ARTIKEL I
De Arbeidsomstandighedenregeling wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1a wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt 'bedoeld in artikel 1.5e' vervangen door 'bedoeld in artikel 1.5eb'.
2. Onderdeel f komt te luiden:
B
In de artikelen 1.9aa, 1.9a, eerste lid, aanhef, en onderdeel f, tweede lid, derde
lid, 1.9b, eerste lid, aanhef en derde lid, 1.9c, eerste lid, tweede lid, aanhef,
derde lid, vierde lid, vijfde lid, en 1.9d, eerste en tweede lid, wordt 'artikel 1.5a
van het besluit' vervangen door 'artikel 1.5b van het besluit'.
C
Artikel 4.27 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel a komt te luiden:
-
a. in geval van het certificaat, bedoeld in artikel 4.54a, vierde lid, van het besluit,
de aanvrager voldoet aan de eisen, geldend voor asbestinventarisatiebedrijven en vastgelegd
in paragraaf 2 en 3 van het Certificatieschema voor de Procescertificaten Asbestinventarisatie
en Asbestverwijdering, dat is vastgesteld door de Stichting Ascert op 15 november
2018 en door de minister is gepubliceerd in de Staatscourant van 6 december 2018 (Stcrt. 2018, 68771);
2. Onderdeel b komt te luiden:
-
b. in geval van het certificaat, bedoeld in artikel 4.54d, eerste lid, van het besluit,
de aanvrager voldoet aan de eisen, geldend voor asbestverwijderingsbedrijven en vastgelegd
in paragraaf 2 en 4 van het Certificatieschema voor de Procescertificaten Asbestinventarisatie
en Asbestverwijdering, dat is vastgesteld door de Stichting Ascert op 15 november
2018 en door de minister is gepubliceerd in de Staatscourant van 6 december 2018 (Stcrt. 2018, 68771).
D
Artikel 4.28, onderdeel a, komt te luiden:
-
a. in geval van een certificerende instelling als bedoeld in artikel 4.54a, vierde lid,
of artikel 4.54d, eerste lid, van het besluit, de instelling voldoet aan de toepasselijke
criteria, vastgelegd in paragraaf 5 van het Certificatieschema voor de Procescertificaten
Asbestinventarisatie en Asbestverwijdering, dat is vastgesteld door de Stichting Ascert
op 15 november 2018 en door de minister gepubliceerd in de Staatscourant van 6 december
2018 (Stcrt. 2018, 68771).
E
In artikel 4.29 wordt 'artikel 1.5 e, derde lid,' vervangen door 'artikel 1.5eb, tweede
lid,'.
F
Artikel 9.2c, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De zinsnede 'als bedoeld in artikel 1.5b, vijfde lid,' wordt vervangen door 'als
bedoeld in artikel 1.5b, vijfde lid, zoals dat artikel luidde op 31 december 2017'.
2. De zinsnede 'als bedoeld in artikel 1.5b, tweede lid,' wordt vervangen door 'als
bedoeld in artikel 1.5b, vijfde lid, zoals dat artikel luidde op 31 december 2017'.
3. De zinssnede 'criteria, genoemd in artikel 1.5a van het besluit' wordt vervangen
door 'criteria, genoemd in artikel 1.5a van het besluit, zoals dat artikel luidde
op 31 december 2017'.
G
Bijlage XIIIa, behorend bij artikel 4.27, vervalt.
