Tractatenblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum totstandkoming |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Buitenlandse Zaken | Tractatenblad 2005, 156 | Verdrag |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum totstandkoming |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Buitenlandse Zaken | Tractatenblad 2005, 156 | Verdrag |
Verdrag inzake het onderzoek en de stempeling van edelmetalen werken; (met bijlagen)
Wenen, 15 november 1972
De tekst van Verdrag en bijlagen is geplaatst in Trb. 1991, 16.
Voor wijziging van de artikelen 10 en 12 van het Verdrag zie rubriek J van Trb. 1991, 16, voor wijziging van artikel 1 van het Verdrag zie rubriek J van Trb. 1995, 238 en voor wijzigingen van het Verdrag zie rubriek J van Trb. 2004, 192.
Voor wijziging van de Bijlagen I en II en toevoeging van Aanhangsels I en II zie rubriek J van Trb. 2000, 14 en Trb. 2001, 42. Voor wijziging van Bijlage II zie rubriek J van Trb. 2004, 192.
Zie Trb. 1991, 16, de rubrieken J van Trb. 1991, 16, Trb. 1995, 238 en Trb. 2001, 42.
De vertaling van de in rubriek J van Trb. 2004, 192 geplaatste verdragswijzigingen van 9 januari 2001 luidt als volgt:
Eerste lid: de volgende drie leden worden toegevoegd:
Overwegend dat de internationale harmonisatie van normen en technische voorschriften en richtlijnen voor methoden en procedures voor het onderzoek en het afslaan van voorwerpen van edelmetaal een waardevolle bijdrage levert aan het vrij verkeer van dergelijke producten;
Overwegend dat deze harmonisatie aangevuld dient te worden door de wederzijdse erkenning van onderzoek en afslaan en derhalve verlangend de samenwerking tussen hun waarborginstellingen en de betrokken autoriteiten te bevorderen en in stand te houden;
Gelet op het feit dat verplichte stempeling niet vereist wordt van de Verdragsluitende Staten die Partij zijn bij het Verdrag en dat het afslaan van voorwerpen van edelmetaal met in het Verdrag omschreven merken op vrijwillige basis geschiedt;
Het eerste en tweede lid worden geschrapt en vervangen door het volgende nieuwe eerste lid:
1. Voorwerpen die door een bevoegde waarborginstelling zijn onderzocht en afgeslagen in overeenstemming met de bepalingen van dit Verdrag worden in een invoerende Verdragsluitende Staat niet opnieuw voorgelegd voor verplicht onderzoek of verplichte afslag. Dit belet een invoerende Verdragsluitende Staat niet controleproeven te nemen in overeenstemming met artikel 6.
Het derde lid wordt het tweede lid en wordt als volgt gewijzigd:
2. Geen enkele bepaling van dit Verdrag vereist van een Verdragsluitende Staat dat deze de invoer of verkoop toestaat van voorwerpen van edelmetaal die niet in zijn nationale wetgeving staan omschreven of niet voldoen aan nationale wettelijke gehalten.
De in artikel 2 vervatte opsomming van voorwerpen van edelmetaal wordt als volgt gewijzigd: „voorwerpen van platina, goud, palladium, zilver of legeringen daarvan (…)"
In het eerste lid van de Engelse tekst wordt het woord „be" (aan het einde) geschrapt.
In onderdeel a van de Engelse tekst wordt het woord „be" toegevoegd vóór „submitted" en wordt het woord „authorised" op de Brits-Engelse wijze gespeld.
Het volgende nieuwe onderdeel b wordt aan het eerste lid toegevoegd:
b. voldoen aan de technische eisen van dit Verdrag als vervat in Bijlage I;
De bestaande onderdelen b en c worden als volgt gewijzigd:
c. door de bevoegde waarborginstelling worden onderzocht in overeenstemming met de regels en procedures vervat in Bijlage II;
d. worden afgeslagen met de merken voorgeschreven in Bijlage II.
De verwijzing naar „artikel 1, eerste en tweede lid" wordt gewijzigd in „artikel 1, eerste lid".
Het eerste lid wordt vervangen door de volgende twee leden:
1. Elke Verdragsluitende Staat wijst een of meer bevoegde waarborginstellingen aan voor het onderzoeken en afslaan van voorwerpen van edelmetaal zoals voorzien in Bijlage II.
2. De bevoegde waarborginstellingen dienen aan de volgende eisen te voldoen:
– beschikbaarheid van personeel en van de benodigde middelen en apparatuur;
– technische bekwaamheid en professionele integriteit van het personeel;
– bij het uitvoeren van de vereisten van dit Verdrag dienen de leiding en het technisch personeel van de bevoegde waarborginstelling onafhankelijk te zijn van alle personen of groepen van personen die direct of indirect belang hebben bij het desbetreffende terrein;
– het personeel moet aan het beroepsgeheim gebonden zijn.
Het tweede lid wordt hernummerd tot het derde lid; in de eerste zin wordt „de aanstelling van zulke bevoegde waarborginstellingen en van hun waarborgmerken" vervangen door „de aanstelling van zulke waarborginstellingen en van hun merken"; in de Engelse tekst wordt „authorisation" op de Brits-Engelse wijze gespeld.
Vóór „Gemeenschappelijk Keurmerk" wordt „in Bijlage II beschreven" toegevoegd.
Na „te vervalsen" wordt „ongeoorloofd te veranderen" toegevoegd en de verwijzing naar Artikel 5, „tweede lid" wordt vervangen door Artikel 5, „derde lid".
Eerste lid: „één van zijn waarborginstellingen" wordt vervangen door „een van zijn bevoegde waarborginstellingen"; in de Engelse tekst worden de komma na „immediately consulted" en de woorden „the latter assay office" geschrapt; de woorden „uiterlijk één maand na de ontvangst van deze kennisgeving" worden geschrapt.
Tweede lid: na het eerste onderdeel worden de volgende onderdelen toegevoegd:
de Bijlagen bij dit Verdrag te herzien en, waar nodig, wijzigingen voor te stellen;
beslissingen inzake technische aangelegenheden te nemen, zoals voorzien in de Bijlagen;
Tweede lid: in het vierde onderdeel wordt „en in stand te houden" toegevoegd na „te bevorderen";
Derde lid: de laatste zin wordt geschrapt.
Het volgende nieuwe vierde lid wordt toegevoegd:
4. In overeenstemming met het tweede lid van dit artikel neemt de Permanente Commissie beslissingen inzake technische aangelegenheden, zoals voorzien in de Bijlagen, met eenparigheid van stemmen.
Het bestaande vierde lid wordt hernummerd tot het vijfde lid; aan het einde van de eerste zin wordt „of van de Bijlagen daarbij" geschrapt; in de Engelse tekst wordt het woord „who" dat volgt op „depositary" vervangen door „which".
Het bestaande eerste en tweede lid worden hernummerd tot het vierde en vijfde lid, worden voorafgegaan door de nieuwe kop „Wijziging van de Bijlagen" en worden als volgt gewijzigd:
4. Wanneer de Permanente Commissie een voorstel doet tot wijziging van de Bijlagen bij het Verdrag, stelt de depositaris alle Verdragsluitende Staten daarvan in kennis.
5. De wijziging van de Bijlagen treedt in werking zes maanden na de datum van kennisgeving door de depositaris, tenzij van de Regering van een Verdragsluitende Staat een bezwaar is ontvangen of tenzij in de wijziging een latere datum van inwerkingtreding is bepaald.
Het bestaande derde tot en met vijfde lid worden hernummerd tot het eerste tot en met het derde lid en worden voorafgegaan door de nieuwe kop: „Wijziging van het Verdrag".
In het nieuwe eerste lid wordt „of van de Bijlagen daarbij" geschrapt.
In het nieuwe tweede lid wordt „ingevolge het derde lid" vervangen door „ingevolge het eerste lid".
In het nieuwe derde lid wordt „of van de Bijlagen daarbij" geschrapt en in de Engelse tekst wordt het woord „who" dat volgt op „depositary" vervangen door „which".
De volgende nieuwe kop wordt toegevoegd onder Slotbepalingen: „Toetreding".
Het volgende nieuwe tweede lid wordt toegevoegd:
2. De Regeringen van de Verdragsluitende Staten stellen de depositaris in kennis van hun antwoord binnen vier maanden na ontvangst van het verzoek van de depositaris waarin zij worden gevraagd of zij instemmen met de uitnodiging. Een Regering die niet antwoordt binnen deze periode wordt geacht te hebben ingestemd met de uitnodiging.
Het bestaande tweede en derde lid worden dienovereenkomstig hernummerd.
Artikel 13 wordt geschrapt.
De artikelen 14 tot en met 16 worden dienovereenkomstig hernummerd.
Vóór het nieuwe artikel 14 wordt de nieuwe kop „Terugtrekking" toegevoegd en voor het nieuwe artikel 15 wordt de nieuwe kop „Bekrachtiging" toegevoegd.
In de Engelse tekst wordt het woord „who" dat volgt op „depositary" vervangen door „which".
In de Engelse tekst wordt het woord „authorised" op de Brits-Engelse wijze gespeld.
De voorgestelde wijziging van artikel 1 van het Verdrag inzake het onderzoek en de stempeling van edelmetalen werken, aangenomen door de Permanente Commissie tijdens haar dertigste vergadering, gehouden op 4 februari 1992 te Genève (PMC 1/92 26 februari 1992), en die niet in werking is getreden, wordt hiermee vervangen.
De vertaling van de in rubriek J van Trb. 2004, 192 geplaatste wijzigingen van Bijlage II luidt als volgt:
De volgende merken worden toegevoegd in de tabel na artikel 4, derde lid, van Bijlage II bij het Verdrag.
– voor artikelen van platina:
– voor artikelen van goud:
– voor artikelen van palladium*:
– voor artikelen van zilver:
* Is pas van toepassing na de inwerkingtreding van de wijziging van artikel 2 van het Verdrag.
De vertaling van de in Trb. 2004, 192 geplaatste geconsolideerde tekst van het Verdrag, zoals die na inwerkingtreding van de wijzigingen van 9 januari 2001 zal gelden, luidt als volgt:
Verdrag inzake het onderzoek en de stempeling van edelmetalen werken
De Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, het Koninkrijk Noorwegen, de Portugese Republiek, het Koninkrijk Zweden, de Zwitserse Bondsstaat en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland;
Geleid door de wens de internationale handel in voorwerpen van edelmetaal te vergemakkelijken en tegelijkertijd de door de bijzondere aard van deze voorwerpen gewettigde bescherming van de consument te handhaven;
Overwegend dat de internationale harmonisatie van normen en technische voorschriften en richtlijnen voor methoden en procedures voor het onderzoek en het afslaan van voorwerpen van edelmetaal een waardevolle bijdrage levert aan het vrij verkeer van dergelijke producten;
Overwegend dat deze harmonisatie aangevuld dient te worden door de wederzijdse erkenning van onderzoek en afslaan en derhalve verlangend de samenwerking tussen hun waarborginstellingen en de betrokken autoriteiten te bevorderen en in stand te houden;
Gelet op het feit dat verplichte stempeling niet vereist wordt van de Verdragsluitende Staten die Partij zijn bij het Verdrag en dat het afslaan van voorwerpen van edelmetaal met in het Verdrag omschreven merken op vrijwillige basis geschiedt;
Zijn als volgt overeengekomen:
1. Voorwerpen die door een bevoegde waarborginstelling zijn onderzocht en afgeslagen in overeenstemming met de bepalingen van dit Verdrag worden in een invoerende Verdragsluitende Staat niet opnieuw voorgelegd voor verplicht onderzoek of verplichte afslag. Dit belet een invoerende Verdragsluitende Staat niet controleproeven te nemen in overeenstemming met artikel 6.
2. Geen enkele bepaling van dit Verdrag vereist van een Verdragsluitende Staat dat deze de invoer of verkoop toestaat van voorwerpen van edelmetaal die niet in zijn nationale wetgeving staan omschreven of niet voldoen aan nationale wettelijke gehalten.
Voor de toepassing van dit Verdrag wordt onder „voorwerpen van edelmetaal" verstaan voorwerpen van platina, goud, palladium, zilver of legeringen daarvan, zoals omschreven in Bijlage I.
1. Teneinde in aanmerking te komen voor de toepassing van de bepalingen van artikel 1 moeten voorwerpen van edelmetaal:
a. worden voorgelegd aan een bevoegde waarborginstelling aangesteld in overeenstemming met artikel 5;
b. voldoen aan de technische eisen van dit Verdrag als vervat in Bijlage I;
c. door de bevoegde waarborginstelling worden onderzocht in overeenstemming met de regels en procedures vervat in Bijlage II;
d. worden afgeslagen met de merken voorgeschreven in Bijlage II.
2. Voorwerpen van edelmetaal waarvan een merk is veranderd of uitgewist nadat zij zijn afgeslagen zoals voorgeschreven in Bijlage II, vallen niet onder de toepassing van artikel 1.
De Verdragsluitende Staten zijn niet verplicht de bepalingen van artikel 1, eerste lid, toe te passen op voorwerpen van edelmetaal die, nadat zij zijn voorgelegd aan een bevoegde waarborginstelling en zijn onderzocht en afgeslagen zoals voorgeschreven in artikel 3, zijn veranderd door toevoeging of op enigerlei andere wijze.
1. Elke Verdragsluitende Staat wijst een of meer bevoegde waarborginstellingen aan voor het onderzoeken en afslaan van voorwerpen van edelmetaal zoals voorzien in Bijlage II.
2. De bevoegde waarborginstellingen dienen aan de volgende eisen te voldoen:
– beschikbaarheid van personeel en van de benodigde middelen en apparatuur;
– technische bekwaamheid en professionele integriteit van het personeel;
– bij het uitvoeren van de vereisten van dit Verdrag dienen de leiding en het technisch personeel van de bevoegde waarborginstelling onafhankelijk te zijn van alle personen of groepen van personen die direct of indirect belang hebben bij het desbetreffende terrein;
– het personeel moet aan het beroepsgeheim gebonden zijn.
3. Elke Verdragsluitende Staat stelt de depositaris in kennis van de aanstelling van zulke waarborginstellingen en van hun merken en van de intrekking van machtigingen verleend aan eerder aangestelde waarborginstellingen. De depositaris stelt alle andere Verdragsluitende Staten daarvan onverwijld in kennis.
De bepalingen van dit Verdrag beletten een Verdragsluitende Staat niet controleproeven te nemen op voorwerpen van edelmetaal die zijn voorzien van de in dit Verdrag bepaalde merken. Deze proeven worden niet op zodanige wijze uitgevoerd, dat daardoor de invoer of verkoop van voorwerpen van edelmetaal die in overeenstemming met de bepalingen van dit Verdrag zijn afgeslagen, onnodig wordt belemmerd.
De Verdragsluitende Staten machtigen hierbij de depositaris het in Bijlage II beschreven Gemeenschappelijk Keurmerk als nationaal waarborgmerk van elke Verdragsluitende Staat te registreren bij de Wereldorganisatie voor de Intellectuele Eigendom (OMPI/WIPO) in overeenstemming met het Verdrag van Parijs tot bescherming van de industriële eigendom. De depositaris doet zulks ook in het geval van een Verdragsluitende Staat met betrekking waartoe dit Verdrag op een latere datum in werking treedt of in het geval van een toetredende Staat.
1. Elke Verdragsluitende Staat bezit en handhaaft wetten waarbij het wordt verboden, op straffe van sancties, het Gemeenschappelijk Kenmerk bedoeld in dit Verdrag of de merken van de bevoegde waarborginstellingen die ter kennis zijn gebracht in overeenstemming met artikel 5, derde lid, te vervalsen, ongeoorloofd te veranderen of verkeerd te gebruiken, en, ongeoorloofd, het voorwerp te veranderen of het gehaltemerk of het merk van de instelling te veranderen of uit te wissen nadat het Gemeenschappelijk Keurmerk is aangebracht.
2. Elke Verdragsluitende Staat verbindt zich ertoe krachtens deze wetten gerechtelijke stappen te ondernemen wanneer er voldoende bewijs van vervalsing of verkeerd gebruik van het Gemeenschappelijk Keurmerk of de merken van de bevoegde waarborginstellingen dan wel van ongeoorloofde verandering van het voorwerp of verandering of uitwissing van het gehaltemerk of het waarborgmerk nadat het Gemeenschappelijk Keurmerk is aangebracht, is ontdekt of onder zijn aandacht gebracht door een andere Verdragsluitende Staat of, wanneer meer van toepassing, andere passende stappen te ondernemen.
1. Indien een invoerende Verdragsluitende Staat of een van zijn bevoegde waarborginstellingen redenen heeft om aan te nemen dat een waarborginstelling van een uitvoerende Verdragsluitende Staat het Gemeenschappelijk Keurmerk heeft aangebracht zonder te hebben voldaan aan de desbetreffende bepalingen van dit Verdrag, wordt de waarborginstelling die de voorwerpen zou hebben afgeslagen onmiddellijk geraadpleegd en verleent deze waarborginstelling onverwijld alle in redelijkheid te verlangen bijstand voor het onderzoek van de aangelegenheid. Indien geen bevredigende regeling wordt bereikt, kan elk der partijen de aangelegenheid voorleggen aan de Permanente Commissie door middel van kennisgeving aan haar Voorzitter. In dat geval belegt de Voorzitter een bijeenkomst van de Permanente Commissie.
2. Indien een aangelegenheid aan de Permanente Commissie is voorgelegd krachtens het eerste lid, kan de Permanente Commissie, na de betrokken partijen de gelegenheid te hebben geboden om te worden gehoord, aanbevelingen doen inzake de te ondernemen stappen.
3. Indien een aanbeveling zoals bedoeld in het tweede lid niet binnen een redelijke tijd is opgevolgd, of indien de Permanente Commissie geen aanbeveling heeft gedaan, kan de invoerende Verdragsluitende Staat op voorwerpen van edelmetaal die door die bepaalde waarborginstelling zijn afgeslagen en zijn grondgebied binnenkomen, het extra toezicht houden dat hij noodzakelijk acht, zulks met inbegrip van het recht tijdelijk te weigeren zulke voorwerpen te aanvaarden. Deze maatregelen worden onmiddellijk ter kennis gebracht van alle Verdragsluitende Staten en worden van tijd tot tijd getoetst door de Permanente Commissie.
4. Wanneer er aanwijzingen zijn van herhaalde en ernstige verkeerde toepassing van het Gemeenschappelijk Keurmerk kan de invoerende Verdragsluitende Staat tijdelijk weigeren voorwerpen voorzien van het waarborgmerk van de betrokken waarborginstelling te aanvaarden, ongeacht of deze zijn onderzocht en afgeslagen in overeenstemming met dit Verdrag. In dat geval stelt de invoerende Verdragsluitende Staat onmiddellijk alle andere Verdragsluitende Staten daarvan in kennis en komt de Permanente Commissie binnen een maand bijeen om de aangelegenheid te bestuderen.
1. Hierbij wordt een Permanente Commissie ingesteld, waarin elke Verdragsluitende Staat is vertegenwoordigd. Elke Verdragsluitende Staat heeft één stem.
2. De Permanente Commissie heeft tot taak:
de werking van dit Verdrag te bestuderen en te toetsen;
de Bijlagen bij dit Verdrag te herzien en, waar nodig, wijzigingen voor te stellen;
beslissingen inzake technische aangelegenheden te nemen, zoals voorzien in de Bijlagen;
technische en administratieve samenwerking tussen de Verdragsluitende Staten in door dit Verdrag bestreken aangelegenheden te bevorderen en in stand te houden;
maatregelen te bestuderen teneinde een uniforme uitlegging en toepassing van de bepalingen van dit Verdrag te waarborgen;
de toereikende bescherming van de merken tegen vervalsing en verkeerd gebruik te bevorderen;
aanbevelingen te doen in het geval van een ingevolge de bepalingen van artikel 9, tweede lid, aan haar voorgelegde aangelegenheid of voor de regeling van een geschil dat voortvloeit uit de werking van dit Verdrag en dat aan de Permanente Commissie is voorgelegd;
te onderzoeken of de regelingen van een Staat die tot dit Verdrag wenst toe te treden voldoen aan de voorwaarden van het Verdrag en de Bijlagen daarbij en daaromtrent een verslag op te stellen ter bestudering door de Verdragsluitende Staten.
3. De Permanente Commissie neemt een reglement van orde voor haar bijeenkomsten aan, met inbegrip van regelingen voor het beleggen van deze bijeenkomsten. De Commissie komt ten minste eens per jaar bijeen.
4. In overeenstemming met het tweede lid van dit artikel neemt de Permanente Commissie beslissingen inzake technische aangelegenheden, zoals voorzien in de Bijlagen, met eenparigheid van stemmen.
5. De Permanente Commissie kan aanbevelingen doen inzake iedere kwestie verband houdend met de toepassing van dit Verdrag of voorstellen doen tot wijziging van dit Verdrag. Deze aanbevelingen of voorstellen worden toegezonden aan de depositaris, die alle Verdragsluitende Staten daarvan in kennis stelt.
1. Wanneer van de Permanente Commissie een voorstel tot wijziging van de artikelen van het Verdrag wordt ontvangen, of wanneer van een Verdragsluitende Staat een voorstel tot wijziging van het Verdrag wordt ontvangen, legt de depositaris deze voorstellen ter aanvaarding voor aan alle Verdragsluitende Staten.
2. Indien een Verdragsluitende Staat binnen drie maanden na de datum van voorlegging van een voorstel tot wijziging ingevolge het eerste lid verzoekt dat onderhandelingen omtrent het voorstel worden aangegaan, treft de depositaris regelingen voor het voeren van dergelijke onderhandelingen.
3. Mits door alle Verdragsluitende Staten aanvaard, treedt een wijziging van dit Verdrag in werking een maand na de nederlegging van de laatste akte van aanvaarding, tenzij in de wijziging een andere datum is bepaald. Akten van aanvaarding worden nedergelegd bij de depositaris, die alle Verdragsluitende Staten daarvan in kennis stelt.
4. Wanneer de Permanente Commissie een voorstel doet tot wijziging van de Bijlagen bij het Verdrag, stelt de depositaris alle Verdragsluitende Staten daarvan in kennis.
5. De wijziging van de Bijlagen treedt in werking zes maanden na de datum van kennisgeving door de depositaris, tenzij van de Regering van een Verdragsluitende Staat een bezwaar is ontvangen of tenzij in de wijziging een latere datum van inwerkingtreding is bepaald.
1. Een Staat die lid is van de Verenigde Naties of van een van de gespecialiseerde organisaties of van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie dan wel Partij is bij het Statuut van het Internationaal Gerechtshof en die beschikt over regelingen voor het onderzoeken en afslaan van voorwerpen van edelmetaal vereist om te voldoen aan de voorwaarden van het Verdrag en de Bijlagen daarbij kan, op uitnodiging van de Verdragsluitende Staten die wordt overgebracht door de depositaris, tot dit Verdrag toetreden.
2. De Regeringen van de Verdragsluitende Staten stellen de depositaris in kennis van hun antwoord binnen vier maanden na ontvangst van het verzoek van de depositaris waarin zij worden gevraagd of zij instemmen met de uitnodiging. Een Regering die niet antwoordt binnen deze periode wordt geacht te hebben ingestemd met de uitnodiging.
3. De Regeringen van de Verdragsluitende Staten baseren hun beslissing om een Staat al dan niet uit te nodigen toe te treden in de eerste plaats op het in artikel 10, tweede lid, bedoelde verslag.
4. De uitgenodigde Staat kan tot dit Verdrag toetreden door nederlegging van een akte van toetreding bij de depositaris, die alle andere Verdragsluitende Staten daarvan in kennis stelt. De toetreding wordt van kracht drie maanden na de nederlegging van deze akte.
1. De Regering van een ondertekenende of toetredende Staat kan bij de nederlegging van haar akte van bekrachtiging of toetreding of op elk tijdstip daarna, schriftelijk tegenover de depositaris verklaren dat dit Verdrag van toepassing is op alle of een deel van de gebieden, aangegeven in de verklaring, voor de buitenlandse betrekkingen waarvan zij verantwoordelijk is. De depositaris stelt de Regeringen van alle andere Verdragsluitende Staten in kennis van een zodanige verklaring.
2. Indien de verklaring werd afgelegd op het tijdstip van nederlegging van de akte van bekrachtiging of toetreding, treedt dit Verdrag in werking ten aanzien van die grondgebieden op dezelfde datum als die waarop het Verdrag in werking treedt ten aanzien van de Staat die de verklaring heeft afgelegd. In alle andere gevallen treedt het Verdrag in werking ten aanzien van die gebieden drie maanden nadat de verklaring door de depositaris is ontvangen.
3. De toepassing van dit Verdrag op alle of een deel van zodanige gebieden kan door de Regering van de Staat die de in het eerste lid bedoelde verklaring heeft afgelegd, worden beëindigd door drie maanden tevoren schriftelijk kennisgeving daarvan te doen aan de depositaris, die alle andere Verdragsluitende Staten daarvan in kennis stelt.
Een Verdragsluitende Staat kan zich uit dit Verdrag terugtrekken mits hij twaalf maanden tevoren schriftelijk kennisgeving daarvan doet aan de depositaris, die alle Verdragsluitende Staten daarvan in kennis stelt, of op andere voorwaarden zoals overeengekomen door de Verdragsluitende Staten. Elke Verdragsluitende Staat verbindt zich ertoe, in geval van terugtrekking uit het Verdrag, na terugtrekking op te houden het Gemeenschappelijk Keurmerk voor enig doel te gebruiken of aan te brengen.
1. Dit Verdrag dient door de ondertekenende Staten te worden bekrachtigd. De akten van bekrachtiging dienen te worden nedergelegd bij de depositaris, die alle andere ondertekenende Staten daarvan in kennis stelt.
2. Dit Verdrag treedt in werking vier maanden na de nederlegging van de vierde akte van bekrachtiging. Ten aanzien van andere ondertekenende Staten die hun akte van bekrachtiging daarna nederleggen, treedt dit Verdrag in werking twee maanden na de datum van nederlegging, maar niet vóór het verstrijken van het bovenvermelde tijdvak van vier maanden.
TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe naar behoren gemachtigd, dit Verdrag hebben ondertekend.
GEDAAN te Wenen, 15 november 1972, in een enkel exemplaar in de Engelse en de Franse taal, zijnde beide teksten gelijkelijk authentiek, dat zal worden nedergelegd bij de Regering van Zweden, die voor eensluidend gewaarmerkte afschriften daarvan zal toezenden aan alle andere ondertekenende en toetredende Staten.
Zie Trb. 1995, 238 en de rubrieken J van Trb. 1995, 238, Trb. 1999, 168 en Trb. 2004, 192.
Zie de rubrieken E en F van Trb. 1991, 16.
Partij | Ondertekening | Ratificatie | Type1) | Inwerking | Opzegging | Buitenwerking |
---|---|---|---|---|---|---|
Denemarken | 18-11-87 | T | 17-01-88 | |||
Finland | 15-11-72 | 09-01-75 | R | 27-06-75 | ||
Ierland | 08-08-83 | T | 08-11-83 | |||
Israël | 01-03-05 | T | 01-06-05 | |||
Letland | 29-04-04 | T | 29-04-04 | |||
Litouwen | 04-05-04 | T | 04-08-04 | |||
Nederlanden, het Koninkrijk der (voor Nederland) | 16-04-99 | T | 16-07-99 | |||
Noorwegen | 15-11-72 | 01-07-83 | R | 01-09-83 | ||
Oostenrijk | 15-11-72 | 12-02-74 | R | 27-06-75 | ||
Portugal | 15-11-72 | 06-07-82 | R | 06-09-82 | ||
Tsjechië | 02-08-94 | T | 02-11-94 | |||
Verenigd Koninkrijk, het | 15-11-72 | 01-04-76 | R | 01-06-76 | ||
Zweden | 15-11-72 | 27-02-75 | R | 27-06-75 | ||
Zwitserland | 15-11-72 | 01-04-74 | R | 27-06-75 |
1) DO=Definitieve ondertekening, R=Ratificatie, aanvaarding, goedkeuring of kennisgeving, T=Toetreding, VG=Voortgezette gebondenheid
Verklaringen, voorbehouden en bezwaren
Israël, 4 mei 2005
In accordance with Article 5 of the Convention on the control and Marking of Precious Metals, the State of Israel notifies that the authorised Assay Office is:
The Standards Institution of Israel
42 Chaim Levanon St.
Tel Aviv, 69977
Phone: +972- 3-6467730
Fax: +972- 3- 6467795
E-mail: dyarom@sii.org.il
website: www.sii.org.il
Letland, 29 april 2004
In accordance with Article 5 of the Convention on the Control and Marking the Precious the Republic of Latvia notifies that the authorized Assay Office is:
Valsts proves uzraudzibas inspekcija
Teatra Street 9
Riga, LV-1050
Latvia.
Phone:+371 7210009;
Fax: +371 78144427
E-mail: vpui@vpui.gov.lv
Web Site: www.vpui.gov.lv
Litouwen, 28 mei 2004
... in accordance with Article 5 of the above-mentioned Convention has the honour to notify of the address of the Lithuanian Assay Office:
Lietuvos prabavimo rumai
M.K. Ciurlionio Str 65
LT-66164 Druskininkai
Lithuania
Tel./Fax: +370 313 55437
E-mail: centras@lpr.lt
Web: http://www.lpr.lt.
Wijziging van 22 juni 1988 van de artikelen 10 en 12 van het Verdrag
Partij | Ondertekening | Ratificatie | Type1) | Inwerking | Opzegging | Buitenwerking |
---|---|---|---|---|---|---|
Denemarken | 18-05-92 | R | 16-08-93 | |||
Finland | 18-09-91 | R | 16-08-93 | |||
Ierland | 06-02-91 | R | 16-08-93 | |||
Nederlanden, het Koninkrijk der (voor Nederland) | 16-04-99 | R | 16-07-99 | |||
Noorwegen | 12-03-92 | R | 16-08-93 | |||
Oostenrijk | 03-01-90 | R | 16-08-93 | |||
Portugal | 16-07-93 | R | 16-08-93 | |||
Tsjechië | 02-08-94 | R | 02-11-94 | |||
Verenigd Koninkrijk, het | 26-06-90 | R | 16-08-93 | |||
Zweden | 14-08-89 | R | 16-08-93 | |||
Zwitserland | 17-07-89 | R | 16-08-93 |
1) DO=Definitieve ondertekening, R=Ratificatie, aanvaarding, goedkeuring of kennisgeving, T=Toetreding, VG=Voortgezette gebondenheid
Wijziging van 24 november 1988 van Paragraaf 11a Bijlage I bij het Verdrag
Partij | Ondertekening | Ratificatie | Type1) | Inwerking | Opzegging | Buitenwerking |
---|---|---|---|---|---|---|
Denemarken | 13-12-89 | |||||
Finland | 13-12-89 | |||||
Ierland | 13-12-89 | |||||
Nederlanden, het Koninkrijk der (voor Nederland) | 16-07-99 | |||||
Noorwegen | 13-12-89 | |||||
Oostenrijk | 13-12-89 | |||||
Portugal | 13-12-89 | |||||
Tsjechië | 02-11-94 | |||||
Verenigd Koninkrijk, het | 13-12-89 | |||||
Zweden | 13-12-89 | |||||
Zwitserland | 13-12-89 |
1) Ratificatiegegevens ontbreken.
Wijziging van 13 maart 1992 van artikel 1 van het Verdrag
Partij | Ondertekening | Ratificatie | Type1) | Inwerking | Opzegging | Buitenwerking |
---|---|---|---|---|---|---|
Denemarken | 13-11-96 | R | ||||
Finland | 09-07-92 | R | ||||
Nederlanden, het Koninkrijk der (voor Nederland) | 16-04-99 | R | ||||
Noorwegen | 05-06-92 | R | ||||
Oostenrijk | 07-09-93 | R | ||||
Portugal | 21-03-03 | R | ||||
Tsjechië | 28-08-97 | R | ||||
Verenigd Koninkrijk, het | 02-04-97 | R | ||||
Zweden | 10-12-92 | R | ||||
Zwitserland | 30-11-95 | R |
1) DO=Definitieve ondertekening, R=Ratificatie, aanvaarding, goedkeuring of kennisgeving, T=Toetreding, VG=Voortgezette gebondenheid
Deze wijziging is nooit in werking getreden en wordt vervangen door de wijziging van 9 januari 2001.
Wijziging van 26 mei 1998 van de Bijlagen I en II van het Verdrag
Partij | Ondertekening | Ratificatie | Type1) | Inwerking | Opzegging | Buitenwerking |
---|---|---|---|---|---|---|
Denemarken | 27-04-99 | R | 10-03-00 | |||
Finland | 28-12-98 | R | 10-03-00 | |||
Ierland | 03-05-99 | R | 10-03-00 | |||
Nederlanden, het Koninkrijk der (voor Nederland) | 10-03-00 | |||||
Noorwegen | 10-03-00 | |||||
Oostenrijk | 10-09-99 | R | 10-03-00 | |||
Portugal | 10-03-00 | |||||
Tsjechië | 25-02-99 | R | 10-03-00 | |||
Verenigd Koninkrijk, het | 10-03-00 | |||||
Zweden | 10-03-00 | |||||
Zwitserland | 28-12-98 | R | 10-03-00 |
1) DO=Definitieve ondertekening, R=Ratificatie, aanvaarding, goedkeuring of kennisgeving, T=Toetreding, VG=Voortgezette gebondenheid
Verklaringen, voorbehouden en bezwaren
Oostenrijk, 10 september 1999
The Republic of Austria declares that the powers, vested to the Standing Committee by means of the present Annexes, require an amendment of the Convention itself and that amendments of the Convention as well as the Annexes are subject to the procedure laid down in Article 11 currently in force.
Wijziging van 9 januari 2001 van het Verdrag
Partij | Ondertekening | Ratificatie | Type1) | Inwerking | Opzegging | Buitenwerking |
---|---|---|---|---|---|---|
Denemarken | 22-01-04 | R | ||||
Letland | 29-04-04 | R | ||||
Oostenrijk | 30-01-04 | R | ||||
Tsjechië | 01-07-02 | R | ||||
Zweden | 20-03-03 | R | ||||
Zwitserland | 04-10-02 | R |
1) DO=Definitieve ondertekening, R=Ratificatie, aanvaarding, goedkeuring of kennisgeving, T=Toetreding, VG=Voortgezette gebondenheid
Zie Trb. 1991, 16, Trb. 1995, 238 en Trb. 1999, 168 en de rubrieken J van Trb. 1995, 238, Trb. 2000, 14 en Trb. 2004, 192.
Voor verwijzingen en overige verdragsgegevens zie Trb. 1991, 16, Trb. 1995, 238, Trb. 1999, 168, Trb. 2000, 14, Trb. 2001, 42 en Trb. 2004, 192.
Overige verwijzingen
Titel | : | Handvest van de Verenigde Naties; San Francisco, 26 juni 1945 |
Laatste Trb. | : | Trb. 2004, 240 |
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/trb-2005-156.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.