Intrekking
Regeling agressieve dieren
Regeling van
de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van
22 december 2008, nr. TRCJZ/2008/3647, houdende intrekking
van de Regeling agressieve dieren
De
Minister van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit,
Gelet
op artikel 73 en artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor
dieren;
Besluit:
Artikel 1
De
Regeling agressieve dieren wordt
ingetrokken.
Artikel 2
Deze
regeling treedt in werking met ingang van 1 januari
2009.
Deze
regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden
geplaatst.
De
Minister van Landbouw,
Natuur, en
Voedselkwaliteit,, G. Verburg.
TOELICHTING
Met
deze regeling wordt de Regeling agressieve dieren
ingetrokken.
In 1993 is de Regeling agressieve dieren (RAD) tot
stand gekomen naar aanleiding van diverse ernstige bijtincidenten door,
en agressief gedrag van honden van met name het type pitbull. De RAD is
gebaseerd op artikel 73 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren
(GWWD). Dit artikel bepaalt dat dieren behorende tot door de Minister
van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen soorten of
categorieën agressieve dieren niet mogen worden gehouden. Ook mag
met dergelijke dieren niet worden gefokt en gehandeld. De RAD bevat dus
een uitsterfregeling.
De RAD heeft niet het effect gehad dat
ervan werd verwacht. Het aantal pitbulls is niet afgenomen en er bleven
bijtincidenten voorkomen. Het stuitte op toenemend onbegrip dat op
grond van de RAD ook honden in beslag genomen en daarop volgend gedood
konden worden die niet waren betrokken bij bijtincidenten (Kamerstukken
II 2006/07, 28
286, nr. 42). Dit is aanleiding geweest tot het instellen
van een Commissie van Wijzen. Het advies van die commissie bevatte
onder meer de aanbeveling de RAD in te trekken (kamerstukken II
2007/08, 28
286, nr. 218).
Op basis van dat advies heb ik
aanvankelijk geoordeeld dat het niet wenselijk zou zijn te volstaan met
het intrekken van de RAD alleen. Uit het oogpunt van het
veiligheidsgevoel van de burger heb ik daarom toen het voornemen
opgevat een regeling inzake agressieve honden te behouden; dit als
extra instrument om te kunnen optreden bij agressiviteit door honden,
naast mogelijkheden daartoe op basis van de gemeentelijk APV’s
en artikel 425 van het Wetboek van Strafrecht.
Dit voornemen
kon ook in de Tweede Kamer op instemming rekenen (Kamerstukken II,
28 286, 228). In een AO van 11 september 2008 is de vraag aan
de orde geweest wat de effectiviteit en toegevoegde waarde van de nieuw
voorgestelde regeling zou kunnen zijn. Daarbij is tevens naar voren
gebracht dat het gedrag van honden in grote mate wordt bepaald door dat
van hun eigenaars.
Mede op basis van nader overleg met de VNG,
het OM en de Minister van Justitie is gebleken dat een nieuwe regeling
ter vervanging van de RAD, mede gelet op het raamwerk van de
Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, te weinig substantiële
extra mogelijkheden zou bieden om op te treden ten aanzien van agressie
door of met honden ten opzichte van het bestaande instrumentarium. Dit
laatste is, alles afgewogen, voldoende toereikend voor maatwerk bij het
optreden bij agressie met en door honden. De houders van de honden
kunnen zowel op grond van de APV’s worden bestraft, als ook op
grond van artikel 425 van het Wetboek van Strafrecht. Langs zowel
bestuursrechtelijke als strafrechtelijke weg kunnen ook de gewenste
maatregelen jegens honden worden genomen, in het bijzonder aanlijn- en
muilkorf geboden en
inbeslagname.
De
Minister van Landbouw,
Natuur, en
Voedselkwaliteit,,
G. Verburg.