H
Bijlage 1 bij bijlage XIIIC, behorend bij artikel 4.27 wordt als volgt gewijzigd:
1. In de eerste rij, vierde kolom wordt 'Artikel uit bijlage XIIIa' vervangen door 'Artikel
uit het Certificatieschema voor Procescertificaten Asbestinventarisatie en Asbestverwijdering';
2. In de vierde rij in de vierde, vijfde en zesde kolom wordt '34.1.a', 'I of II*' en
'I' vervangen door '34.1.a-b', 'I of II1' en 'I of II1';
3. In de vijfde rij in de vijfde en zesde kolom wordt 'II' en 'NVT' vervangen door 'II2' en 'II2';
4. In de zesde rij vervalt in de vierde, vijfde en zesde kolom '41.1.d', 'II' en 'NVT';
5. In de zevende rij vervalt in de vierde, vijfde en zesde kolom '41.1.e', 'II**' en
'II';
6. In de achtste rij worden in de vijfde en zesde kolom 'I of II*' en 'I' vervangen
door 'I of II3' en 'I of II3';
7. In de tiende rij wordt in de vierde kolom '43.1a-b' vervangen door '43.1a-c';
8. In de twaalfde rij wordt in de vierde kolom '43.3.a-g' vervangen door '43.3.a-i';
9. In de dertiende rij wordt in de vierde en vijfde kolom '43.4.a-c' en 'I of II*' vervangen
door '43.4.a-b' en 'I of II4';
10. In de zeventiende rij wordt in de vierde kolom '44.1.d' vervangen door '44.1.e';
11. Onder de tabel wordt de zinsnede
'* categorie I indien de afwijking wordt geconstateerd bij de DTA, categorie II indien
de afwijking wordt geconstateerd bij de DAV
** categorie II indien de afwijking ook wordt geconstateerd bij de DTA' vervangen
door:
'1 Betreft de persoon waar de afwijking geconstateerd wordt: Categorie I indien geen
adembescherming wordt gedragen, categorie II indien de persoon geen goede maat of
onjuist model draagt of hier niet over beschikt.
2 Betreft de persoon waar de afwijking geconstateerd wordt.
3 Betreft de persoon waar de afwijking geconstateerd wordt: Categorie I indien de persoon
geheel niet decontamineert, categorie II indien de persoon niet adequaat conform de
Sci’s decontamineert.
4 Betreft de persoon waar de afwijking geconstateerd wordt: Categorie I indien de persoon
geen bronmaatregelen neemt bij niet hechtgebonden toepassingen, categorie II indien
de persoon geen bronmaatregelen neemt bij hechtgebonden toepassingen of onvoldoende
bronmaatregelen neemt bij niet-hechtgebonden toepassingen.'
I
Bijlage XIIIe, behorend bij artikel 4.28, vervalt.
ARTIKEL II
De regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2019.
TOELICHTING
Deze wijziging van de Arbeidsomstandighedenregeling (hierna: Arboregeling) regelt
dat asbestinventarisatiebedrijven respectievelijk asbestverwijderingsbedrijven voor
het verkrijgen van een wettelijk verplicht certificaat niet meer moeten voldoen aan
eisen uit bijlage XIIIa bij de Arboregeling (Werkveldspecifiek certificatieschema
voor de Procescertificaten Asbestinventarisatie en Asbestverwijdering), maar aan de
eisen in het door de Stichting Ascert op 15 november 2018 vastgestelde Certificatieschema
voor de Procescertificaten Asbestinventarisatie en Asbestverwijdering dat is gepubliceerd
in de Staatscourant van 6 december 2018 (Stcrt. 2018, 68771). De Stichting Ascert is op het werkveld van de asbestinventarisatie en -verwijdering
de schemabeheerder, zoals bedoeld in artikel 1.5b, tweede lid, onder m, van het Arbeidsomstandighedenbesluit
(hierna: Arbobesluit).
Daarnaast regelt deze wijziging van de Arboregeling dat aan te wijzen certificerende
instellingen niet meer moeten voldoen aan de eisen uit bijlage XIIIe bij de Arboregeling
(Werkveldspecifiek document voor Aanwijzing van en Toezicht op certificerende instellingen
die Procescertificaten Asbestinventarisatie en Procescertificaten Asbestverwijdering),
maar aan de eisen, in het hierboven bedoelde door de Stichting Ascert op 15 november
2018 vastgestelde certificatieschema dat is gepubliceerd in de Staatscourant van 6 december
2018 (Stcrt. 2018, 68771).
