Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatscourant 2018, 34975 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatscourant 2018, 34975 | Besluiten van algemene strekking |
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op de artikelen 12, tweede lid, van de Algemene Kinderbijslagwet, 17, derde lid, 18, vierde lid, 29, derde lid, 29a, zesde lid, en 67, negende lid, van de Algemene nabestaandenwet, 2, elfde en twaalfde lid, van de Wet op het kindgebonden budget en 62, tweede lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen;
Besluit:
De bijlage bij de Regeling woonlandbeginsel in de sociale zekerheid 2012 wordt vervangen door de bijlage bij deze regeling.
Deze regeling zal met de toelichting en de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 15 juni 2018
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees
Met deze wijzigingsregeling wordt de bijlage bij de Regeling woonlandbeginsel in de sociale zekerheid 2012 (hierna: regeling), bedoeld in artikel 1 van die regeling, vervangen door de bijlage bij deze wijzigingsregeling. De bijlage bevat de geactualiseerde woonlandfactoren.
De regeling vloeit voort uit de Wet woonlandbeginsel in de sociale zekerheid. Die wet beoogt te voorkomen dat Nederlandse uitkeringen die buiten een van de andere lidstaten van de Europese Unie, een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, of Zwitserland worden verstrekt, naar lokale maatstaven bezien, uit de pas lopen. Concreet gaat het hier om de uitkeringen op grond van de Algemene nabestaandenwet, de WGA-vervolguitkering en de eventuele toeslag daarop, de kinderbijslag en het kindgebonden budget.
In de bijlage bij deze wijzigingsregeling wordt het percentage – de zogenoemde woonlandfactor – vastgesteld dat het kostenniveau aangeeft van een bepaald land ten opzichte van het kostenniveau in Nederland. Het percentage bedraagt evenwel niet meer dan 100. Wanneer de uitkeringsgerechtigde, respectievelijk het kind, buiten een van de bovenbedoelde landen woont, wordt de hoogte van de genoemde uitkeringen vastgesteld op de woonlandfactor maal de hoogte van de desbetreffende uitkering in Nederland.
De in de bijlage vermelde percentages worden verkregen door de verhouding te berekenen tussen het koopkrachtpariteitscijfer (gecorrigeerd voor de wisselkoers) van het woonland en die van Nederland. Hierbij wordt uitgegaan van de meest recente cijfers van de Wereldbank1. Op dit moment zijn dat cijfers over het jaar 2016. Export van regelingen kan ook plaatsvinden naar landen waarvan het koopkrachtpariteitscijfer niet bekend is bij de Wereldbank. Aan de hand van een ander economisch kerncijfer, het bruto binnenlands product (hierna: BBP) per hoofd van de bevolking2 wordt dan een koopkrachtpariteitscijfer afgeleid. De hieruit voor de verschillende landen voortvloeiende percentages worden uitgedrukt in categorieën afgerond op tientallen procenten, waarbij de afronding geschiedt naar boven. Voor landen3 waarvan de Wereldbank geen van beide economische kerncijfers beschikbaar heeft is aan de hand van Verenigde Naties-gegevens over het BBP per hoofd van de bevolking4 over het jaar 2016 een koopkrachtpariteitscijfer afgeleid. Bij de bepaling van het koopkrachtpariteitscijfer voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba is gebruik gemaakt van CBS-gegevens over het BBP per hoofd van de bevolking5 over het jaar 2015.
De koopkrachtpariteitscijfers zijn onderhevig aan veranderingen in het kostenniveau van landen. Dit vormt een verklaring voor de schommelingen in de woonlandfactor van enkele landen ten opzichte van het jaar 2018. Bovendien schommelen de cijfers omdat deze worden afgerond op tientallen. Gelet op deze schommelingen wordt een termijn van aankondiging en voorbereiding op de wijziging in acht genomen. Deze wijzigingsregeling zal dan ook na vaststelling en publicatie in werking treden met ingang van 1 januari 2019.
