Eerste wijziging Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Het dagelijks bestuur en de voorzitter van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft,

 

Overwegende

 

  • -

    dat gelet op een effectieve en efficiënte taakuitvoering door de veiligheidsregio het mandateren, volmacht verlenen en machtigen van bepaalde bevoegdheden gewenst is;

  • -

    dat op 18 november 2013 het Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond is vastgesteld;

  • -

    dat diverse verwijzingen in bijlage A en B van het hierboven genoemd besluit zijn verouderd en dienen te worden geactualiseerd;

 

gelet op artikel 25 derde lid van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en voorts gelet op het bepaalde in afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb):

 

gezien de verantwoordelijkheid voor het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, zoals bepaald in artikel 13 en 14 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond;

 

Besluiten vast te stellen:

 

Eerste wijziging van het Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

 

Artikel I  

Het Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond wordt als volgt gewijzigd:

A

 

Bijlage A komt te luiden:

 

Bijlage A behorende bij het Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

 

1. Bedrijfsbrandweer

1.1. Besluiten op grond van artikel 31 lid 1 van de Wet veiligheidsregio’s (Wvr).

1.2. Besluiten om een bedrijfsbrandweeraanwijzing als bedoeld in artikel 31 Wvr in te trekken, te wijzigen of aan te vullen, zowel op verzoek als ambtshalve.

 

2. Toezicht en Handhaving

2.1. Aanwijzen van toezichthouders voor het toezicht op de naleving van het bij of krachtens artikel 30, 31 Wvr bepaalde of het bij of krachtens artikel 48 Wvr bepaalde ten aanzien van het krachtens artikel 17 Wvr aangewezen inrichtingen (art 61, lid 1 Wvr).

2.2. Aanwijzen van toezichthouders voor het toezicht op de naleving van het gestelde bij of krachtens het Besluit risico’s zware ongevallen 2015 (Brzo 2015).

2.3. Het houden van toezicht (inspecties) op de naleving van het gestelde bij of krachtens artikel 31 en 48 Wvr (waaronder het Brzo 2015).

2.4. Besluiten als bedoeld in artikel 63 Wet veiligheidsregio’s ter handhaving van het bij of krachtens artikel 31 Wvr bepaalde alsmede het bij of krachtens artikel 48 Wvr bepaalde ten aanzien van de krachtens artikel 17 Wvr aangewezen inrichtingen en de (ambtshalve) intrekking en wijziging hiervan.

2.5. Besluiten op grond van titel 5.3 van de Algemene wet bestuursrecht (herstelsancties).

2.6. De bevoegdheden met betrekking tot bestuurlijke geldschulden, bedoeld in de afdelingen 4.4.1, 4.4.2 en 4.4.3 en paragraaf 4.4.4.1 van de Algemene wet bestuursrecht.

 

3. Brzo 2015 en Rrzo

3.1. Beoordelen van een veiligheidsrapport op de punten zoals bedoeld in artikel 17 Regeling risico’s zware ongevallen (Rrzo).

3.2. Het mede opstellen van inspectieprogramma’s op grond van artikel 13 Brzo 2015.

 

4. Wettelijk Advies (Besluit omgevingsrecht, externe veiligheid en vuurwerkbesluit)

4.1. Adviseren van het bevoegd gezag Wabo met betrekking tot een aanvraag betreffende het oprichten, het veranderen of veranderen van de werking of het in werking hebben van een inrichting die behoort tot een categorie die is genoemd in bijlage I, onderdeel C, onder 3.1 of 17 Besluit omgevingsrecht (artikel 6.3 lid 1 onder a Besluit omgevingsrecht).

4.2. Adviseren van gedeputeerde staten, indien de aanvraag betrekking heeft op een inrichting die behoort tot een categorie die is genoemd in bijlage I, onderdeel C, onder 3.5 (artikel 6.3 lid 3 Besluit omgevingsrecht).