De bijlagen XIIIa en XIIIe bij de Arboregeling worden ingetrokken.
Per 1 januari 2018 zijn nieuwe artikelen van kracht van paragraaf 1 van Afdeling 1A
Certificatie van hoofdstuk 1 van het Arbobesluit met betrekking tot de aanwijzing
van certificerende instellingen op hun verzoek (Stb. 2017, 487). In de nota van toelichting bij deze nieuwe artikelen is aangegeven dat zij mede
bedoeld zijn om de verantwoordelijkheden van enerzijds de minister en anderzijds de
schemabeheerders helder te scheiden. De minister is primair verantwoordelijk voor
de generieke aanwijzingseisen aan certificerende instellingen (paragraaf 1 van Afdeling 1A van
hoofdstuk 1 van het Arbobesluit) en de schemabeheerders zijn primair verantwoordelijk
voor de inhoud van hun certificatieschema’s, waaronder de daarin opgenomen of op te
nemen werkveldspecifieke (aanwijzings-)eisen aan certificerende instellingen.
In lijn met het bovenstaande is een nieuw certificatieschema opgesteld door de Stichting
Ascert, de schemabeheerder op het gebied van asbestcertificatie. Dit certificatieschema
bevat enerzijds de certificatie-eisen aan asbestinventarisatiebedrijven respectievelijk
asbestverwijderingsbedrijven en anderzijds werkveldspecifieke eisen aan de certificerende
instellingen die certificaten verstrekken aan asbestinventarisatiebedrijven respectievelijk
asbestverwijderingsbedrijven. Daarmee vormt dit certificatieschema de integratie van
de voormalige bijlagen XIIIa en XIIIe van de Arboregeling.
Bij de opstelling van het certificatieschema is door de Stichting Ascert rekening
gehouden met opmerkingen ter zake van de Raad voor Accreditatie (RvA). Voor certificerende
instellingen die een accreditatie zullen aanvragen bij de RvA voor het certificeren
aan de hand van dit certificatieschema is het immers van belang dat het certificatieschema
voldoet aan eisen uit hoofde van accreditatie. De RvA heeft kenbaar gemaakt dat dit
certificatieschema aan die eisen voldoet.
Deze wijzigingen van de Arboregeling zijn tevens ter afstemming voorgelegd aan de
Inspectie SZW.
Voor een nadere toelichting op de inhoudelijke wijzigingen in het certificatieschema
wordt verwezen naar de toelichting daarop die is gevoegd bij het certificatieschema.
Om de verantwoordelijkheid van schemabeheerder voor het nieuwe certificatieschema
te onderstrepen is ervoor gekozen om het certificatieschema niet langer integraal
op te nemen als bijlage bij de Arboregeling. Er wordt in de Arboregeling alleen geregeld
dat de asbestinventarisatiebedrijven en asbestverwijderingsbedrijven dienen te beschikken
over een certificaat dat dient te worden afgegeven op basis van de eisen uit het nieuwe
certificatieschema voor de Procescertificaten Asbestinventarisatie en Asbestverwijdering
dat is vastgesteld door de Stichting Ascert en dat een certificerende instelling die
deze certificaten afgeeft moet voldoen aan de eisen in paragraaf 5 en volgende van
dat certificatieschema. Het gaat om een statische verwijzing naar het certificatieschema
(verwijzing naar een specifieke versie van het certificatieschema). Omdat duidelijk
moet zijn wat de geldende tekst is van het certificatieschema en deze versie van het
certificatieschema moet kunnen worden geraadpleegd wanneer nieuwe versies van kracht
zijn geworden, wordt het in de Staatscourant gepubliceerd. De publicatie van het certificatieschema
geschiedt door middel van een bekendmaking in de Staatscourant op dezelfde dag als
de onderhavige regelingswijziging.
