Vaststelling selectielijst neerslag handelingen Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beleidsterrein Friese taal vanaf 1945

12 maart 2007

Nr. C/S&A/07/655

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 5, tweede lid, onder b, van de Archiefwet 1995;

De Raad voor Cultuur gehoord (advies van de Raad voor Cultuur van 28 februari 2007, arc-2007.03507/8);

Besluiten:

Artikel 1

De bij dit besluit gevoegde ‘selectielijst voor de neerslag van de Handelingen van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de onder hem ressorterende actoren op het beleidsterrein Friese taal over de Periode: vanaf 1945’ en de daarbij behorende toelichting worden vastgesteld.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende selectielijst en toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst.

Den Haag, 12 maart 2007.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
namens deze:
de algemene rijksarchivaris, M.W. van Boven.De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
namens deze:
de projectdirecteurProject Wegwerken Archiefachterstanden PWAA, A. van der Kooij.

BASISSELECTIEDOCUMENT Friese taal 1945–

Voor de zorgdragers:

– Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK)

– Minister van Buitenlandse Zaken

– Minister van Justitie

– Minister van Financiën

– Minister van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap (OCW)

– Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)

Concept/Versie december 2006

Drs. H.R. Jordaan

PWAA/Pim Fijnheer

Rotterdam

1 Lijst van afkortingen

AmvB: Algemene Maatregel van Bestuur

Afuk: Algemiene Fryske Underrjocht Kommisje

art.: artikel

Awb: Algemene wet bestuursrecht

BSD: Basis Selectiedocument

CITO: Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling

COREPER: Comité des répresentants permanents des Etats Membres auprès de l'Union européenne (Comité van permanente vertegenwoordigers)

CRM: Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk

IO: institutioneel onderzoek

ISOVSO: Interimwet speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs

KB: koninklijk besluit

KNAW: Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen

LO: lager onderwijs

NLO: nieuwe lerarenopleiding

PB: Provinsjale en Buma Bibliotheek fan Friesland

PIVOT: Project Invoering Verkorting Overbrengingstermijn

RAD: Rijksarchiefdienst

RIO: rapport institutioneel onderzoek

Stb.: Staatsblad

Stcrt.: Staatscourant

TK: Tweede Kamer

Trb.: Tractatenblad

WBO: Wet op het basisonderwijs 1985

WPO: Wet op het primair onderwijs

2 Definitie van het BSD

Een Basis Selectiedocument (BSD) is de vorm waarin een of meerdere selectielijst(en), bedoeld in artikel 5 van de Archiefwet 1995 (Stb. 277), worden vastgesteld. Een selectielijst biedt de Grondslag: voor het vernietigen dan wel het ter blijvende bewaring overbrengen van de neerslag van Handelingen van een zorgdrager en de onder hem ressorterende actoren. Een BSD kan bestaan uit één of meer selectielijsten.

Een BSD is gebaseerd op een vastgesteld Rapport Institutioneel Onderzoek (RIO) en bestrijkt dezelfde Periode: als dit rapport. Eventuele afwijkingen hiervan worden in het verslag van het driehoeksoverleg verantwoord.

Een BSD bevat in principe dezelfde Handelingen als het RIO dat aan het BSD ten Grondslag: ligt. Eventuele afwijkingen hierop worden in het verslag van het gevoerde driehoeksoverleg verantwoord. Indien het RIO een begin- en eindPeriode: vermeldt wordt de eindPeriode: niet overgenomen in het BSD, omdat dit ten onrechte zou suggereren dat alle Handelingen afgesloten zijn. Een dergelijke wijziging heeft een praktisch nut en betekent geen nader institutioneel onderzoek.

Het Handelingenblok wijkt in zoverre af van dat van het RIO dat een veld voor de Waardering: wordt toegevoegd (zie leeswijzer onder 3.8).

In het veld ‘waardering’ wordt aangegeven of de administratieve neerslag hiervan bewaard dan wel vernietigd moet worden, en welk bewaarcriterium of vernietigingstermijn gehanteerd wordt. De Waardering: B (= bewaren) betekent dat de neerslag voor permanente bewaring wordt overgebracht naar de Rijksarchiefbewaarplaatsen. De Waardering: V (= vernietiging) betekent dat de neerslag wordt vernietigd. Op welke termijn dat gebeurt, wordt bij de Waardering: vermeld. Bij voorkeur wordt ook het ingangsmoment vastgelegd (bijv. 3 jaar na vaststelling nieuwe regeling). Zonder nadere aanduiding gaat de vernietigingstermijn in direct na afsluiting van de zaak waarop een dossier betrekking heeft.

Anders dan in het RIO worden in het BSD de Handelingen per actor geordend. Indien een BSD bestaat uit lijsten voor actoren onder verschillende zorgdragers, worden deze per zorgdrager geordend. Hiermee wordt uitdrukking gegeven aan het uitgangspunt dat een selectielijst een eenheid is, bevattende Handelingen van een zorgdrager en de onder hem ressorterende actoren. Anders gezegd: een selectielijst kan opgebouwd zijn uit (deel)lijsten voor verschillende actoren die onder dezelfde zorgdrager ressorteren.

3 Functies van het BSD

Het BSD heeft de volgende functies:

– de selectielijsten in het BSD bieden de Grondslag: voor de vernietiging en overbrenging van archiefbescheiden waarvoor een zorgdrager verantwoordelijk is (Archiefwet 1995, art. 5, eerste lid);

– voor de zorgdrager is het BSD bovendien van belang voor de bedrijfsvoering en als mogelijke basis voor archiefordening volgens bedrijfsprocessen;

– voor de zorgdrager dient het BSD als verantwoording tegenover de recht- en bewijszoekende burger, die de mogelijkheid heeft tijdens de terinzagelegging invloed uit te oefenen op het bewaar- en vernietigingsbeleid (Archiefbesluit 1995, art. 2, eerste lid, onder d);

– voor de Minister belast met het cultuurbeleid (vertegenwoordigd door de algemene rijksarchivaris) is het BSD de verantwoording inzake het bewaar- en vernietigingsbeleid vanuit cultureel-historisch belang (Archiefbesluit 1995, art. 2, eerste lid, onder c);

– voor het Nationaal Archief is het BSD (tezamen met het RIO) het uitgangspunt voor de Institutionele Toegangen.

4 Verantwoording

4.1 Definitie, doelstelling en afbakening

Dit BSD is gebaseerd op het Rapport Institutioneel Onderzoek (RIO): drs. H.R. Jordaan Friese taal 1937–2002. PIVOT-rapport 139. Den Haag 2004.

Het rapport beschrijft het handelen van de rijksoverheid ten aanzien van het beleid op het terrein van de Friese taal gedurende de Periode: tussen 1937 en 2002 en geeft een overzicht van de actoren die zich op het terrein bewegen.

De selectielijst bestrijkt de Periode: vanaf 1945 en het bevat in principe dezelfde Handelingen als het RIO. De verschillende actoren moeten het BSD ieder voor een deel vaststellen en wel voor die Handelingen, waarbij zij of (een van) hun rechtsvoorgangers als actor genoemd worden.

Na overleg tussen de vertegenwoordiger van PWAA en vertegenwoordigers van het Minister van Buitenlandse Zaken bleek dat genoemde Minister van de algemene Handelingen 6 en 16 uitvoert. De algemene Handelingen 1 t/m 5 en 7 t/m 15 zijn in het BSD dan ook komen te vervallen.

Het beleid ten aanzien van de Friese taal heeft raakvlakken met een vrij groot aantal (deel)beleidsterreinen. Binnen de brede gebieden van onderwijs, cultuur, binnenlands bestuur, alsmede rechtsverkeer en in mindere mate ook welzijn, gezondheidszorg en buitenlandse zaken, is na de Tweede Wereldoorlog aandacht besteed aan de Friese taal- en letterkunde.

De meeste ontwikkelingen vonden plaats op het gebied van het onderwijs en wel op alle niveaus van kleuterschool (later met de lagere school samengevoegd tot basisschool) tot en met hoger- en wetenschappelijk onderwijs. Ook in het voorschools onderwijs (kinderopvang en peuterspeelzalen) is het gebruik van de Friese taal een punt van aandacht geweest. Dit valt niet onder de competentie van de Minister van Onderwijs maar onder de gemeenten en indirect onder de Minister van Sociale Zaken. Er zijn raakpunten en overlappingen met verschillende RIO’s die het onderwijs betreffen (zie ook de bijgevoegde overzicht van PIVOT-publicaties).

In het rapport Klaar Af. Een institutioneel onderzoek naar het beleidsterrein Basisonderwijs, 1945–1998, voortgezet onderwijs (PIVOT-rapport nr. 64) komt in de context wel enkele malen het onderwijs in het vak Friese taal ter sprake, maar dit wordt niet nader uitgewerkt. Er zijn wel enkele Handelingen met betrekking tot de Friese taal opgenomen. Het betreft de Handelingen 30, 31, 32, 33, 34, 35, 92, 476 en 478. Deze hebben betrekking op de bevoegdheid tot het geven van onderwijs in de Friese taal en op het verlenen van ontheffing van de verplichting om het vak Friese taal in het leerplan op te nemen.

In het RIO dat handelt over het voortgezet onderwijs, Mamoetsporen, deel I. Een institutioneel onderzoek naar het beleidsterrein voortgezet onderwijs, 1968–1998), het middelbaar beroeps onderwijs en voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (PIVOT-rapport nummer 63), is één handeling met betrekking tot de Friese taal opgenomen. Het betreft handeling 445 aangaande het verlenen van ontheffing voor het geven van onderwijs in de Friese taal door de onderwijsinspectie. Er wordt in de context slechts kort melding gemaakt van het formuleren van kerndoelen voor het vak Friese taal in het voortgezet onderwijs.

In de overige RIO’s die betrekking hebben op de beleidisterreinen onderwijs en wetenschappen, wordt het deelterrein Friese taal niet behandeld. Het betreft de volgende rapporten:

Mamoetsporen, deel II. Een institutioneel onderzoek naar het handelen van de (rijks)overheid op het beleidsterrein middelbaar beroepsonderwijs (mbo) en voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo), Periode: augustus 1968–juni 1999 (PIVOT-rapport nr. 69)

Hoger Beroepsonderwijs. Een institutioneel onderzoek naar het handelen van de nationale overheidsorganen op het beleidsterrein hoger beroepsonderwijs, (1945) 1968–1998 (PIVOT-rapport nr. 62)

Speciaal centraal. Een institutioneelonderzoek naar het deelbeleidsterrein speciaal onderwijs Periode: 1950–1996 (PIVOT-rapport nr. 52)

Een academische zaak, deel I. Een institutioneel onderzoek naar universiteiten op het beleidsterrein wetenschappelijk onderwijs sinds (1981) 1985–1997 (PIVOT-rapport nr. 60)

Een academische zaak, deel II. Een institutioneel onderzoek naar het handelen van de rijksoverheid op het beleidsterrein wetenschappelijk onderwijs, (1945) 1960–1997. (PIVOT-rapport nummer 55)

De draden van de WEB. Een institutioneel onderzoek naar het handelen van de rijksoverheid op het beleidsterrein beroepsonderwijs en volwasseneneducatie in de Periode: 1945–1995/1996 (PIVOT-rapport nr. 48)

Wetenschapsbeleid. Een institutioneel onderzoek naar het wetenschapsbeleid van de rijksoverheid in de Periode: 1945–1999 (PIVOT-rapport nummer 96)

Het cultuurbeleid ten aanzien van de Friese taal spitst zich natuurlijk met name toe op letteren, media, podiumkunsten en film. De eerste twee deelterreinen zullen worden behandeld in het PIVOT-rapport nr. 160, dat handelt over letteren, media en bibliotheken. De podiumkunsten en film vormen onderwerp van het RIO Volgens de regelen der kunst. Een institutioneel onderzoek naar het handelen van overheidsorganen op het beleidsterrein kunsten, 1965–1999 (PIVOT-rapport nr. 71). In dit RIO wordt geen aandacht expliciete besteed aan de Friese taal.

Op de terreinen binnenlands bestuur, rechtspleging en rechtsverkeer moeten drie RIO’s worden genoemd:

Organisatie decentrale overheden (het nog te verschijnen PIVOT-rapport nr. 142);

Rechtspleging en rechtshulp. De datageschiedenis van Handelingen en organisatie-eenheden van de justitiële Ministeriële organisatie van de rechtspleging en rechtshulp, 1945–1992 (PIVOT-rapport nr. 10);

Gedeelde verschillen. Een onderzoek naar het handelen van de rechterlijke macht ((PIVOT-rapport nummer 124).

In geen van deze onderzoeken is specifieke aandacht besteed aan het deelterrein Friese taal.

