Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 12 december 2008, nr. 2008/30, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000

De Staatssecretaris van Justitie,

Gelet op de Vreemdelingenwet 2000, het Vreemdelingenbesluit 2000 en het Voorschrift Vreemdelingen 2000;

Besluit:

ARTIKEL I

De Vreemdelingencirculaire 2000 wordt als volgt gewijzigd:

A

Paragraaf B15/11 Vreemdelingencirculaire 2000 wordt toegevoegd en komt te luiden:

11 Regeling hoogopgeleiden

B

Paragraaf B15/11.1 Vreemdelingencirculaire 2000 wordt toegevoegd en komt te luiden:

11.1 Zoekjaar

Vreemdelingen die in Nederland zijn afgestudeerd aan een geaccrediteerde opleiding, als opgenomen in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs met een Master-graad alsmede vreemdelingen die in Nederland gepromoveerd zijn, krijgen binnen de regeling hoogopgeleiden de mogelijkheid om binnen maximaal één jaar (zoekjaar) een functie als kennismigrant te vinden of een innovatief bedrijf te starten.

Hetzelfde geldt voor vreemdelingen die zijn afgestudeerd met een Master-graad of gepromoveerd aan een opleiding die is opgenomen in de top-150 van de in 2007 gepubliceerde lijsten van de ‘Times Higher Education Supplement’of de ‘Jiao Tong Shanghai University’.

Daarnaast wordt de vreemdeling die om toelating vraagt in het kader van de regeling hoogopgeleiden getoetst aan de hand van een puntensysteem. Er wordt getoetst op opleiding, op leeftijd en op indicatoren voor het welslagen in Nederland. De vreemdeling dient minimaal 35 punten te halen in het puntensysteem om voor toelating in aanmerking te komen.

Voor de mvv-aanvraag in het kader van de regeling hoogopgeleiden wordt gestreefd naar afhandeling van de aanvraag binnen een termijn van vier weken na voldoening van de leges. Voor de aanvraag om een verblijfsvergunning zal afhandeling binnen zes weken worden na gestreefd.

Deze regeling wijkt op de volgende punten af van het beleid inzake het zoekjaar afgestudeerden (zie B15/10):

  • de vreemdeling die gebruik maakt van het zoekjaar afgestudeerde heeft alleen direct na voltooiing van de studie een jaar de mogelijkheid om arbeid als kennismigrant te zoeken, de hoogopgeleide heeft tot drie jaar na datum afstuderen of promoveren de mogelijkheid om gebruik te maken van het zoekjaar in het kader van de regeling hoogopgeleiden;

  • om in aanmerking te komen voor het zoekjaar afgestudeerde moet de vreemdeling een door de hoger onderwijsinstelling gewaarmerkte kopie van het diploma overleggen, de hoogopgeleide dient een schriftelijke diplomawaardering van Nuffic over te leggen;

  • de vreemdeling met de verblijfsvergunning onder de beperking ‘verblijf gedurende zoekjaar afgestudeerde’ en zijn in het kader van gezinshereniging toegelaten gezinsleden zijn vrij op de arbeidsmarkt, de hoogopgeleide en zijn gezinsleden hebben een TWV nodig;

  • gepromoveerden komen niet in aanmerking voor het zoekjaar afgestudeerde, maar wel voor het zoekjaar hoogopgeleide;

  • vreemdelingen die een Bachelors-graad hebben behaald komen wel in aanmerking voor het zoekjaar afgestudeerde, maar niet voor het zoekjaar hoogopgeleide;

  • voor het zoekjaar afgestudeerde wordt geen puntensysteem gehanteerd.

