A. TITEL

Protocol van 1978 bij het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, met Bijlage;

Londen, 17 februari 1978

B. TEKST

De Engelse en de Franse tekst van Protocol en Bijlage zijn geplaatst in Trb. 1978, 188. Voor de ondertekeningen zie ook Trb. 1983, 127.

De Bijlage is een aantal malen gewijzigd, zie rubriek J van Trb. 1985, 136, van Trb. 1986, 121, van Trb. 1988, 143, van Trb. 1990, 168, van Trb. 1992, 29, van Trb. 1993, 53 en 70, van Trb. 1994, 41 en 162 en van Trb. 1995, 158.

C. VERTALING

Zie Trb. 1978, 188.

D. PARLEMENT

Zie Trb. 1983, 127 en Trb. 1993, 147.

Bij brieven van 26 juli 1995 zijn de in Trb. 1994, 41 en 162 (rubriek J) afgedrukte wijzigingen d.d. 30 oktober 1992 van de Bijlage bij het Protocol ter kennis gebracht van de Eerste en de Tweede Kamer van de Staten-Generaal en van de Staten van de Nederlandse Antillen en van Aruba.

Bij brieven van 11 september 1995 zijn de in Trb. 1995, 158 (rubriek J) afgedrukte wijzigingen d.d. 16 maart 1990 van de Bijlage bij het Protocol ter kennis gebracht van de Eerste en de Tweede Kamer van de Staten-Generaal en van de Staten van de Nederlandse Antillen en van Aruba.

E. BEKRACHTIGING

Zie Trb. 1983, 127, Trb. 1985, 136, Trb. 1986, 121, Trb. 1988, 143 en Trb. 1993, 53.

F. TOETREDING

Zie Trb. 1983, 127, Trb. 1985, 136, Trb. 1986, 121, Trb. 1988, 143, Trb. 1990, 168, Trb. 1992, 29, Trb. 1993, 53 en 147, Trb. 1994, 41 en 162 en Trb. 1995, 158.

Behalve de aldaar genoemde Staten heeft nog de volgende Staat in overeenstemming met artikel IV, eerste lid, letter c, van het Protocol een akte van toetreding nedergelegd bij de Secretaris-Generaal van de Internationale Maritieme Organisatie:

Belize26 mei 1995

Verklaring van voortgezette gebondenheid

De volgende Staat heeft nog een verklaring afgelegd waarin hij zich gebonden verklaart aan het Verdrag van 1973 zoals gewijzigd door het onderhavige Protocol:

Slowakije30 januari 1995

(met effect vanaf 1 januari 1993)

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1983, 127, Trb. 1985, 136, Trb. 1986, 121, Trb. 1988, 143, Trb. 1990, 168 en Trb. 1992, 29.

H. TOEPASSELIJKVERKLARING

Zie Trb. 1985, 136, Trb. 1986, 121, Trb. 1988, 143, Trb. 1990, 168, Trb. 1993, 53 en Trb. 1995, 158.

De Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland heeft Bijlage III van het Verdrag zoals gewijzigd door het Protocol van toepassing verklaard op Hongkong met ingang van 7 maart 1995.

De Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland heeft het Verdrag zoals gewijzigd door het Protocol van toepassing verklaard op de Falklandeilanden met ingang van 14 november 1995. De toepassing is beperkt tot de Bijlagen I, II, III en V.

J. GEGEVENS

Zie Trb. 1978, 188, Trb. 1983, 127, Trb. 1985, 136, Trb. 1986, 121, Trb. 1988, 143, Trb. 1990, 168, Trb. 1992, 29, Trb. 1993, 53, 70 en 147, Trb. 1994, 41 en 162 en Trb. 1995, 158.

