Dit Sociaal Statuut heeft een werkingsduur voor de periode 1 januari 2013 tot 1 juli 2016.
Het Dagelijks Bestuur van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven heeft gezien zowel de interne alsmede externe ontwikkelingen ( vorming van RUD, takendiscussie, invoering flexibele netwerkstructuur, bezuinigingen) die van invloed zijn op het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven en als gevolg hiervan op de organisatie SRE en het personeel besloten tot het vaststellen van een Sociaal Statuut.
Wanneer het Dagelijks Bestuur besluit tot het doorvoeren van een organisatiewijziging dan treedt vervolgens het sociaal statuut in werking. Wanneer de nieuwe plaatsingsbesluiten naar de ambtenaren zijn verstuurd eindigt de organisatiewijziging en dus ook de werking van het sociaal statuut met inachtneming en toepassing van de genoemde periodes en rechten en plichten tussen werkgever en ambtenaar die in het sociaal statuut zijn opgenomen en gekoppeld zijn aan de plaatsing als resultante van de doorlopen organisatiewijziging.
Doel van het sociaal statuut is om in geval van een organisatiewijziging, welke gevolgen heeft voor de ambtenaren van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven, duidelijkheid te hebben over: A. de spelregels die het bestuur, het management en adviseurs moeten volgen bij de organisatiewijziging; B. de eventuele gevolgen van de organisatiewijziging voor de rechtspositie van de ambtenaren; C. een zorgvuldige procedure met voldoende inspraakmogelijkheden voor de ambtenaren.
In hoofdstuk 5 is aansluiting gezocht bij het principe-akkoord CAO van 20 april 2012. De uitwerking van dit principe-akkoord zal met name plaatsvinden in hoofdstuk 10d CAR. Die wijzigingen zullen ingaan per 1 januari 2013. Indien blijkt dat de in hoofdstuk 10d CAR op te nemen artikelen gunstiger zijn voor ambtenaren of dwingend gelden (d.w.z. CAR-bepalingen zijn, waarvan op lokaal niveau niet afgeweken kan worden), zullen de betreffende artikelen in hoofdstuk 10d CAR gelden in plaats van het betreffende artikel van hoofdstuk 5 van het Sociaal Statuut.
Artikel 1:1 Begripsbepalingen
In dit Sociaal Statuut wordt verstaan onder:
Afspiegelingsbeginsel: ontslagenen worden gespreid over werknemers in verschillende leeftijdscategorieën. Binnen een uitwisselbare functie per dienst is een indeling in leeftijdscategorieën en worden de werknemers met het kortste dienstverband vervolgens het eerst voor ontslag in aanmerking gebracht.
Ambtenaar: de ambtenaar volgens artikel 1 van de Ambtenarenwet, die werkzaam is bij het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven.
Belangstellingsregistratie: formulier waarop ambtenaren hun voorkeur voor bepaalde functies kenbaar kunnen maken als bedoeld in artikel 4:4.
Bevoegd gezag: de portefeuillehouder Personeel of de Directeur van Dienst die - ieder afzonderlijk - bij gelegenheid van vaststelling van dit Sociaal Statuut door het Dagelijks Bestuur zijn gemandateerd om namens dat bestuur bevoegdheden uit te oefenen in het kader van een organisatiewijziging.
Boventallig: plaatsing van een ambtenaar boven de in de organisatiewijziging vastgestelde formatie in verband met het (nog) niet geplaatst zijn of geplaatst worden in een passende dan wel geschikte functie.
Bezoldigingsregeling: de door het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven vastgestelde spelregels omtrent het toekennen van de bezoldiging.
Bezwarencommissie: onafhankelijke adviescommissie voor bezwaarschriften die belast is met de behandeling van de bij het Dagelijks Bestuur ingediende bezwaren.
CAR: Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector Gemeenten.
Dagelijks Bestuur: het dagelijks Bestuur van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven.
Diensttijd: de onafgebroken periode waarin de ambtenaar werkzaam is bij het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven en diens rechtsvoorgangers.
Functie: het geheel van werkzaamheden dat de ambtenaar op grond van zijn (generieke) functiebeschrijving verricht.
Flankerend beleid: het streven om de personele gevolgen van de organisatiewijziging zoveel mogelijk op te vangen via in-, door- en uitstroombevorderende maatregelen.
Formatieplan: een overzicht van alle functies in de nieuwe organisatie, zoals bedoeld in artikel 4.2.
Gelijke functie: een functie die in de wezenlijke functiebestanddelen niet veranderd is.
Geschikte functie: een functie die niet valt onder het begrip passende functie, maar die de ambtenaar bereid is te vervullen. Tenzij redenen van zeer dringend dienstbelang dat niet toelaten, geldt dat de ambtenaar in die functie wordt geplaatst met een betrekkingsomvang die gelijk is aan de betrekkingsomvang van de ambtenaar voorafgaande aan de organisatiewijziging. Er zijn bij plaatsing op een geschikte functie geen gevolgen voor de bezoldiging en de bezoldigingsperspectieven van de ambtenaar.