4.3. Het uitbrengen van advies in verband met het groepsrisico over mogelijkheden tot voorbereiding van bestrijding en beperking van de omvang van een ramp en over de zelfredzaamheid van personen in het invloedsgebied van de inrichting, zoals bedoeld in artikel 12 derde lid, en artikel 13 derde lid van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi).

4.4. Het uitbrengen van advies op grond van artikel 9 van het Besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt) over de in de artikelen 7 en, voor zover van toepassing, artikel 8 Bevt genoemde onderwerpen.

4.5. Het uitbrengen van advies in verband met het groepsrisico over de mogelijkheden tot voorbereiding van bestrijding en beperking van de omvang van een ramp of zwaar ongeval en over de zelfredzaamheid van personen in het invloedsgebied van de buisleiding, zoals bedoeld in artikel 12, tweede lid van het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb).

4.6. Het op verzoek uitbrengen van advies ten aanzien van de routering van gevaarlijke stoffen in het kader van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (artikel 23 en 24).

4.7. Adviseren bevoegd gezag Wabo ten aanzien van het stellen van maatwerkvoorschriften met betrekking tot voorschriften voor het opslaan, (herverpakken) en bewerken van vuurwerk als bedoeld in artikel 2.2.3 lid 3 en 3.2.2 lid 3 Vuurwerkbesluit.

4.8. Adviseren van Gedeputeerde Staten ten aanzien van het tot ontbranding brengen van vuurwerk als bedoeld in artikel 3B.3a lid 7 Vuurwerkbesluit.

4.9. Voeren van overleg met Gedeputeerde Staten inzake toestaan kortere termijn voor melding inzake tot ontbranding brengen vuurwerk als bedoeld in artikel 3B.4, lid 5, Vuurwerkbesluit.

4.10. Adviseren bevoegd gezag Wabo inzake afwijking van voorschrift 1.8 bijlage I Vuurwerkbesluit met betrekking tot situering van ruimten waar consumentvuurwerk aanwezig mag zijn.

 

5. Advisering op grond van Wet veiligheidsregi o's

5.1. Uitbrengen van advies aan het bevoegd gezag op grond van artikel 10 lid 1 onder b Wvr over risico’s van branden, rampen en crises in de bij of krachtens de wet aangewezen gevallen alsmede in de gevallen die in het beleidsplan zijn bepaald.

5.2. Uitbrengen van advies aan colleges van burgemeester en wethouders op grond van artikel 10, eerste lid onder c Wvr over de taak, bedoeld in artikel 3, eerste lid Wvr.

5.3. Het adviseren van andere overheden en organisaties op het gebied van de brandpreventie, brandbestrijding en het voorkomen, beperken en bestrijden van ongevallen met gevaarlijke stoffen zoals bedoeld onder artikel 25, eerste lid onder e Wvr.

 

6. Gerechtelijke procedures

6.1. Besluiten tot het voeren van rechtsgedingen, bezwaar- en (hoger)beroepsprocedures.

6.2. Bevoegdheid tot het machtigen van procesvertegenwoordiging bij gerechtelijke procedures.

6.3. Het vertegenwoordigen in bezwaar- en (hoger)beroepszaken en rechtsgedingen in publiekrechtelijke en privaatrechtelijke aangelegenheden bij de bezwaarschriftencommissie, de rechtbank, de Raad van State, de Centrale Raad van Beroep, het College van beroep voor het Bedrijfsleven, de gerechtshoven, de Hoge Raad, de Raad van Arbitrage en andere gerechtelijke instanties, alsmede de vertegenwoordiging in een klachtenprocedure bij de Commissie van Aanbestedingsexperts.

6.4. Het indienen van zienswijzen over een ontwerp-omgevingsvergunning en het indienen van bezwaar, beroep (bij de Rechtbank) en hoger beroep (bij de Raad van State) tegen een omgevingsvergunning.

