Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking en de Staatssecretaris voor Europese Zaken, van 18 november 2009, nr. DJZ/BR/0822-2008, tot vaststelling van een beleidsregel met het oog op het onthouden van financiële bijdragen aan de vervaardiging, verwerving of uitzending van omroepprogramma’s

De Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking en de Staatssecretaris voor Europese Zaken,

Kennisgenomen van de AZ-Beleidsregel beëindiging verstrekking financiële bijdragen aan coproducties en andere omroepprogramma’s1;

Gelet op artikel 32 van de Comptabiliteitswet 2001;

Gelet op artikel 6 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken;

Gelet op de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006;

Besluiten:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. Omroepprogramma:

een radioprogramma of televisieprogramma als bedoeld in artikel 1.1 van de Mediawet 2008;

b. Financiële bijdrage:

een subsidie als bedoeld in artikel 4:21 van de Algemene wet bestuursrecht of de verstrekking van financiële middelen dan wel de aanspraak daarop op grond van een privaatrechtelijke rechtshandeling.

Artikel 2

De Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking en de Staatssecretaris voor Europese Zaken verstrekken geen financiële bijdrage met het oog op de vervaardiging, verwerving of uitzending van omroepprogramma’s bestemd voor uitzending in Nederland of gericht op Nederlandstaligen in het buitenland.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

de Staatssecretaris voor Europese Zaken,

namens dezen:

de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Buitenlandse Zaken,

E. Kronenburg.

TOELICHTING

Op 18 juli 2008 is in de ministerraad besloten om (mede)financiering van coproducties en andere omroepprogramma’s door de overheid, anders dan via de reguliere omroepsubsidies, te beëindigen. De ministeries zullen geen financiële bijdragen meer verstrekken die specifiek bedoeld zijn voor de vervaardiging van omroepprogramma’s. In verband hiermee zijn de Aanwijzingen inzake coproducties en andere omroepproducties ingetrokken en zullen de ministeries een beleidsregel vaststellen die inhoudt dat zij geen gebruik maken van de bevoegdheid financiële bijdragen (in subsidie- of contractvorm) te verstrekken, bedoeld voor de vervaardiging van omroepprogramma’s.

De onderhavige beleidsregel verankert deze besluitvorming voor de beleidsterreinen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De beleidsregel heeft geen gevolgen voor de mogelijkheid tot ondersteuning van uitzendingen in het buitenland die niet gericht zijn op Nederlandstaligen. Bijvoorbeeld omroepproducties gericht op de bevordering van de naleving van mensenrechten of een ongehinderde nieuwsvoorziening in landen waar de mensenrechten in het geding zijn of censuur wordt toegepast.

De beleidsregel werkt niet terug en geldt uitsluitend voor nieuwe gevallen: bestaande verplichtingen zullen conform de lopende beschikkingen of contracten worden afgewikkeld.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

de Staatssecretaris voor Europese Zaken,

namens dezen:

de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Buitenlandse Zaken,

E. Kronenburg.

Naar boven