Bijlagen

Bijlage III bij het Verdrag zoals gewijzigd door het Protocol is voorts nog aanvaard door de volgende Staten:

Australië10 oktober 1994
Chili10 oktober 1994
Georgië 8 november 1994
Pakistan22 november 1994
Kambodja28 november 1994
Slowakije130 januari 1995
Mauritius 6 april 1995
Belize26 mei 1995

Bijlage IV bij het Verdrag zoals gewijzigd door het Protocol is aanvaard door de volgende Staat:

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland211 september 1995

Bijlage V bij het Verdrag zoals gewijzigd door het Protocol is voorts nog aanvaard door de volgende Staten:

Georgië 8 november 1994
Pakistan22 november 1994
Kambodja28 november 1994
Ierland 6 januari 1995
Slowakije130 januari 1995
Mauritius 6 april 1995
Belize26 mei 1995
Liberia12 juni 1995

Wijzigingen

Op 2 november 1994 heeft de Conferentie van Partijen in overeenstemming met artikel VI van het Protocol, juncto artikel 16 van het Verdrag, resoluties aangenomen houdende wijziging van de Bijlage bij het Protocol.

In overeenstemming met artikel 16, derde lid, letter c, van het Verdrag zijn de wijzigingen aanvaard op 3 september 1995. Ingevolge artikel 16, derde lid, letter c, van het Verdrag zullen de wijzigingen in werking treden op 3 maart 1996.

Ingevolge artikel 7, onderdeel f, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen behoeven de wijzigingen niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, zullen de wijzigingen voor het gehele Koninkrijk gelden.

De Engelse tekst van de resoluties luidt:

Resolutions adopted by the Conference of Parties to the International Convention for the Prevention of Pollution from Ships, 1973, as modified by the Protocol of 1978 Relating thereto, on 2 November 1994

Resolution 1

Amendments to the Annex of the Protocol of 1978 Relating to the International Convention for the Prevention of Pollution from Ships, 1973

(Amendments to Annexes I and II on port State control on operational requirements)

The Conference,

Recalling article 16(3) of the International Convention for the Prevention of Pollution from Ships, 1973, as modified by the Protocol of 1978 relating thereto (hereinafter referred to as "MARPOL 73/78") concerning the procedure for amending MARPOL 73/78 by a Conference of Parties,

Having considered amendments to Annexes I and II of MARPOL 73/78 proposed and circulated to the Members of the Organization and all Parties to MARPOL 73/78,

1. Adopts, in accordance with article 16(3) of MARPOL 73/78, amendments to Annexes I and II of MARPOL 73/78, the text of which is set out in the Annex to the present resolution;

2. Determines, in accordance with article 16(3)(c) of MARPOL 73/78, that the amendments shall be deemed to have been accepted on 3 september 1995 unless prior to this date one third or more of the Parties, or the Parties the combined merchant fleets of which constitute fifty per cent or more of the gross tonnage of the world's merchant fleet, have communicated to the Organization their objections to the amendments.

3. Invites Parties to note that, in accordance with article 16(3)c of MARPOL 73/78, the amendments shall enter into force on 3 March 1996 upon their acceptance in accordance with paragraph 2 above.

ANNEX

Amendments to Annexes I and II of MARPOL 73/78

1. The following new regulation 8A is inserted after the existing regulation 8 of Annex I:

“Regulation 8A

Port State control on operational requirements

(1) A ship when in a port or an offshore terminal of another Party is subject to inspection by officers duly authorized by such Party concerning operational requirements under this Annex, where there are clear grounds for believing that the master or crew are not familiar with essential shipboard procedures relating to the prevention of pollution by oil.

(2) In the circumstances given in paragraph (1) of this regulation, the Party shall take such steps as will ensure that the ship shall not sail until the situation has been brought to order in accordance with the requirements of this Annex.

(3) Procedures relating to the port State control prescribed in article 5 of the present Convention shall apply to this regulation.

(4) Nothing in this regulation shall be construed to limit the rights and obligations of a Party carrying out control over operational requirements specifically provided for in the present Convention."

2. The following new regulation 15 is added to the existing regulations of Annex II:

“Regulation 15

Port State control on operational requirements

(1) A ship when in a port of another Party is subject to inspection by officers duly authorized by such Party concerning operational requirements under this Annex, where there are clear grounds for believing that the master or crew are not familiar with essential shipboard procedures relating to the prevention of pollution by noxious liquid substances.