Soms verandert een woonlandfactor ten gevolge van een wijziging in een bilateraal socialezekerheidsverdrag. Vaak hebben deze wijzigingen rechtstreekse werking. Dit betekent dat ze worden toegepast zonder dat daarvoor de (bijlage bij de) regeling hoeft te worden aangepast. Bij de eerstvolgende herziening van de tabel met woonlandfactoren worden dergelijke wijzigingen alsnog in de tabel verwerkt. Dit voorbehoud bij de in de tabel opgenomen percentages is opgenomen in de aanhef van de tabel.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees
In de tabel zijn de woonlandfactoren opgenomen zoals deze van toepassing zijn met ingang van 1 januari 2019. Hierbij wordt opgemerkt dat soms een woonlandfactor verandert ten gevolge van een wijziging in een bilateraal socialezekerheidsverdrag. Vaak hebben deze wijzigingen rechtstreekse werking. Dit betekent dat ze worden toegepast zonder dat daarvoor de tabel hoeft te worden gewijzigd. Bij de eerstvolgende herziening van de tabel met woonlandfactoren worden dergelijke wijzigingen alsnog in de tabel verwerkt.
*: Wanneer in de tabel een * is opgenomen bij een land geldt dat, met uitzondering van de kinderbijslag en het kindgebonden budget, voor dat land een woonlandfactor van toepassing is van 100% vanwege het bilaterale socialezekerheidsverdrag tussen dat land en Nederland.
**: Wanneer in de tabel ** is opgenomen bij een land geldt dat voor dat land een woonlandfactor van toepassing is van 100% vanwege het bilaterale socialezekerheidsverdrag tussen dat land en Nederland.
Land: |
Woonlandfactor 2019: |
---|---|
Afghanistan |
40% |
Albanië |
40% |
Algerije |
30% |
Angola |
60% |
Antigua en Barbuda |
80% |
Argentinië* |
70% |
Armenië |
50% |
Australië** |
100% |
Azerbeidzjan |
30% |
Bahama’s |
100% |
Bahrein |
70% |
Bangladesh |
50% |
Barbados |
100% |
Belarus |
40% |
Belize* |
70% |
Benin |
50% |
Bhutan |
40% |
Burundi |
50% |
Bolivia |
50% |
Bosnië en Herzegovina** |
50% |
Botswana |
50% |
Brazilië |
70% |
Brunei Darussalam |
40% |
Burkina Faso |
40% |
Cambodja |
40% |
Canada** |
100% |
Centraal Afrikaanse Republiek |
70% |
Chili |
70% |
China |
60% |
Colombia |
50% |
Comoren |
60% |
Congo, Dem. Rep. |
70% |
Congo, Rep. |
30% |
Costa Rica |
80% |
Cuba |
60% |
Djibouti |
50% |
Dominica |
80% |
Dominicaanse Republiek |
50% |
Ecuador* |
60% |
Egypte |
40% |
El Salvador |
60% |
Equatoriaal Guinea |
40% |
Eritrea |
50% |
Ethiopië |
50% |
Fiji |
70% |
Filippijnen* |
50% |
Gabon |
50% |
Gambia |
40% |
Georgië |
50% |
Ghana |
40% |
Grenada |
80% |
Guatemala |
60% |
Guinea |
40% |
Guinea-Bissau |
50% |
Guyana |
70% |
Haïti |
50% |
Honduras |
60% |
Hong Kong SAR* |
90% |
India |
30% |
Indonesië** |
40% |
Irak |
30% |
Iran |
30% |
Israël** |
100% |
Ivoorkust |
50% |
Jamaica |
70% |
Japan* |
100% |
Jemen, Rep. |
50% |
Jordanië* |
60% |
Kaapverdië** |
60% |
Kameroen |
50% |
Katar |
60% |
Kazakstan |
40% |
Kenia |
60% |
Kirgizië |
40% |
Kiribati |
90% |
Koeweit |
50% |
Kosovo** |
50% |
Laos |
