Regeling van de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van Justitie en Veiligheid en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 9 juli 2021, kenmerk 3229317-1012713-PDC19, tot wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19, de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Bonaire, de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Sint Eustatius, de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Saba en de Tijdelijke spoedregeling DCC in verband met de afstemming van enkele algemene regels voor coronatoegangsbewijzen op het EU Digitaal Corona Certificaat, het inlezen van een certificaat op papier en het onder voorwaarden mogelijk maken van meerdaagse evenementen

De Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van Justitie en Veiligheid en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

Gelet op de artikelen 6ba, vierde lid, 58e, eerste lid, 58f, vijfde lid, 58h, eerste lid, 58i, 58ra, eerste lid, 58rd, 58re, tweede, zesde en zevende lid, van de Wet publieke gezondheid;

Besluiten:

ARTIKEL I

De Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5.1, vierde lid, vervalt.

B

Artikel 5.2, vijfde lid, komt te luiden:

  • 5. Onverminderd artikel 6.30, wordt een evenement als bedoeld in het eerste lid dat meer dan vierentwintig uur duurt, slechts georganiseerd indien de organisator er zorg voor draagt dat:

    • a. de locatie die bij het evenement behoort en waar deelnemers overnachten, is gescheiden van de afgesloten locatie waarop het evenement plaatsvindt; en

    • b. de locatie waarop het evenement plaatsvindt ten minste elke vierentwintig uur wordt ontruimd waarna de deelname aan het evenement opnieuw een aanvang kan nemen.

C

Aan artikel 6.26a wordt toegevoegd ‘dan wel door de WHO is opgenomen op de Emergency Use Listing’.

D

Artikel 6.31 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘op verzoek van de geteste persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De geteste persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. De uitvoerder van de test verstrekt op verzoek van de geteste persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

E

Artikel 6.31a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘Op verzoek van de gevaccineerde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’ en wordt na ‘het RIVM’ ingevoegd ‘in het COVID-vaccinatie Informatie- en Monitoringsysteem’.

2. In het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. in de aanhef wordt na ‘op verzoek van de gevaccineerde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’;

b. onder d wordt ‘de datum van een positieve testuitslag’ vervangen door ‘de bevestiging van een positieve testuitslag’.

3. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. De gevaccineerde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het tweede lid, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

4. Onder vernummering van het zesde lid tot elfde lid worden vijf leden ingevoegd, luidende:

  • 6. De toediener van de vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 dan wel, indien het een in een derde land in de zin van verordening (EU) 2021/953 van het Europees parlement en de Raad van 14 juni 2021 betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (digitaal EU-COVID-certificaat) teneinde het vrije verkeer tijdens de COVID-19-pandemie te faciliteren (PbEU 2021, L 211/1) toegediende vaccinatie tegen dat virus betreft, de gemeentelijke gezondheidsdienst die reisvaccinaties toedient, verstrekt op verzoek van de gevaccineerde persoon met de gegevens, bedoeld in het tweede lid een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

  • 7. Het verzoek, bedoeld in het zesde lid, met betrekking tot een in een derde land toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2:

    • a. kan worden gedaan door een in het Europese deel van Nederland of in een van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba woonachtige betrokkene of door een in een derde land woonachtige betrokkene met de Nederlandse nationaliteit;

    • b. wordt in persoon gedaan, waarbij betrokkene zich legitimeert aan de hand van een geldig identiteitsdocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht of artikel 2 van de Wet identificatieplicht BES; en

    • c. gaat vergezeld van een betrouwbaar vaccinatiebewijs waarop in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans de gegevens, bedoeld in het tweede lid, zijn vermeld en dat is voorzien van een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 8. Een coronatoegangsbewijs op basis van een in een derde land toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 wordt uitsluitend verstrekt voor een vaccin dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen, het Europees Medicijn Agentschap of de Wereldgezondheidsorganisatie.

  • 9. Een coronatoegangsbewijs op papier op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 kan voorts op telefonisch verzoek van de gevaccineerde persoon per post worden verstrekt door het agentschap Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een portalapplicatie, indien:

    • a. de gevaccineerde persoon identificerende persoonsgegevens kan verstrekken;

    • b. de daarvoor benodigde gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, beschikbaar zijn gesteld door de toediener van de vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2; en

    • c. de gevaccineerde persoon is ingeschreven in de basisregistratie personen.

  • 10. Indien bij het aanmaken van een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet of met de door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie of portalapplicatie uit raadpleging van persoonsgegevens waarover de gemeentelijke gezondheidsdienst beschikt uit hoofde van de uitvoering van testen op infectie met het virus SARS-CoV-2 of de registratie van infecties met dat virus blijkt dat de gevaccineerde persoon geïnfecteerd is geweest met het virus SARS-CoV-2, wordt de vaccinatie reeds als voltooid aangemerkt na toediening van één vaccin indien de vaccinatie uit twee vaccins bestaat.

F

Artikel 6.31b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘op verzoek van de herstelde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gesteld applicatie,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De herstelde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot zesde lid worden twee leden ingevoegd, luidende:

  • 4. De verklaarder van het herstel van het virus SARS-CoV-2 verstrekt op verzoek van de herstelde persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op basis van herstel van het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

  • 5. Een coronatoegangsbewijs op basis van herstel van het virus SARS-CoV-2 op papier kan voorts op telefonisch verzoek van de herstelde persoon per post worden verstrekt door het agentschap Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een portalapplicatie, indien:

    • a. de herstelde persoon identificerende persoonsgegevens kan verstrekken;

    • b. de daarvoor benodigde gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, beschikbaar zijn gesteld door de verklaarder van het herstel van het virus SARS-CoV-2; en

    • c. de herstelde persoon is ingeschreven in de basisregistratie personen.

G

Na artikel 6.31b worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 6.31c Verzoek certificaat

Een verzoek om een certificaat als bedoeld in artikel 1 van de Tijdelijke spoedregeling DCC wordt tevens aangemerkt als een verzoek om een coronatoegangsbewijs.

Artikel 6.31d Inlezen certificaat

De geteste, gevaccineerde of herstelde persoon kan zijn persoonsgegevens, opgenomen in respectievelijk een namens Nederland op papier uitgegeven testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat als bedoeld in artikel 8 of 8a van de Tijdelijke spoedregeling DCC, met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet, verwerken om een elektronisch coronatoegangsbewijs en respectievelijk een digitaal testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat aan te maken.

ARTIKEL II

De Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Bonaire wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 6b.1a wordt toegevoegd ‘dan wel door de WHO is opgenomen op de Emergency Use Listing’.

B

Artikel 6b.6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘op verzoek van de geteste persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De geteste persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. De uitvoerder van de test verstrekt op verzoek van de geteste persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

C

Artikel 6b.6a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘Op verzoek van de gevaccineerde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’ en wordt na ‘het RIVM’ ingevoegd ‘in het COVID-vaccinatie Informatie- en Monitoringsysteem’.

2. In het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. in de aanhef wordt na ‘op verzoek van de gevaccineerde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’;

b. onder d wordt ‘de datum van een positieve testuitslag’ vervangen door ‘de bevestiging van een positieve testuitslag’.

3. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. De gevaccineerde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het tweede lid, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

4. Onder vernummering van het zesde lid tot tiende lid worden vier leden ingevoegd, luidende:

  • 6. De toediener van de vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 dan wel, indien het een in een derde land in de zin van verordening (EU) 2021/953 van het Europees parlement en de Raad van 14 juni 2021 betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (digitaal EU-COVID-certificaat) teneinde het vrije verkeer tijdens de COVID-19-pandemie te faciliteren (PbEU 2021, L 211/1) toegediende vaccinatie tegen dat virus betreft, de afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Bonaire, verstrekt op verzoek van de gevaccineerde persoon met de gegevens, bedoeld in het tweede lid een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

  • 7. Het verzoek, bedoeld in het zesde lid, met betrekking tot een in een derde land toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2:

    • a. kan worden gedaan door een in het Europese deel van Nederland of in een van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba woonachtige betrokkene of door een in een derde land woonachtige betrokkene met de Nederlandse nationaliteit;

    • b. wordt in persoon gedaan, waarbij betrokkene zich legitimeert aan de hand van een geldig identiteitsdocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht of artikel 2 van de Wet identificatieplicht BES; en

    • c. gaat vergezeld van een betrouwbaar vaccinatiebewijs waarop in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans de gegevens, bedoeld in het tweede lid, zijn vermeld en dat is voorzien van een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 8. Een coronatoegangsbewijs op basis van een in een derde land toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 wordt uitsluitend verstrekt voor een vaccin dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen, het Europees Medicijn Agentschap of de Wereldgezondheidsorganisatie.

  • 9. Indien bij het aanmaken van een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet of met de door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie of portalapplicatie uit raadpleging van persoonsgegevens waarover de afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Bonaire beschikt uit hoofde van de uitvoering van testen op infectie met het virus SARS-CoV-2 of de registratie van infecties met dat virus blijkt dat de gevaccineerde persoon geïnfecteerd is geweest met het virus SARS-CoV-2, wordt de vaccinatie reeds als voltooid aangemerkt na toediening van één vaccin indien de vaccinatie uit twee vaccins bestaat.

D

Artikel 6b.6b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘op verzoek van de herstelde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gesteld applicatie,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De herstelde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. De verklaarder van het herstel van het virus SARS-CoV-2 verstrekt op verzoek van de herstelde persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op basis van herstel van het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

E

Na artikel 6b.6b worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 6b.6c Verzoek certificaat

Een verzoek om een certificaat als bedoeld in artikel 1 van de Tijdelijke spoedregeling DCC wordt tevens aangemerkt als een verzoek om een coronatoegangsbewijs.

Artikel 6b.6d Inlezen certificaat

De geteste, gevaccineerde of herstelde persoon kan zijn persoonsgegevens, opgenomen in respectievelijk een namens Nederland op papier uitgegeven testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat als bedoeld in artikel 8 of 8a van de Tijdelijke spoedregeling DCC, met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet, verwerken om een elektronisch coronatoegangsbewijs en respectievelijk een digitaal testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat aan te maken.

ARTIKEL III

De Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Sint Eustatius wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 6a.1a wordt toegevoegd ‘dan wel door de WHO is opgenomen op de Emergency Use Listing ‘.

B

Artikel 6a.6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘op verzoek van de geteste persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De geteste persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. De uitvoerder van de test verstrekt op verzoek van de geteste persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

C

Artikel 6a.6a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘Op verzoek van de gevaccineerde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’ en wordt na ‘het RIVM’ ingevoegd ‘in het COVID-vaccinatie Informatie- en Monitoringsysteem’.

2. In het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. in de aanhef wordt na ‘op verzoek van de gevaccineerde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’;

b. onder d wordt ‘de datum van een positieve testuitslag’ vervangen door ‘de bevestiging van een positieve testuitslag’.

3. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. De gevaccineerde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het tweede lid, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

4. Onder vernummering van het zesde lid tot tiende lid worden vier leden ingevoegd, luidende:

  • 6. De toediener van de vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 dan wel, indien het een in een derde land in de zin van verordening (EU) 2021/953 van het Europees parlement en de Raad van 14 juni 2021 betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (digitaal EU-COVID-certificaat) teneinde het vrije verkeer tijdens de COVID-19-pandemie te faciliteren (PbEU 2021, L 211/1) toegediende vaccinatie tegen dat virus betreft, de afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Sint Eustatius, verstrekt op verzoek van de gevaccineerde persoon met de gegevens, bedoeld in het tweede lid een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

  • 7. Het verzoek, bedoeld in het zesde lid, met betrekking tot een in een derde land toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2:

    • a. kan worden gedaan door een in het Europese deel van Nederland of in een van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba woonachtige betrokkene of door een in een derde land woonachtige betrokkene met de Nederlandse nationaliteit;

    • b. wordt in persoon gedaan, waarbij betrokkene zich legitimeert aan de hand van een geldig identiteitsdocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht of artikel 2 van de Wet identificatieplicht BES; en

    • c. gaat vergezeld van een betrouwbaar vaccinatiebewijs waarop in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans de gegevens, bedoeld in het tweede lid, zijn vermeld en dat is voorzien van een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 8. Een coronatoegangsbewijs op basis van een in een derde land toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 wordt uitsluitend verstrekt voor een vaccin dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen, het Europees Medicijn Agentschap of de Wereldgezondheidsorganisatie.

  • 9. Indien bij het aanmaken van een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet of met de door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie of portalapplicatie uit raadpleging van persoonsgegevens waarover de afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Sint Eustatius beschikt uit hoofde van de uitvoering van testen op infectie met het virus SARS-CoV-2 of de registratie van infecties met dat virus blijkt dat de gevaccineerde persoon geïnfecteerd is geweest met het virus SARS-CoV-2, wordt de vaccinatie reeds als voltooid aangemerkt na toediening van één vaccin indien de vaccinatie uit twee vaccins bestaat.

D

Artikel 6a.6b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘op verzoek van de herstelde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gesteld applicatie,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De herstelde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. De verklaarder van het herstel van het virus SARS-CoV-2 verstrekt op verzoek van de herstelde persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op basis van herstel van het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

E

Na artikel 6a.6b worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 6a.6c Verzoek certificaat

Een verzoek om een certificaat als bedoeld in artikel 1 van de Tijdelijke spoedregeling DCC wordt tevens aangemerkt als een verzoek om een coronatoegangsbewijs.

Artikel 6a.6d Inlezen certificaat

De geteste, gevaccineerde of herstelde persoon kan zijn persoonsgegevens, opgenomen in respectievelijk een namens Nederland op papier uitgegeven testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat als bedoeld in artikel 8 of 8a van de Tijdelijke spoedregeling DCC, met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet, verwerken om een elektronisch coronatoegangsbewijs en respectievelijk een digitaal testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat aan te maken.

ARTIKEL IV

De Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Saba wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 6a.1a wordt toegevoegd ‘dan wel door de WHO is opgenomen op de Emergency Use Listing ‘.

B

Artikel 6a.6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘op verzoek van de geteste persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De geteste persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. De uitvoerder van de test verstrekt op verzoek van de geteste persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

C

Artikel 6a.6a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘Op verzoek van de gevaccineerde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’ en wordt na ‘het RIVM’ ingevoegd ‘in het COVID-vaccinatie Informatie- en Monitoringsysteem’.

2. In het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. in de aanhef wordt na ‘op verzoek van de gevaccineerde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie,’;

b. onder d wordt ‘de datum van een positieve testuitslag’ vervangen door ‘de bevestiging van een positieve testuitslag’.

3. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. De gevaccineerde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het tweede lid, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

4. Onder vernummering van het zesde lid tot tiende lid worden vier leden ingevoegd, luidende:

  • 6. De toediener van de vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 dan wel, indien het een in een derde land in de zin van verordening (EU) 2021/953 van het Europees parlement en de Raad van 14 juni 2021 betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (digitaal EU-COVID-certificaat) teneinde het vrije verkeer tijdens de COVID-19-pandemie te faciliteren (PbEU 2021, L 211/1) toegediende vaccinatie tegen dat virus betreft, de afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Saba, verstrekt op verzoek van de gevaccineerde persoon met de gegevens, bedoeld in het tweede lid een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

  • 7. Het verzoek, bedoeld in het zesde lid, met betrekking tot een in een derde land toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2:

    • a. kan worden gedaan door een in het Europese deel van Nederland of in een van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba woonachtige betrokkene of door een in een derde land woonachtige betrokkene met de Nederlandse nationaliteit;

    • b. wordt in persoon gedaan, waarbij betrokkene zich legitimeert aan de hand van een geldig identiteitsdocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht of artikel 2 van de Wet identificatieplicht BES; en

    • c. gaat vergezeld van een betrouwbaar vaccinatiebewijs waarop in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans de gegevens, bedoeld in het tweede lid, zijn vermeld en dat is voorzien van een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 8. Een coronatoegangsbewijs op basis van een in een derde land toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 wordt uitsluitend verstrekt voor een vaccin dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen, het Europees Medicijn Agentschap of de Wereldgezondheidsorganisatie.

  • 9. Indien bij het aanmaken van een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet of met de door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie of portalapplicatie uit raadpleging van persoonsgegevens waarover de afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Saba beschikt uit hoofde van de uitvoering van testen op infectie met het virus SARS-CoV-2 of de registratie van infecties met dat virus blijkt dat de gevaccineerde persoon geïnfecteerd is geweest met het virus SARS-CoV-2, wordt de vaccinatie reeds als voltooid aangemerkt na toediening van één vaccin indien de vaccinatie uit twee vaccins bestaat.

D

Artikel 6a.6b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘op verzoek van de herstelde persoon’ ingevoegd ‘, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gesteld applicatie,’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De herstelde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

    • a. de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet een elektronisch coronatoegangsbewijs aanmaken;

    • b. een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie een coronatoegangsbewijs aanmaken om op papier af te drukken.

3. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. De verklaarder van het herstel van het virus SARS-CoV-2 verstrekt op verzoek van de herstelde persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op basis van herstel van het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

E

Na artikel 6a.6b worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 6a.6c Verzoek certificaat

Een verzoek om een certificaat als bedoeld in artikel 1 van de Tijdelijke spoedregeling DCC wordt tevens aangemerkt als een verzoek om een coronatoegangsbewijs.

Artikel 6a.6d Inlezen certificaat

De geteste, gevaccineerde of herstelde persoon kan zijn persoonsgegevens, opgenomen in respectievelijk een namens Nederland op papier uitgegeven testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat als bedoeld in artikel 8 of 8a van de Tijdelijke spoedregeling DCC, met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet, verwerken om een elektronisch coronatoegangsbewijs en respectievelijk een digitaal testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat aan te maken.

ARTIKEL V

Na artikel 8 van de Tijdelijke spoedregeling DCC worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 8a

  • 1. De gemeentelijke gezondheidsdiensten die reisvaccinaties toedienen en de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba kunnen op verzoek van betrokkene met een portalapplicatie een vaccinatiecertificaat als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de verordening op papier verstrekken en de daarvoor noodzakelijke persoonsgegevens verwerken.

  • 2. Het verzoek, bedoeld in het eerste lid:

    • a. kan worden gedaan door een in het Europese deel van Nederland of in een van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba woonachtige betrokkene of door een in een derde land woonachtige betrokkene met de Nederlandse nationaliteit;

    • b. wordt in persoon gedaan, waarbij betrokkene zich legitimeert aan de hand van een geldig identiteitsdocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht of artikel 2 van de Wet identificatieplicht BES; en

    • c. gaat vergezeld van een betrouwbaar vaccinatiebewijs waarop in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans de in een vaccinatiecertificaat als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de verordening op te nemen persoonsgegevens zijn vermeld en dat is voorzien van een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 3. Een vaccinatiecertificaat als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de verordening wordt uitsluitend verstrekt voor een vaccin dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen, het Europees Medicijn Agentschap of de Wereldgezondheidsorganisatie.

  • 4. Artikel 6, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een vaccinatiecertificaat als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de verordening.

Artikel 8b

Betrokkene kan zijn persoonsgegevens, opgenomen in een namens Nederland op papier uitgegeven certificaat, met de mobiele applicatie verwerken om een digitaal certificaat en een coronatoegangsbewijs als bedoeld in artikel 58a, eerste lid, van de Wet publieke gezondheid aan te maken.

ARTIKEL VI

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met uitzondering van artikel I, onderdelen A en B, dat in werking treedt met ingang van 14 augustus 2021.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

TOELICHTING

Algemeen

1. Inleiding

Deze regeling wijzigt de tijdelijke regelingen maatregelen covid-19 voor het Europese deel van Nederland en voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba in drie opzichten. Ten eerste worden enkele algemene regels voor coronatoegangsbewijzen afgestemd op het EU Digitaal Corona Certificaat. Ten tweede wordt het mogelijk gemaakt een papieren certificaat in te lezen en om te zetten naar een digitaal certificaat en een coronatoegangsbewijs. Ten derde strekt de regeling ertoe meerdaagse evenementen onder voorwaarden op een verantwoorde wijze ruimer mogelijk te maken. Deze voorwaarden zijn vastgesteld na het advies van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) over meerdaagse evenementen van 7 juni 2021 en overleg met de evenementensector.1 De wijzigingen worden in de volgende paragrafen toegelicht.

1.1 Samenhang coronatoegangsbewijzen en DCC's

Paragraaf 6.11 van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 (hierna: Trm) bevat algemene bepalingen die van toepassing zijn indien coronatoegangsbewijzen in het kader van de maatregelen ter bestrijding van de epidemie van covid-19 verplicht zijn gesteld voor deelname aan bepaalde activiteiten of toegang tot bepaalde voorzieningen. De wijze waarop coronatoegangsbewijzen kunnen worden verkregen en getoond, komt grotendeels overeen met de wijze waarop Europese certificaten worden uitgegeven, geverifieerd en aanvaard op grond van de verordening (EU) 2021/953 van het Europees parlement en de Raad van 14 juni 2021 betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (digitaal EU-COVID-certificaat) teneinde het vrije verkeer tijdens de COVID-19-pandemie te faciliteren (hierna: verordening of Vo). De verordening heeft rechtstreekse werking. De Tijdelijke spoedregeling DCC bevat aanvullende regels. Voor meer informatie over de Europese certificaten wordt kortheidshalve verwezen naar de toelichting op die spoedregeling (Stcrt. 2021, 34544).

Om de algemene bepalingen over coronatoegangsbewijzen in paragraaf 6.11 Trm en de verstrekking van Digitale Corona Certificaten (hierna: certificaat of DCC) overeenkomstig de spoedregeling ter uitvoering van de verordening op elkaar aan te laten sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • coronatoegangsbewijzen kunnen op basis van een volledige vaccinatie worden uitgegeven voor:

    • vaccins die zijn goedgekeurd door de Wereldgezondheidsorganisatie (hierna: WHO);

    • vaccins die zijn toegediend in een derde land buiten de Europese Unie (hierna: EU), mits deze conform de verordening en de spoedregeling in aanmerking komen voor een vaccinatiecertificaat;

  • coronatoegangsbewijzen kunnen net als certificaten worden verstrekt op papier door de zorgaanbieder en door de helpdesk van het agentschap Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg (hierna: CIBG) van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: VWS), behalve indien gebaseerd op een negatieve testuitslag.