(2) In the circumstances given in paragraph (1) of this regulation, the Party shall thake such steps as will ensure that the ship shall not sail until the situation has been brought to order in accordance with the requirements of this Annex.

(3) Procedures relating to the port State control prescribed in article 5 of the present Convention shall apply to this regulation.

(4) Nothing in this regulation shall be construed to limit the rights and obligations of a Party carrying out control over operational requirements specifically provided for in the present Convention."


Resolution 2

Amendments to the Annex of the Protocol of 1978 Relating to the International Convention for the Prevention of Pollution from Ships, 1973

(Amendments to Annex III on port State control on operational requirements)

The Conference,

Recalling article 16(3) of the International Convention for the Prevention of Pollution from Ships, 1973, as modified by the Protocol of 1978 relating thereto (hereinafter referred to as "MARPOL 73/78") concerning the procedure for amending MARPOL 73/78 by a Conference of Parties,

Having considered amendments to Annexes III of MARPOL 73/78 proposed and circulated to the Members of the Organization and all Parties to MARPOL 73/78,

1. Adopts, in accordance with article 16(3) of MARPOL 73/78, amendments to Annex III of MARPOL 73/78, the text of which is set out in the Annex to the present resolution;

2. Determines, in accordance with article 16(3)(c) of MARPOL 73/78, that the amendments shall be deemed to have been accepted on 3 September 1995 unless prior to this date one third or more of the Parties, or the Parties the combined merchant fleets of which constitute fifty per cent or more of the gross tonnage of the world's merchant fleet, have communicated in the Organization their objection to the amendments;

3. Invites Parties to note that, in accordance with article 16(3)(c) of MARPOL 73/78, the amendments shall enter into force on 3 March 1996 upon their acceptance in accordance with paragraph 2 above.

ANNEX

Amendments to Annex III of MARPOL 73/78

The following new regulation 8 is added to the existing regulations of Annex III:

“Regulation 8

Port State control on operational requirements

(1) A ship when in a port of another Party is subject to inspection by officers duly authorized by such Party concerning operational requirements under this Annex, where there are clear grounds for believing that the master or crew are not familiar with essential shipboard procedures relating to the prevention of pollution by harmful substances.

(2) In the circumstances given in paragraph (1) of this regulation, the Party shall take such steps as will ensure that the ship shall not sail until the situation has been brought to order in accordance with the requirements of this Annex.

(3) Procedures relating to the port State control prescribed in article 5 of the present Convention shall apply to this regulation.

(4) Nothing in this regulation shall be construed to limit the rights and obligations of a Party carrying out control over operational requirements specifically provided for in the present Convention."


Resolution 3

Amendments to the Annex of the Protocol of 1978 Relating to the International Convention for the Prevention of Pollution from Ships, 1973

(Amendments to Annex V on port State control on operational requirements)

The Conference,

Recalling article 16(3) of the International Convention for the Prevention of Pollution from Ships, 1973, as modified by the Protocol of 1978 relating thereto (hereinafter referred to as “MARPOL 73/78") concerning the procedure for amending MARPOL 73/78 by a Conference of Parties,

Having considered amendments to Annex V of MARPOL 73/78 proposed and circulated to the Members of the Organization and all Parties to MARPOL 73/78,

1. Adopts, in accordance with article 16(3) of MARPOL 73/78, amendments to Annex V of MARPOL 73/78, the text of which is set out in the Annex to the present resolution;

2. Determines, in accordance with article 16(3)(c) of MARPOL 73/78, that the amendments shall be deemed to have been accepted on 3 September 1995 unless prior to this date one third or more of the Parties, or the Parties the combined merchant fleets of which constitute fifty per cent or more of the gross tonnage of the world's merchant fleet, have communicated to the Organization their objections to the amendments;

3. Invites Parties to note that, in accordance with article 16(3)(c) of MARPOL 73/78, the amendments shall enter into force on 3 March 1996 upon their acceptance in accordance with paragraph 2 above.

