastgesteld bij een eerste gedraging en voordat matiging op grond van draagkracht heeft plaatsgevonden.
AFSTEMMING VAN DE BOETE OP DE OMSTANDIGHEDEN
Artikel 7 Verlaging en factoren in verband met de vaststelling van een evenredige boete (draagkracht)
Het Dagelijks Bestuur beoordeelt voor de vaststelling van de boete de financiële omstandigheden van belanghebbende, overeenkomstig de richtlijnen van de Centrale Raad van Beroep. Uitgangspunt is dat de boete door belanghebbende met de beschikbare draagkracht binnen redelijke termijn kan worden voldaan.
Hiervoor wordt de boetehoogte met behulp van fictieve draagkracht bepaald:
De financiële ruimte boven 90% van de toepasselijke bijstandsnorm inclusief vakantietoeslag x het aantal maanden gebaseerd op de aard van de gedraging = de boetehoogte gebaseerd op de beschikbare draagkracht.
Het aantal maanden bedraagt bij:
Gewone verwijtbaarheid 12 maanden
AFZIEN OF KWIJTSCHELDING VAN DE BOETE
1. Het Dagelijks Bestuur maakt gebruik van de mogelijkheid om in plaats van een bestuurlijke boete te volstaan met een waarschuwing, als de schending van de inlichtingenplicht niet heeft geleid tot een benadelingsbedrag.
2. Het Dagelijks Bestuur maakt gebruik van de mogelijkheid om in plaats van een bestuurlijke boete te volstaan met een waarschuwing als het benadelingsbedrag niet hoger is dan € 150,–
3. Het Dagelijks Bestuur maakt gebruik van de mogelijkheid om te volstaan met een waarschuwing als belanghebbende, weliswaar te laat maar uit eigen beweging alsnog de volledige benodigde gegevens heeft verstrekt. Hieraan zijn de volgende voorwaarden verbonden:
a. Betrokkene meldt de juiste en volledige inlichtingen uit eigen beweging. Dus niet in het kader van toezicht op de naleving (onderzoek of heronderzoek).
b. Het college heeft de overtreding nog niet zelf geconstateerd.
c. Betrokkene geeft de inlichtingen binnen een termijn van 60 dagen.
Aldus vastgesteld in het dagelijks bestuur van Avres , gehouden op 31 augustus 2017.
De secretaris, De voorzitter,
TOELICHTING OP DE BELEIDSREGELS
De uitspraken van de Centrale Raad van Beroep hebben de volgende kenmerken:
24 november 2014 ECLI:NL:CRVB:2014:3754
23 juni 2015 ECLI:NL:CRVB:2015:1880
11 januari 2016 ECLI:NL:CRVB:2016:12
Het Dagelijks Bestuur betrekt deze uitspraken bij het opleggen van een bestuurlijke boete.
De gevolgen van de boete die wordt opgelegd, is door de hoogte ervan dermate ingrijpend dat bij de vaststelling een ‘indringende evenredigheidstoets’ moet plaatsvinden. Het toetsingskader voor de beoordeling bestaat uit:
De omstandigheden van belanghebbende, waaronder de draagkracht
Een waarschuwing is alleen van toepassing als betrokkene in de afgelopen twee jaar niet eerder een dergelijke waarschuwing heeft gehad.
Het afzien van het opleggen van een bestuurlijke boete kan bij uitzonderlijke dringende redenen. Dit is in het geval als de boete zou leiden tot onaanvaardbare gevolgen voor betrokkenen of het gezin.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/bgr-2017-525.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.