40% |
Lesotho |
40% |
Libanon |
70% |
Liberia |
70% |
Libië |
60% |
Macau SAR |
80% |
Macedonië, FYR* |
40% |
Madagaskar |
30% |
Malawi |
30% |
Malediven |
80% |
Maleisië |
40% |
Mali |
50% |
Marokko1 |
50% |
Mauritanië |
40% |
Mauritius |
60% |
Mexico |
60% |
Micronesië |
100% |
Moldavië |
40% |
Monaco* |
100% |
Mongolië |
40% |
Montenegro** |
50% |
Mozambique |
40% |
Myanmar |
50% |
Namibië |
50% |
Nepal |
40% |
Nicaragua |
50% |
Nieuw-Zeeland** |
100% |
Niger |
50% |
Nigeria |
50% |
Oeganda |
40% |
Oekraïne |
30% |
Oezbekistan |
40% |
Oman |
70% |
Pakistan |
40% |
Palau |
100% |
Panama* |
70% |
Papoea Nieuw Guinea |
70% |
Paraguay* |
50% |
Peru |
60% |
Russische Federatie |
40% |
Rwanda |
50% |
Samoa |
70% |
Sao Tomé en Principe |
60% |
Saoedi-Arabië |
50% |
Senegal |
50% |
Servië |
50% |
Seychellen |
60% |
Sierra Leone |
40% |
Singapore |
70% |
Soedan |
60% |
Solomon Eilanden |
100% |
Somalië |
50% |
Sri Lanka |
40% |
St. Kitts en Nevis |
70% |
St. Lucia |
90% |
St. Vincent en de Grenadines |
70% |
Suriname** |
50% |
Swaziland |
40% |
Syrië |
50% |
Tadzjikistan |
30% |
Taiwan |
70% |
Tanzania |
40% |
Thailand* |
40% |
Timor-Leste |
80% |
Togo |
50% |
Tonga |
80% |
Trinidad en Tobago |
60% |
Tsjaad |
40% |
Tunesië |
40% |
Turkije2 |
50% |
Turkmenistan |
50% |
Uruguay* |
80% |
Vanuatu |
100% |
Venezuela |
60% |
Verenigde Arabische Emiraten |
60% |
Verenigd Koninkrijk (Isle of Man en Kanaaleilanden)** |
100% |
Verenigde Staten |
100% |
Vietnam |
40% |
Westelijke Jordaanoever en Gaza |
50% |
Zambia |
40% |
Zimbabwe |
60% |
Zuid-Afrika** |
50% |
Zuid-Korea** |
90% |
Zuid-Soedan |
50% |
St. Maarten (Frans gedeelte) |
100% |
Aruba |
80% |
Bonaire |
70% |
Curaçao |
70% |
Saba |
80% |
St. Eustatius |
80% |
St. Maarten (Nederlands deel) |
80% |
Voor Marokko gelden de verdragsrechtelijke afspraken over de woonlandfactor zoals vastgelegd in het op 4 juni 2016 getekende Protocol tot wijziging van het op 14 februari 1972 te Rabat ondertekende Algemeen Verdrag inzake sociale zekerheid tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Marokko, zoals gewijzigd en ondertekend op 30 september 1996 en op 24 juni 2002 (Trb. 2016/67).
Met betrekking tot Turkije geldt voor Anw- en WGA-vervolguitkeringen die worden geëxporteerd op grond van het Associatieraadsbesluit een woonlandfactor van 100%.
Indicator Wereldbank: ‘Price level ratio of PPP conversion factor (GDP) to market exchange rate’
Aruba, Cuba, Curaçao, Djibouti, Eritrea, Libië, Monaco, St. Maarten (Nederlands deel), Syrië, Venezuela en Zuid-Soedan.
Indicator Verenigde Naties: ‘Per capita GDP at current prices – US dollars’
http://data.un.org/Data.aspx?q=gdp+per+capita&d=SNAAMA&f=grID%3a101%3bcurrID%3aUSD%3bpcFlag%3a1
Indicator Centraal Bureau voor de Statistiek: ‘GDP per capita’
https://www.cbs.nl/nl-nl/publicatie/2017/50/trends-in-the-caribbean-netherlands-2017
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2018-34975.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.