ANNEX

Amendments to Annex V of MARPOL 73/78

4. The following new regulation 8 is added to the existing regulation of AnnexV:

“Regulation 8

Port State control on operational requirements

(1) A ship when in a port of another Party is subject to inspection by officers duly authorized by such Party concerning operational requirements under this Annex, where there are clear grounds for believing that the master or crew are not familiair with essential shipboard procedures relating to the prevention of pollution by garbage.

(2) In the circumstances given in paragraph (1) of this regulation, the Party shall take such steps as will ensure that the ship shall not sail until the situation has been brought to order in accordance with the requirements of this Annex.

3. Procedures relating to the port State control prescribed in article 5 of the present Convention shall apply to this regulation.

(4) Nothing in this regulation shall be construed to limit the rights and obligations of a Party carrying out control over operational requirements specifically provided for in the present Convention".


De vertaling van de resoluties luidt:

Resoluties aangenomen op 2 november 1994 door de Conferentie van de Partijen bij het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, zoals gewijzigd bij het daarbij behorende Protocol van 1978.

Resolutie 1

Wijzigingen op de Bijlage bij het Protocol van 1978 bij het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973

(Wijzigingen op de Bijlagen I en II betreffende de door de havenstaat uit te oefenen controle op de vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord)

De Conferentie,

Herinnerend aan het bepaalde in artikel 16, derde lid, van het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, zoals gewijzigd bij het daarbij behorende Protocol van 1978 (hierna te noemen „MARPOL 73/78") betreffende de procedure tot wijziging van MARPOL 73/78 door een Conferentie van de Partijen,

Na bestudering van de wijzigingen op de Bijlagen I en II bij MARPOL 73/78, zoals deze zijn voorgesteld aan en verspreid onder de Leden van de Organisatie en alle Partijen bij MARPOL 73/78,

1. Neemt, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, van MARPOL 73/78, de wijzigingen op de Bijlagen I en II bij MARPOL 73/78 aan, waarvan de tekst is vermeld in de bijlage bij deze resolutie;

2. Bepaalt, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, letter c, van MARPOL 73/78 dat de wijzigingen worden geacht te zijn aanvaard op 3 september 1995, tenzij, voorafgaand aan die datum, een derde of meer van de Partijen, dan wel de Partijen waarvan de koopvaardijvloten tezamen ten minste vijftig procent vormen van de bruto tonnage van de wereldkoopvaardijvloot bij de Organisatie bezwaar hebben aangetekend tegen deze wijzigingen;

3. Verzoekt de Partijen kennis te nemen van het feit dat de wijzigingen, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, letter c, van MARPOL 73/78, in werking treden op 3 maart 1996 nadat zij zijn aanvaard in overeenstemming met punt 2 hierboven.

BIJLAGE

Wijzigingen op de Bijlagen I en II bij MARPOL 73/78

1. Na het bestaande voorschrift 8 van Bijlage I wordt het volgende nieuwe voorschrift 8A ingevoegd:

„Voorschrift 8A

De door de havenstaat uit te oefenen controle op de vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord

1. Een schip dat zich bevindt in een haven of een laad- of losplaats buitengaats van een andere Partij dient te worden geïnspecteerd door ambtenaren die door bedoelde Partij naar behoren zijn gemachtigd om te controleren of is voldaan aan de in deze Bijlage bedoelde vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord, wanneer er duidelijke gronden zijn om aan te nemen dat de kapitein of de leden van de bemanning niet op de hoogte zijn van de essentiële werkwijzen die aan boord moeten worden toegepast om verontreiniging door olie te voorkomen.

2. In de omstandigheden bedoeld in het eerste lid van dit voorschrift, neemt de Partij de noodzakelijke maatregelen om te voorkomen dat het schip uitvaart voordat de situatie in overeenstemming is gebracht met de bepalingen van deze Bijlage.

3. De werkwijzen betreffende de controle door de havenstaat bedoeld in artikel 5 van dit Verdrag zijn van toepassing op dit voorschrift.

4. Geen enkele bepaling van dit voorschrift mag zo worden uitgelegd dat daardoor de rechten en plichten van een Partij die de uitdrukkelijk in dit Verdrag genoemde vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord controleert, worden beperkt."