Vaccins WHO

Behalve op vaccinatie tegen het coronavirus met vaccins die zijn goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen (CBG) of het Europees Medicijn Agentschap (EMA), kan een coronatoegangsbewijs met de wijziging van artikel 6.26a ook gebaseerd worden op vaccins die zijn goedgekeurd door de WHO. Om vaccins in Nederland in het handelsverkeer te brengen, is een vergunning nodig van het CBG of het EMA (artikel 40 Geneesmiddelenwet). Een vergunning van het EMA geldt voor de gehele Europese Unie. De mondiale instantie voor het beoordelen van vaccins is de WHO. Specifiek voor crisissituaties, zoals de pandemie van covid-19, hanteert de WHO daarbij een Emergency Use Listing Procedure (EUL-v13 December 2020; https://www.who.int/teams/regulation-prequalification/eul) op basis waarvan vaccins worden aanvaard vooruitlopend op een reguliere, meeromvattende beoordeling. Vaccins die door één van deze instanties zijn goedgekeurd, kunnen worden aangewend voor een coronatoegangsbewijs. Dat een coronatoegangsbewijs gebaseerd kan worden op door de WHO goedgekeurde vaccins, is van belang voor personen die in andere lidstaten van de EU zijn gevaccineerd en met een DCC toegang verschaft wordt tot een activiteit of voorziening waarvoor een coronatoegangsbewijs is voorgeschreven en voor personen die in derde landen buiten de EU zijn gevaccineerd en daarvoor van de gemeentelijke gezondheidsdienst (GGD) een coronatoegangsbewijs en een vaccinatiecertificaat hebben ontvangen op grond van de Tijdelijke spoedregeling DCC. De herziene Raadsaanbeveling 2020/1475 noemt de optie om ook personen in te laten reizen die volledig gevaccineerd zijn met door de WHO goedgekeurde vaccins. Deze vaccins zijn veilig en bieden voldoende bescherming tegen infectie met het coronavirus. Om die reden acht het kabinet het in verband met de bevordering van vrij reisverkeer van burgers van binnen én buiten de EU – over de grens maar ook binnen Nederland – verantwoord en gewenst om die vaccins te accepteren als basis voor een vaccinatiecertificaat. Reizigers kunnen hiermee Nederland binnen komen. Daarom is het logisch om deze vaccins tevens als basis voor een coronatoegangsbewijs te accepteren.

Vaccinatie buitenland

De verordening biedt lidstaten de mogelijkheid om vaccinatiecertificaten te verstrekken op basis van vaccins die zijn toegediend in een derde land (artikel 8, eerste lid, Vo). De Tijdelijke spoedregeling DCC is door middel van de onderhavige wijzigingsregeling aangepast om van deze mogelijkheid gebruik te maken voor personen die in Europees Nederland of op Bonaire, Sint Eustatius of Saba wonen en voor personen met de Nederlandse nationaliteit die in een derde land wonen. Er moet een vaccin zijn toegediend dat is goedgekeurd door het CBG, het EMA of de WHO. De gegevens die nodig zijn voor zo'n vaccinatiecertificaat, worden door betrokkene in persoon voorgelegd aan de GGD waar ze onder verantwoordelijkheid van een terzake deskundige arts na controle worden ingevoerd in een portalapplicatie waarmee een certificaat op papier en een coronatoegangsbewijs op papier kan worden gegenereerd. Het betreft een arts die werkzaam is bij een GGD waar reisvaccinaties worden toegediend. Uiteraard dient de identiteit van betrokkene te worden vastgesteld en dat de vaccinatiegegevens op hem betrekking hebben. Verder worden aan het bewijs van vaccinatie taaleisen en echtheidskenmerken gesteld.

Coronatoegangsbewijzen op papier

Coronatoegangsbewijzen konden reeds op papier worden verkregen door met een speciale webapplicatie die door het Ministerie van VWS beschikbaar is gesteld, zo'n bewijs te genereren en af te drukken. Inmiddels is het ook mogelijk om een coronatoegangsbewijs op papier te vragen aan een zorgaanbieder (de uitvoerder van de test, de toediener van de vaccinatie, de verklaarder van het herstel of de GGD bij vaccinatie in het buitenland) dan wel de telefonische helpdesk van het CIBG. Dit werkt hetzelfde als het aanvragen van een Europees vaccinatie- of herstelcertificaat. Wanneer betrokkene om een coronatoegangsbewijs op papier vraagt, zal eerst de identiteit gecontroleerd worden. De zorgaanbieder heeft de identiteit van de betrokkene al eerder vastgesteld. Dit is verplicht volgens de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg. Bij een telefonisch verzoek om een toegangsbewijs zal de zorgaanbieder of de helpdesk ter controle vragen naar identificerende persoonsgegevens, zoals het burgerservicenummer en de geboortedatum. Daarna wordt met een speciale portalapplicatie een coronatoegangsbewijs gegenereerd dat vervolgens wordt afgedrukt en aan betrokkene wordt overhandigd of toegestuurd. Vanwege de relatief korte periode waarin een negatieve testuitslag relevant is zal een coronatoegangsbewijs op basis van een negatieve testuitslag alleen op papier verkregen kunnen worden bij de uitvoerder van de test en niet bij de helpdesk van het CIBG.

1.2 Van certificaat op papier naar elektronisch coronatoegangsbewijs

Medio juli 2021 wordt aan de mobiele applicatie CoronaCheck een functie toegevoegd waarmee een certificaat op papier kan worden ingelezen, waarna deze wordt omgezet in een elektronisch coronatoegangsbewijs en een digitaal DCC. Degenen die niet volgens de gebruikelijke route een elektronisch coronatoegangsbewijs konden verkrijgen, kunnen zo'n bewijs alsnog aanmaken.

1.3 Meerdaagse evenementen

Vanaf 14 augustus 2021 zijn meerdaagse evenementen mogelijk met inzet van coronatoegangsbewijzen. De maximale capaciteit is voor deze evenementen gelijk aan 100% van de reguliere capaciteit, zonder toepassing van de veiligeafstandsnorm. Dit ongeacht of sprake is van een geplaceerd of ongeplaceerd evenement. De maximale tijdspanne van ten hoogste vierentwintig uur en het maximale aantal deelnemers van ten hoogste 25.000 vervallen per 14 augustus 2021.

Evenementen dienen reeds plaats te vinden op een afgesloten locatie. Met deze wijziging wordt geregeld dat de locatie die bij het evenement behoort en waar deelnemers overnachten, zoals een campingterrein, is afgescheiden van de locatie waar het evenement plaatsvindt, zoals een festivalterrein. Ook moet ten minste elke vierentwintig uur de locatie waar het evenement plaatsvindt (het festivalterrein) ontruimd zijn. Aan de personen die willen deelnemen aan het evenement op de locatie waarop dat plaatsvindt, moet worden verzocht om een geldig coronatoegangsbewijs en identiteitsdocument te tonen. Dat geldt voor zowel nieuwe deelnemers, als deelnemers die de locatie waarop het evenement plaatsvindt eerder hebben verlaten en daar weer naar binnen willen gaan. De deelname aan het evenement en toegang tot deze locatie dient te worden ontzegd als die persoon geen geldig coronatoegangsbewijs of identiteitsdocument toont. Organisatoren dienen er dus voor te zorgen dat deelnemers alleen toegang krijgen tot de locatie waarop het evenement plaatsvindt na het (opnieuw) controleren van een geldig coronatoegangsbewijs en identiteitsdocument. Ook dient er een gezondheidscheck plaats te vinden.