 

7. Openbaarheid

7.1. Het nemen van besluiten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur.

7.2. Het openbaar maken van de gegevens als bedoeld in artikel 49 Wvr.

 

8. Financiën

8.1. Het nemen van een besluit tot het aangaan van een overeenkomst van opdracht voor werken, leveringen of diensten, voor zover hiervoor een specifiek aangewezen budget beschikbaar is. Hieronder mede begrepen het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, ter uitvoering van deze overeenkomsten.

8.2. Het aanvragen, in ontvangst nemen, beheren, besteden en verantwoorden van subsidies, financiële bijdragen, rijksmiddelen en bijdragen uit fondsen.

 

9. Overig

9.1. Besluiten als bedoeld in artikel 17 derde lid Wvr dat geen rampbestrijdingsplan behoeft te worden vastgesteld.

9.2. Het aanvragen bij bestuursorganen van publiekrechtelijke rechtspersonen van een vergunning, toestemming, of ontheffing alsmede het aanvaarden van een vergunning, toestemming of ontheffing.

9.3. Het accepteren van mandaat van een ander bestuursorgaan, in het kader van de uitvoering van de hem overgedragen bevoegdheden (artikel 10:4 Awb).

9.4. Het aangaan van publiekrechtelijke overeenkomsten in het kader van de uitvoering van de aan hem overgedragen bevoegdheden, voor zover hiervoor een specifiek aangewezen budget beschikbaar is.

9.5. Het nemen van beslissingen, bedoeld in de artikelen 30, derde lid, 35, 36, 38, tweede lid, 40 en 41 van de Wet bescherming persoonsgegevens en het ingevolge artikel 27 van deze wet melden van verwerkingen bij het College Bescherming Persoonsgegevens.

9.6. Het voegen in strafprocessen, bedoeld in artikel 51a van het Wetboek van Strafvordering.

9.7. Het doen van aangifte, bedoeld in artikel 161 van het Wetboek van Strafvordering van een begaan strafbaar feit.

9.8. Aan de algemeen directeur wordt door de voorzitter volmacht verleend tot het ondertekenen van inschrijfformulieren voor de inschrijving van het openbaar lichaam Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en haar vestigingen en de formulieren voor het doorgeven van wijzigingen aan de Kamer van Koophandel.

 

B

 

Bijlage B komt te luiden:

Bijlage B behorende bij het Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

 

1. Ambtenarenreglement

Besluiten op grond van:

• Hoofdstuk II, met uitzondering van artikel 13a.

• Hoofdstuk IIa.

• De artikelen 18, vierde lid, 18a, 18b, 18c, 18d en 18e.

• Artikel 20, voor wat betreft het vaststellen van de personeelsbeoordeling.

• Artikel 21, met uitzondering van het stellen van de bedoelde regels.

• Hoofdstuk IV, met uitzondering van

- het stellen van de bedoelde regels.

• Hoofdstuk V.

• Hoofdstuk VA.

• Hoofdstuk VI, met uitzondering van het stellen van de regels, bedoeld in de artikelen 42 en 48.

• Hoofdstuk VII, met uitzondering van:

- het stellen van de regels, bedoeld in artikel 50, eerste lid;

- het stellen van de regels, bedoeld in artikel 51, tweede lid;

- het geven van de nadere voorschriften, bedoeld in artikel 53b, tweede lid.

• Hoofdstuk IX.

• Hoofdstuk X, met uitzondering van het opleggen van de disciplinaire straffen schorsing en ontslag.

• Hoofdstuk XI, met uitzondering van:

- artikel 85c.7;

- artikel 91;

- de artikelen 94 tot en met 96;

- artikel 99a.