2. Aan de bestaande voorschriften van Bijlage II wordt het onderstaande nieuwe voorschrift 15 toegevoegd:

„Voorschrift 15

De door de havenstaat uit te oefenen controle op de vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord

1. Een schip dat zich bevindt in een haven van een andere Partij dient te worden geïnspecteerd door ambtenaren die door bedoelde Partij naar behoren zijn gemachtigd om te controleren of is voldaan aan de in deze Bijlage bedoelde vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord, wanneer er duidelijke gronden zijn om aan te nemen dat de kapitein of de leden van de bemanning niet op de hoogte zijn van de essentiële werkwijzen die aan boord moeten worden toegepast om verontreiniging door schadelijke vloeistoffen te voorkomen.

2. In de omstandigheden bedoeld in het eerste lid van dit voorschrift, neemt de Partij de noodzakelijke maatregelen om te voorkomen dat het schip uitvaart voordat de situatie in overeenstemming is gebracht met de bepalingen van deze Bijlage.

3. De werkwijzen betreffende de controle door de havenstaat bedoeld in artikel 5 van dit Verdrag zijn van toepassing op dit voorschrift.

4. Geen enkele bepaling van dit voorschrift mag zo worden uitgelegd dat daardoor de rechten en plichten van een Partij die de uitdrukkelijk in dit Verdrag genoemde vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord controleert, worden beperkt."


Resolutie 2

Wijzigingen op de Bijlage bij het Protocol van 1978 bij het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973

(Wijzigingen op Bijlage III betreffende de door de havenstaat uit te oefenen controle op de vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord)

De Conferentie,

Herinnerend aan het bepaalde in artikel 16, derde lid, van het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, zoals gewijzigd bij het daarbij behorende Protocol van 1978 (hierna te noemen „MARPOL 73/78") betreffende de procedure tot wijziging van MARPOL 73/78 door een Conferentie van de Partijen,

Na bestudering van de wijzigingen op Bijlage III bij MARPOL 73/78, zoals deze zijn voorgesteld aan en verspreid onder de Leden van de Organisatie en alle Partijen bij MARPOL 73/78,

1. Neemt, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, van MARPOL 73/78, de wijzigingen op Bijlage III bij MARPOL 73/78 aan, waarvan de tekst is vermeld in de bijlage bij deze resolutie;

2. Bepaalt, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, letter c, van MARPOL 73/78 dat de wijzigingen worden geacht te zijn aanvaard op 3 september 1995, tenzij, voorafgaand aan die datum, een derde of meer van de Partijen, dan wel de Partijen waarvan de koopvaardijvloten tezamen ten minste vijftig procent vormen van de bruto tonnage van de wereldkoopvaardijvloot bij de Organisatie bezwaar hebben aangetekend tegen deze wijzigingen;

3. Verzoekt de Partijen kennis te nemen van het feit dat de wijzigingen, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, letter c, van MARPOL 73/78, in werking treden op 3 maart 1996 nadat zij zijn aanvaard in overeenstemming met punt 2 hierboven.

BIJLAGE

Wijzigingen op Bijlage III bij MARPOL 73/78

1. Aan de bestaande voorschriften van Bijlage III wordt het onderstaande nieuwe voorschrift 8 toegevoegd:

„Voorschrift 8

De door de havenstaat uit te oefenen controle op de vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord

1. Een schip dat zich bevindt in een haven van een andere Partij dient te worden geïnspecteerd door ambtenaren die door bedoelde Partij naar behoren zijn gemachtigd om te controleren of is voldaan aan de in deze Bijlage bedoelde vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord, wanneer er duidelijke gronden zijn om aan te nemen dat de kapitein of de leden van de bemanning niet op de hoogte zijn van de essentiële werkwijzen die aan boord moeten worden toegepast om verontreiniging door schadelijke stoffen te voorkomen.

2. In de omstandigheden bedoeld in het eerste lid van dit voorschrift, neemt de Partij de noodzakelijke maatregelen om te voorkomen dat het schip uitvaart voordat de situatie in overeenstemming is gebracht met de bepalingen van deze Bijlage.