In de regel zal voor bezoekers die gebruikmaken van een coronatoegangsbewijs dat is verstrekt op basis van een vaccinatiebewijs dan wel een herstelbewijs gelden dat het coronatoegangsbewijs gedurende het gehele evenement geldig is. De geldigheidsduur van een coronatoegangsbewijs dat is verkregen op basis van een negatieve testuitslag verloopt echter na uiterlijk vierentwintig uur. Dit betekent dat indien de betreffende deelnemer na verloop van de geldigheidsduur wil blijven deelnemen aan het evenement, er opnieuw getest zal moeten worden.

De andere voorwaarden in de ministeriële regeling blijven ook voor deze meerdaagse evenementen van kracht. Voor de volledigheid zijn de betreffende voorwaarden hieronder nogmaals opgenomen:

  • alle deelnemers vanaf dertien jaar oud dienen voor toegang in het bezit te zijn van een geldig coronatoegangsbewijs als bedoeld in artikel 58a, eerste lid, Wpg;

  • het evenement vindt plaats op een afgesloten locatie (binnen of buiten) waardoor er sprake is van een gecontroleerde evenementlocatie;

  • maximale capaciteit van 100% van de reguliere bezetting;

  • verplicht de deelnemers de gelegenheid te bieden tot registratie en verplichte triage bij aankomst;

  • werken met gecontroleerde in- en uitstroom.

Daarnaast geldt een dringend advies aan medewerkers een zelftest af te nemen en een dringend advies aan deelnemers en medewerkers om achteraf bij (lichte) klachten zich te laten testen bij de GGD.

Het kabinet benadrukt dat vanzelfsprekend ook de lokale voorwaarden voor evenementen gelden, zoals een meldings- of vergunningsplicht, indien lokale regelgeving daarin voorziet. Daarbij kan de beschikbare politie- en handhavingscapaciteit een rol spelen. Ditzelfde geldt voor de capaciteit in het openbaar vervoer. Indien nodig kan door gemeenten een vervoersplan aan organisatoren worden gevraagd.

Noodzakelijkheid en evenredigheid

Met het nemen van stap 4 uit het openingsplan op 26 juni 2021 is het kabinet teruggekeerd naar de basismaatregelen van risiconiveau 1 ‘waakzaam’ uit de routekaart en daarmee zijn slechts de maatregelen behouden die in deze fase noodzakelijk zijn. Ten aanzien van meerdaagse evenementen met coronatoegangsbewijzen wordt stap 4 gefaseerd gezet. Vanaf 30 juni 2021 zijn eendaagse en meerdaagse evenementen van maximaal 24 uur onder voorwaarden toegestaan. Vanaf 14 augustus 2021 zou er ook meer ruimte komen voor meerdaagse evenementen die langer dan 24 uur duren. Het kabinet is in gesprek geweest met de sector over de wijze waarop het RIVM-advies om bij die meerdaagse evenementen – in het geval van een coronatoegangsbewijs op grond van een test – een nieuwe test af te nemen na overschrijding van de geldigheidsduur van de test en te controleren op negatieve uitslagen, in de praktijk kan worden geïmplementeerd.

Voor de uitgebreide weging van de noodzakelijkheid en evenredigheid van stap 4 wordt verwezen naar de toelichting op de ministeriële regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van 18 juni 2021, kenmerk 2349566-1007443-WJZ (Stcrt. 2021, 32575).

2. Bescherming persoonsgegevens

Dat coronatoegangsbewijzen behalve op door het CBG of het EMA goedgekeurde vaccins, ook betrekking kunnen hebben op vaccins die door de WHO zijn goedgekeurd, heeft op zichzelf geen effect op de reeds bestaande bescherming van persoonsgegevens in het kader van de inzet van coronatoegangsbewijzen en buiten Nederland uitgegeven DCC's ten behoeve van de toegang tot activiteiten of voorzieningen. In dit verband wordt nog opgemerkt, dat wanneer een buiten Nederland uitgegeven DCC met de applicatie CoronaCheck Scanner wordt gecontroleerd bij de toegang tot activiteiten of voorzieningen waarvoor een coronatoegangsbewijs is voorgeschreven, slechts zichtbaar wordt gemaakt of het toegangsbewijs geldig is en zo ja, wat de initialen en geboortemaand en -dag van de houder zijn. Deze gegevens worden vergeleken met de legitimatie die de houder moet tonen naast zijn DCC.

De verordening biedt reeds de grondslag om een vaccinatiecertificaat uit te geven voor vaccins die zijn toegediend in een derde land buiten de EU. Met deze wijziging van de Tijdelijke spoedregeling DCC op grond van artikel 6ba, vierde lid, van de Wet publieke gezondheid (hierna: Wpg) is bepaald dat GGD'en waar reisvaccinaties worden toegediend, hiervoor zorg dragen. Vanwege deze taak en gelet op artikel 58re, zesde lid, Wpg kan met de onderhavige regeling ook worden bepaald dat de GGD in dergelijke gevallen desgevraagd tevens een coronatoegangsbewijs op papier verstrekt. De GGD controleert de identiteit van de verzoeker aan de hand van een legitimatiebewijs en gaat na of afdoende is aangetoond dat deze persoon is gevaccineerd met een door het CBG, het EMA of de WHO goedgekeurd vaccin. Vervolgens voert de GGD de voor een coronatoegangsbewijs benodigde gegevens in met een door de Minister van VWS beschikbaar gestelde portalapplicatie, waarmee een coronatoegangsbewijs op papier wordt afgedrukt dat daarna kan worden uitgereikt aan verzoeker. De gegevens worden niet opgeslagen met de portalapplicatie of door de GGD. Dit proces verloopt voor coronatoegangsbewijzen op dezelfde manier als voor een vaccinatiecertificaat.

Coronatoegangsbewijzen kan betrokkene met de webapplicatie coronacheck.nl zelf al afdrukken. Daarnaast bestaat reeds de mogelijkheid dat de zorgaanbieder op verzoek een coronatoegangsbewijs op papier verstrekt met behulp van een door de Minister van VWS beschikbaar gestelde portalapplicatie. Ten behoeve van de uitvoering van de verordening is met ingang van 1 juli 2021 de mogelijkheid gecreëerd dat de telefonische helpdesk van het CIBG desgevraagd vaccinatie- en herstelcertificaten op papier toestuurt. Dit is geregeld in de Tijdelijke spoedregeling DCC. Deze faciliteit wordt met de onderhavige wijzigingsregeling nu ook geboden voor coronatoegangsbewijzen.

Het voor de bescherming van persoonsgegevens relevante nieuwe element dat met de onderhavige regeling wordt geïntroduceerd, is dat medio juli 2021 de mogelijkheid wordt geboden om een certificaat op papier met de applicatie CoronaCheck om te zetten in een digitaal certificaat en een elektronisch coronatoegangsbewijs. Dit was al aangekondigd in de toelichting op de Tijdelijke spoedregeling DCC. Deze mogelijkheid is in het bijzonder van belang voor personen die slechts een coronatoegangsbewijs op papier hebben kunnen krijgen, maar wel de voorkeur geven aan een elektronische coronatoegangsbewijs. Deze personen hebben het certificaat derhalve niet zelf aangemaakt met de webapplicatie, maar verkregen van een zorgaanbieder, de GGD of het CIBG die daarvoor de portalapplicatie heeft gebruikt. Wat betreft de certificaten kan in die gevallen aldus uitvoering worden gegeven aan de verordening. Uit het oogpunt van beveiliging van persoonsgegevens is een elektronisch coronatoegangsbewijs en digitaal certificaat te verkiezen boven een anderszins gedigitaliseerde versie van een toegangsbewijs of certificaat, bijvoorbeeld door middel van fotograferen met een mobiele telefoon.