4.2 De actoren op het beleidsterrein Friese taal, voorzover hun Handelingen in het BSD zijn opgenomen:

Actoren onder de zorg van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Commissie Friese taal

Consultatief orgaan Friese taal

Orgaan belast met het monitoren van genomen maatregelen en bereikte vooruitgang mbt het onderwijs in de Friese taal

Ambtelijke coördinatiegroep Bestuursafspraak Friese taal en cultuur

Actoren onder de zorg van de Minister van Buitenlandse Zaken

Minister van Buitenlandse Zaken

Actoren onder de zorg van de Minister van Justitie

Minister van Justitie

Commissie Kingma Boltjes

Actoren onder de zorg van de Minister van Financiën

Minister van Financiën

Actoren onder de zorg van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Minister belast met Onderwijs en Wetenschap:

– Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (1945–1965)

– Minister van Onderwijs en Wetenschappen (1965–1994)

– Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (1994-2003)

– Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (vanaf 2003)

Minister belast met Cultuur:

– Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (1945–1965)

– Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (1994-2003)

– Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (vanaf 2003)

Commissie Wesseling;

Projectgroep invoering Fries als verplicht vak op de scholen voor gewoon lager onderwijs in de provincie Friesland;

Commissie Fries in het buitengewoon onderwijs;

Commissie Fries in het voortgezet onderwijs;

Coördinator ten behoeve van de invoering van het vak Fries in de eerste fase van het voortgezet onderwijs

Actoren onder de zorg van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Minister belast met Cultuur:

– Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (1965 - 1982)

– Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (1982 - 1994)

Minister belast met Welzijn:

– Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (vanaf 1994)

Commissie Friese-taalpolitiek (Van Ommen)

5 Selectiedoelstelling

De doelstelling van het Nationaal Archief bij de selectie van overheidsarchieven is dat de belangrijkste bronnen van de Nederlandse samenleving en cultuur veilig worden gesteld voor blijvende bewaring. Met het te bewaren materiaal moet het mogelijk zijn om een reconstructie te maken van de hoofdlijnen van het handelen van de rijksoverheid ten opzichte van haar omgeving, maar ook van de belangrijkste historisch-maatschappelijke gebeurtenissen en ontwikkelingen, voor zover deze zijn te reconstrueren uit overheidsarchieven. Deze selectiedoelstelling wordt in het BSD toegepast op het betreffende beleidsterrein.

6 Selectiecriteria

Om de selectiedoelstelling te bereiken worden de Handelingen in het BSD gewaardeerd aan de hand van de onderstaande algemene selectiecriteria. Deze criteria zijn in 1997 door het Convent van Rijksarchivarissen vastgesteld en geaccordeerd door PC DIN en KNHG.

Selectiecriteria

Handelingen die gewaardeerd worden met B (ewaren)

Algemeen selectiecriterium

1. Handelingen die betrekking hebben op voorbereiding en bepaling van beleid op hoofdlijnen

Toelichting: Hieronder wordt verstaan agendavorming, het analyseren van informatie, het formuleren van adviezen met het oog op toekomstig beleid, het ontwerpen van beleid of het plannen van dat beleid, alsmede het nemen van beslissingen over de inhoud van beleid en terugkoppeling van beleid. Dit omvat het kiezen en specificeren van de doeleinden en de instrumenten.

2. Handelingen die betrekking hebben op evaluatie van beleid op hoofdlijnen

Toelichting: Hieronder wordt verstaan het beschrijven en beoordelen van de inhoud, het proces of de effecten van beleid. Hieruit worden niet per se consequenties getrokken zoals bij terugkoppeling van beleid.

3. Handelingen die betrekking hebben op verantwoordingvan beleid op hoofdlijnen aan andere actoren

Toelichting: Hieronder valt tevens het uitbrengen van verslag over beleid op hoofdlijnen aan andere actoren of ter publicatie.

4. Handelingen die betrekking hebben op (her)inrichting van organisaties belast met beleid op hoofdlijnen

Toelichting: Hieronder wordt verstaan het instellen, wijzigen of opheffen van organen, organisaties of onderdelen daarvan.

5. Handelingen die bepalend zijn voor de wijze waarop beleidsuitvoering op hoofdlijnen plaatsvindt

Toelichting: Onder beleidsuitvoering wordt verstaan het toepassen van instrumenten om de gekozen doeleinden te bereiken.

6. Handelingen die betrekking hebben op beleidsuitvoering op hoofdlijnen en direct zijn gerelateerd aan of direct voortvloeien uit voor het Koninkrijk der Nederlanden bijzondere tijdsomstandigheden en incidenten

Toelichting: Bijvoorbeeld in het geval de Ministeriele verantwoordelijkheid is opgeheven en/of wanneer er sprake is van oorlogstoestand, staat van beleg of toepassing van noodwetgeving.

Ingevolge artikel 5, onder e, van het Archiefbesluit 1995 kan neerslag van bepaalde, als te vernietigen gewaardeerde Handelingen betreffende personen en/of gebeurtenissen van bijzonder cultureel of maatschappelijk belang, van vernietiging worden uitgezonderd.

7 Leeswijzer bij de handelingenlijst

De Handelingen worden beschreven in een Handelingenblok, zoals hierna aangegeven:

(X)

Dit is het volgnummer van de handeling.

Dit nummer is overgenomen uit het RIO. Als het volgnummer van één of meerdere handelingen in het BSD afwijkt van het oorspronkelijke RIO-nummer, dan wordt deze vermeld in een concordans.

Handeling

Dit is een complex van activiteiten die een actor verricht ter vervulling van een taak of op grond van een bevoegdheid.

In de praktijk komt een Handeling meestal overeen met een procedure of een werkproces.

Bijvoorbeeld:

Het voorbereiden, coördineren en bepalen van het beleid inzake geluidshinder.

Periode

Hier staat het tijdvak vermeld gedurende welke jaren de handeling is verricht. Is geen specifiek beginjaar bekend dan wordt een beginjaar geschat, of 1945– genoemd. Wanneer er geen eindjaar staat vermeld wordt de handeling nog steeds uitgevoerd.

Grondslag

Dit is de wettelijke basis op grond waarvan de actor de handeling verricht, indien bekend, kan op twee manieren worden vermeld.

(1)

– de naam (citeertitel) van de wet, de Algemene Maatregel van Bestuur, het Koninklijk Besluit of de Ministeriële regeling;

– het betreffende artikel en lid daarvan;

– de vindplaats of bron;

– wijzigingen in de Grondslag: en het vervallen hiervan.

Bijvoorbeeld:

Reclasseringsregeling 1947, art. 9, lid 2 (Stb. 1947, H 423), Reclasseringsregeling 1970, art. 8, lid, lid 3 (Stb. 1969, 598), gewijzigd 1978 (Stb. 1978, 254), vervallen in 1986 (Stb. 1986, 1)

(2)

– naam van de wet, de algemene Maatregel van bestuur, het Koninklijk Besluit of Ministeriële regeling;

– het betreffende artikel en het lid daarvan.

De overige gegevens (vindplaats, wijzigingen of vervallen kunnen worden vermeld in een overzicht van geraadpleegde wetten)

Bijvoorbeeld:

Reclasseringsregeling 1947, art. 9, lid 2, Reclasseringsregeling 1970, art. 8, lid 3

NB: Met vindplaats wordt de vermelding in het staatsblad of staatscourant bedoeld. Het verdient de voorkeur de vindplaats van de Grondslag: op te nemen in het Handelingenblok. Een andere mogelijkheid is de vindplaats in het overzicht van wet- en regelgeving te vermelden. Duidelijk moet zijn op welke versie van een wet- of regeling een handeling gebaseerd is.

Wanneer er geen wettelijke Grondslag: voor een handeling bestaat, kan de bron (interne regelgeving, beleidsnota’s) worden genoemd waarin de betreffende handeling staat vermeld.

Product

Hier achter staat het product vermeld waarin de handeling resulteert of zou moeten resulteren.

Opsommingen geven een indicatie van de producten en zijn niet altijd uitputtend. Vaak wordt volstaan met een algemeen omschreven eindproduct Toepassing is afhankelijk van de zorgdrager.

Opmerking

Deze aanvullende informatie wordt slechts vermeld wanneer (een onderdeel van) het Handelingenblok toelichting behoeft.

Waardering

Waardering: van de handeling in B (bewaren) of V (vernietigen).

Indien vernietigen, dan vermelding van de vernietigingstermijn, zonodig aangevuld met een bewerkingsinstructie, bijvoorbeeld: ‘v 5 jaar na voltooiing project’.

Indien bewaren, dan vermelding van het gehanteerde selectiecriterium.

Eventueel een nadere toelichting op de waardering.

8 Verslag vaststellingsprocedure

In 2006 is het ontwerp-BSD door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Justitie, de Minister van Financiën, de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangeboden, waarna deze het ter advisering heeft ingediend bij de Raad voor Cultuur (RvC).

Van het gevoerde driehoeksoverleg over de waarderingen van de Handelingen is een verslag gemaakt, dat tegelijk met het BSD naar de RvC is verstuurd.

Vanaf 1 januari 2007 lag de selectielijst gedurende acht weken ter publieke inzage bij de registratiebalie van het Nationaal Archief evenals in de bibliotheken van genoemde Ministeries en bij de rijksarchieven in de provincie/regionaal historische centra, hetgeen was aangekondigd in de Staatscourant en in het Archievenblad.

Op 28 februari 2007 bracht de RvC advies uit (arc-2007.03507/8), hetwelk geen aanleiding heeft gegeven tot wijzigingen in de ontwerp-selectielijst.

Daarop werd het BSD op 12 maart 2007 door de algemene rijksarchivaris, namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Project Directeur Project Wegwerken Archiefachterstanden (conform het convenant d.d. 30 mei 2006) namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (C/S&A/07/650), de Minister van Buitenlandse Zaken(C/S&A/07/651), de Minister van Justitie (C/S&A/07/652), de Minister van Financiën (C/S&A/07/653), de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (C/S&A/07/654) en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (C/S&A/07/655) vastgesteld.

9 Actorenoverzicht

Actoren onder de zorg van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK)

Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is belast met de coördinatie van het beleid ten aanzien van de Friese taal; de emancipatie van het Fries is in belangrijke mate een binnenlandse bestuurlijke aangelegenheid. De Minister van BZK was een van de drie Ministers die naar aanleiding van Kneppelfreed af reisde naar Friesland. De Minister van Binnenlandse Zaken is ook betrokken bij de totstandkoming van de bestuursafspraken aangaande de Friese taal en cultuur die sinds 1989 tussen het Rijk en de provincie Friesland worden gemaakt.

Commissie Friese taal

Nadat in 1979 een interim-rapport van de werkgroep Frysk yn it offisiële forkear unaniem door het provinciebestuur was aanvaard en vervolgens was aangeboden aan de Raad van Ministers, waarbij werd aangedrongen op de totstandkoming van een Friese taalwet, werd door de Ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie de Commissie Friese taal ingesteld. De commissie bestond zowel uit Friese leden als uit Haagse leden. Een rapport van de commissie, Fries in het bestuurlijk verkeer, verscheen in 1985. In 1992 bracht de commissie ook een advies uit over het gebruik van het Fries in het rechtsverkeer.

Consultatief orgaan Friese taal

De instelling van het Consultatief orgaan Friese taal in 1998 vloeide rechtstreeks voort uit de aanvaarding door Nederland van het Europees Handvest regionale talen of talen van minderheden. Artikel 7, vierde lid van het Handvest moedigt staten aan om organisaties in het leven te roepen die de overheid in alle zaken met betrekking tot regionale of minderheidstalen kunnen adviseren. Het orgaan brengt periodiek rapport uit aan de Minister van Binnenlandse Zaken over de behoeften en wensen ten aanzien van de Friese taal en cultuur in relatie tot het Europees handvest. Het orgaan wordt in zijn werkzaamheden bijgestaan door het Berie foar it Frysk. Deze laatste is een adviesorgaan van de provincie Friesland en komt als zodanig niet als actor in dit BSD voor.

Orgaan belast met het monitoren van genomen maatregelen en bereikte vooruitgang mbt het onderwijs in de Friese taal

Dit in 1998 in het leven geroepen orgaan is belast met het monitoren van genomen maatregelen en bereikte vooruitgang met betrekking tot het onderwijs in de Friese taal.

Ambtelijke coördinatiegroep Bestuursafspraak Friese taal en cultuur

Deze coördinatiegroep werd, conform de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001 (Stb. 2001, 125), ingesteld door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Hierin hebben vertegenwoordigers van alle Ministeries die betrokken zijn bij de Bestuursafspraak zitting, alsmede vertegenwoordigers van gedeputeerde staten van Friesland. De taken van de coördinatiegroep zijn:

– het voorbereiden van het periodiek overleg in het kader van de Bestuursafspraak;

– het voorbereiden en monitoren van de uit de Bestuursafspraak voortvloeiende uitvoeringsconvenanten;

– het voorbereiden van de jaarlijkse rapportages aan Tweede Kamer en de provincie Friesland;

– het monitoren van de implementatie van de verplichtingen voortvloeiend uit het Europees Handvest.

Actoren onder de zorg van de Minister van Buitenlandse Zaken

Minister van Buitenlandse Zaken

De Minister van Buitenlandse Zaken is sinds 1945 betrokken bij het beleidsterrein Friese taal en is een van de betrokken Ministers bij de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur van 1993. Conform de Bestuursafspraak wordt in het buitenland voorlichting gegeven over de Friese taal en cultuur in het kader van de voorlichting over Nederland en worden internationale contacten met andere gebieden in Europa waar regionale talen worden gesproken gestimuleerd.