C

Paragraaf B15/11.2 Vreemdelingencirculaire 2000 wordt toegevoegd en komt te luiden:

11.2 Voorwaarden

De verblijfsvergunning kan op aanvraag worden verleend, indien:

  • a. de vreemdeling niet reeds in het bezit is geweest van een verblijfsvergunning onder de beperking ‘zoekjaar afgestudeerde’;

  • b. de vreemdeling een Master-graad heeft behaald of is gepromoveerd aan een geaccrediteerde opleiding, als opgenomen in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs, of aan een buitenlandse opleiding die in de top-150 staat van de in 2007 gepubliceerde ‘Academic Ranking of World Universities’ gepubliceerd door de ‘Shanghai Jiao Tong university’ of in de in 2007 door de ‘Times Higher Education Supplement’ gepubliceerde ‘QS world universities ranking’;

  • c. de vreemdeling op het moment van de aanvraag niet langer dan drie jaar is afgestudeerd of gepromoveerd;

  • d. de vreemdeling minimaal 35 punten heeft behaald in het puntensysteem;

  • e. zich geen van de algemene weigeringsgronden voordoen (zie B1/4).

    In afwijking van B1/4.3 wordt de verblijfsvergunning ook verleend indien de vreemdeling niet (meer) beschikt over voldoende duurzame middelen van bestaan, mits geen beroep wordt gedaan op de publieke middelen.

Als de vreemdeling gedurende het zoekjaar hoogopgeleide een beroep doet op de algemene middelen kan dit gevolgen hebben voor het verblijfsrecht.

Ad a.

De vreemdeling die reeds een verblijfsvergunning onder de beperking ‘verblijf gedurende zoekjaar afgestudeerde’ heeft gehad, kan geen verblijfsvergunning meer krijgen onder de beperking ‘verblijf gedurende zoekjaar hoogopgeleide’.

Ad b. Opleiding

De in Nederland afgestudeerde vreemdeling dient een geaccrediteerde opleiding, als opgenomen in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs te hebben afgerond met een Master-graad of een Doctor-graad te hebben behaald.

Omdat nog niet alle studenten een geaccrediteerde opleiding met een Master-graad afronden, maar er ook nog studenten afstuderen aan een ongedeelde opleiding, wordt een getuigschrift van een geaccrediteerde ongedeelde opleiding in het wetenschappelijk onderwijs als bedoeld in artikel 18:15 WHW, gelijkgesteld met een Master-graad als hierbedoeld.

De in het buitenland afgestudeerde vreemdeling dient een opleiding te hebben afgerond met een Master-graad of een Doctor of Philosophy-graad of equivalent daarvan aan een onderwijsinstelling die voorkomt in de top-150 de in 2007 gepubliceerde lijsten van ‘Times Higher Education Supplement’ of ‘Jiao Tong Shanghai University’. Deze lijsten zijn te vinden op de websites van ‘Top Universities’ en ‘Academic Ranking of World Universities’.

De vreemdeling dient zelf zorg te dragen voor waardering van zijn diploma door de Nuffic. Hiertoe dient hij een gewaarmerkt kopie van zijn diploma en de bijbehorende cijferlijst, zonodig voorzien van een vertaling door een beëdigde vertaler voor waardering aan de Nuffic voor te leggen. De aanvraag dient te worden ingediend bij het Informatiecentrum Diplomawaardering. De Nuffic zal aan de hand van de gewaarmerkte kopieën zomogelijk de authenticiteit van het diploma beoordelen. Betrokkene toont dit aan door overlegging van de schriftelijke diplomawaardering van Nuffic bij de aanvraag bij de IND.

Ad c.

De vreemdeling heeft tot drie jaar na datum afstuderen of promoveren de mogelijkheid van de regeling hoogopgeleiden gebruik te maken.

Ad d.

Puntensysteem

Onze Minister beoordeelt door middel van het puntensysteem of de vreemdeling in aanmerking komt voor het zoekjaar hoogopgeleiden.

In het puntensysteem kan de vreemdeling maximaal 40 punten behalen.

De vreemdeling heeft minimaal 35 punten nodig om voor verblijf in aanmerking te komen. De onderdelen waarvoor punten kunnen worden toegekend zijn:

  • 1. opleiding;

  • 2. leeftijd; en

  • 3. indicatoren voor welslagen in Nederland.

Ad 1.

De afgestudeerde of gepromoveerde aan een Nederlandse hoger onderwijsinstelling of een buitenlandse topuniversiteit krijgt maximaal 30 punten.