• Hoofdstuk XII, met uitzondering van:

- het stellen van de regels, bedoeld in artikel 104, tweede lid;

- het stellen van de regels, bedoeld in artikel 107;

- het stellen van de regels, bedoeld in artikel 108c;

- artikel 111, eerste en tweede lid;

- het voeren van de registratie, bedoeld in artikel 114, tweede lid, van de opgaven van nevenwerkzaamheden van een topkaderfunctionaris;

- het regelen van de openbaarmaking van de nevenwerkzaamheden bedoeld in artikel 114, vierde lid, met dien verstande dat wel mandaat wordt verleend tot aanwijzing van andere dan door het bestuur aangewezen functies waarvoor de openbaarmaking van de nevenwerkzaamheden noodzakelijk is;

- het stellen van de nadere regels, bedoeld in artikel 114, vijfde lid;

- het verlenen van ondermandaat op grond van artikel 114;

- artikel 114a, eerste lid, met dien verstande dat wel mandaat wordt verleend tot aanwijzing van andere dan door het college aangewezen functies met een bijzonder risico op financiële belangenverstrengeling of het risico van oneigenlijk gebruik van koersgevoelige informatie;

- Het voeren van de registratie van de meldingen, bedoeld in artikel 114a, tweede en derde lid, van een topkaderfunctionaris;

- het stellen van de nadere regels, bedoeld in artikel 114a, vijfde lid;

- artikel 115;

- artikel 119, met dien verstande dat wel mandaat wordt verleend tot vergoeding van renteverlies en van kosten van rechtsbijstand alsmede van overige materiële en immateriële schade, dit laatste tot ten hoogste €9.100,- per schadegeval;

- het stellen van de regels, bedoeld in artikel 120, derde lid.

 

2. Besluit betaald ouderschapsverlof 2003

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen.

 

3. Besluit kostenvergoeding rechtsbijstand

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen.

 

4. Besluit kostenvergoedingen

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen.

 

5. Besluit ondernemingsraden

Besluiten op grond van:

• Artikel 3.

 

6. Besluit personenchauffeurs

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen

 

7. Besluit salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen 2016

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen, met uitzondering van artikel 1, eerste lid en artikel 8

 

7a. Uitvoeringsregeling salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen 2016

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen, met uitzondering van artikel 22

 

8. Bijzondere dienstvoorschriften

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen.

 

9. Dienstkledingbesluit 2003

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen.

 

10. Fietsregeling Rotterdam 2014

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen

 

11. Regeling woon-werkverkeer met bedrijfsvoertuigen

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen.

 

12. Ideeënreglement 2009

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen.

 

13. O verbruggingsregeling

vervallen

 

14. Uitkeringsverordening functioneel leeftijdsontslag

vervallen.

 

15. Vakantie- en Verlofregeling 1971

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen, met uitzondering van het stellen van de nadere regels, bedoeld in artikel 4, tweede lid.

 

16. Vergoedingsregeling voor wacht- en waakdiensten

vervallen

 

17. Wachtgeld- en uitkeringsverordening 1996

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen, met uitzondering van:

- Artikel 2:13, tweede lid;

- Artikel 2:15, zesde lid;

- Artikel 3:13, zesde lid;

- Artikel 3:16, tweede lid;

- Artikel 3:28.

 

18. Verordening Van werk naar werk-aanpak en voorzieningen bij werkloosheid

Besluiten op grond van:

• Alle bepalingen, met uitzondering van artikel 7, tweede lid, en artikel 8, eerste en tweede lid, voor zover de voornoemde bepalingen worden toegepast na ontslag op grond van artikel 91 van het Ambtenarenreglement.

 

19. Ambtenarenwet

Besluiten op grond van:

• Titel II;

• Artikel 125c, eerste lid, met uitzondering van het stellen van de in dit lid bedoelde regels.

• Artikel 125c, tweede lid, met uitzondering van het stellen van de in dit lid bedoelde regels.

• Artikel 125c, derde lid, met uitzondering van het stellen van de in dit lid bedoelde regels.

• Artikel 125d.

• Artikel 125h, tweede lid.

 

20. VRR Regelingen

a) Aanstellings- en bevorderingsbesluit repressief beroepspersoneel VRR 2015

Besluiten op grond van:

Alle bepalingen, met dien verstande dat de bevoegdheid uit artikel 5 bij de directeur brandweer berust.