Actoren onder de zorg van de Minister van Justitie

Minister van Justitie

Omdat de directe aanleiding van de gebeurtenissen van Kneppelfreed een reeks van incidenten naar aanleiding van het gebruik van het Fries in de rechtszaal betrof, was ook de Minister van Justitie vanaf het eerste uur betrokken bij het beleid ten aanzien van dit deelterrein.

Commissie betreffende het gebruik van de Friese taal op het gebied van het rechtsverkeer (Commissie-Kingma Boltjes)

De Commissie-Kingma Boltjes, genoemd naar haar voorzitter, werd in 1952 ingesteld door de Ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie. Zij moest onder meer adviseren over het gebruik van het Fries in de rechtszaal en in het rechtsverkeer. De Commissie bracht in 1953 haar rapport uit.

Actoren onder de zorg van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OC&W)

Minister van Onderwijs en Wetenschap

Een belangrijk onderdeel van het beleid ten aanzien van de Friese taal betreft het onderwijs. Een beleid gericht op behoud en emancipatie van de Friese taal en cultuur kan niet zonder een daarop gericht onderwijsbeleid. Ook de Minister van Onderwijs maakte deel uit van de Ministersdelegatie die in 1952 Friesland bezocht na gebeurtenissen van Kneppelfreed. De Minister van Onderwijs is eveneens een van de partijen betrokken bij de bestuursafspraken. De beleidsterreinen Onderwijs en Wetenschap ressorteerde achtereenvolgens onder de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (1945–1965), de Minister van Onderwijs en Wetenschap (1965–1994), de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (vanaf 1994) en sinds 2003 de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. In het Handelingenblok zal steeds de laatste benaming van het departement worden gebruikt.

Minister belast met Cultuur

Het beleid gericht op behoud en emancipatie van het Friese is breder dan alleen het onderwijs, in de zin van het leren spreken, lezen en schrijven. Het betreft ook de Friese literatuur en cultuuruitingen zoals toneel. De Minister waaronder cultuur ressorteert levert een bijdrage door Friese culturele instellingen te subsidiëren en bijvoorbeeld gezelschappen voor beroepstoneel, die zich van de Friese taal bedienen, te ondersteunen. Ook de Minister van Cultuur neemt deel aan de besprekingen aangaande de bestuursafspraken tussen rijk en provincie. Het beleidsterrein Cultuur ressorteerde achtereenvolgens onder de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (1945–1965), de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (1965–1982), de Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (1982–1994), de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (vanaf 1994) en sinds 2003 de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. In het Handelingenblok zal steeds de laatste benaming van deze actor worden gebruikt. Teneinde er zeker van te zijn dat de archieven van de Minister van Cultuur onder het zorgdragerschap van OCW bewerkt kunnen worden, wordt voor deze voor de gehele Periode: na 1945 meegenomen.

De Minister van VWS is de rechtsopvolger van CRM en WVC en is derhalve voor de Periode: 1965–1994 de zorgdrager voor de Minister van Cultuur.

Commissie-Wesselings

Direct na het bezoek van de Ministers aan Friesland, begin 1952, werd door de toenmalige Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen een commissie ingesteld die advies moest uitbrengen inzake de verruiming van de mogelijkheden tot het geven van onderwijs in de Friese taal. Daarnaast werd de commissie gevraagd om de Friese wensen met betrekking tot subsidieverlening van culturele instellingen te inventariseren.

Projectgroep invoering Fries als verplicht vak op de scholen voor gewoon lager onderwijs in de provincie Friesland (Commissie-Sinnema)

De in 1973 door de Minister van Onderwijs en Wetenschappen ingestelde Commissie-Sinnema moest de invoering van de Friese taal als verplicht vak in het lager onderwijs voorbereiden. Daarbij ging het zowel om het ontwerpen van een wijziging van de Lager-onderwijswet 1920 als om een wetswijziging voor de benodigde aanpassing van de onderwijzersopleiding. Daarnaast diende de commissie de Minister algemeen van advies te dienen over dit project.

Commissie Fries in het buitengewoon onderwijs

Deze commissie werd in 1979 ingesteld met de opdracht na te gaan voor welke schoolsoorten in het buitengewoon onderwijs en voor welke niet de Friese taal als verplicht vak diende te worden ingevoerd. Daarnaast moest de commissie onder meer een wettelijke basis formuleren voor de invoering van het Fries als verplicht vak en een uitvoeringsplan opstellen. De commissie bracht in 1981 haar rapport uit.

Commissie Fries in het voortgezet onderwijs

De Commissie Fries in het voortgezet onderwijs werd kort na de Commissie Fries in het buitengewoon onderwijs ingesteld in oktober 1979. De commissie moest inventariseren wat de bestaande mogelijkheden waren voor het geven van het vak Friese taal- en letterkunde, in hoeverre het wenselijk was deze mogelijkheden te verruimen en of het Fries als een verplicht eindexamenvak zou moeten worden ingevoerd. De commissie bracht in 1981 en 1982 respectievelijk een tussenrapport en een eindrapport uit.

Coördinator invoering vak Fries in de eerste fase van het voortgezet onderwijs

Bij de tweede Bestuursafspraak die in 1993 (Stcrt. 1993, 237) tot stand kwam werd bepaald dat de Minister van Onderwijs een coördinator ten behoeve van de invoering van het vak Fries in de eerste fase van het voortgezet onderwijs aanstelt. Deze moet regelmatig rapport uitbrengen aan zowel de Minister als aan gedeputeerde staten.

Actoren onder de zorg van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)

Minister waaronder Welzijn en Volksgezondheid ressorteren

Sedert 1989 is de Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur als partij betrokken bij de Bestuursafspraak inzake Friese taal en cultuur, maar dan vooral voor het beleidsterrein Cultuur. In 1994 werd het cultuurbeleid onder verantwoordelijkheid gebracht van de Minister van Onderwijs en Wetenschappen door de vorming van een nieuw Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (vanaf 2003 Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap geheten). Volksgezondheid en Welzijn kwamen nu onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (1994–heden). Ook deze Minister bleef bij het beleid ten aanzien van de Friese taal betrokken. Door de aanvaarding van het Europees Handvest zijn in de Bestuursafspraak van 2001 onder meer ook artikelen opgenomen over het gebruik van het Fries in instellingen als ziekenhuizen en bejaardentehuizen. Verder valt het voorschools onderwijs, dat op grond van de het Europees Handvest indirect onder de Minister van VWS. Op grond van de Welzijnswet (Stb. 1994, 447) is de verantwoordelijkheid voor het bieden van voorschools onderwijs neergelegd bij de gemeenten. Deze dienen bij gemeentelijke verordening regels te stellen met betrekking tot de kwaliteit van bij AMvB aan te wijzen vormen van kinderopvang.

Minister belast met Cultuur

Zie ook de Minister van OCW. Het betreft de Periode: 1965–1994. In het Handelingenblok zal de naam van VWS worden gebruikt. Deze Handelingen zijn voor het overzicht onder de actor Minister van VWS geplaatst.

Commissie Friese-Taalpolitiek (Commissie-Van Ommen)

In 1969 werd door de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk de interdepartementale Commissie Friese-Taalpolitiek ingesteld. Aanleiding was onder meer het feit dat de provincie Friesland er bij de regering op had aangedrongen het Fries als verplicht vak op te nemen in de lesroosters van zowel lager als voortgezet onderwijs. Daarnaast werd omstreeks deze tijd ook op bestuurlijk niveau in de provincie Friesland in toenemende mate gebruik gemaakt van het Fries, terwijl daarvoor door de centrale overheid opgestelde regels ontbraken. De commissie bracht in 1970 rapport uit.

Selectielijsten

10 Deel A: Handelingen Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

10.1.1 Algemene Handelingen

1.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota’s, beleidsnotities, rapporten, adviezen en evaluaties

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de Ministerraad.

Onder deze handeling valt ook:

– Het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de Ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

– Het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

– Het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

– Het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

– Het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

– Het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B 1

2.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgevingbetreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Wetten, algemene maatregelen van bestuur, koninklijke besluiten

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B 1

3.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Series jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn.

Bewaring op het hoogste niveau betekent dat kwartaalverslagen alleen worden bewaard als er geen jaarverslagen zijn, en maandverslagen alleen als er geen jaar- en kwartaalverslagen zijn, etcetera.

Waardering: B 3 voor verslagen op het hoogste niveau

V 2 jaar voor verslagen op onderliggend niveau

4.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Brieven, notities

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling.

Waardering: B 3

5.

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratief rechterlijke organen

Periode: 1945–

Product: Beschikkingen, verweerschriften

Waardering: V 10 jaar na beschikking

6.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–

Product: Internationale regelingen, nota’s, rapporten

Waardering: B 1

7.

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Brieven, notities

Waardering: V 2 jaar

8.

Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Voorlichtingsmateriaal

Waardering: V 1 jaar, m.u.v. 1 exemplaar van het eindprodukt

9.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Offerte, brieven, rapport

Waardering: B 1 opdracht en eindproduct

V 5 jaar overige neerslag

10.

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Notities, notulen, brieven

Waardering: V 5 jaar

11.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Waardering: V 5 jaar

12.

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Rekeningen, declaraties

Waardering: V 5 jaar

13.

Handeling: Het verstrekken van subsidies aan personen, bedrijven en instellingen die actief zijn op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Beschikkingen, correspondentie

Opmerking: Vanaf 1995 worden er geen subsidies meer verstrekt wanneer daarvoor geen wettelijke basis bestaat

Waardering: V 7 jaar

14.

Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Instellingsbesluiten, beschikkingen

Waardering: B 4

15.

Handeling: Het voeren van periodiek overleg inzake de uitvoering van activiteiten in het kader van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 1989

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder F, 1–2 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.1. (Stb. 2001, 125)

Periode: 1989–

Product: Notulen, verslagen

Opmerking: Het overleg dient mede voor afstemming van het beleid van de provincie Friesland ten opzichte van het Rijk en de onderscheiden rijksorganen onderling. Volgens de eerste Bestuursafspraak werd het overleg jaarlijks gevoerd; vanaf 2001 wordt het overleg tenminste eens in de drie jaar gevoerd.

Waardering: B 3

16.

Handeling: Het vaststellen van uitvoeringsconvenanten ter operationalisering van de bepalingen in het Europees Handvest zonodig door middel van aanvullende wetgeving

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.2. (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–(2004)

Product: Uitvoeringsconvenanten

Opmerking: In de uitvoeringsconvenanten worden ook afspraken gemaakt over financiering van de implementatie van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur

Waardering: B 5

10.1.2 Handelingen met betrekking tot de Nederlandse inbreng in de Europese Unie

17.

Handeling: Het detacheren/benoemen van ambtenaren bij de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiging bij de EG

Periode: 1958–

Produkt Besluit

Waardering: V 5 jaar na einde detachering

18.

Handeling: Het voorbereiden van bijdragen aan expertgroepen van de Europese Commissie inzake het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen over de geleverde bijdrage

Periode: 1958–

Waardering: B 1

19.

Handeling: Het opstellen van concept-informatiefiches over voorstellen, mededelingen en Groenboeken van de Europese Commissie op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Produkt Concept-fiches

Opmerking: De interdepartementale WBNC stelt de informatiefiches vast (de handeling hiervoor is opgenomen in het concept-RIO ‘Gedane Buitenlandse Zaken’.

Waardering: B 4

20.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van Raadswerkgroepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese Taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

21.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc groepen Raden/Attachés met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

22.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van het COREPER met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiger in het COREPER worden vastgesteld in interdepartementaal overleg onder leiding van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

23.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc High Level groepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 5

24.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake agendapunten van Raadsvergaderingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van Raadsvergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: Nationale standpunten en onderhandelingsposities inzake agendapunten van Raadsvergaderingen komen tot stand in de Coördinatiecommissie voor Europese Integratie- en Associatieproblemen (CoCo).

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

25.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake algemene en op langere termijn spelende zaken van EU-belang inzake het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1993–

Opmerking: Overleg hierover in de Coördinatiecommissie op Hoog Ambtelijk Niveau (CoCoHan) leidt tot algemene rapporten aan de betrokken Ministers.

Waardering: B 1

26.

Handeling: Het voordragen van personen voor benoeming in een raadgevend comité, beheerscomité of reglementeringscomité

Periode: 1958–

Opmerking: De Raad benoemt de leden van de comités

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

27.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten inzake door de Europese Commissie voorgestelde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, die besproken worden in een raadgevend comité, een beheerscomité of een reglementeringscomité, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze comités.

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

28.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten over door de Europese Commissie voorgenomen besluiten, maatregelen en onderhandelingen met derde landen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, voorzover deze niet zijn vastgelegd in Raadsbesluiten en worden besproken in commissies en werkgroepen, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze commissies en werkgroepen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

10.1.3 Implementatie van Europese regelgeving

29.