Ad 2.

Hoe jonger een vreemdeling binnenkomt, hoe langer hij/zij een positieve bijdrage kan leveren aan de welvaartstaat. Een jongere leeftijd betekent doorgaans ook dat de vreemdeling zich snel aan Nederland zal kunnen aanpassen en gemakkelijker een baan zal kunnen vinden. De vreemdeling die tussen de 21 en 40 jaar is, scoort 5 extra punten.

Ad 3.

Hieronder wordt verstaan eerder verblijf in Nederland voor arbeid of studie, de Nederlandse of Engelse taal sprekend of opleiding voltooid aan een hoger onderwijsinstelling in een land aangesloten bij de Bologna-verklaring.

Een eerdere ervaring met Nederland of het spreken van de Nederlandse taal (Nederlands als tweede taal op niveau A2) of in elk geval de Engelse taal (op International English Language Testing System niveau 6) of een Bachelor-, Master-graad of een Doctor-graad, behaald aan een onderwijsinstelling in een land aangesloten bij de Bologna-verklaring kan rekenen op extra punten.

Bij de in 1999 ondertekende Bologna-verklaring hebben de aangesloten Europese landen zich gecommitteerd te komen tot een Europa-breed vergelijkbaar en uitwisselbaar onderwijssysteem. De aangesloten landen hebben hierin vast gelegd dat zij vóór 2010 het Bachelor-Master stelsel invoeren. De achterliggende gedachte is dat het hoger onderwijs op deze manier flexibeler, opener en aantrekkelijker wordt. Gelet hierop zal een vreemdeling die een opleiding heeft voltooid aan een hoger onderwijsinstelling in een land aangesloten bij de Bologna-verklaring gemakkelijker aansluiting vinden met de Nederlandse arbeidsmarkt.

Puntensysteem hoogopgeleiden:

Onderdelen

 

Punten

Bewijsstukken

Opleiding (max. 30 punten)

– Doctor-graad

30

Diploma/getuigschrift niet ouder dan drie jaar van geaccrediteerde opleiding aan een Nederlandse hoger onderwijsinstelling of van buitenlandse universiteit in top-150 ranglijst 2007 Times Higher Education Supplement of Jiao Tong Shanghai University

– Master

25

Leeftijd (max. 5 punten)

21–40 jaar

5

Geboorteakte

    

Indicatoren voor welslagen in Nederland (max. 5 punten)

– Voormalige werkgevers in Nederland (minimaal half jaar)

5

– Arbeidscontract of werkgeversverklaring

– In Nederland genoten studie (minimaal half jaar)

5

– Inschrijvingsbewijs of deelname certificaat

 

– Spreekt ‘Nederlands als Tweede Taal’ op A2 niveau

5

– Diploma

 

– Spreekt Engelse taal (International English Language Testing System niveau 6)

5

– Verklaring taalinstituut

 

– Bachelor, Master of Doctor -graad behaald aan opleiding in land aangesloten bij Bologna-verklaring

5

– Diploma

 

Max. aantal punten

40

 

Quotum

Om mogelijke excessieve gebruikmaking van de regeling hoogopgeleiden te kunnen bestrijden kan, na besluitvorming daarover onder verantwoordelijkheid van onze Minister en de Minister van SZW en OCW, besloten worden voor toelating in het kader van de regeling hoogopgeleiden een quotum in te stellen.

Bewijsstukken

De opsomming van de genoemde bewijsstukken is indicatief en niet uitputtend bedoeld.

Vreemdelingen die zijn afgestudeerd aan een hoger onderwijsinstelling gevestigd in een Engelstalig land, zullen geen verklaring van een taalinstituut hoeven te overleggen.

Gezinsleden

De algemene bepalingen van B1/4, B2/2, B2/4 en B2/5 zijn van toepassing, tenzij navolgend anders is bepaald.