Deze nieuwe functie levert wel nieuwe gegevensverwerkingen op. Om te beginnen worden de persoonsgegevens die opgenomen zijn in het certificaat op papier, ingelezen in de applicatie CoronaCheck. Vervolgens worden deze gegevens opnieuw voorzien van een digitale handtekening van de Minister van VWS. De mogelijkheid van de omzetting naar een elektronisch coronatoegangsbewijs en een digitaal certificaat bestaat dan ook alleen voor certificaten die namens Nederland zijn uitgegeven. Dit is temeer van belang daar met een Nederlands certificaat op papier sowieso geen toegang verkregen kan worden tot activiteiten of voorzieningen waar een coronatoegangsbewijs is voorgeschreven. Hoewel een nieuwe verwerking, zijn het dezelfde persoonsgegevens als eerder verwerkt voor het certificaat op papier en zijn bij de verwerking dezelfde personen en organisaties betrokken. Om te waarborgen dat alleen een eigen certificaat wordt ingelezen, dient men in te loggen met een code. Deze code wordt tegelijk met het certificaat verstrekt. Dat wordt gedaan door de zorgaanbieder of het CIBG, nadat het certificaat en de bijbehorende code zijn aangemaakt met de portalapplicatie. Deze waarborg kan ook worden toegepast voor inwoners van Caribisch Nederland.

3. Caribisch Nederland

Met deze regeling zijn eveneens aangepast de algemene, nadere bepalingen over coronatoegangsbewijzen in de tijdelijke regelingen maatregelen covid-19 die van toepassing zijn in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (artikelen II, III en IV). De uitvoering van deze bepalingen kan daar afwijken van de beschrijving die in deze toelichting is gegeven voor het Europees deel van Nederland. Verder wordt opnieuw benadrukt dat hiermee de concrete inzet van coronatoegangsbewijzen ook voor Caribische Nederland nog niet is geregeld. Daarover vindt separaat besluitvorming plaats. Hoewel thans het voornemen bestaat om geen coronatoegangsbewijzen in te zetten in Sint Eustatius of Saba, zijn de algemene bepalingen vanuit het oogpunt van gelijke systematiek wel in de tijdelijke regelingen voor die openbare lichamen opgenomen.

4. Financiële gevolgen

Deze regeling heeft niet of nauwelijks financiële gevolgen. De onderhavige wijzigingen zorgen ervoor dat coronatoegangsbewijzen op dezelfde wijze worden uitgegeven als certificaten. In de praktijk zullen ze tegelijk worden verstrekt. Een negatieve testuitslag, een vaccinatie of het herstel liggen immers ten grondslag aan zowel een coronatoegangsbewijs, als een certificaat. Zeker in geval van vaccinatie en herstel zijn het toegangsbewijs en het certificaat geruime tijd geldig. Gevaccineerde en herstelde personen kunnen hun coronastatus dus aanwenden voor gebruik in zowel Nederland, als het buitenland. Door de gecombineerde uitvoering zijn de extra kosten voor de uitvoering van de onderhavige regeling beperkt. Althans, de financiële gevolgen zijn niet afzonderlijk toe te rekenen aan coronatoegangsbewijzen en certificaten.

5. Regeldruk

Om dezelfde redenen dat er niet of nauwelijks financiële gevolgen zijn, is het effect op de regeldruk ook beperkt. Wat betreft de meerdaagse evenementen heeft de regeling gevolgen voor de regeldruk voor burgers, bedrijven, instellingen of professionals. Met deze regeling wordt het mogelijk gemaakt om onder voorwaarden meerdaagse evenementen met coronatoegangsbewijzen te organiseren. De voorwaarden betekenen voor de organisatoren dat locaties voor het evenement en de overnachting moeten worden afgescheiden, dat de evenementlocatie ten minste elke vierentwintig uur dient te worden ontruimd en dat dagelijks een gezondheidscheck gedaan moet worden. Hiervoor zullen organisatoren deelnemers informeren over de nieuwe regels die gaan gelden. Dit levert enige regeldruk op.

6. Toezicht en handhaving

Dat coronatoegangsbewijzen ook gebaseerd kunnen worden op vaccins die zijn goedgekeurd door de WHO en op vaccinaties in derde landen, brengt geen verandering in het toezicht en handhaving zoals beschreven in memorie van toelichting bij de Tijdelijke wet coronatoegangsbewijzen. Dat geldt ook voor de toevoeging van de mogelijkheid een toegangsbewijs op papier te ontvangen of een certificaat op papier om te zetten in een elektronisch coronatoegangsbewijs. Toezicht en handhaving met betrekking tot de inzet van coronatoegangsbewijzen ziet op het controleren of bij het verlenen van toegang op de juiste wijze wordt nagegaan of de deelnemer aan de activiteit of de bezoeker van de voorziening beschikt over een geldig coronatoegangsbewijs.

7. Advisering en consultatie

Deze regeling is op 28 juni 2021 voor advies voorgelegd aan de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) en het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR). Voor deze advisering is een reactietermijn van één week gehanteerd vanwege het spoedeisend karakter van deze regeling. Met (belangen)organisaties die betrokken zijn bij de uitvoering van deze regeling, worden doorlopende gesprekken gevoerd over de implementatie.

De AP heeft laten weten geen opmerkingen te hebben over het concept van de regeling. Wellicht ten overvloede wordt er op gewezen dat de uitgifte van certificaten voor in derde landen toegediende vaccins reeds opgenomen was in de Tijdelijke spoedregeling DCC die voor advies aan de AP is voorgelegd. Daarover heeft de AP bij brief van 22 juni 2021, kenmerk z2021-11575, geadviseerd in de toelichting uiteen te zetten of Nederland gebruik maakt van de ruimte om niet door het EMA goedgekeurde vaccins te weigeren of juist te accepteren. Op dat advies is toen niet ingegaan, omdat de desbetreffende bepaling uit de definitieve regeling was geschrapt, aangezien er nog geen zekerheid bestond over de uitvoering door de GGD'en. Met de onderhavige regeling is alsnog een – overigens meer gespecificeerde – bepaling opgenomen in de Tijdelijke spoedregeling DCC. Tevens is het advies van de AP overgenomen door in de toelichting duidelijk te vermelden op welke wijze door de WHO goedgekeurde vaccins, ook als deze niet door het EMA zijn goedgekeurd, worden behandeld in het kader van de uitgifte, verificatie en aanvaarding van vaccinatiecertificaten en coronatoegangsbewijzen.

Het ATR heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het – behoudens de gebruikelijke eenmalige kennisnemingskosten – geen gevolgen voor de regeldruk heeft.

8. Inwerkingtreding

Deze ministeriële regeling is op grond van artikel 58c, tweede lid, Wpg binnen twee dagen nadat zij is vastgesteld aan beide Kamers der Staten-Generaal overgelegd. De regeling treedt ingevolge artikel 58c, tweede lid, Wpg niet eerder in werking dan een week na deze overlegging en vervalt als de Tweede Kamer binnen die termijn besluit niet in te stemmen met de regeling. De regeling zal zo snel mogelijk worden gepubliceerd en in werking treden. Hierbij wordt afgeweken van de zogeheten vaste verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn van drie maanden.2 De uitgifte van certificaten op grond van de verordening en de Tijdelijke spoedregeling DCC vertoont grote overlap met de verstrekking van coronatoegangsbewijzen. Een Nederlands certificaat is echter niet bruikbaar voor toegang. Daarom wordt meteen ook een coronatoegangsbewijs verstrekt, ondanks enkele verschillen in de toepasselijke regelgeving. Deze verschillen worden met de onderhavige wijzigingsregeling opgeheven. Beoogd wordt de regeling op 17 juli 2021 in werking te laten treden, met uitzondering van de bepalingen over meerdaagse evenementen. Die treden in werking op 14 augustus 2021.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A

Het vierde lid van artikel 5.1 vervalt, omdat dit lid geen werking meer heeft, gelet op de in dat lid opgenomen werkingsduur van 26 juni 2021 tot en met 29 juni 2021.