Handeling: Het opstellen van een plan ter implementatie van een door de Raad vast te stellen besluit

Periode: 1993–

Grondslag: Aanwijzingen voor regelgeving (1992, Stcrt. 230), nr. 334

Produkt Implementatieplan

Opmerking: Het betreft hier plannen ter implementatie van richtlijnen en verordeningen die onderworpen zijn aan de samenwerkingsprocedure of de medebeslissingsprocedure (co-decisie) van Raad en Europees Parlement. Het implementatieplan moet binnen een maand nadat de Raad het gemeenschappelijk standpunt heeft vastgesteld voorgelegd worden aan de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen.

Waardering: B 5

30.

Handeling: Het voordragen aan de Europese Commissie van deskundigen belast met de controle op de naleving van de bepalingen van communautaire besluiten betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Grondslag: Richtlijnen

Produkt Besluit

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

31.

Handeling: Het periodiek rapporteren aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa over het in overeenstemming met deel II van het Europees Handvest gevoerde beleid inzake de toepassing van de in deel III aanvaarde bepalingen

Grondslag: Europees Handvest regionale talen, art. 15, eerste lid (Trb. 1993, 1 en 199; 1998, 20);

Periode: 1998–

Product: Rapportage

Opmerking: Het de rapportage moet eens in de drie jaar plaats vinden; het eerste rapport moet worden gepresenteerd binnen een jaar na de inwerkingtreding van het Europees Handvest.

Waardering: B 3

10.1.4 Het Fries als rechtstaal en als bestuurstaal

80.

Handeling: Het instellen van de Commissie betreffende het gebruik van de Friese taal op het gebied van het rechtsverkeer (Commissie-Kingma Boltjes)

Periode: 1952

Product: Instellingsbeschikking

Waardering: B 4

83.

Handeling: Het instellen van de Commissie Friese taal

Periode: 1981

Product: Instellingsbeschikking d.d. 29 mei 1981 (Stcrt. 1981, 113)

Waardering: B 4

84.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter, eerste en tweede secretaris en (adviserende) leden van commissies op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1952–

Product: Instellingsbeschikking, art. 4, eerste en tweede lid, art. 5 en art. 6 (Stcrt. 1981, 113); Aanvulling instellingsbeschikking, art. 1 en 2 (Stcrt. 1981, 172); Aanvulling instellingsbeschikking, art. 1 en 3 (Stcrt. 1983, 183); Aanvulling instellingsbeschikking, art. 1 en 2 (Stcrt. 1984, 138); Aanvulling instellingsbeschikking, art. A t/m C (Stcrt. 1989, 133)

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

86.

Handeling: Het voeren van overleg met Gedeputeerde Staten van Friesland inzake het opstellen van overheidsdocumenten in het Fries

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder A, 6 (Stcrt. 1989, 133)

Periode: 1989

Product: Notulen, verslagen

Opmerking: Centraal staat daarbij de vraag of daarmee de beoogde doelstelling van het behoud van het levend erfdeel van de Friese taal en cultuur voldoende wordt gewaarborgd

Waardering: B 3

87.

Handeling: Het stellen van nadere regels over het gebruik van de Friese taal door onderdelen van de centrale overheid waarvan het werkterrein zich uitstrekt tot Friesland

Grondslag: Wet van 4 mei 1995, houdende wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met de opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer, art. 2:9, tweede lid (Stb. 1995, 302)

Periode: 1995

Product: Departementale regelgeving, modelverordening (1996)

Waardering: B 5

88.

Handeling: Het evalueren van de resultaten van de wijziging van de Algemene wet Bestuursrecht (Stb. 1995, 302) inzake het gebruik van de Friese taal in het bestuurlijk verkeer

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 1.4 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1995–

Product: Verslag

Opmerking: De wetswijziging van de AWB werd in 1995 van kracht

Waardering: B 3

89.

Handeling: Het (zonodig) voeren van overleg inzake te nemen maatregelen om de beoogde doelstellingen van de wijziging van de AWB met betrekking tot het gebruik van de Friese taal in het bestuurlijk verkeer te bereiken

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 1.4 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1995–

Product: Notulen, verslag

Opmerking: De wetswijziging van de AWB werd in 1995 van kracht

Waardering: B 5

90.

Handeling: Het bevorderen van de mogelijkheid tot het volgen van cursussen Fries door rechters, griffiers en politiepersoneel in de provincie Friesland

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.3 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993

Product: Subdidiebeschikkingen, correspondentie

Waardering: V 5 jaar

10.1.5 Europees handvest voor regionale talen of talen van minderheden

Hieronder zijn alleen die Handelingen opgenomen die voortvloeien uit het Europees handvest voor regionale talen of talen van minderheden, voor zover deze niet overlappen met de standaard-Handelingen met betrekking tot de Nederlandse inbreng in de Europese Unie.

97.

Handeling: Het instellen van een consultatief orgaan ten behoeve van de Friese taal

Grondslag: Europees Handvest regionale talen, art. 7, vierde lis (Trb. 1993, 1 en 199; 1998, 20); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, art. 9, tiende lid (Stcrt. 2001, nr. 125)

Periode: 1998–2001

Product: Instellingsbesluit consultief orgaan Friese taal (Stcr. 1998, nr. 33); wijziging Instellingsbesluit consultief orgaan Friese taal (Stcr. 2002, nr. 62)

Waardering: B 4

98.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter, leden en secretaris van het consultatief orgaan Friese taal

Grondslag: Europees Handvest regionale talen, art. 7, vierde lid (Trb. 1993, 1 en 199)

Periode: 1998–

Product: Instellingsbesluit consultief orgaan Friese taal (Stcr. 1998, nr. 33); Benoemingsbesluit consultief orgaan Friese taal (Stcrt. 2002, nr. 62)

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

101.

Handeling: Het instellen van een orgaan belast met het monitoren van genomen maatregelen en bereikte vooruitgang met betrekking tot het onderwijs in de Friese taal

Grondslag: Europees Handvest regionale talen, art. 8, eerste lid, onder i (Trb. 1993, 1 en 199; 1998, 20)

Periode: 1998–

Product: Instellingsbesluit consultatief orgaan Friese taal (Stcrt. 1998, nr. 33), art. 2, eerste lid

Waardering: B 4

103.

Handeling: Het treffen van regelingen om het onderwijs in de geschiedenis en cultuur die in de Friese taal haar weerspiegeling vindt te waarborgen

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 1; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Regelingen

Waardering: B 5

104.

Handeling: Het toestaan van het onderwijs in de Friese taal in andere gebieden dan waar die taal traditioneel wordt gebruikt indien het aantal daar wonende gebruikers van die taal dit rechtvaardigt

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 2; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Wet- en regelgeving

Waardering: V 10 jaar

105.

Handeling: Het ter beschikking stellen van middelen aan de Provincie Friesland om haar beleid ten aanzien van het Fries uit te voeren

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Subsidieverstrekkingen

Waardering: V 7 jaar

106.

Handeling: Het voorbereiden van nieuwe en het aanpassen van oude wet- en regelgeving met betrekking de verbetering van de positie van het Fries in de voorschoolse opvang

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 1, onder a; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 1 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Wet- en regelgeving

Waardering: B 1

107.

Handeling: Het overleggen met de sociale partners inzake de mogelijkheid om aan leidsters in Friese kinderdagverblijven en peuterspeelzalen in hun opleiding een bewijzen van bekwaamheid van beheersing van de Friese taal en van didactische en pedagogische vaardigheden met betrekking tot twee of meertaligheid in de kinderopvang af te geven

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 1, onder a; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 1 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001

Product: Notulen, verslag

Waardering: V 5 jaar

109.

Handeling: Het stimuleren van gemeenten om de positie van het Fries in de peuterspeelzalen te verbeteren door de aandacht voor die taal op te nemen in lokale verordeningen

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.1.4 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Waardering: V 5 jaar

110.

Handeling: Het voeren van overleg met de provincie Friesland inzake de positie van het Fries, gegeven de bepalingen van het Europees Handvest, in verband met op handen zijnde wetgeving over de voorschoolse educatie waarin kwalitatieve doelstellingen aan de orde zijn

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.2.1 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Notulen, verslagen

Waardering: V 5 jaar

114.

Handeling: Het systematisch verzamelen van gegevens over de plaats die het Fries inneemt in het kwaliteitsbeleid van scholen en over de doelstellingen die scholen zich stellen ten aanzien van de beheersing van het Fries door het personeel

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.4.2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Registraties, automatische gegevensbestanden

Waardering: V 10 jaar

115.

Handeling: Het voeren van overleg met de Regionale Opleidings Centra (ROC’s) in Friesland inzake het integreren van het actief beheersen van de Friese taal en de didactische en pedagogische vaardigheden met betrekking tot twee- en meertaligheid in hun opleiding tot onderwijsassistent, dan wel dit te maken tot een verplicht onderdeel van het examenprogramma

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.4.2(Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Notulen, verslag

Waardering: V 5 jaar

119.

Handeling: Het instellen van een ambtelijke coördinatiegroep ter voorbereiding van het periodiek overleg voortvloeiend uit de Bestuursafspraak Friese taal- en cultuur

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.7. (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Instellingsbeschikking

Opmerking: In de ambtelijke coördinatiegroep hebben vertegenwoordigers van alle onderscheiden Ministeries die bij de Bestuursafspraak betrokken zijn en van de Provincie Friesland zitting. Zij voeren tenminste tweemaal per jaar overleg.

Waardering: B 4

11 Deel B: Handelingen van actoren die vallen onder het zorgdragerschap van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Hieronder zijn alleen die Handelingen opgenomen die voortvloeien uit het Europees handvest voor regionale talen of talen van minderheden, voor zover deze niet overlappen met de standaard-Handelingen met betrekking tot de Nederlandse inbreng in de Europese Unie

11.1 Commissie Friese taal

85.

Handeling: Het adviseren van de Ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie omtrent het gebruik van het Fries in het bestuurlijk verkeer en in het rechtsverkeer

Grondslag: Instellingsbeschikking, art. 3, eerste lid (Stcrt. 1981, 113); gewijzigd 1989 (Stcrt. 1989, 133)

Periode: 1981–

Product: Advies, rapport

Waardering: B 1

11.2 Consultatief orgaan Friese taal

99.

Handeling: Het rapporteren aan de Minister van Binnenlandse Zaken over de behoeften en de wensen ten aanzien van de Friese taal en cultuur in relatie tot het Europees handvest regionale talen of talen van minderheden

Grondslag: Instellingsbesluit consultatief orgaan Friese taal (Stcrt. 1998, nr. 33), art. 2, eerste lid

Periode: 1998–

Product: Rapport

Opmerking: Deze rapportages dienen periodiek, maar tenminste eens in de twee jaar te worden uitgebracht

Waardering: B 3

100.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Binnenlandse Zaken over de uitvoering van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001 en de daarbij behorende uitvoeringsconvenanten, in relatie tot het Europees handvest regionale talen of talen van minderheden

Grondslag: Europees Handvest regionale talen, art. 7, vierde lid (Trb. 1993, 1 en 199; 1998, 20); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, art. 9, tiende lid (Stcrt. 2001, nr. 125)

Periode: 2002–

Product: Advies

Waardering: B 1

11.3 Orgaan belast met de monitoring van genomen maatregelen en bereikte vooruitgang met betrekking tot het onderwijs in de Friese taal

102.

Handeling: Het monitoren van genomen maatregelen en bereikte vooruitgang met betrekking tot het onderwijs in de Friese taal

Grondslag: Europees handvest regionale talen, eerste lid, onder i (Trb. 1993, 1 en 199; 1998, 20)

Periode: 1998–

Product: Rapport

Waardering: B 3

11.4 Ambtelijke coördinatiegroep Bestuursafspraak Friese taal en cultuur

120.

Handeling: Het voorbereiden van het periodiek overleg voortvloeiend uit de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.1. a (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: agenda, correspondentie

Waardering: V 5 jaar

121.

Handeling: Het voorbereiden en monitoren van de uitvoeringsconvenanten voortvloeiend uit de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur voor de Periode: 2001–2004

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.1. b (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Correspondentie, verslagen

Waardering: V 5 jaar

122.

Handeling: Het voorbereiden van de jaarlijkse rapportage aan de Tweede Kamer en de Provincie Friesland inzake de uitvoering van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur en de daaraan gerelateerde uitvoeringsconvenanten

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.1. c (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Rapport

Waardering: B 3

123.

Handeling: Het monitoren van de implementatie van de verplichting voortvloeiend uit het Europees Handvest

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.1. d (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Rapport

Waardering: B 3

Deel C: Overige actoren

12 Handelingen van actoren onder de zorg van de Minister van Buitenlandse Zaken

12.1 Minister van Buitenlandse Zaken

De Handelingen 1–5 en 7–15 uit het RIO zijn in het BSD komen te vervallen.

12.1.1 Algemene Handelingen

6.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–

Product: Internationale regelingen, nota’s, rapporten

Waardering: B 1

16.

Handeling: Het vaststellen van uitvoeringsconvenanten ter operationalisering van de bepalingen in het Europees Handvest zonodig door middel van aanvullende wetgeving

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.2. (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–

Waardering: B 5

12.1.2 Handelingen met betrekking tot de Nederlandse inbreng in de Europese Unie

17.

Handeling: Het detacheren/benoemen van ambtenaren bij de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiging bij de EG.