Indien sprake is van eerste toelating geldt het algemene middelenvereiste (zie B1/4.3, B2/2.10, B2/4.11 en B2/5.10). Indien sprake is van voortgezet verblijf geldt het volgende. Als de aanvraag tot het verlengen van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning kan worden afgewezen, omdat het gezinslid bij wie de vreemdeling verblijft niet meer duurzaam en zelfstandig beschikt over voldoende middelen van bestaan, wordt bezien of de gevolgen voor de vreemdeling niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het middelenvereiste te dienen doelen. Voor die afweging van belangen wordt verwezen naar B2/9.5.2.

D

Paragraaf B15/11.3 wordt toegevoegd en komt te luiden:

11.3 Geldigheidsduur van de verblijfsvergunning

De verblijfsvergunning zoekjaar hoogopgeleide wordt verleend met ingang van de datum aanvraag van de verblijfsvergunning en wordt altijd, ongeacht de datum van afstuderen of promoveren, verleend voor de duur van één jaar.

E

Paragraaf B15/11.4 Vreemdelingencirculaire 2000 wordt toegevoegd en komt te luiden:

11.4 Beperkingen, arbeidsmarktaantekeningen en voorschriften

Beperking

Indien aan de voorwaarden van het bepaalde in dit hoofdstuk wordt voldaan, wordt aan de vreemdeling op grond van artikel 3.4, derde lid, Vb een verblijfsvergunning verleend onder de beperking ‘verblijf gedurende zoekjaar hoogopgeleide’.

Arbeidsmarktaantekening

Op het verblijfsdocument wordt de aantekening geplaatst: ‘Arbeid uitsluitend toegestaan indien werkgever beschikt over TWV’.

‘Beroep op publieke middelen kan gevolgen hebben voor het verblijfsrecht’.

Gezinsleden

De verblijfsvergunning aan echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner wordt verleend onder de beperking ‘verblijf bij echtgeno(o)t(e)/geregistreerd)partner/ouder (naam). Arbeid uitsluitend toegestaan indien werkgever beschikt over TWV’. De verblijfsvergunning aan minderjarige kinderen wordt verleend onder de beperking ‘gezinshereniging bij (naam ouder(s)). Arbeid uitsluitend toegestaan indien werkgever beschikt over TWV’.

Voorschriften

Aan de afgifte van de verblijfsvergunning wordt het voorschrift verbonden de verplichting voldoende verzekerd te zijn tegen ziektekosten met inbegrip van de kosten verbonden aan opname en verpleging in een sanatorium of een psychiatrische inrichting.

F

Paragraaf B15/11.5 Vreemdelingencirculaire 2000 wordt toegevoegd en komt te luiden:

11.5 Verlenging en zoekperiode

De verblijfsvergunning onder de beperking ‘verblijf gedurende zoekperiode hoogopgeleide’ is van tijdelijke aard en wordt verleend voor ten hoogste één jaar. De geldigheidsduur van de verblijfsvergunning kan derhalve niet worden verlengd.

De geldigheidsduur van een TWV verleend in samenhang met een verblijfsvergunning in het kader van de regeling hoogopgeleiden zal gelet hierop in beginsel maximaal een jaar zijn. Aan een langere geldigheidsduur van de TWV kunnen geen verblijfsrechten worden ontleend.

Indien de vreemdeling erin slaagt binnen de periode van één jaar, na verlening van de verblijfsvergunning, een baan als kennismigrant te vinden bij een werkgever die op grond van een ondertekende verklaring (zie bijlage 12a VV) is toegelaten tot de kennismigrantenregeling en de vreemdeling aan het looncriterium voldoet, kan de vreemdeling een aanvraag om wijziging van de beperking van de verblijfsvergunning in ‘verblijf als kennismigrant’ indienen (zie B15/3 en verder). Voor de hoogopgeleiden wordt aangesloten bij het looncriterium voor in Nederland afgestudeerde vreemdelingen die in aansluiting op hun studie dan wel gedurende het zoekjaar, werk als kennismigrant vinden.