 

b) Aanstellings- en bevorderingsbesluit vrijwillig repressief personeel brandweer VRR 2015

Besluiten op grond van:

Alle bepalingen, met uitzondering van artikel 4.6. Daarnaast blijft de bevoegdheid uit artikel 5 bij de directeur brandweer berusten.

 

c) Afkoopregeling Turkse militaire dienstplicht VRR

Besluiten op grond van:

Alle bepalingen.

 

d) Beleidsregel meerdaagse dienstreizen VRR 2013

Besluiten op grond van: alle bepalingen. Waar van toepassing: na verkregen instemming door de functionarissen genoemd in artikel 3.

 

e) Besluit Bezwarende functie VRR

Besluiten op grond van:

Alle bepalingen.

 

f) Besluit werktoelage 2012

Besluiten op grond van:

Alle bepalingen.

 

g) Besluit keuringen brandweerpersoneel VRR 2015

Besluiten op grond van alle bepalingen, met dien verstande dat de bevoegdheden onder 1.3 en 2.3 niet verder ondergemandateerd kan worden dan tot het niveau directeur Brandweer.

 

h) Besluit rechtspositie niet-repressieve vrijwilligers bij de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond 2011

Besluiten op grond van alle bepalingen, met dien verstande dat de bevoegdheid onder 5.1 niet verder wordt ondergemandateerd.

 

i. Besluit tot afwijking van het Besluit salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen 2016

Besluiten op grond van:

Alle bepalingen.

 

j. Huishoudelijk Reglement Jeugdbrandweer

Besluiten op grond van alle bepalingen, met dien verstande dat de bevoegdheid onder artikel 12, eerste lid niet verder wordt ondergemandateerd.

 

k. Organisatieverordening Jeugdbrandweer Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Besluiten op grond van alle bepalingen, met dien verstande dat het afsluiten van de verzekering (artikel 5) niet verder wordt ondergemandateerd, en dat de bevoegdheid genoemd in artikel 4 bij de directeur brandweer blijft berusten.

 

l. Piket overbruggingsregeling VRR 2012

Besluiten op grond van:

Alle bepalingen.

 

m. Procedureregeling functiebeschrijving en –waardering Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond 2015

Besluiten op grond van alle bepalingen, met uitzondering van:

- artikel 2.4 voor zover het betreft het vaststellen van de tot stand gekomen (norm- en lokale) functiebeschrijvingen;

- artikel 4.1 voor zover het betreft het vaststellen van de waarderingen van de lokale functiebeschrijvingen en normbeschrijvingen.

 

n. Regeling vergoeding piketdiensten VRR 2012

Besluiten op grond van:

Alle bepalingen.

 

o. Vergoeding afmelden kazernedienst VG

besluiten op grond van:

Alle bepalingen.

 

p. Verordening rechtspositie vrijwilligers bij de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond 2010

Besluiten op grond van alle bepalingen, met uitzondering van:

- artikel 4:1, het vaststellen van de bijlage behorende bij artikel 4.1;

- artikel 4:7, het stellen van regels over de vergoeding van kazerneringsdiensten;

- artikel 4:9, het vaststellen van regels voor het toekennen van een gratificatie;

- artikel 7:1, het stellen van regels over de beschikbaarheid van de vrijwilliger voor de brandweerdienst;

Het afsluiten van verzekeringen genoemd in 5:1 en 5:3 wordt niet verder ondergemandateerd.

 

q. Verordening rechtstoestand van het beroepsbrandweerpersoneel VRR 2007

Besluiten op grond van alle bepalingen, met dien verstande dat de bevoegdheden genoemd in artikel 4, eerste lid en artikel 6, vierde lid niet verder kunnen worden ondergemandateerd dan tot het niveau directeur brandweer.