Onderdeel B

Voor meerdaagse evenementen geldt dat de organisator ervoor moet zorgen dat er een scheiding is tussen de locatie waarop het evenement plaatsvindt en de eventuele bijhorende locatie waarop deelnemers overnachten. Ook dient deze ervoor te zorgen dat locatie waarop het evenement plaatsvindt ten minste elke vierentwintig uur wordt ontruimd. Om personen toegang te verlenen tot deze locatie, is er een verplichte controle op een geldig coronatoegangsbewijs en identiteitsdocument. Dat vloeit voort uit artikel 6.30 dat van toepassing blijft. Artikel 5.1, eerste lid, blijft van toepassing voor onder andere de gezondheidscheck die steeds na ontruiming moet plaatsvinden voor deelnemers die weer toegang willen tot de locatie waarop het evenement plaatsvindt.

Onderdeel C

In artikel 6.26a is een door de WHO goedgekeurd vaccin toegevoegd aan de vaccinaties tegen het virus SARS-CoV-2 waarop een coronatoegangsbewijs kan worden gebaseerd.

Onderdeel D

In het eerste lid van artikel 6.31 is toegevoegd dat het verzoek om de gegevens voor een coronatoegangsbewijs op basis van een negatieve testuitslag gedaan wordt met een door de Minister van VWS beschikbaar gestelde applicatie. Dit zijn de mobiele applicatie CoronaCheck of de webapplicatie coronacheck.nl. Indien de uitvoerder van de test is aangesloten op deze applicaties en de voor het coronatoegangsbewijs benodigde gegevens beschikbaar zijn, worden deze geautomatiseerd verstrekt, voorzien van een digitale handtekening.

In het tweede lid van artikel 6.31 is geëxpliciteerd dat de geteste persoon vervolgens met CoronaCheck een elektronisch coronatoegangsbewijs maakt of met coronacheck.nl een toegangsbewijs op papier afdrukt.

Het ingevoegd vierde lid van artikel 6.31 regelt dat de geteste persoon ook een coronatoegangsbewijs op papier kan verkrijgen bij de uitvoerder van de test. Wanneer de geteste persoon om een coronatoegangsbewijs op papier vraagt, zal eerst de identiteit gecontroleerd worden. Zorgaanbieders hebben de identiteit al eerder vastgesteld. Dit is verplicht volgens de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg. Bij een telefonisch verzoek om een certificaat zal de zorgaanbieder ter controle vragen naar identificerende persoonsgegevens, zoals het burgerservicenummer en de geboortedatum. Daarna wordt met een speciale portalapplicatie een coronatoegangsbewijs gegenereerd dat vervolgens wordt afgedrukt en aan de geteste persoon wordt overhandigd of toegestuurd.

Onderdeel E

In het eerste lid van artikel 6.31a is toegevoegd dat het verzoek om de gegevens voor een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie gedaan wordt met een door de Minister van VWS beschikbaar gestelde applicatie. Dit zijn de mobiele applicatie CoronaCheck of de webapplicatie coronacheck.nl. Indien de gegevens in het COVID-vaccinatie Informatie- en Monitoringsysteem (CIMS) van het RIVM zijn opgenomen, worden deze geautomatiseerd verstrekt. Anders zoekt de applicatie naar de vaccineerder die de benodigde gegevens heeft. Als deze gevonden is – wat alleen mogelijk is wanneer de vaccineerder is aangesloten op de applicatie en de gegevens in zijn systeem heeft opgenomen – worden de voor een coronatoegangsbewijs benodigde gegevens geautomatiseerd verstrekt, voorzien van een digitale handtekening.

De tekst van het tweede lid van artikel 6.31a is in overeenstemming gebracht met de tekst van artikel 6.27a waarin is bepaald dat in een verklaring van vaccinatie, indien nodig, een bevestiging is opgenomen van een eerdere positieve testuitslag. Dat is relevant voor de gevallen waarin een vaccinatie met de toediening al met één vaccin als voltooid wordt beschouwd in plaats van twee.

In het vierde lid van artikel 6.31a is geëxpliciteerd dat de gevaccineerde persoon met CoronaCheck een elektronisch coronatoegangsbewijs maakt of met coronacheck.nl een toegangsbewijs op papier afdrukt.

Het ingevoegde zesde lid van artikel 6.31a regelt dat de gevaccineerde persoon ook een coronatoegangsbewijs op papier kan verkrijgen bij de toediener van het vaccin of – voor in een derde land toegediende vaccinatie – een GGD waar ook reisvaccinaties worden toegediend. Wanneer de gevaccineerde persoon om een coronatoegangsbewijs op papier vraagt, zal eerst de identiteit gecontroleerd worden. Zorgaanbieders hebben de identiteit al eerder vastgesteld. Dit is verplicht volgens de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg. Bij een telefonisch verzoek om een certificaat zal de zorgaanbieder ter controle vragen naar identificerende persoonsgegevens, zoals het burgerservicenummer en de geboortedatum. Daarna wordt met een speciale portalapplicatie een coronatoegangsbewijs gegenereerd dat vervolgens wordt afgedrukt en aan de gevaccineerde persoon wordt overhandigd of toegestuurd.

Het ingevoegde zevende en achtste lid bevatten de voorwaarden waaronder op basis van een in een derde land toegediende vaccinatie een coronatoegangsbewijs op papier kan worden verstrekt. Dit zijn dezelfde voorwaarden als in de Tijdelijke spoedregeling DCC worden gehanteerd voor een vaccinatiecertificaat. Deze voorwaarden zijn reeds beschreven in paragraaf 1.3 van het algemeen deel van deze toelichting.

Het ingevoegde negende lid bepaalt dat een coronatoegangsbewijs op papier ook per post kan worden verkregen van de helpdesk van het CIBG. Verzoeker moet aan de hand van identificerende gegevens wel zijn identiteit aantonen. De helpdesk kan alleen een toegangsbewijs opsturen als de vaccinatiegegevens langs digitale weg ontsloten kunnen worden. Om te voorkomen dat het toegangsbewijs naar een verkeerde persoon wordt verstuurd, kan alleen gebruik worden gemaakt van de adresgegevens in de basisregistratie personen (BRP).

Het ingevoegde tiende lid bepaalt dat een vaccinatie ook als voltooid wordt aangemerkt indien één van de twee doses van een vaccinatie zijn toegediend aan iemand die eerder geïnfecteerd was met het coronavirus. De applicaties voor het genereren van een vaccinatiecertificaat gaan in de systemen bij de GGD'en na of iemand eerder geïnfecteerd was. De GGD'en beschikken over uitslagen van testen die zijn afgenomen in het kader van de bestrijding van de epidemie van covid-19. De systemen met de uitslagen zijn gekoppeld aan de applicaties. Tevens beschikken GGD'en over meldingen die door artsen en laboratoria gedaan moeten worden over vastgestelde infecties met het coronavirus. Binnenkort zouden de registraties mogelijk ook gekoppeld kunnen worden aan de applicaties. Als uit deze bronnen blijkt dat de gevaccineerde persoon geïnfecteerd is geweest met het coronavirus, wordt de vaccinatie automatisch als voltooid aangemerkt na toediening van de eerste dosis van een vaccinatie die uit twee doses bestaat. Benadrukt wordt, dat dit los staat van de uitvoering van het vaccinatieprogramma. Desgewenst kan de tweede dosis van het vaccin toegediend worden.