Periode: 1958–

Produkt Besluit

Waardering: V 10 jaar na ontslag of uitdiensttreding

18.

Handeling: Het voorbereiden van bijdragen aan expertgroepen van de Europese Commissie inzake het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen over de geleverde bijdrage

Periode: 1958–

Waardering: V 20 jaar

19.

Handeling: Het opstellen van concept-informatiefiches over voorstellen, mededelingen en Groenboeken van de Europese Commissie op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Produkt Concept-fiches

Opmerking: De interdepartementale WBNC stelt de informatiefiches vast (de handeling hiervoor is opgenomen in het concept-RIO ‘Gedane Buitenlandse Zaken’.

Waardering: B 4

20.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van Raadswerkgroepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese Taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

21.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc groepen Raden/Attachés met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

22.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van het COREPER met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiger in het COREPER worden vastgesteld in interdepartementaal overleg onder leiding van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

23.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc High Level groepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

24.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake agendapunten van Raadsvergaderingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van Raadsvergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: Nationale standpunten en onderhandelingsposities inzake agendapunten van Raadsvergaderingen komen tot stand in de Coördinatiecommissie voor Europese Integratie- en Associatieproblemen (CoCo).

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

25.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake algemene en op langere termijn spelende zaken van EU-belang inzake het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1993–

Opmerking: Overleg hierover in de Coördinatiecommissie op Hoog Ambtelijk Niveau (CoCoHan) leidt tot algemene rapporten aan de betrokken Ministers.

Waardering: B 1

26.

Handeling: Het voordragen van personen voor benoeming in een raadgevend comité, beheerscomité of reglementeringscomité

Periode: 1958–

Opmerking: De Raad benoemt de leden van de comités

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

27.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten inzake door de Europese Commissie voorgestelde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, die besproken worden in raadgevend comité, een beheerscomité of een reglementeringscomité, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze comités.

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

28.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten over door de Europese Commissie voorgenomen besluiten, maatregelen en onderhandelingen met derde landen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, voorzover deze niet zijn vastgelegd in Raadsbesluiten en worden besproken in commissies en werkgroepen, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze commissies en werkgroepen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

12.1.3 Implementatie Europese regelgeving

29.

Handeling: Het opstellen van een plan ter implementatie van een door de Raad vast te stellen besluit

Periode: 1993–

Grondslag: Aanwijzingen voor regelgeving (1992, Stcrt. 230), nr. 334

Produkt Implementatieplan

Opmerking: Het betreft hier plannen ter implementatie van richtlijnen en verordeningen die onderworpen zijn aan de samenwerkingsprocedure of de medebeslissingsprocedure (co-decisie) van Raad en Europees Parlement. Het implementatieplan moet binnen een maand nadat de Raad het gemeenschappelijk standpunt heeft vastgesteld voorgelegd worden aan de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen.

Waardering: B 5

30.

Handeling: Het voordragen aan de Europese Commissie van deskundigen belast met de controle op de naleving van de bepalingen van communautaire besluiten betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Grondslag: Richtlijnen

Produkt Besluit

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

12.1.4 Beleid ten aanzien van Friese taal en cultuur

79.

Handeling: Het voeren van overleg met gedeputeerde staten van Friesland over en het vaststellen van:

– de wijze waarop internationale contacten met betrekking Friese taal en cultuur kunnen worden gelegd;

– de wijze waarop voorlichting in het buitenland dient te worden gegeven over de Friese taal en cultuur

Grondslag: Bestuursafspraak 1993, art. 2.5 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Nota’s, verslagen, correspondentie

Waardering: B 5

118.

Handeling: Het nemen van maatregelen gericht op het geven van een passende plaats aan de Friese taal en de cultuur waarvan deze een uitingsvorm is binnen het buitenlands cultuurbeleid

Periode: 2001–

Product: Regelgeving

Waardering: B 1

13 Handelingen van actoren onder de zorg van de Minister van Justitie

13.1 Minister van Justitie

13.1.1 Algemene Handelingen

1.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota’s, beleidsnotities, rapporten, adviezen en evaluaties

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de Ministerraad.

Onder deze handeling valt ook:

– Het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de Ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

– Het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

– Het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

– Het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

– Het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

– Het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B 1, 2

2.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgevingbetreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Wetten, algemene maatregelen van bestuur, koninklijke besluiten

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B 1

3.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Series jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B 3 jaarverslagen

Overige neerslag V 2 jaar (indien geen jaarverslagen voorhanden dan B kwartaalverslagen)

4.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Brieven, notities

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling.

Waardering: B 3

5.

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratief rechterlijke organen

Periode: 1945–

Product: Beschikkingen, verweerschriften

Waardering: V 5 jaar na beschikking

6.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–

Product: Internationale regelingen, nota’s, rapporten

Waardering: B 1

7.

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Brieven, notities

Waardering: V 2 jaar

8.

Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Voorlichtingsmateriaal

Waardering: B 5 1 exemplaar van het eindproduct

V 2 jaar overige neerslag

9.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Offerte, brieven, rapport

Waardering: B 5 opdracht en eindproduct

V 5 jaar overige neerslag

10.

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Notities, notulen, brieven

Waardering: V 5 jaar

11.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Registraties, automatische gegevens

Waardering: V 5 jaar

12.

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Rekeningen, declaraties

Waardering: V 7 jaar

13.

Handeling: Het verstrekken van subsidies aan personen, bedrijven en instellingen die actief zijn op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Beschikkingen, correspondentie

Opmerking: Vanaf 1995 worden er geen subsidies meer verstrekt wanneer daarvoor geen wettelijke basis bestaat

Waardering: V 7 jaar

14.

Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Instellingsbesluiten, beschikkingen

Waardering: B 4

15.

Handeling: Het voeren van periodiek overleg inzake de uitvoering van activiteiten in het kader van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 1989

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder F, 1–2 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.1. (Stb. 2001, 125)

Periode: 1989–

Product: Notulen, verslagen

Opmerking: Het overleg dient mede voor afstemming van het beleid van de provincie Friesland ten opzichte van het Rijk en de onderscheiden rijksorganen onderling. Volgens de eerste Bestuursafspraak werd het overleg jaarlijks gevoerd; vanaf 2001 wordt het overleg tenminste eens in de drie jaar gevoerd.

Waardering: V 5 jaar

16.

Handeling: Het vaststellen van uitvoeringsconvenanten ter operationalisering van de bepalingen in het Europees Handvest zonodig door middel van aanvullende wetgeving

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.2. (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–2004

Product: Uitvoeringsconvenanten

Opmerking: In de uitvoeringsconvenanten worden ook afspraken gemaakt over financiering van de implementatie van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur

Waardering: B 5

13.1.2 Handelingen met betrekking tot de Nederlandse inbreng in de Europese Unie

17.

Handeling: Het detacheren/benoemen van ambtenaren bij de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiging bij de EG.

Periode: 1958–

Produkt Besluit

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

18.

Handeling: Het voorbereiden van bijdragen aan expertgroepen van de Europese Commissie inzake het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen over de geleverde bijdrage

Periode: 1958

Waardering: V 5 jaar

19.

Handeling: Het opstellen van concept-informatiefiches over voorstellen, mededelingen en Groenboeken van de Europese Commissie op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Produkt Concept-fiches

Opmerking: De interdepartementale WBNC stelt de informatiefiches vast (de handeling hiervoor is opgenomen in het concept-RIO ‘Gedane Buitenlandse Zaken’.

Waardering: V 5 jaar

20.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van Raadswerkgroepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese Taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: V 5 jaar

21.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc groepen Raden/Attachés met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: V 5 jaar

22.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van het COREPER met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiger in het COREPER worden vastgesteld in interdepartementaal overleg onder leiding van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: V 5 jaar

23.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc High Level groepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

24.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake agendapunten van Raadsvergaderingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van Raadsvergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: Nationale standpunten en onderhandelingsposities inzake agendapunten van Raadsvergaderingen komen tot stand in de Coördinatiecommissie voor Europese Integratie- en Associatieproblemen (CoCo).

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

25.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake algemene en op langere termijn spelende zaken van EU-belang inzake het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1993–

Opmerking: Overleg hierover in de Coördinatiecommissie op Hoog Ambtelijk Niveau (CoCoHan) leidt tot algemene rapporten aan de betrokken Ministers.

Waardering: B 1

26.

Handeling: Het voordragen van personen voor benoeming in een raadgevend comité, beheerscomité of reglementeringscomité

Periode: 1958–

Opmerking: De Raad benoemt de leden van de comités

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

27.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten inzake door de Europese Commissie voorgestelde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, die besproken worden in raadgevend comité, een beheerscomité of een reglementeringscomité, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze comités.

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

28.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten over door de Europese Commissie voorgenomen besluiten, maatregelen en onderhandelingen met derde landen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, voorzover deze niet zijn vastgelegd in Raadsbesluiten en worden besproken in commissies en werkgroepen, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze commissies en werkgroepen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

13.1.3 Implementatie Europese regelgeving

29.

Handeling: Het opstellen van een plan ter implementatie van een door de Raad vast te stellen besluit

Periode: 1993–

Grondslag: Aanwijzingen voor regelgeving (1992, Stcrt. 230), nr. 334

Produkt Implementatieplan

Opmerking: Het betreft hier plannen ter implementatie van richtlijnen en verordeningen die onderworpen zijn aan de samenwerkingsprocedure of de medebeslissingsprocedure (co-decisie) van Raad en Europees Parlement. Het implementatieplan moet binnen een maand nadat de Raad het gemeenschappelijk standpunt heeft vastgesteld voorgelegd worden aan de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen.

Waardering: B 5

30.

Handeling: Het voordragen aan de Europese Commissie van deskundigen belast met de controle op de naleving van de bepalingen van communautaire besluiten betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Grondslag: Richtlijnen

Produkt Besluit

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

13.1.4 Het Fries als rechtstaal en als bestuurstaal

80.

Handeling: Het instellen van de Commissie betreffende het gebruik van de Friese taal op het gebied van het rechtsverkeer (Commissie-Kingma Boltjes)

Periode: 1952

Product: Instellingsbeschikking

Waardering: B 4

83.

Handeling: Het instellen van de Commissie Friese taal

Periode: 1981

Product: Instellingsbeschikking d.d. 29 mei 1981 (Stcrt. 1981, 113)

Waardering: B 4

84.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter, eerste en tweede secretaris en (adviserende) leden van commissies met betrekking tot de Friese taal

Periode: 1981–

Product: Instellingsbeschikking, art. 4, eerste en tweede lid, art. 5 en art. 6 (Stcrt. 1981, 113); Aanvulling instellingsbeschikking, art. 1 en 2 (Stcrt. 1981, 172); Aanvulling instellingsbeschikking, art. 1 en 3 (Stcrt. 1983, 183); Aanvulling instellingsbeschikking, art. 1 en 2 (Stcrt. 1984, 138); Aanvulling instellingsbeschikking, art. A t/m C (Stcrt. 1989, 133)

Waardering: V 7 jaar na einde betrekking

87.

Handeling: Het stellen van nadere regels over het gebruik van de Friese taal door onderdelen van de centrale overheid waarvan het werkterrein zich uitstrekt tot Friesland

Grondslag: Wet van 4 mei 1995, houdende wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met de opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer, art. 2:9, tweede lid (Stb. 1995, 302)

Periode: 1995

Product: Departementale regelgeving, modelverordening (1996)

Waardering: B 5

90.

Handeling: Het bevorderen van de mogelijkheid tot het volgen van cursussen Fries door rechters, griffiers en politiepersoneel in de provincie Friesland

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.3 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993

Product: Subsidiebeschikkingen, correspondentie

Waardering: V 3 jaar

91.

Handeling: Het in de Friese taal (laten) opstellen van standaard-formulieren gebruikt in gerechtelijke procedures

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.4 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Model standaard-formulieren in de Friese taal

Opmerking: Het betreft hier gerechtelijke procedures in de provincie Friesland waarin sprake is van voluntaire jurisdictie, niet strekkend tot bepaling van een rechtsbetrekking in geschil en waarin de aard van de zaak het gebruik van een standaard-formulier toelaat.

Waardering: V 5 jaar

92.

Handeling: Het onderzoeken van de mogelijkheid en het mede-mogelijk maken van de totstandkoming van een Nederlands-Fries juridisch woordenboek

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.5 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–2000

Product: Notulen, correspondentie, lexicografische voorbereidingen, stukken mbt subsidieverschaffing

Opmerking: Het Nederlands-Fries juridisch woordenboek is in 2000 uitgekomen

Waardering: B 5, m.u.v. financiële bescheiden V 7 jaar

93.

Handeling: Het bevorderen dat in akten van de burgerlijke stand die in gemeenten in Friesland worden opgemaakt zowel het Fries als het Nederlands wordt gebruikt

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.6 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Waardering: V 5 jaar

94.

Handeling: Het voeren van overleg met Gedeputeerde Staten van Friesland inzake de instelling van een commissie van deskundigen die de mogelijkheden onderzoekt en adviseert inzake het gebruik van de Friese taal in authentieke akten

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.7 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Notulen, verslagen, correspondentie

Waardering: B 4, 5

95.