 

21. CAO Ambulancezorg

Besluiten op grond van:

Artikel 2.3 Nevenwerkzaamheden; Artikel 2.11 Rechtsbijstand werknemer; Artikel 4.3 Periodieke verhoging; Artikel 4.7 Gratificatie en (tijdelijke) toeslagen; Artikel 4.13 Faciliteren vakbondsbijdrage; Artikel 6.4 Arbeidstijd en dienstrooster; Artikel 7.3 Opnemen vakantie-uren; Artikel 7.4 Onbetaald verlof; Artikel 7.5 Betaald verlof in verband met bijzondere gebeurtenissen; Artikel 7.6 Vakbondsverlof; Artikel 7.9 Invulling en aanwending Persoonlijk Levensfasebudget; Artikel 8.5 Kortdurend zorgverlof; Artikel 8.7 Ouderschapsverlof; Artikel 9.3 Verlagen, vervallen of opschorten van loondoorbetaling; Artikel 9.5 Verzuim en arbobeleid; Artikel 9.7 Gezondheidsbeleid; Artikel 9.8 Seksuele intimidatie en ongewenste intimiteiten; Artikel 9.9 Beleid agressie en geweldsincidenten; Artikel 9.10 Opvang werknemers; Artikel 9.11 Ergocoaches; Artikel 9.12 Fitnessbijdrage; Artikel 9.13 Vaccinaties; Artikel 9.18 Flankerend beleid rondom de PAM; Artikel 10.1 Opleidingen algemeen; Artikel 10.2 Jaargesprek; Artikel 10.3 Collectief en persoonlijk opleidingsplan; Artikel 10.4 Loopbaangesprek en loopbaanplan.

 

22. (Overige) wetten in formele zin

Besluiten op grond van:

• De Wet flexibel werken.

• De Wet arbeid en zorg.

• De Wet op de ondernemingsraden.

• De Wet van 2 december 1993 betreffende informatie van de werknemer over de arbeidsverhouding.

 

23. Overige bevoegdheden

Besluiten omtrent:

• Gehele of gedeeltelijke inhouding van bezoldiging tijdens collectieve acties.

• Overplaatsing naar een andere betrekking binnen het openbaar lichaam.

• Terugvordering van te veel genoten bezoldiging als bedoeld in artikel 115, eerste lid, van de Ambtenarenwet.

• Vergoeding van renteverlies.

• Vergoeding van kosten van rechtsbijstand.

• Vergoeding van materiële en immateriële schade tot ten hoogste

€ 9.100,-- per schadegeval;

• Uitvoering van het Sociaal Statuut Rotterdam 2005, het Sociaal Statuut Rotterdam 2010 en het Sociaal Statuut Rotterdam 2013;

• Aanvragen voor internationale dienstreizen door ambtenaren.

 

24. Aanstellings- en bevorderingsbesluit operationeel brandweerpersoneel

De algemeen directeur is gemachtigd om in naam en onder verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur besluiten te nemen ter uitvoering van het Aanstellings- en bevorderingsbesluit operationeel brandweerpersoneel, met uitzondering van een besluit tot bevordering tot een rang hoger dan of gelijk aan adjunct-hoofdcommandeur.

 

25. Bezwaar UWV

De algemeen directeur is gemachtigd om in naam van het openbaar lichaam Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en onder verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur bij het UWV bezwaar te maken tegen een door dit instituut genomen besluit over de toekenning, herziening, intrekking of heropening van een WAO-uitkering van een medewerker van het openbaar lichaam.

 

Artikel II  

1. Dit besluit wordt geplaatst in het Blad gemeenschappelijke regelingen.

2. Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking in het Blad gemeenschappelijke regelingen.

Aldus besloten in de vergadering van 5 april 2017,

Het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

De voorzitter,

Ing. A. Aboutaleb

de secretaris,

mr. drs. A. Littooij

Aldus besloten op 5 april 2017,

De voorzitter van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Ing. A. Aboutaleb

Naar boven