Wet van 15 februari 2023 tot wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor het jaar 2022 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2022;

Zo is het, dat Wij met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor het jaar 2022 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de desbetreffende bij deze wet behorende staat.

Artikel 2

De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro’s.

Artikel 3

Deze wet treedt in werking met ingang van 26 juli van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 26 juli, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 26 juli 2022.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 15 februari 2023

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.G.J. Bruins Slot

Uitgegeven de zestiende maart 2023

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

Wijziging begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2022 (tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet crisisopvang) (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

Vastgestelde begroting1

Mutaties 1e suppletoire begroting2

Mutaties incidentele suppletoire begroting

   

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

 

Totaal

8.655.062

8.888.902

1.097.581

– 1.022.302

– 998.036

– 458.668

0

0

0

                     
 

Beleidsartikelen

                 

1

Openbaar bestuur en democratie

96.576

96.576

24.765

– 11.224

– 9.066

– 10.000

0

0

0

2

Nationale veiligheid

344.621

344.621

14.714

13.450

13.450

0

0

0

0

3

Woningmarkt

4.592.084

4.662.089

354.100

449.142

449.142

12.900

0

0

0

4

Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit

809.083

812.918

91

– 49.003

– 29.395

0

0

0

0

5

Ruimtelijke ordening en omgevingswet

122.548

122.548

3.824

1.955

1.955

0

0

0

0

6

Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving

242.684

242.684

448

– 20.367

– 20.367

0

0

0

0

7

Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid

193.597

193.597

64

– 116.492

– 113.992

78

33.100

33.100

0

9

Uitvoering Rijksvastgoedbeleid

137.948

137.948

120.282

21.413

21.413

– 6.561

0

0

0

10

Groningen versterken en perspectief

1.520.108

1.520.108

490.000

– 1.520.108

– 1.520.108

– 490.000

0

0

0

 

Niet-beleidsartikelen

                 

11

Centraal apparaat

584.253

584.253

89.293

9.315

9.315

741

0

0

0

12

Algemeen

11.560

171.560

0

34.248

34.248

34.174

0

0

0

13

Nog onverdeeld

0

0

0

165.369

165.369

0

– 33.100

– 33.100

0

X Noot
1

Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35 925 VII, nr. 1), de Nota van wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35 925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35 925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,35 925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36 018 VII, nr. 1).

X Noot
2

Inclusief Nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36 120 VII, nr. 5)


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 36 177

Naar boven