Handeling: Het instellen van een commissie van deskundigen die de mogelijkheden onderzoekt en adviseert inzake het gebruik van de Friese taal in authentieke akten

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.7 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Instellingsbesluit

Waardering: B 4

96.

Handeling: Het voeren van overleg met gedeputeerde staten van Friesland inzake de verwezenlijking van de doelstellingen van de Bestuursafspraak 1993 betreffende het gebruik van het Fries in het rechtsverkeer

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.8 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Waardering: V 5 jaar

13.1.5 Europees handvest voor regionale talen of talen van minderheden

Hieronder zijn alleen die Handelingen opgenomen die voortvloeien uit het Europees handvest voor regionale talen of talen van minderheden, voor zover deze niet overlappen met de standaard-Handelingen met betrekking tot de Nederlandse inbreng in de Europese Unie.

105.

Handeling: Het ter beschikking stellen van middelen aan de Provincie Friesland om haar beleid ten aanzien van het Fries uit te voeren

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Subsidies

Waardering: V 7 jaar

13.2 Commissie betreffende het gebruik van de Friese taal op het gebied van het rechtsverkeer (Commissie-Kingma Boltjes)

81.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Minister van Justitie inzake de verruiming van het gebruik van de Friese taal in het rechtsverkeer

Grondslag: Instellingsbeschikking

Periode: 1952–1953

Product: Rapport

Waardering: B 1

82.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Verkeer en Waterstaat omtrent het gebruik van het Fries op verkeersborden, plaatsnaamaanduidingen en bij de Nederlandse Spoorwegen

Periode: 1952–1953

Product: Rapport

Waardering: B 1

13.3 Commissie van deskundigen die de mogelijkheden onderzoekt en adviseert inzake het gebruik van de Friese taal in authentieke akten

124.

Handeling: Het onderzoeken van de mogelijkheden en het adviseren inzake het gebruik van de Friese taal in authentieke akten

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 3.7 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Rapporten, advies

Waardering: B 5

14 Handelingen van actoren onder de zorg van de Minister van Financiën

14.1 Minister van Financiën

14.1.1 Algemene Handelingen

1.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota’s, beleidsnotities, rapporten, adviezen en evaluaties

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de Ministerraad.

Onder deze handeling valt ook:

– Het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de Ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

– Het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

– Het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

– Het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

– Het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

– Het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B 1, 2

2.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgevingbetreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Wetten, algemene maatregelen van bestuur, koninklijke besluiten

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B 1

14.1.2 Het Fries als rechtstaal en als bestuurstaal

87.

Handeling: Het stellen van nadere regels over het gebruik van de Friese taal door onderdelen van de centrale overheid waarvan het werkterrein zich uitstrekt tot Friesland

Grondslag: Wet van 4 mei 1995, houdende wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met de opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer, art. 2:9, tweede lid (Stb. 1995, 302)

Periode: 1995

Product: Departementale regelgeving, modelverordening (1996)

Waardering: B 5

15 Handelingen van actoren onder de zorg van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

15.1 Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

15.1.1 Algemene Handelingen

1.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota’s, beleidsnotities, rapporten, adviezen en evaluaties

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de Ministerraad.

– Onder deze handeling valt ook:

– Het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de Ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

– Het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

– Het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

– Het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

– Het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

– Het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B 1

2.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgevingbetreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Wetten, algemene maatregelen van bestuur, koninklijke besluiten

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B 1

3.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Series jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B 3 jaarverslagen, rest V 5 jaar (indien geen jaarverslagen voor handen dan B kwartaalverslagen)

4.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Brieven, notities

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling

Waardering: B 3

5.

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratief rechterlijke organen

Periode: 1945–

Product: Beschikkingen, verweerschriften

Waardering: V 15 jaar

6.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–

Product: Internationale regelingen, nota’s, rapporten

Waardering: B 5

7.

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Brieven, notities

Waardering: V 3 jaar

8.

Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Voorlichtingsmateriaal

Waardering: B 5 eindproduct, rest V 5 jaar

9.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Offerte, brieven, rapport

Waardering: B 5 opdracht en eindproduct, rest V 5 jaar

10.

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Notities, notulen, brieven

Waardering: V 5 jaar

11.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Waardering: V 10 jaar na afronding onderzoek

12.

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Rekeningen, declaraties

Waardering: V 10 jaar

13.

Handeling: Het verstrekken van subsidies aan personen, bedrijven en instellingen die actief zijn op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Beschikkingen, correspondentie

Opmerking: Vanaf 1995 worden er geen subsidies meer verstrekt wanneer daarvoor geen wettelijke basis bestaat

Waardering: V 7 jaar na goedkeuring van de rekening

14.

Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Instellingsbesluiten, beschikkingen

Waardering: B 4

15.

Handeling: Het voeren van periodiek overleg inzake de uitvoering van activiteiten in het kader van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 1989

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder F, 1–2 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.1. (Stb. 2001, 125)

Periode: 1989–

Product: Notulen, verslagen

Opmerking: Het overleg dient mede voor afstemming van het beleid van de provincie Friesland ten opzichte van het Rijk en de onderscheiden rijksorganen onderling. Volgens de eerste Bestuursafspraak werd het overleg jaarlijks gevoerd; vanaf 2001 wordt het overleg tenminste eens in de drie jaar gevoerd.

Waardering: B 3

16.

Handeling: Het vaststellen van uitvoeringsconvenanten ter operationalisering van de bepalingen in het Europees Handvest zonodig door middel van aanvullende wetgeving

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.2. (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–2004

Product: Uitvoeringsconvenanten

Opmerking: In de uitvoeringsconvenanten worden ook afspraken gemaakt over financiering van de implementatie van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur

Waardering: B 1

15.1.2 Handelingen met betrekking tot de Nederlandse inbreng in de Europese Unie

17.

Handeling: Het detacheren/benoemen van ambtenaren bij de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiging bij de EG.

Periode: 1958–

Produkt Besluit

Waardering: V 5 jaar

V 75 jaar als er pensioenrechtelijke gevolgen aan verbonden zijn

18.

Handeling: Het voorbereiden van bijdragen aan expertgroepen van de Europese Commissie inzake het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen over de geleverde bijdrage

Periode: 1958

Waardering: V 10 jaar

19.

Handeling: Het opstellen van concept-informatiefiches over voorstellen, mededelingen en Groenboeken van de Europese Commissie op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Produkt Concept-fiches

Opmerking: De interdepartementale WBNC stelt de informatiefiches vast (de handeling hiervoor is opgenomen in het concept-RIO ‘Gedane Buitenlandse Zaken’.

Waardering: B 4

20.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van Raadswerkgroepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese Taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

21.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc groepen Raden/Attachés met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

22.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van het COREPER met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiger in het COREPER worden vastgesteld in interdepartementaal overleg onder leiding van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

23.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc High Level groepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

24.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake agendapunten van Raadsvergaderingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van Raadsvergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: Nationale standpunten en onderhandelingsposities inzake agendapunten van Raadsvergaderingen komen tot stand in de Coördinatiecommissie voor Europese Integratie- en Associatieproblemen (CoCo).

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

25.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake algemene en op langere termijn spelende zaken van EU-belang inzake het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1993–

Opmerking: Overleg hierover in de Coördinatiecommissie op Hoog Ambtelijk Niveau (CoCoHan) leidt tot algemene rapporten aan de betrokken Ministers.

Waardering: B 1

26.

Handeling: Het voordragen van personen voor benoeming in een raadgevend comité, beheerscomité of reglementeringscomité

Periode: 1958–

Opmerking: De Raad benoemt de leden van de comités

Waardering: V 5 jaar na einde benoeming

27.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten inzake door de Europese Commissie voorgestelde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, die besproken worden in raadgevend comité, een beheerscomité of een reglementeringscomité, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze comités.

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

28.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten over door de Europese Commissie voorgenomen besluiten, maatregelen en onderhandelingen met derde landen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, voorzover deze niet zijn vastgelegd in Raadsbesluiten en worden besproken in commissies en werkgroepen, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze commissies en werkgroepen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

15.1.3 Implementatie Europese regelgeving

29.

Handeling: Het opstellen van een plan ter implementatie van een door de Raad vast te stellen besluit

Periode: 1993–

Grondslag: Aanwijzingen voor regelgeving (1992, Stcrt. 230), nr. 334

Produkt Implementatieplan

Opmerking: Het betreft hier plannen ter implementatie van richtlijnen en verordeningen die onderworpen zijn aan de samenwerkingsprocedure of de medebeslissingsprocedure (co-decisie) van Raad en Europees Parlement. Het implementatieplan moet binnen een maand nadat de Raad het gemeenschappelijk standpunt heeft vastgesteld voorgelegd worden aan de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen.

Waardering: B 5

30.

Handeling: Het voordragen aan de Europese Commissie van deskundigen belast met de controle op de naleving van de bepalingen van communautaire besluiten betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Grondslag: Richtlijnen

15.1.4 Beleid ten aanzien van Friese taal en cultuur

32.

Handeling: Het instellen van de Commissie-Wesselings

Periode: 1952

Product: Instellingsbeschikking

Waardering: B 4

37.

Handeling: Het instellen van de Projectgroep invoering Fries als verplicht vak op de scholen voor gewoon lager onderwijs in de provincie Friesland

Periode: 1973

Product: Instellingsbeschikking

Waardering: B 4

38.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter en leden van de Projectgroep invoering Fries als verplicht vak op de scholen voor gewoon lager onderwijs in de provincie Friesland

Periode: 1973

Product: Benoeming

Waardering: V 5 jaar

V 75 jaar als er pensioenrechtelijke gevolgen aan verbonden zijn

42.

Handeling: Het voorbereiden van het bij AMvB vaststellen, wijzigen en intrekken van nadere regels aangaande de bevoegdheid van de Gedeputeerde Staten van Friesland om op verzoek van gemeente- of schoolbesturen, de hoofdinspectie gehoord, ontheffing te verlenen van de verplichting tot het geven van Friese taal als verplicht vak

Grondslag: Wet van 25 april 1974, Art. II, Abis, art. 2 (Stb. 1974, 271)

Periode: 1974

Product: AMvB’s

Waardering: B 1

43.

Handeling: Het instellen van de Commissie Fries in het buitengewoon onderwijs

Periode: 1979

Product: Instellingsbeschikking

Waardering: B 4

45.

Handeling: Het instellen van de Commissie Fries in het voortgezet onderwijs

Periode: 1979

Product: Instellingsbeschikking, art 2 (Stcrt. 1979, …)

Waardering: B 4

46.

Handeling: Het benoemen van de voorzitter, secretaris en leden van commissies inzake onderwijs op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1952–

Product: Instellingsbeschikking, art 2 (Stcrt. 1979, …); wijziging 11 februari 1980 (Stcrt. 1980, …); wijziging 24 april 1981 (Stcrt. 1981, …)

Waardering: V 5 jaar

V 75 jaar als er pensioenrechtelijke gevolgen aan verbonden zijn

48.

Handeling: Het verstrekken van faciliteiten ten behoeve van het onderwijs in het Fries

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder C, 3 (Stcrt. 1989, 133)

Periode: 1989–

Product: Subsidies, regelgeving

Waardering: V 7 jaar

49.

Handeling: Het voeren van overleg met Gedeputeerde Staten van Friesland met betrekking tot te nemen maatregelen inzake het onderwijs in het Fries

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder C, 4 (Stcrt. 1989, 133)

Periode: 1989–

Product: Notulen, verslagen

Waardering: B 5

50.

Handeling: Het (mede) verlenen van subsidie ten behoeve van de instandhouding van een toneelgezelschap dat zich bedient van de Friese taal, het Frysk Letterkundich Museum en dokumentaasjesintrum en de stichting Fryske Academie

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder D, 1.1 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 6.1.1., 6.2.1., 6.3.1. (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 1989–

Product: Subsidies

Opmerking: De andere subsidiegever is de provincie Friesland. De Minister van WVC was van 1989 tot 1994 belast met deze taak.

Waardering: V 7 jaar

51.

Handeling: Het beoordelen van toneelgezelschappen die zich bedienen van de Friese taal in verband met subsidieverstrekking

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 1989, onder D, 1.2 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 6.1.2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 1989–

Product: Rapport

Opmerking: De Minister van WVC was van 1989 tot 1994 belast met deze taak.

Beoordeling geschiedde vanaf 1989 met inachtneming van de uitgangspunten van het landelijk toneelbestel en vanaf 2001 met inachtneming van de Rijksnota Cultuurbeleid.

Waardering: V 10 jaar

52.

Handeling: Het voeren van overleg met Gedeputeerde Staten van Friesland in het geval van opheffing of substantiële vermindering van de financiële steun aan een toneelgezelschap dat zich bedient van de Friese taal, het Frysk Letterkundich Museum en de Fryske Akademy of wanneer een van de ze drie culturele instellingen haar activiteiten beëindigd

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder D, 1.3 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 6.1.5., 6.2.4., 6.3.2. en 6.3.4 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 1989–

Product: Notulen, verslagen

Opmerking: De Minister van WVC was van 1989 tot 1994 belast met deze taak.