Onderdeel F

In het eerste lid van artikel 6.31b is toegevoegd dat het verzoek om de gegevens voor een coronatoegangsbewijs op basis van herstel gedaan wordt met een door de Minister van VWS beschikbaar gestelde applicatie. Dit zijn de mobiele applicatie CoronaCheck of de webapplicatie coronacheck.nl. Indien de verklaarder van het herstel is aangesloten op deze applicaties en de voor het coronatoegangsbewijs benodigde gegevens beschikbaar zijn, worden deze geautomatiseerd verstrekt, voorzien van een digitale handtekening.

In het tweede lid van artikel 6.31b is geëxpliciteerd dat de herstelde persoon met CoronaCheck een elektronisch coronatoegangsbewijs maakt of met coronacheck.nl een toegangsbewijs op papier afdrukt.

Het ingevoegde vierde lid van artikel 6.31b regelt dat de herstelde persoon ook een coronatoegangsbewijs op papier kan verkrijgen bij de verklaarder van herstel. Dit zal veelal de GGD zijn, maar kan ook een andere zorgaanbieder zijn die een positieve test heeft afgenomen. De GGD heeft in het kader van de infectieziektebestrijding testen uitgevoerd die tot een positieve uitslag hebben geleid. Daarnaast zou binnenkort mogelijk gebruik gemaakt kunnen gaan worden van gegevens waarover de GGD beschikt uit hoofde van de meldplicht zoals opgenomen in paragraaf 2 van de Wpg omtrent een infectie met het coronavirus. Deze meldingen kunnen gegevens bevatten over positieve uitslagen van testen die door anderen zijn uitgevoerd. Wanneer de herstelde persoon om een coronatoegangsbewijs op papier vraagt, zal eerst de identiteit gecontroleerd worden. Zorgaanbieders hebben de identiteit al eerder vastgesteld. Dit is verplicht volgens de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg. Bij een telefonisch verzoek om een certificaat zal de zorgaanbieder ter controle vragen naar identificerende persoonsgegevens, zoals het burgerservicenummer en de geboortedatum. Daarna wordt met een speciale portalapplicatie een coronatoegangsbewijs gegenereerd dat vervolgens wordt afgedrukt en aan de herstelde persoon wordt overhandigd of toegestuurd.

Het ingevoegde vijfde lid bepaalt dat een coronatoegangsbewijs op papier ook per post kan worden verkregen van de helpdesk van het CIBG. Verzoeker moet aan de hand van identificerende gegevens wel zijn identiteit aantonen. De helpdesk kan alleen een toegangsbewijs opsturen als de gegevens omtrent het herstel langs digitale weg ontsloten kunnen worden. Om te voorkomen dat het toegangsbewijs naar een verkeerde persoon wordt verstuurd, kan alleen gebruik worden gemaakt van de adresgegevens in de basisregistratie personen (BRP).

Onderdeel G

Ingevolge artikel 6.31c wordt een verzoek om een certificaat tevens beschouwd als een verzoek om een coronatoegangsbewijs. Vanwege de samenhang en gelijkenis worden op een verzoek om een certificaat of een nationaal coronatoegangsbewijs beide verstrekt. Dat wordt onder meer gedaan omdat met een Nederlands certificaat geen toegang kan worden verkregen tot activiteiten of voorzieningen waarvoor een nationaal coronatoegangsbewijs is voorgeschreven.

Artikel 6.31d regelt dat met de mobiele applicatie CoronaCheck een namens Nederland met een portalapplicatie uitgegeven certificaat op papier kan worden gescand om met de aldus ingelezen gegevens een elektronisch coronatoegangsbewijs te maken.

Artikel II t/m IV

De artikelen II tot en met IV bevatten dezelfde wijzigingen voor de tijdelijke regelingen maatregelen covid-19 voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustasius en Saba als met artikel I zijn aangebracht in de Trm. Hierop zijn drie uitzonderingen. Ten eerste verstuurt de helpdesk van het CIBG geen coronatoegangsbewijzen op papier naar de BES-eilanden. Coronatoegangsbewijzen op papier zijn alleen te verkrijgen van de zorgaanbieder, in geval van vaccinatie de Afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba. Ten tweede is het niet de GGD, maar de gezondheidsdienst van het openbaar lichaam dat een coronatoegangsbewijs kan verstrekken op basis van een vaccinatie in een derde land buiten de EU. Ten derde worden in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba geen coronatoegangsbewijzen ingezet voor (meerdaagse) evenementen.

Artikel V

Artikel V wijzigt de Tijdelijke spoedregeling DCC.

Het ingevoegde artikel 8a maakt gebruik van de mogelijkheid die de verordening biedt om vaccinatiecertificaten uit te geven op basis van vaccinatiebewijzen uit derde landen (artikel 8, eerste lid, Vo). Daarvoor kan betrokkene met zijn vaccinatiegegevens naar een vestiging van de GGD gaan waar ook reisvaccinaties worden toegediend. De GGD kan de benodigde gegevens met een portalapplicatie invoeren, waarna betrokkene een certificaat op papier kan ontvangen. Uiteraard dient ook de identiteit van betrokkene te worden vastgesteld en dat de vaccinatiegegevens op hem betrekking hebben. Verder worden aan het bewijs van vaccinatie taaleisen en echtheidskenmerken gesteld. Deze faciliteit wordt alleen geboden als betrokkene in Nederland, Bonaire, Sint Eustatius of Saba woont of als betrokkene in een derde land woont en de Nederlandse nationaliteit heeft. Voorbeelden van personen die in deze categorieën vallen zijn derdelanders die naar Nederland emigreren, expats die hier tijdelijk wonen, exchange studenten die zich hier tijdelijk vestigen en Nederlands personeel van een ambassade in een derde land. Verder moet het gaan om een vaccin als bedoeld in de verordening waarvoor bij toediening in Nederland een certificaat wordt verstrekt. Dit zijn vaccins die zijn goedgekeurd door het CBG of het EMA. Een certificaat wordt ook uitgegeven voor een vaccin dat is goedgekeurd door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) volgens de Emergency Use Listing Procedure (EUL-v13 December 2020; https://www.who.int/teams/regulation-prequalification/eul). De herziene Raadsaanbeveling 2020/1475 noemt de optie om ook personen in te laten reizen die volledig gevaccineerd zijn met door de WHO goedgekeurde vaccins. Deze vaccins zijn veilig en bieden voldoende bescherming tegen infectie met het coronavirus. Om die reden acht het kabinet het in verband met de bevordering van vrij reisverkeer van burgers van binnen én buiten de EU – over de grens maar ook binnen Nederland – verantwoord en gewenst om die vaccins te accepteren als basis voor een vaccinatiecertificaat. Reizigers kunnen hiermee Nederland binnen komen. Daarom is het logisch om deze vaccins tevens als basis voor een coronatoegangsbewijs te accepteren.

Het ingevoegde artikel 8b regelt dat met de mobiele applicatie CoronaCheck een namens Nederland uitgegeven certificaat op papier kan worden gescand om met de aldus ingelezen gegevens een digitaal certificaat te maken.

Artikel VI

Voor de verduidelijking van artikel VI wordt verwezen naar paragraaf 8. Inwerkingtreding van het algemeen deel van deze toelichting.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren


X Noot
1

Kamerstukken II 2020/21, 25 295, nr. 1296.

X Noot
2

Vgl. Kamerstukken II 2019/20, 35 526, nr. 3, artikelsgewijze toelichting op artikel X.

Naar boven