Indien de vreemdeling erin slaagt binnen de periode van één jaar een innovatief bedrijf te starten en daarmee voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor verblijf als zelfstandige (zie B5/7), kan de vreemdeling een aanvraag om wijziging van de beperking van de verblijfsvergunning in ‘verblijf voor arbeid als zelfstandige’ indienen.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang 1 januari 2009.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 12 december 2008

De Staatssecretaris van Justitie,

namens deze:

de directeur-generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken,

R.K. Visser.

TOELICHTING

Algemeen

Vooruitlopend op de implementatie van het nieuwe migratiestelsel wordt een regeling voor hoogopgeleiden geïntroduceerd. Op grond van de regeling kunnen vreemdelingen maximaal een jaar verblijf in Nederland krijgen om een baan als kennismigrant te vinden of een innovatief bedrijf te starten. Hierbij is van belang dat een vreemdeling die in Nederland een bedrijf wil opzetten aan de voorwaarden van de zelfstandigenregeling zal moeten voldoen.

Uitgangspunt is dat vreemdelingen die voor verblijf onder de regeling in aanmerking komen niet alleen in Nederland gewild zijn. Nederland zal daarom maatregelen moeten nemen om zich van de wereldwijde concurrentie te onderscheiden. Deze regeling moet daartoe bijdragen.

De doelstellingen van de regeling sluiten goed aan op de ambitie van het Innovatieplatform om 1.000 extra kennismigranten aan te trekken. Eveneens is het in lijn met hetgeen de Commissie Arbeidsparticipatie adviseert inzake kennismigranten in haar advies ‘Naar een toekomst die werkt’ (Advies commissie-Bakker van 16 juni 2008, paragraaf 7.7, pagina 100).

Regeling hoogopgeleiden

De regeling hoogopgeleiden kan ervoor zorgen dat toptalenten (die nu nog niet binnenkomen en wel economische meerwaarde voor Nederland kunnen creëren) tot Nederland kunnen worden toegelaten, terwijl het risico op sociaal zekerheidsgebruik minimaal is en er geen sprake is van verdringing op de arbeidsmarkt:

  • Een betere positie verwerven in de internationale concurrentiestrijd om hoogopgeleiden: de regeling met een puntensysteem kan ervoor zorgen dat Nederland aantrekkelijker wordt voor hoogopgeleiden en dat Nederland zich op deze manier een betere positie verwerft in de ‘battle for brains’. Landen met puntensystemen trekken relatief meer hoogopgeleide mensen (Weiszacker (2006), ‘Welcome to Europe’).

  • Aanboren nieuwe markten en voorzien toekomstige vraag: een regeling met een puntensysteem (aanbodgestuurd kennismigratiebeleid) laat kenniswerkers toe die voor de toekomst van belang kunnen zijn en kenniswerkers die nieuwe markten aanboren. Een vraaggestuurd systeem richt zich meer op de huidige vraag. Hoogopgeleiden die onder de regeling worden toegelaten kunnen maximaal één jaar naar een baan als kennismigrant zoeken.

Tot nu toe blijkt uit de praktijk dat het topsegment niet in groten getale voor Nederland kiest. Met de regeling zou dat gestimuleerd moeten worden. Naar verwachting is de instroom onder de regeling desalniettemin beperkt omdat het gaat om een beperkte doelgroep en omdat het aantal buitenlandse instellingen dat in aanmerking komt beperkt is.

De ambitie is om 500 vreemdelingen onder de regeling toe te laten. De regeling bevat een bepaling op grond waarvan een quotum kan worden ingesteld. De regeling zal doorlopend worden gemonitord. Onregelmatigheden in instroom of uitstroom zullen leiden tot een nadere analyse, hetgeen kan leiden tot het bijstellen van de regeling of het instellen van een quotum. Vreemdelingen die al van het bestaande zoekjaar (voor vreemdelingen die aan een Nederlandse hoger onderwijsinstelling zijn afgestudeerd) gebruik hebben gemaakt, zijn uitgesloten van deze regeling. Na twee jaar wordt de regeling geëvalueerd. Afhankelijk van de uitkomst van die evaluatie wordt bezien of de regeling wordt voortgezet of beëindigd. Het effect van de regeling zal dan worden beoordeeld. Ook zal worden bezien of de puntensystemen van de zelfstandigenregeling en die van de regeling hoogopgeleiden, mogelijk uitmondend in een talentenregeling, samengevoegd kunnen worden.