Waardering: V 10 jaar

53.

Handeling: Het in samenwerking met Gedeputeerde Staten van Friesland opstellen van gedragsregels voor een gezelschap voor beroepstoneel dat zich bedient van de Friese taal

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder D, 1.4 (Stcrt. 1989, 133)

Periode: 1989–

Product: Gedragsregels

Waardering: V 10 jaar

57.

Handeling: Het ter beschikking stellen van een rijksbijdrage ten behoeve van Friese taal en cultuur aan de provincie Friesland

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 6.6.1. (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Subsidie

Opmerking: De provincie Friesland dient een gespecificeerde en van toelichting ten aanzien van doelstelling voorziene begroting in inzake de rijksbijdrage ten behoeve van Friese taal en cultuur.

Waardering: V 7 jaar

58.

Handeling: Het voorbereiden van het bij AMvB met betrekking tot het vaststellen, wijzigen en intrekken van kerndoelen voor het vak Friese taal in het basisonderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.2.2. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: AMvB’s

Waardering: B 1

59.

Vervallen

60.

Handeling: Het in overleg met gedeputeerde staten van Friesland bevorderen van de ontwikkeling van jaarlijkse toetsen Fries voor het basisonderwijs door het CITO in Arnhem

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.2.4 (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Notulen, verslagen

Waardering: V 5 jaar

61.

Handeling: Het onderzoeken van de mogelijkheid, Gedeputeerde Staten van Friesland gehoord, om de schoolbegeleidingsdiensten voor het vak Fries op projectbasis aanvullende activiteiten te laten verzorgen

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.2.5. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Rapport

Waardering: V 5 jaar

62

Handeling: Het evalueren van het invoeringsproject Fries in het speciaal onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.2.7. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Evaluatierapport

Waardering: B 2 eindrapport, rest V 5 jaar

63.

Handeling: Het ter beschikking stellen van middelen in het geval besloten wordt voor een vervolg op het invoeringsproject Fries in het speciaal onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.2.7. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Subsidie

Opmerking: De provincie Friesland verstrekt eveneens een subsidie. De verdeling van de kosten tussen Rijk en provincie geschiedt analoog aan het basisonderwijs

Waardering: V 7 jaar

64.

Handeling: Het overeenkomstig de kerndoelen opstellen en in een Ministeriële regeling vastleggen van handreikingen voor het vak Fries in de basisvorming van het voortgezet onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.2. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Ministeriële regeling

Waardering: B 5

65.

Handeling: Het zorgdragen voor de ontwikkeling van een leerplanvoorstel voor het vak Fries in de basisvorming van het voortgezet onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.2. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Leerplanvoorstel

Waardering: B 5

66.

Handeling: Het (laten) ontwikkelen van voorbeeldtoetsen voor het afsluiten van het Fries in de basisvorming

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.2. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Voorbeeldtoetsen, correspondentie

Waardering: V 5 jaar

67.

Handeling: Het scheppen van mogelijkheden voor de begeleiding van het vak Fries in het voortgezet onderwijs, analoog aan de begeleiding van de andere vakken in het voortgezet onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.4. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Subsidiebeschikkingen, correspondentie

Waardering: V 5 jaar

68.

Handeling: Het voeren van overleg met Gedeputeerde Staten van Friesland inzake de uitvoering van regelingen met betrekking tot het vak Fries in de basisvorming van het voortgezet onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.4. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Verslag, notulen

Waardering: B 5

69.

Handeling: Het evalueren van de regelingen ten behoeve van het vak Fries in de basisvorming

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.4. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Evaluatierapport

Waardering: B 2

70.

Handeling: Het aanstellen van een coördinator ten behoeve van de invoering van het vak Fries in de eerste fase van het voortgezet onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.5. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Opmerking: De aanstelling geschiedt op projectbasis waarbij de salariskosten voor 1/3 ten laste van het Rijk komen en voor 2/3 ten laste van de provincie Friesland

Waardering: V 5 jaar na beëindigen van de functie

72.

Handeling: Het voeren van overleg met gedeputeerde staten van Friesland inzake de ontwikkeling en verspreiding van leermiddelen ten behoeve van het vak Fries in de basisvorming

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.6. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Verslagen, notulen, correspondentie

Waardering: V 5 jaar

73.

Handeling: Het (zonodig) doormiddel van aanvullende financiering verwezenlijken van de beoogde doeleinden inzake de ontwikkeling en verspreiding van leermiddelen ten behoeve van het vak Fries in de basisvorming

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.6. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Subsidies

Waardering: V 7 jaar

74.

Handeling: Het zorgdragen voor het openen van de mogelijkheid om het Fries als examenvak op scholen voor voortgezet onderwijs in Friesland in te voeren

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.7. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Beschikking, correspondentie

Waardering: V 5 jaar

75.

Handeling: Het bekostigen van twee formatieplaatsen ten behoeve van het hoger onderwijs in Friesland om daarmee zorg te dragen voor de kwaliteitsverbetering van het vak Fries in het basis- en voortgezet onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.4.3. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Subsidie

Waardering: V 7 jaar

76.

Handeling: Het per hogeschool in Friesland ter beschikking stellen van een bedrag van ƒ 100.000 (€ 45.378) ten behoeve van (na-)scholing van komend en zittend personeel in het basis- en voortgezet onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.4.3. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Subsidie

Opmerking: De hogescholen dienen tweejaarlijks in een plan aan te geven hoe zij de gelden willen besteden, terwijl jaarlijks verslag moet worden gedaan over hoe de gelden in de afgelopen Periode: zijn besteed

Waardering: V 7 jaar

77.

Handeling: Het voeren van tweejaarlijks overleg met gedeputeerde staten van Friesland over de besteding van de aan de hogescholen in Friesland ter beschikking gestelde gelden en de daarover ontvangen rapportage

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.4.3. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Notulen, verslagen

Waardering: V 5 jaar

78.

Handeling: Het verstrekken van een jaarlijkse financiële bijdrage ter financiering van de inter-Friese activiteiten en contacten tussen de provincie Friesland en Oost- en Noord-Friesland in Duitsland

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 8.4 (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Subsidie

Waardering: V 7 jaar

Produkt Besluit

Waardering: V 5 jaar

15.1.5 Het Fries als rechtstaal en als bestuurstaal

87.

Handeling: Het stellen van nadere regels over het gebruik van de Friese taal door onderdelen van de centrale overheid waarvan het werkterrein zich uitstrekt tot Friesland

Grondslag: Wet van 4 mei 1995, houdende wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met de opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer, art. 2:9, tweede lid (Stb. 1995, 302)

Periode: 1995

Product: Departementale regelgeving, modelverordening (1996)

Waardering: B 5

15.1.6 Europees handvest voor regionale talen of talen van minderheden

101.

Handeling: Het instellen van een orgaan belast met het monitoren van genomen maatregelen en bereikte vooruitgang met betrekking tot het onderwijs in de Friese taal

Grondslag: Europees Handvest regionale talen, art. 8, eerste lid, onder i (Trb. 1993, 1 en 199; 1998, 20)

Periode: 1998–

Product: Instellingsbesluit

Waardering: B 4

103.

Handeling: Het treffen van regelingen om het onderwijs in de geschiedenis en cultuur die in de Friese taal haar weerspiegeling vindt te waarborgen

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 1; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Beschikkingen

Waardering: B 5

104.

Handeling: Het toestaan van het onderwijs in de Friese taal in andere gebieden dan waar die taal traditioneel wordt gebruikt indien het aantal daar wonende gebruikers van die taal dit rechtvaardigt

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 2; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Correspondentie

Opmerking: Scholen zijn vrij hier zelf invulling aan te geven.

Waardering: V 5 jaar

105.

Handeling: Het ter beschikking stellen van middelen aan de Provincie Friesland om haar beleid ten aanzien van het Fries uit te voeren

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Subsidies

Waardering: V 7 jaar

106.

Handeling: Het voorbereiden van nieuwe en het aanpassen van oude wet- en regelgeving met betrekking de verbetering van de positie van het Fries in de voorschoolse opvang

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 1, onder a; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 1 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Wet- en regelgeving

Waardering: B 1

107.

Handeling: Het overleggen met de sociale partners inzake de mogelijkheid om aan leidsters in Friese kinderdagverblijven en peuterspeelzalen in hun opleiding een bewijzen van bekwaamheid van beheersing van de Friese taal en van didactische en pedagogische vaardigheden met betrekking tot twee of meertaligheid in de kinderopvang af te geven

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 1, onder a; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 1 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001

Product: Notulen, verslag

Waardering: V 5 jaar

111.

Handeling: Het aan de provincie Friesland toekennen van een doeluitkering Fries in het onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.3.1 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Subsidie

Opmerking: Deze doeluitkering moet door de provincie Friesland worden ingezet voor het waarborgen en stimuleren van de positie van het Fries in het onderwijs.

Waardering: V 7 jaar

112.

Handeling: Het vaststellen van de voorwaarden bij de toekenning van de doeluitkering Fries in het onderwijs

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.3.1 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Voorwaarden

Waardering: V 15 jaar

113.

Handeling: Het bevorderen dat scholen die Friese taal als leergebied aanbieden en als instructietaal gebruiken ten aanzien daarvan een kwaliteitsbeleid voeren

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.4.1 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Correspondentie, brochures

Opmerking: De aan de scholen ter beschikking staande instrumenten zullen worden bezien op hun geschiktheid voor het Fries en eventueel worden aangepast. Daarnaast zal hierover voorlichting worden gegeven aan de scholen.

Waardering: V 5 jaar

114.

Handeling: Het systematisch verzamelen van gegevens over de plaats die het Fries inneemt in het kwaliteitsbeleid van scholen en over de doelstellingen die scholen zich stellen ten aanzien van de beheersing van het Fries door het personeel

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.4.2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Registraties, automatische gegevensbestanden, rapporten.

Waardering: B 5 mbt overzichtsrapporten, samenvattingen, conclusies

V 10 jaar overige neerslag

115.

Handeling: Het voeren van overleg met de Regionale Opleidings Centra (ROC’s) in Friesland inzake het integreren van het actief beheersen van de Friese taal en de didactische en pedagogische vaardigheden met betrekking tot twee- en meertaligheid in hun opleiding tot onderwijsassistent, dan wel dit te maken tot een verplicht onderdeel van het examenprogramma

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.4.2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Notulen, verslag

Waardering: V 5 jaar

116.

Handeling: Het bevorderen dat scholen voor primair onderwijs in het nascholingsplan van hun leraren activiteiten ten aanzien van didactische en pedagogische vaardigheden in verband met Friese taal en cultuur opnemen

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.4.3 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Waardering: V 5 jaar

117.

Handeling: Het bevorderen dat leerlingen die Fries als volledig examenvak kiezen deel kunnen nemen aan een jaarlijkse internationale uitwisseling met andere minderheidstalen in Europa als onderdeel van het onderwijsprogramma

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.5.8 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Correspondentie

Waardering: V 5 jaar

118.

Handeling: Het nemen van maatregelen gericht op het geven van een passende plaats aan de Friese taal en de cultuur waarvan deze een uitingsvorm is binnen het buitenlands cultuurbeleid

Periode: 2001–

Product: Regelgeving

Waardering: B 5

15.2 Commissie-Wesseling

33.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Onderwijs inzake het nemen van maatregel ter verruiming van de mogelijkheden tot het geven van onderwijs in het Fries

Periode: 1952

Product: Rapport

Waardering: B 1

34.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Onderwijs inzake het verlenen van subsidies aan culturele instellingen in Friesland

Periode: 1952

Product: Rapport

Waardering: B 1

15.3 Projectgroep invoering Fries als verplicht vak op de scholen voor gewoon lager onderwijs in de Provincie Friesland

39.

Handeling: Het voorbereiden van wetgeving ter invoering van het Fries als verplicht vak op scholen voor gewoon lager onderwijs in de provincie Friesland

Grondslag: Instellingsbeschikking, art. 1, lid 2

Periode: 1973–1975

Product: Rapport

Waardering: B 1

40.

Handeling: Het ontwerpen van een ontwikkelingsplan voor de invoering van het Fries als verplicht vak op scholen voor gewoon lager onderwijs in de provincie Friesland en het doen van voorstellen met betrekking tot daartoe te nemen maatregelen, zowel op korte als op lange termijn

Grondslag: Instellingsbeschikking, art. 1, lid 2

Periode: 1973–1975

Product: Rapport

Waardering: B 1

41.

Handeling: Het adviseren met betrekking tot het geven van voorlichting over de invoering van het Fries als verplicht vak op scholen voor gewoon lager onderwijs in de provincie Friesland

Grondslag: Instellingsbeschikking, art. 1, lid 2 (Stcrt. ….)

Periode: 1973–1975

Product: Rapport

Waardering: B 5

15.4 Commissie Fries in het buitengewoon onderwijs

44.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Onderwijs inzake de invoering van het Fries als verplicht vak in het buitengewoon onderwijs in de provincie Friesland

Periode: 1979–1981

Product: Rapport

Waardering: B 1

15.5 Commissie Fries in het voortgezet onderwijs

47.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Onderwijs inzake de instelling van het Fries als verplicht vak in het voortgezet onderwijs

Periode: 1979

Product: Advies, rapport

Waardering: B 1

15.6 Coördinator ten behoeve van de invoering van het vak Fries in de eerste fase van het voortgezet onderwijs

71.

