Wet van 9 maart 2022 tot wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake corona maatregelen)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de desbetreffende bij deze wet behorende staat.

Artikel 2

De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro’s.

Artikel 3

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 september van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 1 september, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 september.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 9 maart 2022

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.G.J. Bruins Slot

Uitgegeven de drieëntwintigste maart 2022

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

Wijziging begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake corona maatregelen) (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

Vastgestelde begroting incl. NvW en amendementen

Mutaties suppletoire begrotingen1

Mutaties 3e incidentele suppletoire begroting

   

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

 

Totaal

5.997.341

6.195.972

729.449

584.304

553.636

– 3.310

7.999

7.999

– 1.800

                     
 

Beleidsartikelen

5.561.900

5.760.531

710.157

452.479

421.811

– 61.559

8.449

8.449

– 1.800

1

Openbaar bestuur en democratie

68.387

68.387

21.965

4.662

3.777

0

8.449

8.449

0

2

Nationale veiligheid

297.861

297.861

14.714

4.215

4.215

0

0

0

0

3

Woningmarkt

4.297.396

4.297.396

472.000

284.435

234.953

– 53.782

0

0

– 1.800

4

Energietransitie gebouwde omg. en bouwkwaliteit

344.942

540.942

91

83.291

102.990

0

0

0

0

5

Ruimtelijke ordening en Omgevingswet

122.524

124.755

3.824

– 10.386

– 10.386

0

0

0

0

6

Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving

169.975

169.975

423

11.094

11.094

823

0

0

0

7

Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid

34.343

34.343

450

2.694

2.694

0

0

0

0

9

Uitvoering Rijksvastgoedbeleid

128.168

128.168

121.690

– 6.411

– 6.411

– 8.600

0

0

0

10

Groningen versterken en perspectief

98.304

98.704

75.000

78.885

78.885

0

0

0

0

 

Niet-beleidsartikelen

435.441

435.441

19.292

131.825

131.825

58.249

– 450

– 450

0

11

Centraal apparaat

414.206

414.206

19.292

63.542

63.542

45.049

– 450

– 450

0

12

Algemeen

21.235

21.235

0

13.379

13.379

13.200

0

0

0

13

Nog onverdeeld

0

0

0

54.904

54.904

0

0

0

0

X Noot
1

Bevat mutaties van de eerste suppletoire begroting 2020 (Kamerstukken II 2019/20, 35450-VII, nr. 1), de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35478, nr. 1) en de tweede incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35521, nr. 1)


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 35 553

Naar boven