Risico’s

De risico’s van de regeling zijn beperkt. Verblijf onder de regeling geeft beperkte verblijfsrechten: de vreemdeling heeft maximaal één jaar om een baan als kennismigrant te vinden waarbij wordt aangesloten bij het looncriterium voor in Nederland afgestudeerde vreemdelingen die in aansluiting op hun studie dan wel gedurende het zoekjaar, werk als kennismigrant vinden (op dit moment betekent dit een bruto minimum jaarsalaris van €25.000) of een innovatief eigen bedrijf te starten. Lukt dat niet dan loopt zijn verblijfsrecht na een jaar ten einde en dient hij Nederland te verlaten. Verblijf onder het zoekjaar zal nimmer voor verlenging in aanmerking komen.

Het gaat om kansrijke vreemdelingen die gewild zijn op de arbeidsmarkt. De kans is klein dat zij een beroep op de sociale zekerheid zullen doen. Doet het zich toch voor dan wordt hun verblijfsvergunning ingetrokken.

Van verdringing op de arbeidsmarkt zal geen sprake zijn. Zij mogen tijdens het zoekjaar werk verrichten mits hun werkgever over een tewerkstellingsvergunning beschikt.

Doelgroep

Vanuit het buitenland komen vreemdelingen in aanmerking die een opleiding hebben afgerond aan een van de top-150 universiteiten van twee internationale ranglijsten. Het gaat om de ranglijsten zoals die door de ‘Times Higher Education Supplement’ en door de ‘Jiao Tong Shanghai University’ in 2007 zijn gepubliceerd. De Times-lijst richt zich relatief meer op de kwaliteit van de opleiding en de Shanghai-lijst meer op de kwaliteit van het onderzoek, vooral op het gebied van de empirische wetenschappen. Door overlapping gaat het uiteindelijk om 189 buitenlandse universiteiten. Daarnaast komen vreemdelingen in aanmerking die een erkende opleiding aan een Nederlandse instelling voor hoger onderwijs hebben afgerond.

De hoogopgeleiden hebben tot drie jaar na afstuderen de mogelijkheid van de regeling hoogopgeleiden gebruik te maken. Afgestudeerden/gepromoveerden hebben meerwaarde als ze al over enige jaren werkervaring beschikken. Dit sluit ook aan op de behoefte van het bedrijfsleven. Het lijkt redelijk om vreemdelingen met relevante werkervaring een bepaalde periode te gunnen om een beroep op het zoekjaar te doen. Binnen drie jaar na afstuderen/promoveren kunnen vreemdelingen een beroep doen op de regeling.

Het is een plus indien de vreemdeling de Nederlandse of Engelse taal beheerst en tussen de 21 en 40 jaar oud is.

Het is eveneens een plus indien de vreemdeling is afgestudeerd aan een hoger onderwijsinstelling in een land dat is aangesloten bij de Bologna-verklaring. In dat geval is sprake van een Europa-breed vergelijkbaar en uitwisselbaar hoger onderwijssysteem.

Toelatingsvoorwaarden

De vreemdeling die om toelating vraagt wordt getoetst aan de hand van een puntensysteem. Voor de opbouw van het puntensysteem is gekeken naar het Britse puntensysteem van het Highly Skilled Migrant Programme.

Er wordt getoetst op opleiding, op leeftijd en op indicatoren voor het welslagen in Nederland. Een vreemdeling komt voor toelating in aanmerking indien hij minimaal 35 uit 40 punten scoort. Met een Master-graad kan de vreemdeling 25 punten halen en 30 punten met een Doctor-graad. Nog niet alle studenten studeren af via het Bachelor-Master stelsel. Gelet daarop wordt een getuigschrift van een geaccrediteerde ongedeelde opleiding in het wetenschappelijk onderwijs als bedoeld in artikel 18.15 Wet Hoger onderwijs en Wetenschappen, gelijkgesteld met een Master-graad.