Handeling: Het rapporteren aan de Minister van Onderwijs en aan Gedeputeerde Staten van Friesland

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, art. 4.3.5. (Stcrt. 1993, 237)

Periode: 1993–

Product: Rapportages

Waardering: B 3

16 Handelingen van actoren onder de zorg van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

16.1 Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

16.1.1 Algemene Handelingen

1.

Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: O.a. beleidsnota’s, beleidsnotities, rapporten, adviezen en evaluaties

Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de Ministerraad.

– Onder deze handeling valt ook:

– Het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de Ministerraadsvergaderingen voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;

– Het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd betreffende het beleidsterrein;

– Het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;

– Het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);

– Het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene Rekenkamer op het beleidsterrein;

– Het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;

– Het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;

– Het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid

Waardering: B 1, 2

2.

Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet- en regelgevingbetreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Wetten, algemene maatregelen van bestuur, koninklijke besluiten

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B 1

3.

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Series jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen

Opmerking: Het betreft hier alléén voorbereidingen waarvoor in de wet- en regelgeving geen grondslagen te vinden zijn

Waardering: B 3 jaarverslag, rest V 5 jaar

4.

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Brieven, notities

Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de omschrijving van de bovenstaande handeling.

Waardering: B 4

5.

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratief rechterlijke organen

Periode: 1945–

Product: Beschikkingen, verweerschriften

Waardering: V 10 jaar

6.

Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale regelingen betreffende het beleidsterrein Friese taal en het presenteren van Nederlandse standpunten in intergouvernementele organisaties

Periode: 1945–

Product: Internationale regelingen, nota’s, rapporten

Waardering: B 5

7.

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Brieven, notities

Waardering: V 3 jaar

8.

Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Voorlichtingsmateriaal

Waardering: B 5 één eindproduct, rest V 5 jaar

9.

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Offerte, brieven, rapport

Waardering: B 1 onderzoeksopdracht en eindproduct, rest V 10 jaar

10.

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Notities, notulen, brieven

Waardering: V 10 jaar

11.

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Registraties, automatische gegevensbestanden

Waardering: V 10 jaar

12.

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Rekeningen, declaraties

Waardering: V 7 jaar

13.

Handeling: Het verstrekken van subsidies aan personen, bedrijven en instellingen die actief zijn op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Beschikkingen, correspondentie

Opmerking: Vanaf 1995 worden er geen subsidies meer verstrekt wanneer daarvoor geen wettelijke basis bestaat

Waardering: V 7 jaar na afrekening

14.

Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1945–

Product: Instellingsbesluiten, beschikkingen

Waardering: B 4

15.

Handeling: Het voeren van periodiek overleg inzake de uitvoering van activiteiten in het kader van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 1989

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder F, 1–2 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.1. (Stb. 2001, 125)

Periode: 1989–

Product: Notulen, verslagen

Opmerking: Het overleg dient mede voor afstemming van het beleid van de provincie Friesland ten opzichte van het Rijk en de onderscheiden rijksorganen onderling. Volgens de eerste Bestuursafspraak werd het overleg jaarlijks gevoerd; vanaf 2001 wordt het overleg tenminste eens in de drie jaar gevoerd.

Waardering: V 5 jaar

16.

Handeling: Het vaststellen van uitvoeringsconvenanten ter operationalisering van de bepalingen in het Europees Handvest zonodig door middel van aanvullende wetgeving

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 9.2. (Stb. 2001, 125)

Periode: 2001–2004

Product: Uitvoeringsconvenanten

Opmerking: In de uitvoeringsconvenanten worden ook afspraken gemaakt over financiering van de implementatie van de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur

Waardering: B 1

16.1.2 Handelingen met betrekking tot de Nederlandse inbreng in de Europese Unie

17.

Handeling: Het detacheren/benoemen van ambtenaren bij de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiging bij de EG.

Periode: 1958–

Produkt Besluit

Waardering: V 10 jaar na einde detachering/benoeming persoon

18.

Handeling: Het voorbereiden van bijdragen aan expertgroepen van de Europese Commissie inzake het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen over de geleverde bijdrage

Periode: 1958–

Waardering: V 10 jaar

19.

Handeling: Het opstellen van concept-informatiefiches over voorstellen, mededelingen en Groenboeken van de Europese Commissie op het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Produkt Concept-fiches

Opmerking: De interdepartementale WBNC stelt de informatiefiches vast (de handeling hiervoor is opgenomen in het concept-RIO ‘Gedane Buitenlandse Zaken’.

Waardering: B 4

20.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van Raadswerkgroepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese Taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

21.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc groepen Raden/Attachés met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

22.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van het COREPER met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De instructies voor de Nederlandse vertegenwoordiger in het COREPER worden vastgesteld in interdepartementaal overleg onder leiding van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

23.

Handeling: Het voorbereiden van vergaderingen van ad hoc High Level groepen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van deze vergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– De handeling leidt bij het eerstverantwoordelijke Ministerie met name tot concept-instructies; bij de overige betrokken Ministeries tot departementale standpunten.

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

24.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake agendapunten van Raadsvergaderingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal en het opstellen van verslagen van Raadsvergaderingen

Periode: 1958–

Opmerking: Nationale standpunten en onderhandelingsposities inzake agendapunten van Raadsvergaderingen komen tot stand in de Coördinatiecommissie voor Europese Integratie- en Associatieproblemen (CoCo).

– dit betreft de verslagen die de Nederlandse delegatie opstelt, en niet de vergaderverslagen. De vergaderverslagen vallen onder de archiefzorg van de Europese Unie.

Waardering: B 1

25.

Handeling: Het opstellen van departementale standpunten inzake algemene en op langere termijn spelende zaken van EU-belang inzake het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1993–

Opmerking: Overleg hierover in de Coördinatiecommissie op Hoog Ambtelijk Niveau (CoCoHan) leidt tot algemene rapporten aan de betrokken Ministers.

Waardering: B 1

26.

Handeling: Het voordragen van personen voor benoeming in een raadgevend comité, beheerscomité of reglementeringscomité

Periode: 1958–

Opmerking: De Raad benoemt de leden van de comités

Waardering: V 10 jaar

27.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten inzake door de Europese Commissie voorgestelde uitvoeringsbepalingen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, die besproken worden in een raadgevend comité, een beheerscomité of een reglementeringscomité, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze comités.

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

28.

Handeling: Het opstellen en wijzigen van standpunten over door de Europese Commissie voorgenomen besluiten, maatregelen en onderhandelingen met derde landen met betrekking tot het beleidsterrein Friese taal, voorzover deze niet zijn vastgelegd in Raadsbesluiten en worden besproken in commissies en werkgroepen, en het opstellen van verslagen van vergaderingen van deze commissies en werkgroepen

Periode: 1958–

Opmerking: – Als onderdeel van de departementale standpuntbepaling kan overleg gevoerd worden met maatschappelijke groeperingen, zoals het georganiseerde bedrijfsleven.

– Wanneer meerdere departementen betrokken zijn leidt het eerstverantwoordelijke Ministerie het coördinatie-overleg.

– Onder deze handeling valt ook het opstellen van instructies voor de Nederlandse vertegenwoordigers in de comités.

Waardering: B 1

16.1.3 Implementatie Europese regelgeving

29.

Handeling: Het opstellen van een plan ter implementatie van een door de Raad vast te stellen besluit

Periode: 1993–

Grondslag: Aanwijzingen voor regelgeving (1992, Stcrt. 230), nr. 334

Produkt Implementatieplan

Opmerking: Het betreft hier plannen ter implementatie van richtlijnen en verordeningen die onderworpen zijn aan de samenwerkingsprocedure of de medebeslissingsprocedure (co-decisie) van Raad en Europees Parlement. Het implementatieplan moet binnen een maand nadat de Raad het gemeenschappelijk standpunt heeft vastgesteld voorgelegd worden aan de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen.

Waardering: B 5

30.

Handeling: Het voordragen aan de Europese Commissie van deskundigen belast met de controle op de naleving van de bepalingen van communautaire besluiten betreffende het beleidsterrein Friese taal

Periode: 1958–

Grondslag: Richtlijnen

Produkt Besluit

Waardering: V 10 jaar

16.1.4 Beleid ten aanzien van Friese-taal en cultuur

35.

Handeling: Het instellen van de Commissie Friese-taalpolitiek (Commissie-VanOmmen)

Periode: 1970

Product: Instellingsbeschikking

Waardering: B 4

50.

Handeling: Het (mede) verlenen van subsidie ten behoeve van de instandhouding van een toneelgezelschap dat zich bedient van de Friese taal, het Frysk Letterkundich Museum en dokumentaasjesintrum en de stichting Fryske Academie

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder D, 1.1 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 6.1.1., 6.2.1., 6.3.1. (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 1989–1994

Product: Subsidies

Opmerking: De andere subsidiegever is de provincie Friesland.

De Minister van WVC was van 1989 tot 1994 belast met deze taak.

Waardering: V 7 jaar

51.

Handeling: Het beoordelen van toneelgezelschappen die zich bedienen van de Friese taal in verband met subsidieverstrekking

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 1989, onder D, 1.2 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 6.1.2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 1989–1994

Product: Rapport

Opmerking: De Minister van WVC was van 1989 tot 1994 belast met deze taak.

Beoordeling geschiedde vanaf 1989 met inachtneming van de uitgangspunten van het landelijk toneelbestel en vanaf 2001 met inachtneming van de Rijksnota Cultuurbeleid.

Waardering: V 10 jaar

52.

Handeling: Het voeren van overleg met Gedeputeerde Staten van Friesland in het geval van opheffing of substantiële vermindering van de financiële steun aan een toneelgezelschap dat zich bedient van de Friese taal, het Frysk Letterkundich Museum en de Fryske Akademy of wanneer een van de ze drie culturele instellingen haar activiteiten beëindigd

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder D, 1.3 (Stcrt. 1989, 133); Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 6.1.5., 6.2.4., 6.3.2. en 6.3.4 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 1989–1994

Product: Notulen, verslagen

Opmerking: De Minister van WVC was van 1989 tot 1994 belast met deze taak.

Waardering: V 10 jaar

53.

Handeling: Het in samenwerking met Gedeputeerde Staten van Friesland opstellen van gedragsregels voor een gezelschap voor beroepstoneel dat zich bedient van de Friese taal

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur, onder D, 1.4 (Stcrt. 1989, 133)

Periode: 1989–1994

Product: Gedragsregels

Waardering: V 10 jaar

16.1.5 Het Fries als rechtstaal en als bestuurstaal

87.

Handeling: Het stellen van nadere regels over het gebruik van de Friese taal door onderdelen van de centrale overheid waarvan het werkterrein zich uitstrekt tot Friesland

Grondslag: Wet van 4 mei 1995, houdende wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met de opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer, art. 2:9, tweede lid (Stb. 1995, 302)

Periode: 1995–

Product: Departementale regelgeving, modelverordening (1996)

Waardering: B 5

16.1.6 Europees handvest voor regionale talen of talen van minderheden

105.

Handeling: Het ter beschikking stellen van middelen aan de Provincie Friesland om haar beleid ten aanzien van het Fries uit te voeren

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Subsidies

Waardering: V 7 jaar

106.

Handeling: Het voorbereiden van nieuwe en het aanpassen van oude wet- en regelgeving met betrekking de verbetering van de positie van het Fries in de voorschoolse opvang

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 1, onder a; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 1 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Wet- en regelgeving

Waardering: B 1

107.

Handeling: Het overleggen met de sociale partners inzake de mogelijkheid om aan leidsters in Friese kinderdagverblijven en peuterspeelzalen in hun opleiding een bewijzen van bekwaamheid van beheersing van de Friese taal en van didactische en pedagogische vaardigheden met betrekking tot twee of meertaligheid in de kinderopvang af te geven

Grondslag: Europees Handvest, deel III, art. 8, lid 1, onder a; Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2 1 2 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001

Product: Notulen, verslag

Waardering: V 10 jaar

109.

Handeling: Het stimuleren van gemeenten om de positie van het Fries in de peuterspeelzalen te verbeteren door de aandacht voor die taal op te nemen in lokale verordeningen

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.1.4 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Waardering: V 10 jaar

110.

Handeling: Het voeren van overleg inzake de positie van het Fries, gegeven de bepalingen van het Europees Handvest, in verband met op handen zijnde wetgeving over de voorschoolse educatie waarin kwalitatieve doelstellingen aan de orde zijn

Grondslag: Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2001, hoofdstuk 2.2.1 (Stcrt. 2001, 125)

Periode: 2001–

Product: Notulen, verslagen

Waardering: V 10 jaar

16.2 Commissie Friese-taalpolitiek (Van Ommen)

36.

Handeling: Het adviseren van de Minister van Onderwijs inzake de Friese-taalpolitiek

Periode: 1969–1970

Product: Rapport, advies

Waardering: B 1.

Naar boven