GO: de commissie voor georganiseerd overleg zoals bedoeld in artikel 12:1 van de CAR.
Herplaatsingskandidaat: de ambtenaar die als zodanig is aangewezen omdat voorzienbaar zijn functie als gevolg van een veranderingstraject opgeheven gaat worden of in mindere aantallen terug gaat komen en die tezamen met het Dagelijks Bestuur gedurende de herplaatsings- en re- intergratieperiode alle inspanningen erop richt om werk te vinden, in beginsel binnen maar eventueel ook buiten de organisatie.
OR: de ondernemingsraad zoals bedoeld in artikel 2 van de Wet op de ondernemingsraden.
Organisatiewijziging: wijziging van taken, inrichting en omvang van het Samenwerkingsverband, één of meer diensten of dienstonderdelen, waaraan personele consequenties zijn verbonden.
Passende functie: een functie die als passend kan worden beschouwd gelet op de beschikbare kennis en kunde van de ambtenaar dan wel indien de ambtenaar naar het oordeel van het Dagelijks Bestuur zich die kennis en kunde binnen een periode van 2 jaar middels om-, her- of bijscholing of door ervaring eigen kan maken, en welke redelijkerwijs kan worden opgedragen. Een passende functie is doorgaans van dezelfde functionele schaal als de oude functie, maar kan ook van een hoger niveau of maximaal twee niveaus lager zijn dan de oude functie. Tenzij redenen van zeer dringend dienstbelang dat niet toelaten, geldt dat de ambtenaar in die functie wordt geplaatst met een betrekkingsomvang die tenminste gelijk is aan de betrekkingsomvang van de ambtenaar voorafgaande aan de organisatiewijziging.
Personele gevolgen: gevolgen voor de functie of de rechtspositie van de betrokken ambtenaar.
Plaatsingsbesluit: nadat het plaatsingsplan is vastgesteld, wordt de ambtenaar zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte gesteld van het voor bezwaar en beroep vatbare definitieve besluit tot plaatsing. Daarbij wordt zo nodig aangegeven op welke termijn de plaatsing zal plaatsvinden, onder welke voorwaarden en welke maatregelen van toepassing zijn. Bij het nemen van een plaatsingsbesluit wordt de ambtenaar gelijktijdig uit zijn oorspronkelijke functie ontheven. Onder het begrip plaatsingsbesluit wordt nadrukkelijk ook begrepen het besluit waarbij de ambtenaar als herplaatsingskandidaat wordt aangewezen.
Plaatsingscommissie: adviescommissie die het Dagelijks Bestuur adviseert omtrent het concept plaatsingsplan.
Plaatsingsplan: het overzicht van alle functies in de nieuwe organisatie waarbij is aangegeven door welke ambtenaren deze functies vervuld zullen worden.
Privatisering: organisatiewijziging die het gevolg is van een verzelfstandiging van een deel van de organisatie tot een nieuwe (privaatrechtelijke) rechtspersoon of de overdracht van een deel van de organisatie aan een derde privaatrechtelijke partij.
Publiekrechtelijke taakoverheveling: organisatiewijziging die het gevolg is van de overheveling van een deel van de organisatie naar een ander publiekrechtelijk orgaan.
Re-integratieperiode: de periode zoals nader aangeduid in hoofdstuk 10d van de CAR en die volgt op de herplaatsperiode. Omdat in de CAR zoals die per 1 januari 2013 luidt, gesproken wordt van een Van Werk Naar Werk Traject wordt bij hantering van het begrip Re-integratieperiode in dit sociaal statuut, de toevoeging “c.q. van Werk naar Werk” gebruikt.
Salaris: het voor de ambtenaar geldende bedrag van de aan de ambtenaar toegekende schaal als bedoeld in artikel 3:1 van de CAR.
Salarisperspectief: de opeenvolgende salarisperiodieken tot en met het hoogste bedrag van de functieschaal van de ambtenaar inclusief – voor zover van toepassing - de voor hem geldende uitloopschaal en eventueel schriftelijk vastgelegde extra individuele salarisafspraken.
Sociaal plan: nadere afspraken, gebaseerd op en aanvullend op dit sociaal statuut, met betrekking tot de personele gevolgen van een organisatiewijziging.
Uitgangspositie: per ambtenaar informatie over diens huidige functie inclusief inschaling, takenpakket, overige werkervaring en opleiding, type dienstverband en omvang, leeftijd en anciënniteit.
Uitwisselbare functie: een functie die naar functie-inhoud, vereiste kennis en vaardigheden en vereiste competenties vergelijkbaar en naar niveau en beloning gelijkwaardig. Deze uitwisseling geldt per dienst.
Volgfunctie: indien de functie van de werknemer terugkeert in het nieuwe functie- en formatieplan van het dienst is sprake van een volgfunctie.
VWNW traject: het traject dat beschreven is in hoofdstuk 10d van de CAR zoals dat luidt per 1 januari 2013.
Werkgever: het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven.