A. TITEL

Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken, met bijlagen;

Montreal, 16 september 1987

B. TEKST

De Engelse en de Franse tekst van het Protocol met Bijlage A, zijn geplaatst in Trb. 1988, 11. Zie ook rubriek J van Trb. 1990, 99. Voor wijziging en aanpassingen van het Protocol zie rubriek J van Trb. 1991, 49, Trb. 1993, 90, Trb. 1995, 82, Trb. 1997, 42 en Trb. 1998, 50.

Voor ondertekeningen van het Protocol zie Trb. 1988, 11 en Trb. 1989, 11.

De Engelse en de Franse tekst van Bijlagen B en C zijn geplaatst in rubriek J van Trb. 1991, 49.

De Engelse en de Franse tekst van Bijlage D zijn geplaatst in rubriek J van Trb. 1992, 16.

De Engelse en de Franse tekst van Bijlage E zijn geplaatst in rubriek J van Trb. 1993, 90.

C. VERTALING

De vertaling in het Nederlands van Protocol en Bijlage A is geplaatst in Trb. 1988, 11. Zie ook rubriek J van Trb. 1991, 74 en van Trb. 1993, 164, Trb. 1995, 82, Trb. 1997, 42 en rubriek J hieronder.

De vertaling van Bijlagen B en C is geplaatst in rubriek J van Trb. 1991, 74.

De vertaling van Bijlage D is geplaatst in rubriek J van Trb. 1992, 16.

De vertaling van Bijlage E is geplaatst in rubriek J van Trb. 1993, 164.

D. PARLEMENT

Zie Trb. 1989, 11 en de rubrieken J van Trb. 1992, 16, Trb. 1993, 90, Trb. 1994, 195 en Trb. 1998, 50.

E. BEKRACHTIGING

Zie Trb. 1989, 11, Trb. 1990, 99, Trb. 1991, 49 en 74, Trb. 1992, 16 en 131, Trb. 1993, 90 en 164, Trb. 1994, 195, Trb. 1997, 42 en Trb. 1998, 50.

F. TOETREDING

Zie Trb. 1990, 99, Trb. 1991, 49 en 74, Trb. 1992, 16 en 131, Trb. 1993, 90 en 164, Trb. 1994, 195, Trb. 1995, 82, Trb. 1997, 42 en Trb. 1998, 50.

Behalve de aldaar genoemde hebben nog de volgende Staten in overeenstemming met artikel 14 van het Verdrag van 22 maart 1985 ter bescherming van de ozonlaag een akte van toetreding nedergelegd bij de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties:

Tadzjikistan 7 januari 1998
Belize 9 januari 1998
Tonga29 juli 1998

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1989, 11 en Trb. 1990, 99.

H. TOEPASSELIJKVERKLARING

Zie Trb. 1991, 49, Trb. 1994, 195 en Trb. 1998, 50.1

J. GEGEVENS

Zie Trb. 1988, 11, Trb. 1989, 11, Trb. 1990, 99, Trb. 1991, 49 en 74, Trb. 1992, 16 en 131, Trb. 1993, 90 en 164, Trb. 1994, 195, Trb. 1995, 82 , Trb. 1997, 42 en Trb. 1998, 50.

Wijziging van het Protocol

Wijziging van 29 juni 1990

(tekst in Trb. 1991, 49, blz. 4 e.v. en vertaling in Trb. 1991, 74, blz. 2 e.v.)

Behalve de in Trb. 1992, 16 en 131, Trb. 1993, 90 en 164, Trb. 1994, 195, Trb. 1995, 82, Trb. 1997, 42 en Trb. 1998, 50 genoemde hebben nog de volgende Staten de wijziging van 29 juni 1990 aanvaard door nederlegging van een akte van bekrachtiging, aanvaarding of toetreding bij de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties:

Tadzjikistan 7 januari 1998
Belize 9 januari 1998
Litouwen 3 februari 1998
Oezbekistan10 juni 1998
Togo 6 juli 1998

Wijziging van 25 november 1992

(tekst in Trb. 1993, 90, blz. 6 e.v. en vertaling in Trb. 1993, 164, blz. 4 e.v.; zie ook Trb. 1994, 195 en Trb. 1995, 82)

Behalve de in Trb. 1993, 164, Trb. 1994, 195, Trb. 1995, 82, Trb. 1997, 42 en Trb. 1998, 50 genoemde hebben nog de volgende Staten de wijziging van 25 november 1992 aanvaard door nederlegging van een akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding bij de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties:

Slowakije 8 januari 1998
Belize 9 januari 1998
Litouwen 3 februari 1998
Portugal24 februari 1998
Oezbekistan10 juni 1998
Togo 6 juli 1998

Wijziging van 17 september 1997

De vertaling van het op 17 september 1997 genomen besluit tot wijziging van het Protocol (tekst op blz. 6 e.v. van Trb. 1998, 50) luidt als volgt:

Besluit IX/4. Nieuwe wijziging van het Protocol

Tot aanneming, in overeenstemming met de in artikel 9, vierde lid, van het Verdrag van Wenen ter bescherming van de ozonlaag, neergelegde procedure, van de wijziging van het Protocol van Montreal, zoals is aangegeven in Bijlage IV bij het verslag van de negende Vergadering van de Partijen;

Wijziging van het Protocol van Montreal aangenomen door de negende Vergadering van de Partijen

Artikel 1: Wijziging

A. Artikel 4, lid 1quater

Na artikel 4, lid 1ter, van het Protocol, wordt het volgende lid ingevoegd:

1quater. Met ingang van een jaar na de datum van inwerkingtreding van dit lid verbiedt elke Partij de invoer van de aan uitworpbeheersing onderworpen stof als genoemd in Bijlage E uit Staten die geen Partij zijn bij dit Protocol.

B. Artikel 4, lid 2quater

Na artikel 4, lid 2ter, van het Protocol, wordt het volgende lid ingevoegd:

2quater. Met ingang van een jaar na de datum van inwerkingtreding van dit lid verbiedt elke Partij de uitvoer van de aan uitworpbeheersing onderworpen stof als genoemd in Bijlage E naar Staten die geen Partij zijn bij dit Protocol.

C. Artikel 4, vijfde, zesde en zevende lid

In het vijfde, zesde en zevende lid van artikel 4 van het Protocol worden de woorden:

en in Groep II van Bijlage C

vervangen door:

, in Groep II van Bijlage C en in Bijlage E

D. Artikel 4, achtste lid

In het achtste lid van artikel 4 van het Protocol worden de woorden:

artikel 2G

vervangen door:

de artikelen 2G en 2H

E. Artikel 4A: Handel met Partijen

Het volgende artikel wordt als artikel 4A toegevoegd aan het Protocol:

1. Wanneer, na het verstrijken van de datum van geleidelijke stopzetting die voor een Partij van toepassing is, deze Partij ten aanzien van een aan uitworpbeheersing onderworpen stof, ondanks het feit dat zij alle mogelijke stappen heeft ondernomen om aan haar verplichtingen ingevolge het Protocol te voldoen, niet in staat is de productie van die stof voor binnenlands gebruik stop te zetten, anders dan voor vormen van gebruik ten aanzien waarvan de Partijen zijn overeengekomen dat deze cruciaal zijn, verbiedt zij de uitvoer van gebruikte, hergebruikte en geregenereerde hoeveelheden van die stof, anders dan ten behoeve van vernietiging.

2. Het eerste lid van dit artikel is van toepassing onverminderd de toepasselijkheid van artikel 11 van het Verdrag en de procedure inzake niet-naleving ingevolge artikel 8 van het Protocol.

F. Artikel 4B: Vergunning

Het volgende artikel wordt als artikel 4B toegevoegd aan het Protocol:

1. Elke Partij zal met ingang van 1 januari 2000 of binnen drie maanden na de datum van inwerkingtreding van dit artikel ten aanzien van haar, naargelang van welke datum later is, een vergunningensysteem voor de invoer en uitvoer van nieuwe, gebruikte, hergebruikte en geregenereerde aan uitworpbeheersing onderworpen stoffen als genoemd in de Bijlagen A, B, C en E instellen en uitvoeren.

2. Niettegenstaande het eerste lid van dit artikel kan elke in artikel 5, eerste lid, bedoelde Partij die besluit dat zij niet in staat is een vergunningensysteem voor de invoer en uitvoer van aan uitworpbeheersing onderworpen stoffen als genoemd in de Bijlagen C en E in te stellen en uit te voeren, deze maatregelen uitstellen tot respectievelijk 1 januari 20001 en 1 januari 2002.

3. Elke Partij brengt binnen drie maanden na de datum van de invoering van haar vergunningensysteem aan het Secretariaat verslag uit over de instelling en het functioneren van dat systeem.

4. Het Secretariaat stelt periodiek een lijst op van de Partijen die verslag hebben uitgebracht over hun vergunningensysteem en zendt deze aan alle Partijen; het Secretariaat verstrekt deze informatie aan het Implementatiecomité ter bestudering en het doen van passende aanbevelingen aan de Partijen.

Artikel 2: Verhouding tot de Wijziging van 1992

Een Staat of regionale organisatie voor economische integratie kan geen akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring van of toetreding tot deze wijziging nederleggen, indien deze niet eerder een dergelijke akte heeft nedergelegd of gelijktijdig nederlegt betreffende de wijziging die is aangenomen tijdens de Vierde Vergadering van de Partijen gehouden te Kopenhagen op 25 november 1992.

Artikel 3: Inwerkingtreding

1. Deze wijziging treedt in werking op 1 januari 1999, met dien verstande dat ten minste twintig akten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van de wijziging moeten zijn nedergelegd door Staten of regionale organisaties voor economische integratie die Partij zijn bij het Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken. Ingeval op genoemde datum niet aan deze voorwaarde is voldaan, treedt de wijziging in werking op de negentigste dag na de datum waarop daaraan is voldaan.

2. Voor de toepassing van het eerste lid worden akten die door regionale organisaties voor economische integratie worden nedergelegd, niet geteld bij die welke door de lidstaten van die organisaties worden nedergelegd.

3. Na de inwerkingtreding van deze wijziging overeenkomstig het bepaalde in het eerste lid, treedt zij ten aanzien van elke andere Partij bij het Protocol in werking op de negentigste dag na de datum van nederlegging van haar akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring.

De volgende Staten hebben de wijziging van 17 september 1997 aanvaard door nederlegging van een akte van bekrachtiging bij de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties:

Canada27 maart 1998
Chili17 juni 1998

Aanpassing van het Protocol

Op bladzijde 14 van Trb. 1998, 50 dient in de Engelse tekst in de vierde regel van Decision IX/3. Further adjustment with regard to Annex B substances, het woord „substances" te worden vervangen door „substance".

De vertaling van de op 17 september 1997 aangenomen aanpassingen van het Protocol (tekst op blz. 14 e.v. van Trb. 1998, 50) luidt als volgt:

Besluit IX/1. Nieuwe aanpassingen met betrekking tot de stoffen van Bijlage A

Tot aanneming, in overeenstemming met de in artikel 2, negende lid, van het Protocol van Montreal, neergelegde procedure en op basis van de beoordelingen ingevolge artikel 6 van het Protocol, van de aanpassingen met betrekking tot de productie van de aan uitworpbeheersing onderworpen stoffen genoemd in Bijlage A bij het Protocol, zoals is aangegeven in Bijlage I bij het verslag van de negende Vergadering van de Partijen;

Besluit IX/2. Nieuwe aanpassingen met betrekking tot de stoffen van Bijlage B

Tot aanneming, in overeenstemming met de in artikel 2, negende lid, van het Protocol van Montreal, neergelegde procedure en op basis van de beoordelingen ingevolge artikel 6 van het Protocol, van de aanpassingen met betrekking tot de productie van de aan uitworpbeheersing onderworpen stoffen genoemd in Bijlage B bij het Protocol, zoals is aangegeven in Bijlage II bij het verslag van de negende Vergadering van de Partijen;

Besluit IX/3. Nieuwe aanpassingen en verminderingen met betrekking tot de stof van Bijlage E

Tot aanneming, in overeenstemming met de in artikel 2, negende lid, van het Protocol van Montreal, neergelegde procedure en op basis van de beoordelingen ingevolge artikel 6 van het Protocol, van de aanpassingen en verminderingen met betrekking tot de productie en het gebruik van de aan uitworpbeheersing onderworpen stof genoemd in Bijlage E bij het Protocol, zoals is aangegeven in Bijlage III bij het verslag van de negende Vergadering van de Partijen;

Tijdens de negende Vergadering van de Partijen overeengekomen aanpassingen met betrekking tot aan uitworpbeheersing onderworpen stoffen als genoemd in Bijlage A

Artikel 5, derde lid

Aan het eind van artikel 5, derde lid, onder a, van het Protocol, worden de volgende woorden toegevoegd:

wat betreft het gebruik

Aan artikel 5, derde lid, van het Protocol, wordt het volgende onderdeel toegevoegd:

  • c. voor de in Bijlage A genoemde aan uitworpbeheersing onderworpen stoffen het gemiddelde van haar jaarlijks berekende productie over het tijdvak van 1995 tot en met 1997, dan wel een berekende productie van 0,3 kilogram per hoofd van de bevolking, naargelang van welk getal het laagst is, als uitgangspunt te nemen voor de vaststelling van de mate waarin zij de beheersingsmaatregelen wat betreft de productie naleeft.

Tijdens de negende Vergadering van de Partijen overeengekomen aanpassingen met betrekking tot aan uitworpbeheersing onderworpen stoffen als genoemd in Bijlage B

Artikel 5, derde lid

Aan het eind van artikel 5, derde lid, onder b, van het Protocol, worden de volgende woorden toegevoegd:

wat betreft het gebruik

Aan artikel 5, derde lid, van het Protocol, wordt het volgende onderdeel toegevoegd:

  • d. voor de in Bijlage B genoemde aan uitworpbeheersing onderworpen stoffen het gemiddelde van haar jaarlijks berekende productie over het tijdvak van 1998 tot en met 2000, dan wel een berekende productie van 0,2 kilogram per hoofd van de bevolking, naargelang van welk getal het laagst is, als uitgangspunt te nemen voor de vaststelling van de mate waarin zij de beheersingsmaatregelen wat betreft de productie naleeft.

Tijdens de negende Vergadering van de Partijen overeengekomen aanpassingen met betrekking tot de aan uitworpbeheersing onderworpen stof als genoemd in Bijlage E

A. Artikel 2H: Methylbromide

1. Het tweede tot en met vierde lid van artikel 2H van het Protocol wordt vervangen door de volgende leden:

  • 2. Elke Partij verzekert dat gedurende het tijdvak van twaalf maanden dat begint op 1 januari 1999 en in het tijdvak van twaalf maanden daarna haar berekende gebruik van de in Bijlage E genoemde aan uitworpbeheersing onderworpen stof per jaar niet meer bedraagt dan vijfenzeventig procent van haar berekende gebruik over 1991. Elke Partij die deze stof produceert, verzekert dat gedurende dezelfde tijdvakken haar berekende productie van deze stof per jaar niet meer bedraagt dan vijfenzeventig procent van haar berekende productie over 1991. Om te voorzien in de fundamentele binnenlandse behoeften van de in artikel 5, eerste lid, bedoelde Partijen, mag haar berekende productie deze limiet evenwel overschrijden met ten hoogste tien procent van haar berekende productie over 1991.

    3. Elke Partij verzekert dat gedurende het tijdvak van twaalf maanden dat begint op 1 januari 2001 en in het tijdvak van twaalf maanden daarna haar berekende gebruik van de in Bijlage E aan uitworpbeheersing onderworpen stof per jaar niet meer bedraagt dan vijftig procent van haar berekende gebruik over 1991. Elke Partij die deze stof produceert, verzekert dat gedurende dezelfde tijdvakken haar berekende productie van deze stof per jaar niet meer bedraagt dan vijftig procent van haar berekende productie over 1991. Om te voorzien in de fundamentele binnenlandse behoeften van de in artikel 5, eerste lid, bedoelde Partijen, mag haar berekende productie deze limiet evenwel overschrijden met ten hoogste tien procent van haar berekende productie over 1991.

    4. Elke Partij verzekert dat gedurende het tijdvak van twaalf maanden dat begint op 1 januari 2003 en in het tijdvak van twaalf maanden daarna haar berekende gebruik van de in Bijlage E aan uitworpbeheersing onderworpen stof per jaar niet meer bedraagt dan dertig procent van haar berekende gebruik over 1991. Elke Partij die deze stof produceert, verzekert dat gedurende dezelfde tijdvakken haar berekende productie van deze stof per jaar niet meer bedraagt dan dertig procent van haar berekende productie over 1991. Om te voorzien in de fundamentele binnenlandse behoeften van de in artikel 5, eerste lid, bedoelde Partijen, mag haar berekende productie deze limiet evenwel overschrijden met ten hoogste tien procent van haar berekende productie over 1991.

    5. Elke Partij verzekert dat gedurende het tijdvak van twaalf maanden dat begint op 1 januari 2005 en in elk tijdvak van twaalf maanden daarna haar berekende gebruik van de in Bijlage E aan uitworpbeheersing onderworpen stof nihil is. Elke Partij die deze stof produceert, verzekert dat gedurende dezelfde tijdvakken haar berekende productie van deze stof per jaar nihil is. Om te voorzien in de fundamentele binnenlandse behoeften van de in artikel 5, eerste lid, bedoelde Partijen, mag haar berekende productie deze limiet evenwel overschrijden met ten hoogste vijftien procent van haar berekende productie over 1991. Dit lid vindt geen toepassing wanneer de Partijen besluiten de productie of het gebruik toe te staan tot het niveau dat nodig is om te voorzien in de behoeften voor vormen van gebruik ten aanzien waarvan zij overeenkomen dat deze cruciale landbouwgebruiken zijn.

2. Het vijfde lid van artikel 2H van het Protocol wordt het zesde lid.

B. Artikel 5, lid 8ter, onderdeel d

1. Na artikel 5, lid 8ter, onderdeel d, onder i., van het Protocol, wordt het hiernavolgende ingevoegd:

    • ii. verzekert elke in het eerste lid van dit artikel bedoelde Partij dat gedurende het tijdvak van twaalf maanden dat begint op 1 januari 2005 en in elk tijdvak van twaalf maanden daarna haar berekende gebruik en productie van de in Bijlage E genoemde aan uitworpbeheersing onderworpen stof per jaar niet meer bedraagt dan tachtig procent van het gemiddelde van haar jaarlijks berekende gebruik, respectievelijk haar jaarlijks berekende productie, over 1995 tot en met 1998;

    • iii. verzekert elke onder het eerste lid van dit artikel vallende Partij dat gedurende het tijdvak van twaalf maanden dat begint op 1 januari 2015 en in elk tijdvak van twaalf maanden daarna haar berekende gebruik en productie van de in Bijlage E aan uitworpbeheersing onderworpen stof nihil is. Dit lid vindt geen toepassing wanneer de Partijen besluiten de productie of het gebruik toe te staan tot het niveau dat nodig is om te voorzien in de behoeften voor vormen van gebruik ten aanzien waarvan zij overeenkomen dat deze cruciaal zijn;

2. Lid 8ter, onderdeel d, onder ii., van artikel 5 van het Protocol wordt lid 8ter, onderdeel d, onder iv.


Uitgegeven de vijfde oktober 1998

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. VAN AARTSEN


XNoot
1

In rubriek H van Trb. 1998, 50 dient de eerste regel ten rechte te luiden: „Zie Trb. 1991, 49 en Trb.1994, 195".

XNoot
1

In de Engelse tekst staat hier het jaartal „2005", in de Franse tekst „2000".

Naar boven