Is de vreemdeling tussen de 21 en 40 jaar dan levert dat 5 punten extra op. Heeft de vreemdeling eerder in Nederland gewerkt of gestudeerd of spreekt betrokkene Nederlands of Engels of heeft hij een Bachelor- of Master-graad of een Doctor-graad (of vergelijkbare graden; de Anglo-Amerikaanse variant hiervan is Doctor of Philosophy (PhD)) behaald aan een hoger onderwijsinstelling in een land dat is aangesloten bij de Bologna-verklaring dan levert dat 5 punten extra op.

Vreemdelingen die een beroep op de regeling doen worden niet op het middelenvereiste getoetst. Indien zij gezinsleden willen laten overkomen gelden de normale voorwaarden voor gezinshereniging. Een beroep op de openbare kas kan gevolgen hebben voor het verblijfsrecht.

Aan vreemdelingen die, voorafgaand aan de aanvraag om toelating tot de regeling hoogopgeleiden, een verblijfsvergunning hadden wordt het mvv-vereiste niet tegengeworpen indien zij tijdig om verlenging en wijziging beperking hebben verzocht.

Of het diploma staat voor het gewenste opleidingsniveau wordt door de Nuffic bepaald. De vreemdeling dient zelf zorg te dragen voor waardering van zijn diploma door de Nuffic. De Nuffic zal aan de hand van de gewaarmerkte kopieën zomogelijk de authenticiteit van het diploma beoordelen. Nuffic werkt op dit terrein nauw samen met de IB-Groep.

Een vreemdeling die punten wil halen met zijn kennis van de Nederlandse of Engelse taal zal, tenzij hij zijn studie heeft gevolgd aan een universiteit gevestigd in een Engelstalig land, een verklaring van een taalinstituut moeten overleggen. Uit de verklaring van het taalinstituut moet blijken dat de vreemdeling minimaal het Nederlands als tweede taal (NT2) op niveau A2 beheerst, dan wel de Engelse taal op International English Language Testing System (IELTS) niveau 6.

Arbeidsmarktpositie en Gezinshereniging

Tijdens het zoekjaar komen vreemdelingen in aanmerking voor gezinshereniging. Hierbij gelden de normale voorwaarden voor gezinshereniging (met inbegrip van het middelenvereiste). Vreemdelingen die aan de voorwaarden van de regeling voldoen en tot Nederland worden toegelaten, mogen gedurende het zoekjaar arbeid verrichten mits hun werkgever over een tewerkstellingsvergunning beschikt. Hun gezinsleden krijgen gedurende het zoekjaar dezelfde arbeidsmarktpositie. Indien de verblijfgever de status van kennismigrant of zelfstandige verkrijgt, verandert de arbeidsmarktpositie van de gezinsleden. Zij mogen zich dan geheel vrij op de arbeidsmarkt bewegen.

Volksverzekering en werkloosheidsuitkering

De betrokken buitenlandse afgestudeerden zijn tijdens de zoekperiode uitgesloten van de verzekeringsplicht voor de volksverzekeringen wanneer deze verzekering uitsluitend is gebaseerd op ingezetenschap en niet op het verrichten van betaalde arbeid. Indien het de vreemdeling niet lukt om binnen een jaar als kennismigrant aan de slag te zijn met het looncriterium dat geldt voor in Nederland afgestudeerde vreemdelingen die in aansluiting op hun studie dan wel gedurende het zoekjaar, werk als kennismigrant vinden (dit is momenteel een bruto salaris van tenminste € 25.000 per jaar), dan is het verblijfsrecht ten einde en dient de vreemdeling Nederland te verlaten. Eventueel opgebouwde rechten op een werkloosheidsuitkering brengen geen aanspraak op verlenging van de verblijfsvergunning voor het zoekjaar met zich mee. Het recht op een werkloosheidsuitkering bestaat slechts zolang er sprake is van rechtmatig verblijf en wonen binnen Nederland.

De Staatssecretaris van Justitie,

namens deze:

de directeur-generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken,

R.K. Visser.

Naar boven