Regeling inzake de begroting en de financiële verantwoording van het Rijk voor het jaar 2015 en inzake de vaststelling van comptabele grensbedragen (Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2015)

De Minister van Financiën,

Gelet op de artikelen 18, eerste lid, aanhef en onder a, 38, tweede lid aanhef en onder a, en 65 van de Comptabiliteitswet 2001;

BESLUIT:

Artikel 1

De regels, bedoeld in de artikelen 18, eerste lid, aanhef en onder a, 38, tweede lid, aanhef en onder a, en 65, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2001, worden voor het jaar 2015 vastgesteld als is aangegeven in bijlage B bij deze regeling.

Artikel 2

De bedragen, bedoeld in de artikelen 34b, eerste lid, onder e, en 91, eerste lid, onder b, van de Comptabiliteitswet 2001, artikel 1 van de Aanwijzingsregeling verplichtingen = kas 2010, de artikelen 2 en 6 van het Besluit privaatrechtelijke rechtshandelingen 1996, artikel 2, vierde lid, van de Regeling verlening voorschotten 2007, worden vastgesteld als is aangegeven in bijlage A bij deze regeling.

Artikel 3

Met instemming van de Minister van Financiën kan in bijzondere gevallen worden afgeweken van de bepalingen van deze regeling.

Artikel 4

  • 1. Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2015.

  • 2. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

  • 3. De Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2014 wordt ingetrokken met dien verstande dat de regeling blijft gelden voor de suppletoire begrotingen 2014, zolang die suppletoire begrotingen nog niet bij wet zijn vastgesteld.

Deze regeling en bijlage A zullen in de Staatscourant worden geplaatst. Bijlage B zal via de website rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën (http://rbv.minfin.nl) openbaar worden gemaakt.

Den Haag, 16 oktober 2014

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem

BIJLAGE A BIJ DE REGELING RIJKSBEGROTINGSVOORSCHRIFTEN 2015

Comptabele grensbedragen

Op grond van artikel 2 van de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2015 worden de comptabele grensbedragen met ingang van 1 januari 2015 als volgt vastgesteld.

Omschrijving regeling en onderwerp

Artikelnummer

Bedragen in € (inclusief eventuele BTW)

Comptabiliteitswet 2001

   

Een rechtshandeling waarmee een geringer financieel belang is gemoeid dan een door de Minister van Financiën vast te stellen bedrag

34b, eerste lid, onderdeel e

 

A. Een rechtshandeling, bedoeld in artikel 34, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2001: het oprichten, mede-oprichtingen of het doen oprichten van een privaatrechtelijke rechtspersoon

 

0

B. Een rechtshandeling, bedoeld in artikel 34a, aanhef, onder a tot en met c, van de Comptabiliteitswet 2001: het verstrekken van eigen vermogen, het overnemen van schuldtitels of aandelen of het overnemen van financiële activa, indien het overnemen van de activa bedoeld is ter versterking van de solvabiliteit van de privaatrechtelijke rechtspersoon

 

5.000.000

Aanhouden van een financieel belang in het aandelenkapitaal van een NV of BV boven het grensbedrag.

91, eerste lid, onder b

500.000

Aanwijzingsregeling verplichtingen=kas 2010

   

Verplichtingen van het Rijk, voortvloeiende uit privaatrechtelijke rechtshandelingen, niet-zijnde deelnemingen in een naamloze of besloten vennootschap, krediet- of garantieverleningen.

1

30.000

Besluit privaatrechtelijke rechtshandelingen 1996

   

Het kwijtschelden van een vordering met een waarde gelijk aan of meer dan het grensbedrag in overeenstemming met de Minister van Financiën doen

2

1.000.000

Het sluiten van huur-, huurkoop- en leaseovereenkomsten met een waarde gelijk aan of meer dan het grensbedrag dan wel voor een periode langer dan tien jaar in overeenstemming met de Minister van Financiën doen

6

2.500.000

Het sluiten van huur- en huurkoopovereenkomsten door het Rijksvastgoedbedrijf in het kader van de rijkshuisvesting met een waarde gelijk aan of meer dan het grensbedrag in overeenstemming met de Minister van Financiën doen.

6

25.000.000

Regeling verlening voorschotten 2007

   

Bij privaatrechtelijke voorschotten met een waarde gelijk aan of meer dan het grensbedrag zekerheid laten stellen in de vorm van een garantie afgegeven door een in artikel 2, vijfde lid, van de regeling bedoelde instelling.

2, vierde lid

500.000

Naar boven