Het certificatieschema voorziet zelf in een overgangsregeling voor de asbestinventarisatiebedrijven
en asbestverwijderingsbedrijven die ten tijde van de inwerkingtreding van het nieuwe
certificatieschema werkzaam zijn op basis van een geldig certificaat.
Tevens is in verband met de vaststelling van het certificatieschema bijlage 1 van
bijlage XIIIc bij de Arboregeling aangepast. Dit is nader toegelicht in de artikelsgewijze
toelichting.
Naast de wijzigingen van de Arboregeling die verband houden met het nieuwe certificatieschema
voor de Procescertificaten Asbestinventarisatie en Asbestverwijdering worden nog enkele
artikelen van de Arboregeling technisch aangepast in verband met de wijziging of vernummering
van enkele artikelen van het Arbobesluit per 1 januari 2018. Deze bepalingen zien
niet alleen op asbestprocescertificaten. Dit is nader toegelicht in de artikelsgewijze
toelichting.
Al met al leiden de wijzigingen in de Arboregeling niet tot een toename van de (administratieve)
lasten voor bedrijven.
Artikelsgewijze toelichting
Artikel I, onderdeel A, B en E (artikelen 1.1a, 1.9aa, 1.9a, 1.9b, 1.9c, 1.9d en 4.29)
Met de wijziging van het Arbobesluit die per 1 januari 2018 heeft plaatsgevonden zijn
enkele artikelen toegevoegd in paragraaf 1 van afdeling 1A van hoofdstuk 1 van het
Arbobesluit. Daardoor zijn enkele artikelen gewijzigd of vernummerd. Deze wijzingen
worden alsnog verwerkt in bepalingen van de Arboregeling die naar deze bepalingen
van het Arbobesluit verwijzen.
Tevens is de formulering van artikel 1.1a, onderdeel f, aangepast zodat deze aansluit
bij de tekst van artikel 1.5c van het Arbobesluit. In het eerste lid van artikel 1.5c
staat de verplichting om de minister te informeren over uitbesteding aan een onderaannemer
of uitvoering door een dochteronderneming. Het is daarom ook nuttig dat deze informatie
in het jaarverslag wordt vermeld.
Artikel I, onderdeel C en D (artikelen 4.27 en 4.28)
De wijzigingen van de artikelen 4.27 en 4.28 regelen dat asbestinventarisatiebedrijven
respectievelijk asbestverwijderingsbedrijven voor het verkrijgen van een wettelijk
verplicht certificaat moeten voldoen aan eisen uit het op 15 november 2018 door de
Stichting Ascert vastgestelde Certificatieschema voor de Procescertificaten Asbestinventarisatie
en Asbestverwijdering en dat aan te wijzen certificerende instellingen moeten voldoen
aan de werkveldspecifieke eisen uit dat certificatieschema. Dit is al toegelicht in
het algemeen deel van de toelichting.
Artikel I, onderdeel F (artikel 9.2c)
Artikel 9.2c betreft een tijdelijke regeling die betrekking heeft op de aanwijzing
van certificerende instellingen op het terrein van arbodiensten. Daarin wordt enkele
malen naar artikel 1.5a van het Arbobesluit wordt verwezen. Dit behoort de tekst van
het artikel te zijn zoals dat luidde tot 31 december 2017.
Artikel I, onderdeel G en I (bijlage XIIIa en XIIIe)
Het vervallen van bijlage XIIIa (Werkveldspecifiek certificatieschema voor de Procescertificaten
Asbestinventarisatie en Asbestverwijdering) en bijlage XIIIe (Werkveldspecifiek document
voor Aanwijzing van en Toezicht op certificerende instellingen die Procescertificaten
Asbestinventarisatie en Procescertificaten Asbestverwijdering afgeven) is al toegelicht
in het algemeen deel van deze toelichting.
