Wet van 15 november 2023 tot wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met Miljoenennota)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2023;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2023 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de desbetreffende bij deze wet behorende staat.

Artikel 2

De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro’s.

Artikel 3

Deze wet treedt in werking met ingang van 19 september 2023 van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 19 september 2023, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 19 september 2023.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 15 november 2023

Willem-Alexander

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul

Uitgegeven de vijfde december 2023

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

Wijziging begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2023 (Centrale Incidentele Suppletoire Begroting) (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen)

Mutaties suppletoire begroting

   

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

 

Totaal

55.840.598

56.501.427

1.868.865

831.834

548.682

515

               
 

Beleidsartikelen

           

01

Primair onderwijs

15.712.582

16.379.810

9.208

– 217.735

– 297.508

0

03

Voortgezet onderwijs

11.990.322

11.907.042

7.391

– 124.686

– 169.428

0

04

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

5.427.761

5.829.766

4.700

10.017

1.223

0

06

Hoger beroepsonderwijs

4.812.699

4.634.644

17

– 6.176

– 7.455

0

07

Wetenschappelijk onderwijs

7.506.402

7.091.384

16

9.579

9.579

515

08

Internationaal beleid

22.871

22.440

99

131

133

0

09

Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid

212.656

199.055

6.500

– 537

– 537

0

11

Studiefinanciering

5.668.912

5.675.798

1.400.270

1.007.457

1.000.571

0

12

Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten

77.864

77.971

2.180

71

– 36

0

13

Lesgelden

16.046

16.649

251.725

402

– 201

0

14

Cultuur

709.161

1.318.914

10.176

119.929

20.486

0

15

Media

1.323.539

1.243.042

174.515

6.152

– 375

0

16

Onderzoek en wetenschapsbeleid

1.958.003

1.693.392

1.501

29.332

– 5.668

0

25

Emancipatie

15.957

25.697

0

141

141

0

               
 

Niet-beleidsartikelen

           

91

Nog onverdeeld

0

0

0

0

0

0

95

Apparaat Kerndepartement

385.823

385.823

567

– 2.243

– 2.243

0


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 36 435 VIII

Naar boven