3. De werkwijzen betreffende de controle door de havenstaat bedoeld in artikel 5 van dit Verdrag zijn van toepassing op dit voorschrift.

4. Geen enkele bepaling van dit voorschrift mag zo worden uitgelegd dat daardoor de rechten en plichten van een Partij die de uitdrukkelijk in dit Verdrag genoemde vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord controleert, worden beperkt."


Resolutie 3

Wijzigingen op de Bijlage bij het Protocol van 1978 bij het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973

(Wijzigingen op Bijlage V betreffende de door de havenstaat uit te oefenen controle op de vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord)

De Conferentie,

Herinnerend aan het bepaalde in artikel 16, derde lid, van het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, zoals gewijzigd bij het daarbij behorende Protocol van 1978 (hierna te noemen „MARPOL 73/78") betreffende de procedure tot wijziging van MARPOL 73/78 door een Conferentie van de Partijen,

Na bestudering van de wijzigingen op Bijlage V bij MARPOL 73/78, zoals deze zijn voorgesteld aan en verspreid onder de Leden van de Organisatie en alle Partijen bij MARPOL 73/78,

1. Neemt, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, van MARPOL 73/78, de wijzigingen op Bijlage V bij MARPOL 73/78 aan, waarvan de tekst is vermeld in de bijlage bij deze resolutie;

2. Bepaalt, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, letter c, van MARPOL 73/78 dat de wijzigingen worden geacht te zijn aanvaard op 3 september 1995, tenzij, voorafgaand aan die datum, een derde of meer van de Partijen, dan wel de Partijen waarvan de koopvaardijvloten tezamen ten minste vijftig procent vormen van de bruto tonnage van de wereldkoopvaardijvloot bij de Organisatie bezwaar hebben aangetekend tegen deze wijzigingen;

3. Verzoekt de Partijen kennis te nemen van het feit dat de wijzigingen, in overeenstemming met artikel 16, derde lid, letter c, van MARPOL 73/78, in werking treden op 3 maart 1996 nadat zij zijn aanvaard in overeenstemming met punt 2 hierboven.

BIJLAGE

Wijzigingen op Bijlage V bij MARPOL 73/78

1. Aan de bestaande voorschriften van Bijlage V wordt het onderstaande voorschrift 8 toegevoegd:

„Voorschrift 8

De door de havenstaat uit te oefenen controle op de vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord

1. Een schip dat zich bevindt in een haven van een andere Partij dient te worden geïnspecteerd door ambtenaren die door bedoelde Partij naar behoren zijn gemachtigd om te controleren of is voldaan aan de in deze Bijlage bedoelde vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord, wanneer er duidelijke gronden zijn om aan te nemen dat de kapitein of de leden van de bemanning niet op de hoogte zijn van de essentiële werkwijzen die aan boord moeten worden toegepast om verontreiniging door vuilnis te voorkomen.

2. In de omstandigheden bedoeld in het eerste lid van dit voorschrift, neemt de Partij de noodzakelijke maatregelen om te voorkomen dat het schip uitvaart voordat de situatie in overeenstemming is gebracht met de bepalingen van deze Bijlage.

3. De werkwijzen betreffende de controle door de havenstaat bedoeld in artikel 5 van dit Verdrag zijn van toepassing op dit voorschrift.

4. Geen enkele bepaling van dit voorschrift mag zo worden uitgelegd dat daardoor de rechten en plichten van een Partij die de uitdrukkelijk in dit Verdrag genoemde vereisten met betrekking tot de bedrijfsvoering aan boord controleert, worden beperkt."


Uitgegeven de vijfentwintigste januari 1996

De Minister van Buitenlandse Zaken,

H. A. F. M. O. VAN MIERLO


XNoot
1

Verklaring van voortgezette gebondenheid te rekenen vanaf 1 januari 1993.

XNoot
2

Onder de volgende mededeling:“... reserving the right not to apply the said Annex IV on respect of any territory for whose international relations the Government of the United Kingdom are responsible until three months after the date on which the Government of the United Kingdom notify the Secretary-General of the International Maritime Organization that the said Annexes shall apply in respect of any such territory."

Naar boven