Artikel I, onderdeel H (bijlage 1 bij bijlage XIIIc)
De vervanging van bijlage XIIIa door het (apart gepubliceerde) certificatieschema
maakt ook een aanpassing van bijlage 1 bij bijlage XIIIc (het Certificatieschema voor
de Persoonscertificaten Deskundig Asbest Verwijderaar niveau 1 en niveau 2 (DAV-1
en DAV-2) en Deskundig Toezichthouder Asbestverwijdering (DTA)) noodzakelijk omdat
in die bijlage wordt verwezen naar (artikelen van) bijlage XIIIa en in die artikelen
enkele wijzigingen worden doorgevoerd (zie bijvoorbeeld de artikelen 43, derde lid,
44, eerste lid,) of is om andere redenen een wijziging doorgevoerd (zie de artikelen
34, eerste lid, 43, vierde lid). Voor meer informatie over de achtergronden van de
betreffende artikelwijzigingen wordt verwezen naar de toelichting bij het schema.
Met onderdeel 2 is in de vierde kolom aan artikel 34, eerste lid, onderdeel b, toegevoegd
omdat dit bij nader inzien toch wenselijk is. De asterisk in de vijfde kolom is vervangen
door een verwijzing naar voetnoot 1. Dat leidt ertoe dat de categorie niet meer bepaald
wordt door de functie, DAV of DTA, maar afhangt van de verplichting die niet wordt
nageleefd, namelijk het niet dragen van adembescherming (categorie I) dan wel het
niet dragen van de juiste maat of het juiste model of het niet beschikken over adembescherming
(categorie II). Ook de vermelding in de zesde kolom is daarom aangepast. Op basis
van de huidige regeling werd de DTA verantwoordelijk gehouden voor het niet naleven
van eisen op het gebied van persoonlijke beschermingsmiddelen door de DAV. De DTA
had daarvoor echter geen directe verantwoordelijkheid en daar niet altijd invloed
op.
Met onderdeel 3 wordt geregeld dat ook voor een DAV sprake kan zijn een categorie
II afwijking. Daarvoor was dit alleen voor de DTA geregeld, terwijl de verplichting
van artikel 34, eerste lid, onderdeel f, ook al voor de DAV gold.
Met onderdeel 4 is de vermelding van artikel 41, eerste lid, onderdeel d, en de daarbij
genoemde categorie geschrapt omdat de verantwoordelijkheid bij het bedrijf moet liggen
en niet bij de DTA.
Met onderdeel 5 is de vermelding van artikel 41, eerste lid, onderdeel e, geschrapt
omdat de verantwoordelijkheid bij het bedrijf moet liggen.
Met onderdeel 6 is ten aanzien van artikel 41, eerste lid, onderdeel g, met het opnemen
van een verwijzing naar voetnoot 3 nu bij de categorie-indeling een verschil gemaakt
tussen het helemaal niet decontamineren en het niet adequaat decontamineren.
Met onderdeel 7 is de vermelding artikel 43, eerste lid, onderdeel c, toegevoegd omdat
deze abusievelijk niet was opgenomen.
Onderdeel 8 is opgenomen in verband met de wijziging van artikel 43, derde lid, waaraan
een nieuw onderdeel f en een nieuw onderdeel i zijn toegevoegd in het certificatieschema.
Onderdeel 9 is opgenomen omdat per abuis verwezen werd naar het (niet bestaande) onderdeel
c van artikel 43, vierde lid, en omdat de vermelding van een asterisk vervangen moet
worden door een cijfer om onderscheid te kunnen maken.
Onderdeel 10 is opgenomen omdat artikel 44, eerste lid, onderdeel a is gesplitst in
twee onderdelen waardoor de onderdelen b tot en met e zijn verletterd tot c tot en
met f.
Met onderdeel 11 wordt de toevoeging van één of twee asterisken in de vijfde en zesde
kolom vervangen door toevoeging van de cijfers 1 tot en met 4 waardoor het mogelijk
is de toepasselijke categorie nader te specificeren.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
T. van Ark