De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Minister van Justitie en Veiligheid
en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken;
Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;
Gelet op de artikelen 58e, eerste lid, onder c, 58i en 58ra, eerste lid, van de Wet
publieke gezondheid;
Besluit:
ARTIKEL I
In artikel 5.3, vierde lid, van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 vervalt
‘en deelnemers overnachten op de afgesloten locatie, bedoeld in het eerste lid, onder
a’.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 25 februari 2022.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.G.J. Bruins Slot
TOELICHTING
1. Algemeen
Strekking
Deze regeling wijzigt de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 (Trm). Deze regeling
is gebaseerd op de ingevolge de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 geldende bepalingen
van de Wet publieke gezondheid (Wpg). In de regeling van 15 februari 2022 wordt 1G-beleid
doorgevoerd voor bepaalde publieke plaatsen (in artikel 4.8 Trm) en voor evenementen
(in artikel 5.3 Trm). Voor meerdaagse situaties wijken de formuleringen in beide artikelen
abusievelijk van elkaar af. Zoals in de toelichting van deze regeling reeds correct
is vermeld, dient de organisator bij ongeplaceerde evenementen met meer dan vijfhonderd
deelnemers (inclusief kinderen tot en met twaalf jaar en exclusief personeel), die
langer duren dan vierentwintig uur (‘meerdaagse evenementen’) na deze vierentwintig
uur de bezoekers opnieuw te controleren op een negatief testbewijs dat voldoet aan
de voorwaarden uit artikel 6.29 Trm (zie Stcrt. 2022, 5436, p. 17). Dit betreft evenementen die plaatsvinden in publieke binnenruimten en gaat
ook over zelfstandige binnenruimten op evenemententerreinen. De wijziging betreft
het herstel van de incongruentie tussen de artikelen 4.8 en 5.3 Trm in de regeling
van 15 februari 2022, waarbij artikel 5.3, vierde lid, Trm in lijn wordt gebracht
met artikel 4.8, vierde lid, Trm. Voor de overwegingen met betrekking tot de epidemiologische
situatie, de noodzaak, evenredigheid en regeldruk wordt eveneens verwezen naar deze
toelichting.
2. Inwerkingtreding
Het kabinet doet een beroep op de spoedprocedure van artikel 58c, derde lid, Wpg.
Het doorlopen van de standaardprocedure, zoals opgenomen in artikel 58c, tweede lid,
Wpg zou tot gevolg hebben dat de regeling op haar vroegst een week na vaststelling
en gelijktijdige overlegging aan beide Kamers in werking kan treden op 4 maart 2022.
De Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Minister van
Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
van 15 februari 2022, kenmerk 3323693-1024968-WJZ, houdende wijziging van de Tijdelijke
regeling maatregelen covid-19, de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Bonaire,
de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Sint Eustatius en de Tijdelijke regeling
maatregelen covid-19 Saba in verband met het op nihil stellen van de veilige afstand,
vereenvoudigen van de reismaatregelen, het mogelijk maken van 1G-beleid en enkele
andere aanpassingen treedt echter met ingang van 25 februari 2022 al in werking. Om
de regels omtrent de inzet van testen voor toegang bij evenementen op tijd te herstellen,
en niet ruimer te versoepelen dan beoogd was, is het van belang dat deze regeling
ook met ingang van 25 februari 2022 in werking treedt. Daarom is de inwerkingtreding
van deze regeling vastgesteld op 25 februari 2022, waarbij de regeling van 15 februari
2022 voor deze regeling in werking treedt. Vanwege de vereiste spoed wordt daarbij
afgeweken van de zogeheten vaste verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn van
drie maanden. De regeling wordt binnen twee dagen na vaststelling aan beide Kamers
der Staten-Generaal overgelegd. De regeling vervalt van rechtswege indien de Tweede
Kamer binnen een week na de toezending besluit niet in te stemmen met de regeling.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties,
E.J. Kuipers