Besluit van de directeur van de Omgevingsdienst West Holland, kenmerk 2017057913, inzake het aanwijzen van medewerkers in verband met de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob)

De directeur van de Omgevingsdienst West-Holland, voor zover het zijn/haar bevoegdheid betreft,

Gelet op:

• De gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst West-Holland van 27 december 2000, na de 8e wijziging (inwerkingtreding per 1 juni 2014);

• Het mandaatbesluit van gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland aan de directeur van de Omgevingsdienst;

• De door de aan de Regeling deelnemende gemeenten aan de directeur van de Omgevingsdienst afgegeven mandaten;

• Hetgeen in de voornoemde mandaten – voor zover opgenomen – is bepaald met betrekking tot het aanvragen van adviezen in het kader van de Wet Bibob;

• Dat alleen de directeur bevoegd is tot het vragen van advies aan het Landelijk Bureau Bibob;

• Dat het van belang is ter uitoefening van taken en bevoegdheden in het kader van de Wet Bibob, medewerkers in dienst bij de Omgevingsdienst aan te wijzen die kennis kunnen nemen van de krachtens de Wet Bibob verstrekte gegevens.

Besluit:

• De hieronder genoemde medewerkers van de Omgevingsdienst West-Holland aan te wijzen om kennis te kunnen nemen van de krachtens de Wet Bibob verstrekte gegevens:

 Mevrouw A.M. Burger

 De heer R. Stuut

 Mevrouw M.J. Vonk

 De heer S. van Putten

• Het aanwijzingsbesluit van 4 augustus 2014 in te trekken.

Leiden, 9 mei 2017

De directeur a.i. van de Omgevingsdienst West-Holland,

N.E. Mier